text
stringlengths 4
22.7k
| label
class label 2
classes |
---|---|
Ik heb zitten twijfelen tussen 2 en 3 sterren voor dit verhaal. Uiteindelijk kom ik uit op 2, omdat ik 'Manipulatie' net niet goed genoeg vind.
Het debuut van Mark Allen Smith (regisseur en scenarioschrijver in het dagelijks leven) is een echt Amerikaans verhaal. Nauwkeurige beschrijvingen van gewelddadige scènes, vrij oppervlakkige personages, een New Yorkse setting en geen seks of ingewikkelde relaties.
Over het verhaal is door collega-recensenten al uitgebreid geschreven, dus daarover hoef ik niet al te veel meer uit te weiden. Het wordt in 3 delen van elk zo'n 100 pagina's verteld. Een manco aan deze thriller is dat het verhaal pas aan het eind van deel 2 enigszins spannend wordt. Dat is te laat.
Ook lezen de eerste 2 delen eigenlijk alleen als een lange inleiding op het magere plot (12-jarige jongen wordt door professionele martelaar in bescherming genomen, waarna hij zelf moet vluchten).
Pluspunten zijn dat de schrijfstijl van Smith lekker wegleest. De hoofdstukken zijn kort, zodat je snel kunt vorderen in het verhaal. Snelle en geoefende lezers zullen dit boek in enkele uren uit kunnen lezen.
Neemt niet weg dat de personages weinig interessant zijn en je dus niet met hen meevoelt. Ik merkte dat het me niet zo veel kon schelen wie er aan het einde won, terwijl het duidelijk de bedoeling van de schrijver was dat je sympathie voor de antiheld Geiger en zijn protégé op zou vatten.
Ik heb me op zich wel vermaakt met 'Manipulatie', maar zou niet zo snel een tweede boek van deze schrijver oppakken. | 0neg
|
(Recensie komt oorspronkelijk hiervandaan: https://nlboekenrecensies.wordpress.com/jetset-marion-pauw/)
Jetset – Marion Pauw
Om zijn honderdste miljoen te vieren nodigt de succesvolle zakenman Alexander Zilver zijn beste vrienden, zijn dochter en zijn nieuwe vriendin uit om een week lang met hem op een luxueus jacht door het Caribisch gebied te varen.
Op de tweede dag wordt Alexander echter dood aangetroffen in zijn hut. Kapitein Schmidt en hoofdstewardess Lou vertrouwen het niet en gaan op onderzoek uit. Ze komen tot de ontdekking dat iedere gast wel een motief heeft: de ex-zakenpartner die nog een appeltje met Alexander te schillen had, de vrouw van zijn zakelijk adviseur, met wie Alexander op het jacht een affaire had, de broer die op zijn fortuin uit is. De situatie op het jacht wordt steeds nijpender, al helemaal als het lijk van Alexander Zilver spoorloos verdwijnt.
Dit boek kocht ik uit de literaire thriller collectie van Primera, al in de winkel werd deze mij aangeraden door een vrouw die het boek net uit had gelezen.
Het boek begint redelijk saai en er zijn vrij veel personages wat moeite kost om te onthouden wie wat van wie is. Een echte thriller vind ik het persoonlijk niet, want je zit niet met zwetende handen en met ogen die over de regels schieten. Ook voelde het verhaal niet redelijk echt aan en lagen ontzettend veel dingen door de hand.
Ik raad het boek niet aan als je een echte thriller fan bent, het boek leest wel makkelijk, maar het is geen boek waar je echt voor zou gaan zitten. Alles behalve.
Tuurlijk heeft het boek ook goede punten, maar een thriller vind ik het persoonlijk niet. De personages zijn voorspellend en veranderen in het boek ook niet echt. Een duidelijke hoofdpersoon is er niet.
Sommige dingen waren ook wel onverwacht, maar die dingen waren meer bijzaak dan wat anders. Meer onnodig dat ze in het boek zaten.
Ik geef het boek 1.5/5 sterren. | 0neg
|
Boompje, Beestje?,Mia is gelukkig met haar Pete. Zoals in elke relatie sluipen na de eerste heftige verliefdheid de gewoontes erin. De passie van weleer ontbreekt.
Pete komt moe thuis uit zijn werk en brengt de avond zappend op de bank door.
Mia denkt dat dit zo hoort en is gelukkig tot ze in zijn mobiel een smsje vindt dat niet voor een andere uitleg vatbaar is: Pete gaat vreemd. Haar wereld stort in. Ze wil hem kost wat het kost terugwinnen en in plaats van hem voor het blok te zetten bedenkt ze een listig plan.
Iedereen herkent de woede en jaloezie die ontstaat na de afschuwelijke ontdekking dat je vriend er een ander op nahoudt. Een logische stap zou die van de confrontatie zijn, met als gevolg een relationele onrust die kan leiden tot een pijnlijke breuk.
Mia doet het anders en gaat op jacht naar de identiteit van zijn andere vriendin. Dat Dawson haar protagonist hierin een actieve rol geeft, maakt het verhaal spannend.
Nadat Mia ontdekt heeft wie zijn liefje is en er niet meer omheen kan verandert ze in een koelbloedige duivelin die zint op wraak en met maar één doel: Pete voor zich terug winnen. Haar methodes zijn zeer geraffineerd en vooral heel herkenbaar voor vrouwen!
De geloofwaardigheid dat Mia geen enkele keer overweegt het Pete voor zijn voeten te gooien valt te betwijfelen. De auteur moet wel erg haar best doen om hard te maken waarom ze dit verzwijgt; slechts gedeeltelijk is ze hierin geslaagd.
Niet iedereen zet zijn wraakzucht om in daden. Mia doet het allemaal wel, echter zonder wapen en zonder noemenswaardig geweld. En toch is dát juist de heftigheid waarop de lezer zit te wachten, driekwart boek lang. Dawson werkt toe naar een apotheose: je voelt hem onder de bladzijden sissen als een slang die zijn prooi besluipt. De zorgvuldig opgebouwde en psychologisch uitgesponnen gedachtegangen van Mia, die moeten leiden naar het vereenzelvigen met haar daden worden langdradig. Dawson legt dit er te dik bovenop. Op het einde blijft er niets anders over dan een karikatuur van een jaloerse vrouw. Wat begint met een intrigerende titel eindigt met een geforceerde ontknoping. | 0neg
|
Na een aantal jaar het schrijven gecombineerd te hebben met een baan in het onderwijs, legt de Barendrechtse auteur John Brosens zich sinds 2002 voltijds toe op het auteurschap en laat hij vooral poëzie, jeugdboeken en thrillers uit zijn pen vloeien.
Zijn nieuwste werk, werd uitgegeven bij Parelz. Een fonkelnieuwe uitgeverij die zich specialiseert in kortverhalen. Naast de mogelijkheid om als klant zelf boeken samen te stellen biedt Parelz ook kant en klare werken aan, zoals Perspectief waarin vier kortverhalen van John Brosens gebundeld werden.
Hoewel de auteur dit jaar de kaap van de vijfenzestig jaar zal ronden, is de man nog zeer actief. Zo stond hij als voorzitter van de protestbeweging CO2isNee tot voor kort nog met succes op de barricades om de Nederlandse overheid ervan te overtuigen af te zien van de opslag van CO2 in de uitgeputte gasvelden onder zijn woonplaats. Deze thematiek vormt meteen ook de achtergrond voor Laag bij de grond, veruit het langste verhaal uit deze bundel. Voor de echte fans van de auteur zal dit verhaal bekend in de oren klinken want het was al in een kortere versie te lezen op de webstek van de auteur.
Het verhaal is een manifest tegen de CO2opslag, waarbij de ontknoping al wordt weggegeven in de proloog, waardoor in eerste instantie de nieuwsgierigheid gewekt wordt, maar de lezer al snel kan preconstrueren wat de auteur nog moet vertellen.
In Een zwarte hond in de sneeuw en Het vreemde verhaal van Govert Sparrendaal, twee van de drie andere kortverhalen toont de auteur dat hij ook eens graag buiten de lijntjes van het geloofwaardige kleurt en waagt hij zich in de voetsporen van Stephen King. Het zijn dan ook buitenbeentjes met verfrissende plots naar de maatstaven van de wereld van het spannende boek.
Het afsluitende Slag om de taille is een vingeroefening omtrent het recht in eigen handen nemen, dat net onder het niveau blijft van de andere verhalen.
Kortverhalen schrijven is een kunst op zich en John Brosens komt er niet bekaaid vanaf en levert met Perspectief vier best te pruimen stukjes af, maar pareltjes zijn het niet geworden. | 0neg
|
Ik vond dit een van de minst spannende thrillers van French. Voor mij hangt hij te veel aan allerlei toevalligheden en onwaarschijnlijkheden aan elkaar. De grootste onwaarschijnlijkheid waarop het hele boek gebaseerd is, is het feit dat de weduwe van de onverwachts overleden man bijna onmiddellijk vermoedt dat haar man een relatie had met de vrouw met wie hij dood in de auto werd aangetroffen. Niet alleen zij, ook al haar vrienden en kennissen gingen daar vanuit. Ze hadden een goed huwelijk, geen reden voor dit vergezochte argwaan. Ook alle scènes op het kantoor waar ze ging werken om achter de waarheid te komen, berusten veel te veel op puur toeval. | 0neg
|
In de jaren 50 kende iedereen haar. Grace Metalious shockeerde de wereld met haar verhaal Peyton Place. Grace groeide op in armoede en trouwde met de verkeerde man. Het enige waar ze plezier uit haalde was schrijven. En na de verhuizing wist ze waarover: de hypocrisie van haar nieuwe omgeving en het proces van een jonge vrouw die haar vader had vermoord. Alle ingrediënten voor een goede tv-soap. Maar ook voor een boek?
Het is 1937. Allison MacKenzie weet niet beter dan dat haar vader overleed toen zij een baby was. Wie haar vader daadwerkelijk is, wil haar moeder Constance niet vertellen. Het hebben van een buitenechtelijk kind is een groot taboe en als Peyton Place er lucht van krijgt…
En dan hebben we nog Allisons vriendin Selena. Wonend in de krotten van Peyton Place, met een vader die alcoholverslaafd is en een moeder die langzaam gek wordt. Selena is het beu. Ze neemt een besluit dat haar haar lang zal achtervolgen.
Dit zijn enkel twee van de vele personages in Peyton Place. In het dorpje in New England praat iedereen over elkaar. En zelfs het dorp heeft een mening. ‘‘Te groot voor een man alleen’, vond Peyton Place.’ En dat laat precies de aard van het dorpje zien. Iedereen heeft namelijk wel iets over een ander te vertellen. De mensen in Peyton Place zijn nog erger dan de journalisten van Story en Weekend bij elkaar.
Je zou verwachten dat een verhaal op die manier erg uitgediept wordt. Dat is niet het geval. De vele personages en alle roddels maken de vertelling rommelig en onduidelijk. Er is totaal geen rode draad te vinden, alle lijnen lopen dwars door elkaar heen. Allison, die langzaam opgroeit bij haar preutse moeder. Selena, die het moet redden als meisje van arme ouders. De oudere mannen die – lijkt het – alleen maar drinken, drinken en drinken. En de dokter waar iedereen van schijnt te houden.
Doordat de focus mist is het heel moeilijk om door te lezen in het boek. De hoofdstukken zijn kort en elk hoofdstuk gaat weer over een ander personage. Drama, onbegrip, angst, verdriet en nog een aantal negatieve emoties staan centraal in dit boek. Feelgood? No way!
Natuurlijk bevat ook dit boek een positief punt. Het doet enigszins Stephen King-achtig aan. De manier waarop een stadje en haar inwoners beschreven wordt, doet bij vlagen denken aan de wijze waarop King bijvoorbeeld Salem’s Lot heeft beschreven. Langzame uitleg over de bewoners. En laten zien dat ze zich steeds vreemder gaan gedragen. Iets dat een prima opbouw kan zijn.
Helaas verliest Metalious zich in de roddels. Show, don’t tell. Ik zeg het niet snel, maar dit verhaal zou dit ten goede komen. Peyton Place is een soap op papier. Wanneer je al geen fan bent van ‘The bold and the beautiful' en ‘GTST’ moet je hier gewoon niet aan beginnen. Losse eindjes. Drama. En vooral veel ellende. Peyton Place zal het waarschijnlijk vooral goed doen bij de fans (van soaps). En die kunnen hun geluk niet op, want in het najaar verschijnt er het vervolg Terug naar Peyton Place. | 0neg
|
Een jonge vrouw, in de jaren twintig, in Parijs, een leven als kunstenaar? Alsof het boek over mezelf zou gaan! De tijd, het onderwerp, (de stad) alle behoren tot mijn favoriet! Dit moét mijn (nieuwe) favoriete boek wel zijn! ..... Nou, NIET dus! Ik ben tot hoofdstuk drie gekomen, (eigenlijk tot hoofdstuk 4.. op één bladzijde na...) Maar de schrijfstijl slaat (op mij) ontzettend dood! Je zou kunnen zeggen, hoofdstuk 3? Je moet gewoon nog even in het verhaal komen! Maar nee. Dat is het niet. Het heeft namelijk niks te maken met opbouw of wat dan ook. Misschien zou je het kunnen vergelijken met een opstel... Te "oppervlakkig en te veel onnodige opvulling. Er is dan ook eenn heel hoofdstuk geweid aan een treinreis waarin NIKS gebeurd. Een hoofdstuk dat in principe gewoon in twee zinnen kon worden samengevat. Mevrouw zit in de privécoupe, mevrouw gaat naar de loungecoupe, mevrouw gaat lunchen (broodjes die ze in een keer opeet) mevrouw gaat terug naar de coupe, mevrouw gaat even uit de trein, (beneden strekken) wanneer de trein een tussenstop maakt. mevrouw loopt eerst even naar haar privé coupe omdat ze haar geld, (als ze uit de trein gaat) mee wilt nemen. Mevrouw gaat de trein uit, mevrouw loopt 2x heen en weer en gaat dan weer gauw de trein in omdat ze bang is dat ie zonder haar vertrekt .. mevrouw wacht op het avond eten... mevrouw ... OK! als je de afgelopen zinnen die met "mevrouw" beginnen saai/irritant vond om te lezen, dan is dit niet een boek voor jou! want ja! Ookal is mijn versie dan een "korte" samenvatting... Hier komt het boek ongeveer wel op neer... Echt zonde! Niet alleen omdat ik 17,50 voor dit boek betaald heb, maar ook omdat ik mezelf echt op een nieuwe favoriet had verheugd.... | 0neg
|
De Amberzaal was een uit barnsteen gehouwen zaal met wandpanelen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden de panelen gestolen door de Duitsers en ergens verstopt. Ze zijn daarna nooit teruggevonden, hoewel vele verzamelaars en fanatieke schatzoekers talrijke pogingen hebben gedaan. Na vele jaren begint de jacht opnieuw. Rachel Cutler is een rechter die via haar vader, ooit verbleef hij in een concentratiekamp, betrokken raakt bij de zoektocht naar de Amberzaal. Samen met haar ex-echtgenoot reist ze af naar Europa om de zoektocht te beginnen. Maar er zijn meer kapers op de kust waaronder enkele meedogenloze lieden die kost wat het kost fortuin willen maken.
De Amberzaal is een boek over een zoektocht. Deze keer gaat het om barnsteen. Het is een avonturenverhaal waarin een schat centraal staat. Dit levert de nodige klopjachten en krachtmetingen op tussen verschillende partijen die hun graantje willen meepikken. Vanaf het begin weet de lezer wie deugt en wie niet deugt. Dit maakt het boek enigszins voorspelbaar. Het is eigenlijk een grote reis met speurende hoofdpersonen. De plekken die voorbijkomen zijn doorgaans interessant. Dat geeft het boek wel een bepaalde charme.
Over het geheel genomen kon De Amberzaal mij maar matig boeien. Iets teveel zoektocht met iets te weinig spanning. Scènes met veel actie waarbij het behoorlijk voorspelbaar is wie als overwinnaar uit de bus komt. Het boek leent zich goed voor een spannende verfilming. Maar aan een film stel ik toch andere eisen dan aan een boek. | 0neg
|
Dit boek van Karin Kuiper heb je zo uitgelezen. Het is makkelijk leesbaar, met kleine hoofdstukjes van vaak 1,5 blz. (zoals columns). Ik verwachtte een emotioneel boek vol gevoelens, maar als ik eerlijk ben, vond ik het vooral een vervelend boek. Hier en daar zat een aandoenlijk stukje en wat humor, maar ik vond het verder niet echt fantastisch. De draad van het verhaal was moeilijk te volgen, omdat het allemaal losse, onsamenhangende stukjes waren.
Ik denk wel dat dit boek een goede steun kan zijn voor weduwnaren en weduwen, om zich in te herkennen en door gesteund te voelen. Voor andere mensen is het gewoon - helaas maar waar - een saai boek... | 0neg
|
Chantal van Gastel is geen onbekende in de schrijverswereld. In 2008 brak ze door met de chicklit Zwaar verliefd!, dat verfilmd wordt en in oktober 2018 in de bioscoop te zien zal zijn. Haar zus Priscilla kwam met een idee voor een boek en om dit als duo te gaan schrijven. In de zomer van 2015 werkte Priscilla het idee uit en in januari 2016 begonnen samen aan het boek. Een halfjaar later was het af en de thriller Zonder jou betekende hun gezamenlijke debuut.
Het huwelijk van Valerie en Oscar zit in een crisis en Oscar heeft al voorbereidingen getroffen om haar te verlaten. Ze houden nog zielsveel van elkaar, maar hun zoon Mick, die aan een persoonlijkheidsstoornis lijdt, is er de belangrijkste oorzaak van dat het slecht met hun relatie gaat. Oscar besluit om het huis te verlaten. Vanaf dat moment zal Valerie het alleen moeten redden. Hoewel Mick’s gedrag steeds extremer wordt doet ze er alles aan om haar zoon, maar ook zichzelf te beschermen. Maar zal het haar lukken om dit vol te houden, vooral als het gedrag van Mick het steeds riskanter begint te worden?
Zonder jou kent in feite twee verhaallijnen, een hoofdverhaal, dat in de ik-vorm en vanuit het gezichtspunt van Valerie verteld wordt. Daarnaast een korter verhaal, in cursief, dat wordt verteld vanuit het perspectief van Mick. Er is ook nog een aantal hoofdstukken dat door enkele andere personages wordt verteld, maar dat is minimaal en kan gezien worden als extra informatie op het geheel. Doordat de zussen Van Gastel voor deze opzet gekozen hebben, kun je als het ware in het hoofd van Mick kijken en beleef je het verhaal mee zoals Valerie het ziet.
Aanvankelijk ga je er vanuit dat Mick een etterbakkie is, maar als snel wordt duidelijk dat hij een gedragsstoornis heeft, dat er iets niet klopt in zijn hoofd. Over het algemeen zijn kinderen met een dergelijk probleem thuis niet te handhaven. Daarom is het des te merkwaardiger en eigenlijk ook ongeloofwaardig dat Mick gewoon thuis is, naar een reguliere school gaat en behandeld wordt als een kind zonder problemen. Verder is, op een incidenteel bezoek aan psychiaters na, iedere vorm van hulpverlening uitgebleven. De lezer kan daardoor de indruk krijgen dat de auteurs zich niet in deze problematiek hebben verdiept. Omdat ze dit wel gedaan blijken te hebben, wordt het niet goed overgebracht. Wat overigens wel goed overkomt, is de wanhoop die bij beide ouders heerst.
Het gekozen thema van Zonder jou is origineel, maar het verhaal heeft, op een paar pagina’s na, geen enkele spanning. Daarnaast kent het een aantal voorspelbare situaties en lijkt de ontknoping, ondanks dat daar de enige, maar wel kleine, verrassing van het boek in voorkomt, enigszins gezocht en bedacht te zijn om een eind aan het verhaal te maken. Ondanks de aangename schrijfstijl begint het verhaal na verloop van tijd vervelend te worden. Er is weinig variatie, want alles, maar dan ook echt alles draait om Mick en zijn gedrag. Hoewel dit gezamenlijke debuut thriller heet te zijn, mag het die benaming eigenlijk niet hebben. | 0neg
|
Niemand die je hoort is een aardig boek. Alle ingrediënten voor een goed verhaal zijn aanwezig, maar het lijkt wel of Mosby niet in staat is er een goed verhaal van te maken. De plot komt dan ook rommelig over en naarmate je het einde nadert wordt het verhaal steeds ongeloofwaardiger. Zoals altijd is de ontknoping dan wel weer aardig, maar kan het boek niet redden.
Kortom, een aardig boek, maar zeker geen hoogvlieger. | 0neg
|
Dit boek kon me niet zo bekoren. Had me er iets meer van voorgesteld.
Het begint met een mooie proloog die zich afspeelt in Londen, 1962. Daarna verspringt het verhaal naar New York, 2002. Joel en Audrey uit de proloog hebben zich ontwikkeld tot een links en vrijdenkend echtpaar. Zij hebben hun dochters en aangenomen zoon opgevoed met socialistische ideeën en met een afkeer van hun (joodse) religie.
Na de beroerte die Joel treft, zien we hoe het gezin hiermee omgaat. Ze worden neergezet als onsympathieke, zeer rechtlijnig denkende, ongelukkige personages. Een dochter heeft een eetprobleem en een echtgenoot die haar koeioneert, de ander twijfelt over een overgang naar het joodse orthodoxe geloof, de zoon is aan de drugs, Audrey is voortdurend grof en wreed tav haar dochters en dan is er ook nog het overspel van Joel..
Ze discussiëren over politiek, geld, drugs, religie, de zieke Joel en komen niet echt nader tot elkaar. | 0neg
|
Het boekje bestaat uit 7 verhalen die geen onderlinge samenhang hebben. Hoewel je hier en daar wel een kijkje in het leven in een ander land krijgt, heeft het allemaal weinig om het lijf, de inboorlingen leer je nooit echt kennen en de verteller evenmin. Dat laatste heeft waarschijnlijk te maken met een zekere mate van afstandelijkheid, waarin de verteller, zelf acterend in het verhaal, nooit een mening heeft en emoties niet benoemt, hoewel een en ander toch emotionele impact zou moeten hebben, welke dan ook.
Neem bijvoorbeeld het verhaal van Tokio, waarin de hoofdpersoon animeermeisje is (soort escortdame). Het lijkt mij dat dat iets met je moet doen, als westerse vrouw waarin dit beroep toch meer in de taboehoek zit. Of misschien anders: de verteller had het net zo goed als Tokiose kunnen vertellen, omdat de clou van het verhaal niet ligt in haar "reiziger zijn".
Oh het titelverhaal, waarin terloops wordt gemeld wat de mannelijke dorpelingen doen terwijl de hippies aan het werk zijn, dat dat zonder verder commentaar wordt gepasseerd, om vervolgens een nogal pointless en lang einde aan het verhaal te maken.
Of het aan de lengte van de verhalen ligt, of aan de schrijfster, durf ik niet te zeggen, maar ik vind het jammer dat de reisverhalen niet meer couleur locale ademen. | 0neg
|
De achterkant van het boek maakte dat ik erg nieuwsgierig was naar het verhaal. Helaas vond ik de achterkant veelbelovender dan het daadwerkelijke verhaal.
Het boek draait om de Lovebus. Deze word gerund door JJ. Ook ontmoeten we Cathelijn, een eenzaam maar ook vreemd meisje. En zo zijn er nog verschillende, de 1 wat aparter dan andere, types die je leert kennen in het boek.
Er gebeurd veel in het boek, maar niks is me echt bij gebleven. Je leest vanuit verschillende perspectieven en maakt daarin ook wat tijdsprongen mee.
Dit verhaal vind ik passender in een verhalenbundel. Niet slecht maar in mijn ogen ook niet een boek wat het waard is om te kopen. Sommige dingen zijn in mijn ogen niet goed uitgewerkt, in ieder geval niet voldoende waardoor ik nog met verschillende vragen zit. Het eind is een afgeraffeld geheel waardoor er nog meer vragen bij zijn gekomen.
Wel zijn er leuke typische Groningse dingen, wat voor een aantal lezers leuk zou wezen. Denk hierbij onder ander aan dialect. Het nadeel is wel weer dat dezelfde zin er daarna achterstaat in ABN, dus je leest regelmatig dubbele zinnen. Ik spreek zelf geen dialect maar begreep wel wat er stond, die zinnen erachter waren dus voor mij overbodig. | 0neg
|
Ik kan Lee Child toch wel aanmerken als één van mijn favoriete auteurs, maar dit 22e deel met Jack Reacher vond ik erg mager. Teleurstellend.
Reachter ziet in een pandjeshuis een kleine damesring van de militaire academie Westpoint en kan zich niet voorstellen dat iemand daar vrijwillig afstand van doet. Hij gaat op zoek naar de eigenaresse om het verhaal hiervan te achterhalen. Het verhaal begint op zich nog wel sterk. Op geheel eigen wijze worden meer dan een handvol bikers in elkaar gerost om de eerste stappen van zijn onderzoek te beginnen. Daarna zakt het echter al heel snel in. Het wordt heel langdradig door ellenlange beschrijvingen en herhalingen. Hoe vaak kun je vertellen dat Reacher wel heel erg groot is en eruit ziet als de Hulk of Bigfoot? En heb je echt meer dan een halve pagina nodig om een stuk snelweg te beschrijven van waaruit je alle kanten op kunt? Dat haalt de vaart eruit en voegt niets toe.
Het plot is heel dun en als je alle overbodige beschrijvingen eruit had gehaald, dan was het een flinterdun boek geworden. Dat het verhaal abrupt eindigde, verbaasde me niet eens. En heel eerlijk vond ik dat niet eens zo erg...
Mager en teleurstellend. Hopelijk is de volgende weer beter! | 0neg
|
Vol verwachting begon ik aan deze "thrillersensatie". Het begin is inderdaad veelbelovend: spannend en qua schrijfstijl leest het lekker vlot.
Maar het verhaal wordt gaandeweg steeds saaier en trager en er wordt taalkundig nog wel eens onnodig moeilijk gedaan.
In het verhaal komen nogal wat personages voor waardoor je de draad soms een beetje kwijtraakt wie nu ook alweer bij de "goede" en wie bij de "slechte" hoort. Wellicht komt dit ook doordat de personages nogal oppervlakkig zijn beschreven.
Het thema van het boek misbruik/pedofilie is een gewaagde keuze en zeker eens wat anders dan de ene volwassene die de ander zomaar vermoord.
Er mag zeker meer aandacht aan dit onderwerp besteed worden maar dan liever niet op deze ongeloofwaardige manier dat een paar moorden per direct een nieuwe politieke aanpak kunnen veroorzaken.
Ongeloofwaardig is ook de aanpak van de politie om de dader te ontmaskeren, er wordt een nogal ingewikkeld en onwettig plan bedacht om de dader in de val te laten lopen. En dat verloopt dan ineens heel soepel en precies zoals van te voren ingeschat. En dan is het verhaal ineens klaar.
Een beetje zoals mijn oma vroeger zei: ""Toen kwam er een olifant met een lange snuit, en die blies het verhaaltje uit ..." | 0neg
|
Ik dacht dit lijkt me een geweldig boek om te lezen. Verwachte een mooi en spannend verhaal. Edith blijkt ineens verdwenen en niemand kan haar vinden. Je verwacht dat het verhaal in uren verdeeld zou zijn en met veel spanning. Uiteindelijk werden vooral de agenten enorm beschreven met al hun belevenissen. Het verhaal werd langdradig en ik moest me door het boek heen worstelen.
Van een trhiller verwacht ik veel spaning dat ontbrak enorm in dit boek. Wel vond ik het einde verrassend. De afloop was toch anders dan verwacht dat is dan wel weer een pluspunt.
Het beschrijven van de personages en het feit dat dit elk hoofdstuk weer terugkomt vond ik niet heel fijn lezen. Manon en Davy de agenten die samenwerken om Edith te vinden die ken je aan het einde van het verhaal wel.
De lijn van het verhaal draait ook meer om Manon dan om Edith en wat er nu met haar gebeurt is. Je leest af en toe wat over de ouders van Edith en wat er met hun gebeurt nu hun dochter vermist is maar het merendeel gaat over Manon. | 0neg
|
Het is oktober 2016, 100 jaar geleden draaide de eerste film in Cinnecita in Tilburg. Reden genoeg om een boekje uit te geven. Anton Dautzenberge en Diederik Stapel hebben een jaar lang beschouwingen geschreven over de film, de cinema, geschiedenis, meningen en interpretaties, wat resulteerde in Van licht en donker.
Onderwerpen die voorbij komen zijn o.a Muzes, spanning, animatie, Duitse films, nasynchronisatie, buddy’s, blockbusters, diversiteit, filmhuis, politiek. Kortom de heren hebben in een jaar wel alle aspecten van de film besproken.
In een bundel is het altijd afwachten wat er komt. Niet alles kan even leuk zijn, maar helaas blijken de verhalen grotendeels redelijk saaie opsommingen en omschrijvingen van films en scenes te zijn, veelal zonder humor. Jammer, een iets smeuïger schrijfstijl had het boek een stuk toegankelijker gemaakt.
Een onderhoudend boek, zeker voor een lezer met een grote kennis van films, zowel nieuw als oud. De schrijvers weten interessante feiten neer te pennen, maar de wijze waarop had wat losser mogen zijn. Het feit dat een van de schrijvers een wetenschapper is verklaard wat dat betreft een hoop.
Het lezen levert zeker een paar filmtips op, maar geeft vaker een hoop informatie die niet zal blijven hangen. | 0neg
|
Een min of meer autobiografische novelle over een, het zal jullie niet verbazen,Iraanse handelaar in afgekeurde koffie, maar eigenlijk wil hij graag schrijver worden. Deze Refiq Foad woont na zijn vlucht uit Iran inmiddels op de Lauriergracht in Amsterdam (!). Hij heeft onder meer door het lezen van Nederlandse literatuur de taal bestudeerd en besluit in deze voor hem nieuwe taal te gaan schrijven. Er zijn beslist aardige passages (de keuze voor Nederland omdat dat het goedkoopst was, het wonen in de polder) maar dat neemt niet weg dat het geheel wat onsamenhangend is.
Wat nu eigenlijk de functie is van de, niet altijd correct geciteerde, (zoals Abdolah zelf achterin zijn boekje aangeeft) teksten en gedichten van oa. Achterberg, Gorter,Bloem), wordt mij niet altijd duidelijk.
Een van de citaten (Couperus)'waar dwaal ik heen' mag Abdolah wel op zichzelf betrekken. | 0neg
|
Roos Vonk beschrijft aan aantal situaties die zich op de werkvloer afspelen. Aardig om deze korte situaties te lezen en zo de managementkennis op te frissen. | 0neg
|
Het boek gelezen, maar ik vind het een waardeloos en slap verhaal.
Het einde is zOOOO voorspelbaar.
Geen aanrader. Ik vind het een bouquet-reeks boekje, | 0neg
|
Mooie verhaallijn, de dapperheid van de personages inspireren mij. Maar er zitten wel veel lastige woorden in die te maken hebben met de luchtvaartmaatschappij, iets wat voor mij totaal onbekend is, waardoor t verhaal voor mij een af en toe onoverzichtelijk werd. | 0neg
|
Inferno blijkt uiteindelijk vooral een Brown maniertje geworden. Jammer en ook teleurstellend. Met het Bernini verhaal leverde Dan Brown m.i. zijn beste boek af. De Da Vinci Code was een hit. Maar vooral verrassend voor degenen die het toen al wat uitgekauwde Magdalena verhaaltje niet kenden. En nu Inferno... het biedt gewoon niet genoeg. De stijl zit ergens tussen houterig en irritant. Degenen die in Florence en Istanboel waren herkennen de steden en bezienswaardigheden. Maar worden de steden echt "spannend" gebruikt? Amper, want het blijft reisgids niveau. En dan een eindspel dat op z'n best twijfelachtig is. Echt lezersgenot is er wat mij betreft bij de nieuwe Brown amper bij. Is het een verschrikkelijk slecht boek? Nee hoor, je leest het wel uit. Maar van iemand die zo veel belangstelling krijgt verwacht en wil je meer. Noblesse oblige... maar nee. Daarmee is ongeveer alles gezegd. Ik vraag me af of we nog iets kunnen verwachten van Brown dat zijn faam echt waar maakt. En eerlijk gezegd... ik ben er bang voor dat het vergeefs wachten wordt. | 0neg
|
Was zo blij dat het boek uitkwam,eindelijk weer een goed boek van Jane Casey was mijn gedachten,maar na van de week het boek uitgelezen te hebben kan ik zeggen ,wat een miskleun gevoel het einde vind ik afgeraffelt en zeker om 464 blz nodig te hebben voor dit einde,nee Jane dit keer valt het boek tegen,net wat Roos al zei, je verwacht veel maar is zeker de naam literaire niet waardig,volgende keer beter.. | 0neg
|
Na de dood van zijn aan een slopende ziekte overleden vrouw , gaat commissaris |Mancini gebukt onder een schuldgevoel. Hij heeft deze laatste weken nauwelijks enige steun kunnen bieden aan zijn vrouw omdat al zijn tijd werd opgeslokt door een heftige zaak (zie, Schaduw uit 2017). Tijd om zijn eigen gevoel een plaats te geven is er echter niet want opnieuw wordt Rome opgeschrikt door een seriemoordenaar en hij moet het onderzoek leiden. Ditmaal is het een moordenaar met een bijzondere obsessie: de slachtoffers worden na hun dood zodanig gemodelleerd dat ze op standbeelden van mythologische monsters lijken. Door de media wordt hem de naam ‘de beeldhouwer’ toegekend. ‘De beeldhouwer’ verplaatst zich door heel Rome en maakt meerdere slachtoffers. In het begin lijkt alle logica zoek en raken Mancini en zijn team steeds verder gefrustreerd. Maar dan wordt een lid van het team aangevallen, hij raakt levensgevaarlijk verwond en weer voelt Mancini zich schuldig, hij had de aanval wellicht kunnen voorkomen. Ondanks dezenieuwe persoonlijke mokerslag vind hij de kracht om samen met zijn team gestaag door te zoeken en sluit het netwerk zich rond de dader.
De mythe van de dood (La forma del buio) is het tweede werk van Italiaan Mirko Zilahy (1974, Rome, Ita). Zilahy is docent Engelse taal en literatuur aan de Universiteit van Perugia, en vertaler van Literatuur naar het Italiaans.
Hoewel je duidelijk kan lezen dat er veel onderzoek heeft gedaan voor zijn boek en zijn kennis van de mythologie iindrukwekkend leidt dit niet tot een prettig leesbaar boek. Het is chaos troef, onsamenhangend en ondanks de indeling in 5 delen ben je de draad snel kwijt. killing is ook het gebrek aanspanning, de weergave van gruwelijke details maken het niet per definitie spannend. De brij aan woorden hebben soms literaire pretenties leiden soms tot mooie zinnen maar ook regelmatig tot weinig toevoegende passages waar je de draad gemakkelijk kwijt raakt.. Voeg daar bij de vele opsommingen van plaatsen en scenery en de chaos is compleet. Plot is best okee maar verdwaald in de schrijfwijze . Ook zijn tweede boek weet mij niet te beklijven. | 0neg
|
Tristan is ex-student (ook maar net) als hij een enorme erfenis krijgt aangeboden, maar daar moet hij wel wat voor doen, hij schijnt ontsproten zijn uit een samenzijn van 2 mensen die elkaar vlak voor WO I hebben ontmoet, en iets te dicht bij elkaar hebben gestaan zeg maar.
De mannelijke helft is een vermogend man, die zijn testament op heeft gemaakt voor de vrouw die hij zwanger heeft gemaakt, de uiteindelijke oma van Tristan.
Hij moet van de notarissen op zoek gaan naar een bewijs dat hij de terechte erfgenaam is en zo begint een boeiende tocht door Europa, waar langzaam maar zeker wat puzzelstukjes op de plaats vallen, dat is 1 gedeelte van het boek, het andere gedeelte speelt zich af in het verleden en gaat over het leven van Ashley en Imogen, de 2 mensen eerder genoemd, tijdens de oorlogsperiode.
Uiteindelijk eindigt het boek, waar het verhaal hier en daar nogal een frons opleverde, in een koude douche.
Het is een goed geschreven boek, maar de logica ontbreekt wel op veel plekken, het grootste manco van het boek is toch wel het einde, de schrijver heeft er bewust voor gekozen de lezer er zelf een eind aan te laten breien, maar dat had hij beter niet kunnen doen, het haalt het redelijke niveau onderuit naar een bedenkelijk niveau. | 0neg
|
Mijn verwachtingen waren hooggespannen na alle mooie recensies over dit boek. Wederom geleerd dat verwachtingen hebben van een boek niet altijd even prettig is. Ik ben teleurgesteld. Ik vind het boek ontzettend langzaam, traag. Ik leg niet snel een boek weg om het niet meer verder te lezen, dat heb ik nu wel gedaan. Wie weet, ooit, dat ik hem misschien toch nog eens uit ga lezen, maar voor nu: NEE! Misschien dat ik deze keer de film mooier vind dan het boek. | 0neg
|
Cross Her Heart is de tweede thriller van Sarah Pinborough (1972). Haar vorige thriller, Behind Her Eyes, had een bovennatuurlijk tintje dat in dit boek ontbreekt. Pinborough schrijft ook boeken voor de YA doelgroep.
Lisa: De moeder die ten koste van alles haar dochter wil beschermen – vooral tegen haar eigen verleden.
Ava: De 16-jarige dochter die met rust gelaten wil worden door haar moeder – zodat ze achter haar moeders rug om contact kan leggen met mensen die ze online heeft ontmoet.
Marilyn: De collega en beste vriendin die haar eigen geheim heeft.
Alle drie hebben ze iets te verbergen, maar wie brengt met haar geheim zichzelf en de anderen in gevaar?
Alle ingrediënten voor een smeuïg en spannend verhaal zijn aanwezig, maar wat de lezer uiteindelijk op zijn bord krijgt is tamelijk teleurstellend. Dat begint al bij de vlakke personages. Pinborough heeft heel veel woorden nodig om ze vaag te schetsen. De relaties tussen de karakters lijden hier onder. De eerste helft van het boek munt vooral uit in clichés. Een moeder die in een staat van constante angst verkeert, voor haar dochter leeft en daardoor geen eigen identiteit heeft? Check. Een beste vriendin die joviaal is op het irritante af, maar zelf ook een duister geheim met zich meedraagt? Check. Een dochter die zichzelf aan de zorgen van moeder probeert te ontworstelen door een vreemde die ze alleen via internet kent te vertrouwen? Check. En gaap.
Geen van de drie verhaallijnen slaagt erin de aandacht van de lezer vast te houden. De situaties zijn behoorlijk standaard en de gehoopte twist, om ze het niveau van clichés te laten ontstijgen, blijft uit. Het enige dat overtuigt is het verleden van Lisa. Het is het zoveelste cliché, maar deze keer wél sterk neergezet. Ook als er eindelijk een paar verwachtingen op zijn kop worden gezet weigert het verhaal boeiend te worden. Aan het concept ligt het niet, want er is genoeg potentieel. Pinborough maakt er alleen geen gebruik van. Het lijkt alsof het haar ontbreekt aan de moed om de belangrijkste personages echt onsympathiek te maken. Hierdoor kabbelt het verhaal maar wat voort. De middelmatigheid straalt ervan af en de schokkend bedoelde ontknoping is voor de ervaren thrillerlezer juist uiterst voorspelbaar.
Er zit werkelijks niets vernieuwends in Cross Her Heart. Dat zou niet erg zijn als er met de vertrouwde ingrediënten (zeg opnieuw maar gerust clichés) iets lekkers gebrouwen wordt, maar Pinborough dient een slappe, smakeloze brei op. De personages zijn flauwtjes, de twists onbevredigend en niet verrassend genoeg en daar komt bij dat verschillende onderdelen van de ontknoping ontzettend ongeloofwaardig zijn. Na het lezen overheerst vooral een gevoel van irritatie omdat dit ongeïnspireerde boek de leestijd van een beter boek heeft ingenomen. | 0neg
|
Gebroken Monsters wordt uitgegeven in het genre thriller / spanning maar is in de Hebban fantasy leesclub beoordeeld. Het boek is geschreven vanuit meerdere perspectieven die voor het overgrote deel van het boek niet direct iets met elkaar te maken lijken te hebben. Dit maakt het warrig en zorgde voor moeite om in het verhaal te komen. Het plot is lastig te volgen en het duurt lang voordat de verhaallijnen elkaar kruisen en het daarna vrij vlot tot een climax komt. Beukes weet haar personages goed neer te zetten en vooral Layla en Gabrielle zijn boeiend en in hun verhaallijnen weet ze ook de nodige humor te verwerken. Wat Beukes ook treffend heeft gedaan is de donkere stad Detroit neer te zetten, met zijn kunstenaarsscene vervallen plekken. Het fantasy gedeelte blijft zeer beperkt tot de laatste paar hoofdstukken en door de warrige verhaallijn wordt ook de spanning pas in deze laatste hoofdstukken hoger. Helaas geen hoogvlieger ook al heeft Beukes wel laten zien dat ze kan schrijven. | 0neg
|
De nieuweling is het eerste boek in de Summoner serie van de Britse schrijver Taran Matharu. Oorspronkelijk schreef hij het op Wattpad en na een leespubliek van miljoenen te hebben bereikt is het boek nu ook in het Nederlands verschenen bij Best of YA.
In de nieuweling volgen we het verhaal van de smidsleerling Fletcher, een wees uit het kleine dorpje Pelt. Door een samenloop van omstandigheden slaagt hij erin om een magisch boek, dat ooit eigendom is geweest van een Orksjamaan, in handen te krijgen en hij roept zijn allereerste demon Ignatius op uit de Ether. De twee kunnen het vrijwel direct met elkaar vinden en reizen af naar de Vocans Academie, waar nog veel meer jonge summoners in de leer gaan.
Stel je voor dat in Middle Earth Eragon op Zweinstein terecht komt en Pokemon kan oproepen uit de Digiworld? Zo’n ervaring heb ik met dit boek gehad. En hoewel het heel gaaf in de oren klinkt als je groot fan bent van al die elementen kan ik er niet omheen dat het weinig ten goede komt aan de originaliteit van het boek. Ik als lezer kreeg continu het idee dat ik de verhaallijnen ergens van kende en dat vind ik persoonlijk erg zonde.
Als personage vond ik Fletcher lichtelijk oppervlakkig en lijken de gebeurtenissen gedurende het verhaal hem meer te overkomen dan dat hij zelf keuzes maakt. Ook de diversiteit wat betreft de hoofdrolspelers is naar mijn mening niet erg sterk aanwezig.
De schrijfstijl van het boek is wel prettig. Het is high fantasy in een YA jasje en als je even wegdenkt dat in ieder hoofdstuk er weer een nieuwe term of naam bijkomt, leest het lekker weg.
Al met al denk ik dat Summoner 1 - De nieuweling beter in de smaak zal vallen bij jonge fantasylezers die nog niet zoveel in aanraking zijn gekomen met klassiekers als Lord of the Rings. Inmiddels ligt het tweede deel (De edele) ook al in de winkel en verschijnt deel drie (De strijdmagiër) in april van dit jaar.
Een uitgebreidere (spoilervrije) review van De nieuweling is nu terug te vinden op mijn YouTubekanaal Whatthevalk:
https://www.youtube.com/watch?v=wtGaDcUgOQg | 0neg
|
Ik heb het boek uitgelezen, want wilde eigenlijk toch wel weten hoe het nu in elkaar zat, maar vond het een beetje een rommelig verhaal. Sommige stukken waren en bleven vaag. Ook het einde is rommelig. Al met al een rommelig verhaal.
Ik vond dit boek het minst van de 4 van Jet van Vuuren | 0neg
|
Ik geraakte in het boek op geen enkele mogelijkheid vooruit. Dit wil niet zeggen dat het boek slecht was, ik vond het onderwerp alleen niets voor mij. Ik had het boek zien liggen op het boekenfestijn en ik dacht; hé leuk! Ik had ook meteen het 2de gekocht want het was voor beide boeken samen maar enkele euro's.
Om eerlijk toe te geven, ik heb het boek niet helemaal uit gelezen, ik kon het niet. Misschien was ik ook gewoon niet in de stemming om het te lezen en moet ik het nog eens opnieuw proberen. Maar op dit moment laat ik delirium amoris en het 2de boek; Pandemonium even met rust. | 0neg
|
Teleurstellend. Soms tref je een boek waarbij het lijkt dat het vooral bejubeld wordt om de verkoopcijfers. Dit boek is er zo eentje. De ongeloofwaardige en eenzijdige verheerlijking van de hoofdpersoon heeft mij doen afhaken. Boek zonder diepgang en niet geslaagde pogingen om er iets mysterieus van te maken. Het is vooral irritant. | 0neg
|
De Volkskrant kopte in april: ‘Ik kan geen fascinerender personage bedenken dan Connie Palmen’. Een quote van Eva Posthuma de Boer, die in haar vierde roman Ica Connie Palmen tot personage maakte. Maakte, want Connie Palmen is geen personage en kan dus ook niet een fascinerend personage zijn, zij is een mens van vlees en bloed. Een fascinerend mens, dat zeker.
Maar goed, mijn inleiding zet al de toon, want ik begrijp dus niet waarom de roman per se de schrijfster als personage moest kiezen. Waarom mensen fictionaliseren? Natuurlijk, Connie Palmen is uniek in haar soort. Zij kent geen gelijke in de Nederlandse literatuur, dankzij haar filosofisch-literaire benadering en haar altijd verrassende onderwerpkeuze. Welke Nederlandse schrijver zou zich wagen aan een roman over Sylvia Plath en Ted Hughes? Palmen dus, met Jij zegt het. Maar ach, waarom vind ik het idee van een boek over Palmen vreemd, als Palmen zelf ook echte mensen tot personages maakt?
Ica is het lezen waard. Het verhaal biedt een interessante inkijk in het hoofd van Nadine Sprenger, een wat verlegen, weifelende vrouw, ook schrijver, die besluit een roman over haar grote voorbeeld Ica te schrijven. Een roman over een roman in wording dus, een schrijver die over een schrijfster vertelt die fan is van een andere schrijfster. Maar dat is geen probleem voor de lezer, hier ga je wel in mee. Het wordt echt boeiend en spannend wanneer Nadine de kans krijgt om met Ica op reis te gaan – ook al heeft ze Ica nog helemaal niet verteld dat ze een roman over haar schrijft. Nadine blijkt nog wat labieler dan we dachten; want ze denkt niet meer aan haar kinderen, aan haar gezin, drinkt en drinkt nog meer en doet er alles aan om het vakantiehuis (familiebezit) toch maar niet te verkopen.
Het verhaal doet in bepaalde opzichten denken aan De wegen der verbeelding van Hella Haasse, ik citeer even de achterflap van dat boek: ‘Een tijdschriftredacteur reist met zijn gezin naar Zuid-Frank, om daar een thriller te gaan schrijven. Onderweg krijgt hij autopech. Voor hij het weet zijn ze zelf in een thriller beland.’ Ook een spannend verhaal over een persoon in crisis in een villa in Frankrijk, maar dan zonder verwijzing naar bestaande personages. In Ica moeten vele verwijzingen naar het werk van Palmen en haar ideeën het boek ‘body’ geven, maar voor mij was dat allemaal niet nodig geweest.
De plot is boeiend genoeg zonder bestaande beroemde schrijfster, dus de vraag blijft waarom Ica niet alleen over Ica ging, maar echt over Connie Palmen. Zoals het motto ook al zegt: ‘Tussen de waarheid en schrijven botert het niet.’ Ik wil niet geloven dat het een verkooptruc is – ‘ware’ verhalen verkopen beter, met Palmen als thema heb je sneller kranteninterviews – dus ik houd het maar op een experiment van de schrijfster. Volgende keer hoop ik dan op honderd procent fictie, dat past haar misschien toch beter.
(Deze recensie verscheen eerder op mijn website.) | 0neg
|
Begin er niet aan. Zonde van je tijd. Kennelijk moest Rankin een dun boekje schrijven voor De week van het Spannende Boek? Erg teleurstellend. | 0neg
|
Hoge verwachtingen had ik van dit boek. Een boekhandelaar die boeken als medicijn verkoopt. Klonk veelbelovend en ook min of meer herkenbaar, want ik probeer als lezer toch wel wat op te steken van de boeken die ik lees. Waarbij ik me wel afvraag wat de gemiddelde chicklit me nou echt leert, behalve dan dat mr. Right in het echte leven nooit al na 3 minuten ten tonele verschijnt. Je denkt nu misschien, waarom deze gedachtekronkel hier vermelden? En dat is nou precies wat me stoort aan dit boek. Je volgt het verhaal vanuit de boekhandelaar, maar tussendoor komen zijn gedachtes telkens tussen het verhaal doorgefietst. Ik ben dan keer op keer de kluts kwijt. Waar waren we in het verhaal en wat vindt de boekhandelaar ook alweer van gebeurtenis x. Na ¼ deel van het boek gelezen te hebben, vind ik het wel genoeg geweest. Ik geef het op. | 0neg
|
Ik vind het een erg verwarrend boek.
kan moeilijk begrijpen waar het over gaat en springt voor mij erg van de hak op de tak.
kan ook het niet echt aanbevelen voor anderen.
toch zal ik proberen het te recenseren.
het verhaal gaat over Billie & Seb, dit zij vrienden, alleen ligt Billie in het ziekenhuis en speelt Seb steeds met een geweer.
samen met zijn vrienden speelt hij op een afgelegen boerderij n soort van oorlogje.
ook schiet hij n nieuwe jongen in zijn gezicht vanuit zijn slaapkamerrraam.
de vader van Seb is de zoon van Urbain waar de leegstaande boerdrij van is.
de oom van Seb is de zoon van de vriend van Urbain.
deze hebben in de oorlog piloten gered, die ze later alsnog hebben opgepakt.
Urbain heeft zich aan het eind van de oorlog door zn hoofd geschoten. | 0neg
|
Van vlees en bloed is een van de Kathy Reichs boeken met allemaal Temperance Brennan in de hoofdrol. De tv-serie Bones is geinspireerd op haar boeken, maar ik vind de boeken toch echt anders. Seeley Booth komt bijvoorbeeld niet voor de boeken, ook is Tempe in het boek ouder en moeder van een dochter. In Van Vlees en Bloed wordt er een lijk gevonden op de afvalstort van het NASCAR circuit in Charlotte. Het lijk bevindt zich in een ijzeren vat en is door asfalt omsloten. Direct worden er allerlei associaties opgeroepen met vermiste personen uit het verleden. Het blijkt dat er jaren geleden een meisje en man zijn verdwenen en nooit zijn gevonden. Onder andere de FBI was betrokken bij het onderzoek , maar alles is onduidelijk.
Ik ben best fan van de boeken van Kathy Reichs. Ik vind de boeken ook echt beter of anders als de tv-serie, maar dit boek vond ik niet om door te komen. Veel te veel onnodige details die niets toevoegden aan het verhaal. Het interesseer mij bijvoorbeeld niet wat de afmetingen van een NSACAR circuit moeten zijn...Ik had moeite om mijn aandacht bij het verhaal te houden en heb de laatste 80 bladzijdes zo ongeveer gescand gelezen, ik was alleen nog geïnteresseerd in de dader en niet in de rest van het verhaal. | 0neg
|
Hemelse Dood lijkt een rare titel voor een thriller. Toch wil het boek spanning aanbieden: dood wordt gezaaid vanuit de hemel, vanuit de lucht… door een moordende valk, speciaal ontworpen voor zijn doel.
Ronald Verheyen was oorspronkelijk een leraar in het hoger onderwijs. Hij ontdekte zijn interesse voor het schrijven van boeken toen Engeland de wereldbeker voetbal won. Hierdoor raakte hij gepassioneerd door alles wat Brits was en ook door mysterieuze verhalen en thrilers. In zijn beginjaren schreef hij vooral jeugdboeken. Hemelse Dood was zijn eerste thriller voor volwassenen. Het boek past deels in zijn werk omdat het een spannend verhaal is met als doel de lezer angst aan te jagen. Ronald Verheyen heeft met dit boek tot op de dag van vandaag nog geen prijzen gewonnen.
Het boek gaat over een journalist, Frank Davids, die stikjaloers is op de vriend van Hanne Bergmans, een collega-reporter op wie hij een oogje heeft. Hij ontdekt dat hij het opperste genot enkel kan bereiken als hij roofvogels een prooi ziet doden. Hierop werkt hij een duivels plan uit: als valkenier richt hij zijn valk af om te moorden. Hij laat zijn roofvogel de vriend van Hanne doden en vervolgens ontvoert hij Hanne…
In het begin van het verhaal worden de personages met hun bijhorende functies verduidelijkt. Geleidelijkaan worden de karakters verder uitgediept en krijgt het verhaal meer diepgang. Naarmate het boek vordert, wordt de spanning opgevoerd en komt de lezer dichter bij de climax.
Het verhaal is geschreven in het auctoriaal vertelperspectief (alwetende verteller). Je weet niet alleen wat het hoofdpersonage ziet/voelt/hoort, maar je komt dit ook te weten over de verschillende personages. Het boek heeft een vlotte stijl, maar voor volwassenen vind ik het taalgebruik te eenvoudig. Hemelse Dood is ook te langdradig.
De vertelde tijd en verteltijd lopen in dit boek redelijk samen. Het boek telt 152 pagina’s en het verhaal speelt zich af gedurende een tweetal weken. Hemelse Dood is een fictief boek. Roofvogels kunnen niet afgericht worden om mensen daadwerkelijk te vermoorden. Als ze mensen toch zouden aanvallen, is het voor zelfverdediging of het beschermen van hun soortgenoten.
De thriller belicht het thema “genetische manipulatie”. In Hemelse Dood gaat het om een roofvogel die speciaal ontworpen en getraind is om mensen te doden op commando. De auteur wil daarom met zijn boek de aandacht vestigen op het gevaar van genetische manipulatie; als mensen genetisch gemanipuleerd worden om te doden en vernieling te zaaien, zal de maatschappij met een enorm probleem geconfronteerd worden.
Zoals ik al aangehaald heb, vind ik dat het taalgebruik te eenvoudig is. De manier van vertellen is soms zelfs irritant door de opsommingen of te gedetailleerde beschrijvingen die overbodig zijn. Daarom vind ik het boek te langdradig. Ronald Verheyen heeft het boek geschreven voor volwassenen. Het verhaal komt echter zeurderig over, waardoor de lezer naar het einde toe wil afhaken. Ik vind het boek niet thrillerwaardig omdat je enkel vanaf de laatste twintig pagina’s de spanning voelt opkomen.
Met Hemelse Dood wil Ronald Verheyen de lezer niet alleen laten huiveren. Hij wil ook dat volwassenen zich even bezinnen. Is genetische manipulatie een hemels vooruitzicht of is het een enge gedachte die een akellige dood voorspelt? | 0neg
|
Jammer, maar dit boek viel mij tegen. De schrijfwijze vond ik niet
prettig en ook de super kleine lettertjes las niet prettig.
Bovendien ging het mij teveel over de boxlessen van Sara, want ik
niet heel erg interessant vond. Helaas kon het boek mij niet
boeien. | 0neg
|
Naar aanleiding van het lezen van de omschrijving van het boek wilde ik dit heel erg graag lezen.
Het eerste wat mij opviel en ik zeer goed vind aan het boek is dat de schrijfster (Randi) heel erg dicht bij zichzelf is gebleven tijdens het schrijven. Ze heeft zelf er echt werk van gemaakt en met experts gesproken op elk vlak dat wordt aangehaald in “Pick three”. Alle harde cijfers en feiten worden daarbij ook nog eens onderbouwd met onderzoeken, ze geeft hier ook alle referenties van.
Zelf vond ik het boek lastig om in te komen omdat je meteen wordt bedolven onder feiten en harde getallen. De opbouw had voor mij iets meer geleidelijk mogen gaan zodat je hoofd niet tolt van alle feiten. Ik vond het wel goed dat per grote groep (werk, familie, vrienden, slapen en gezondheid) er meerdere mensen zijn gesproken om de subcategorieën te laten zien, want iedereen is anders.
Wat ik echter wel heel jammer vond is dat Randi heel vaak weer terug keek naar hoe zij het deed terwijl het over een ander persoon gaat. Daarbij komt ook nog eens dat ik het vrij opschepperig over vind komen hoe het boek is geschreven, ze heeft het vaak over hoe succesvol ze is en wat ze bereikt heeft. Het is zeker iets om trots op te zijn alleen het word bijna elke pagina weer even aangehaald en dit maakt het heel irritant lezen.
Er is één stukje in het boek wat ik wel heel sterk vind, dit is over haar familie en hoe hun het aanpakken. De meeste bewondering heb ik voor Randi’s moeder, ze heeft een hele mooie uitspraak gedaan waar ik als lezer zeker wat mee kan. Haar moeder heeft haar verteld: “De sleutel is dat je ontdekt waar jij enthousiast van wordt. Als je iets in je leven hebt waar je enthousiast over bent, dan heb je een doel om hard naartoe te werken. Het geeft je zin.”
De conclusie na het lezen van dit boek is voor mij dat ik de methode die ze gebruikt in haar leven echt een hele goede is en het eigenlijk door iedereen kan worden toegepast. Het vergt wel oefening en ook bijhouden van je keuzes zodat je een overzicht krijgt en weet wat je kan aanpassen/verbeteren want je wilt een betere versie van jezelf worden.
Of ik een tweede keer een boek van Randi Zuckerberg zal lezen… Nee ik denk het niet want de manier van schrijven vind ik te langdradig en ook soms te veel opscheppend over haar eigen leven. | 0neg
|
Ik las in twee avonden tijd ruim tweehonderd bladzijden weg van dit boek, dat is een teken dat het boek bevalt. Het laatste deel van het boek echter als Alexander Rothweil, alias Taco Albronda, samen met zijn geliefde Pili Eguren, terugkeert naar Nederland, ben ik de schrijver en zijn verhaal kwijt. Het enige wat mij dan nog opvalt is het taalgebruik van de broer van Taco, Fedde genaamd.
Zinnen als: "Mijn broer wordt ibbel van dat geteisem uit het dorp en loopt te tandakken rond de boerderij", "De worgengel moet er nog uit" en woorden als '"plokworst" en "kalvengooiersvlees", doen mij onmiddellijk denken aan de verhalen over Heer Bommel van Marten Toonder, en dan met name aan de verhalen 'De spalten' en 'Het vergeetboekje', waarschijnlijk omdat daar ook twee broers in voorkomen. Die heetten niet Taco en Fedde, maar Smoor en Pulver respectievelijk Tors en Ogel.
En in tegenstelling tot dit boek heb ik die verhalen wel tot en met de laatste pagina glimlachend uitgelezen. | 0neg
|
Ibiza, is een heerlijk boek voor vakantie of als een leuk en vlug tussendoortje. Alles gaat snel en daardoor geen ellenlange hoofdstukken. Soms een tikkie over the top. Maar toch met een verrassend eind. Spannend, maar geen thriller. | 0neg
|
De schrijfster heeft best talent, maar waarom is zoals vele anderen weer gekozen voor een bij vlagen behoorlijk ongeloofwaardig serialkiller plotje. Er is veel te veel (af)gekeken naar Silence of the Lambs. Af en toe is het boek best spannend en soms ook wel wat (te) ranzig, maar dan valt het weer terug, tot uiteindelijk het ongeloofwaardige einde volgt. Klein pluspuntje is de best sympathieke hoofdpersoon en de soms humorvolle beschrijvingen van de intermenselijke relaties. | 0neg
|
Mattias komt te overlijden en 8 personen beschrijven hun leven na dat overlijden.
Acht personen die Mattias oppervlakkig tot goed kenden, beschrijven hoe hun leven verder gaat na de dood van Mattias. Helaas wordt je niet veel wijzer wie Mattias was en wat hij nu echt betekende (cruciale rol?) voor zijn omgeving. Ook de relatie tussen deze acht personen en Mattias is, in meer of mindere mate, maar naar mijn smaak onvoldoende uitgewerkt. Al met al teleurstellend en zeker niet spannend te noemen, zoals gesuggereerd was. De verhalen spraken mij, met uitzondering voor het verhaal van Amber niet aan. | 0neg
|
Na ruim tien boeken over 'Special Agent' Pendergast, is het Amerikaanse schrijfduo Preston & Child een serie begonnen met Gideon Crew in de hoofdrol. Gideons strijd is het tweede boek. Crew werkt als fysicus bij Tech Area in Los Alamos. In het vorige boek heeft hij van een geheime dienst te horen gekregen dat hij door een niet te genezen hersenaandoening nog één jaar te leven heeft. Crew werd door deze dienst gestrikt om een opdracht uit te voeren.
Zijn hulp wordt opnieuw gevraagd. Chalker, een collega van Crew, is doorgedraaid en heeft een gezin in gijzeling genomen. Crew is de man bij uitstek om met Chalker te onderhandelen. Nadat de gijzeling voorbij is, blijkt Chalker erg radioactief te zijn. Deze straling kan alleen veroorzaakt zijn doordat Chalker in de nabijheid van een atoombom is geweest, concludeert de geheime dienst. Tel daarbij op dat Chalker zich tot de islam heeft bekeerd en dan kom je op een mogelijke, terroristische aanslag met een atoombom op Amerikaanse bodem. Crew wordt gekoppeld aan 'Special Agent' Fordyce om dit te voorkomen.
Evenals het vorige boek barst Gideons strijd van de tenenkrommende onwaarschijnlijkheden. Zolang Crew maar als een doortastend en inventief mannetje wordt neergezet, vinden Preston & Child alles geoorloofd. Het is natuurlijk veel leuker om Crew op een omslachtige manier iemands privégegevens te laten ontfutselen, om zo via een omweg achter de inhoud van een mobieltje te komen, terwijl hij er ook rechtstreeks om had kunnen vragen. En een vrouw op een dramatische wijze tegen haar wil ontvoeren om haar te kunnen ondervragen is natuurlijk ook interessanter dan haar te ondervragen op de plaats waar ze was.
De onwaarschijnlijkheden beperken zich niet tot de actie maar breiden zich ook uit tot de plot. Zonder enige logica en met een grote dosis willekeur wordt een lijn gevolgd naar de booswicht, waarna Preston & Child de lezer met nog wat vreemde plotwendingen naar de climax leiden.
Gideons strijd is een avonturenroman pur sang, maar dan wel een waarbij het doel echt elk middel heiligt. De karaktertekening past zich daarbij aan. Crew maakt zich enkel aan het begin en aan het eind druk over zijn eigen gezondheid. De rest van de tijd is hij druk bezig Amerika te redden.
Het is verbazingwekkend dat de auteurs van de onderhoudende boeken over Pendergast ook verantwoordelijk zijn voor een gemakzuchtige serie als deze. Is er nog enige geruststelling in het feit dat Crew nog slechts één jaar te gaan heeft? | 0neg
|
Roep uit de verte is de tweede thriller van Ake Edwardson met hoofdcommissaris Erik Winter in de hoofdrol. Een bijna typisch scandinavische thriller met veel aandacht voor gevoel, sfeer en personages maar met een gebrek aan tempo. Winter is een likable man met een herkenbare levensstijl: te veel werk en te weinig tijd voor zijn familie en vrienden. Nu ook weer wordt hij volledig opgeslokt door een nieuwe zaak wanneer het lijk van een onbekende vrouw wordt gevonden. De frustratie wordt alsmaar groter als blijkt dat het onmogelijk is de zaak op te lossen zolang van de identiteit van de vrouw elk spoor ontbreekt.
Dit is het grootste probleem waar Winter mee worstelt, en dat is dan ook direct het probleem van de lezer: het schiet gewoon niet op. Naar alle waarschijnlijkheid heeft de uitgever van Edwardson ditzelfde gedacht en hem de tip gegeven om voor meer aktie te zorgen. Het resultaat: de auteur heeft aktie toegevoegd, maar zonder dat het de verhaallijn op enige wijze beinvloedt. Opzichzelfstaande gebeurtenissen, die normaal gesproken garant staan voor spanning en sensatie, worden terloops beschreven: een gijzelingsdrama, een mishandeling, een schietpartij. In Roep uit de verte is het niet meer dan een mislukte poging het verhaal en de lezer aan de gang te houden.
Aan zijn schrijfstijl en de invulling van de personages ligt het echt niet, want wat dat betreft heeft Edwardson wel iets in huis. Iets meer pit en aktie zou het verhaal gered hebben. Nu is het echt een beetje zonde van het vele papier en mijn tijd. Want het is dan ook nog eens een aardige pil. | 0neg
|
Ondanks dat dit verhaal een aantal interessante en veelbelovende aspecten bevat; de link met de tulpenhandel, mysterieus verstopte aanwijzingen en driedimensionele karakters, wordt vrijwel ieder van deze onderdelen slechts beperkt uitgewerkt. Mocht je denken dat dit meer ruimte overlaat voor actie, dan zit je verkeerd. Toch is de eerste helft van het boek goed te pruimen. Er gebeurt het een en ander en de zoektocht lijkt logisch en niet té eenvoudig. De tweede helft is daarentegen een domper. Hoe realistisch is het centrale probleem nou werkelijk? En zelfs als je achter dit doemscenario over de teloorgang van de Nederlandse samenleving staat, zul je onderkennen dat het uiterst onwerkelijk is dat er een organisatie bestaat die door middel van religie probeert de wereld opnieuw te 'verbroederen', laat staan dat het het eerste land waarin dit geprobeerd wordt Nederland zou zijn. Of dat er binnen deze organisatie overheersende fundamentalistische negatieve krachten aan het bewind zouden staan, waarop eerdere sleutelfiguren opnieuw een organisatie beginnen die in moet gaan tegen de oorspronkelijke organisatie. Die vervolgens (en dit is de enige link naar de geschiedenis van de tulpenhandel) op jacht gaat naar een heel zeldzame tulp die symbool moet staan voor het verzet tegen de kwade krachten. En hoe waarschijnlijk is het dat een zeer betrokken oom zijn enige levende familielid, die hij zelf heeft opgevoed, niet vertelt waar hij bij betrokken is om hem in plaats daarvan op zoektocht te sturen? Een ongeloofwaardige en slecht uitgewerkte plot dus. Alleen de verhaallijn van de tulpenhandel in de 17e eeuw is interessant. De karakters hebben vrij veel potentie maar worden weinig uitgewerkt. De de betrokken huurmoordenaar is niet van deze wereld (maar daardoor niet per se enger) en op een onduidelijke manier bij het geheel betrokken. Al met al vind ik het een dramatisch slecht boek. | 0neg
|
Het boek ‘Volgens Sebastiaan’ van Meta Gemert is opgebouwd uit drie delen.
Deel 1: Sofie. Dit deel vertelt het verhaal van de jonge twintiger die tijdens een sabbatical terechtkomt in een kibboets in Israël. Ze gaat op uitstap naar de bezette Westbank en ontmoet de Palestijnse ouders van de kleine Bashir, een jongetje van vijf maanden. De ouders bieden haar hun baby aan. Sofie besluit hem te aanvaarden en hem naar Nederland te smokkelen om hem daar te adopteren. Ze herdoopt hem Sebastiaan.
De reis verloopt voorspoedig, zonder enig obstakel. In Nederland wordt Sebastiaan hartelijk door Sofie’s familie verwelkomd.
Deel 2: Sofie en Sebastiaan. Hierin wordt beschreven hoe Sofie zich thuis settelt en hoe Sebastiaan opgroeit tot een intelligente, sociale jongen met een talent voor muziek.
In deel 3: Sylvia is Sebastiaan een volwassen man. Hij geeft muziekles voor de kost, woont in een antikraakpand en heeft een relatie met Sylvia.
Op een dag vertrekt hij plots en op een geheimzinnige wijze met zijn beste vriend naar Turkije. Terwijl hij vermist is laat Sylvia Sofie Sebastiaans levensverhaal vertellen. Zo vallen verleden en heden van het boek samen. Het verhaal dat in de proloog al een aanvang kende, wordt nu voortgezet. De puzzel wordt afgemaakt. Het verhaal eindigt met een verrassende, dramatische ontknoping.
In principe had dit een actueel, spannend, avontuurlijk en ontroerend verhaal kunnen zijn. Maar dat is het helaas niet geworden. Het is integendeel een simplistisch geschreven, oppervlakkig en ongeloofwaardig verhaal geworden.
Deel een en twee bestaan eigenlijk alleen maar uit een opsomming van feiten Gebeurtenissen worden niet uitgewerkt. Het verhaal wordt chronologisch verteld, zonder enige afwisseling, wat het saai maakt. Het is echt een ‘en dan…en dan…’-verhaal.
Eigenlijk raakt Meta Gemert veel actuele problematiek en andere thema’s aan. Er wordt echter niet gekozen voor een of een paar hoofdthema’s. De veelheid van aangehaalde thema’s wordt te oppervlakkig behandeld. Ze blijft nergens voldoende bij stilstaan.
Personages worden opgevoerd maar op geen enkele manier uitgediept. Emoties, hun denk- en belevingswereld worden niet beschreven. Het ontbreekt hen allen aan emotionele ontwikkeling. In de twee eerste delen vertelt de auteur over haar personages in plaats van deze zelf te laten spreken. Deze perspectiefkeuze schept afstand en maakt inleving moeilijk. Het karakter Sebastiaan bijvoorbeeld wordt neergezet als een voorbeeldige baby, die uitgroeit tot een uitzonderlijke jongen en die zich tot een mooie volwassen man ontwikkelt. Er is geen ruimte voor meer diepgang en gevoel of voor enige nuancering. Het hele personage wordt hierdoor ongeloofwaardig. Niets wordt vanuit het perspectief van Sebastiaan zelf verteld. Je leert hem niet echt kennen.
Dit alles maakt dat je als lezer geërgerd geraakt tijdens het lezen van vooral de eerste twee delen van het boek.
Het derde deel lijkt wel door een andere auteur geschreven. Dit laatste deel komt meer volwassen over wat de schrijfstijl betreft. Het hoofdpersonage Sylvia is enige diepgang gegeven. Het verhaal wordt nu meer vanuit het perspectief van Sylvia zelf verteld. Bij haar heb je meer het gevoel met een ‘mens’ te maken te hebben. Haar verliefdheid, haar boosheid en verdriet zijn wat beter invoelbaar. De ontknoping van het verhaal is onverwacht en dramatisch maar opnieuw wordt het met te weinig dramatische aandacht gebracht.
De vertelstijl van het derde deel is te weinig positief en komt te laat om de leeservaring ten goede te keren. ‘Volgens Sebastiaan’ is een boek dat helaas weinig indruk maakt en snel door de lezer vergeten, achter zich gelaten zal worden.
Meta Gemert (Leiden, 1951) studeerde geschiedenis aan de Noordelijke leergangen in Leeuwarden en Groningen, Nederland. Zij werkte voor verschillende bedrijven en organisaties in binnen- en buitenland. Vanaf 1998 was Meta o.a. vertaler van Engelse non-fictie en galeriehouder. In 2011 verscheen haar eerste boek ‘Terug naar Mokum’. | 0neg
|
Ik had de originele Ilias al in het Grieks gelezen op school en dan valt deze - toch wat kinderlijke - uitvoering wat tegen. | 0neg
|
JoJo Moyes (1969) doet goede zaken. Haar roman Voor jou is razend populair en de verfilming draaide in de zomer van 2016 in de bioscopen. Ook haar andere boeken doen het goed. Wereldwijd werden er al meer dan 7 miljoen exemplaren verkocht. Verboden vruchten (2003) is Moyes’ tweede roman die bijna tien jaar voor het verschijnen van Voor jou uitkwam. De Nederlandse vertaling is van de hand van F. Volders.
Verboden vruchten volgt twee verhaallijnen, verspreid over drie delen. Het eerste deel opent in een rustig Engels kuststadje in de jaren ‘50. Celia en Lottie zijn beste vriendinnen, maar groeien op als zussen. Als de twee ouder worden, lijken ze steeds minder close te zijn. Wanneer Celia trouwplannen heeft en haar verloofde Guy komt voorstellen, is het voor Lottie meteen duidelijk dat ze verliefd op hem is. Wanneer de drie zich vervolgens aansluiten bij een groep kunstenaars in de grote art-decovilla aan de kust, Arcadia, wordt er een prachtige wandschildering van hen gemaakt. Na het zien van die wandschildering lijkt ook Guy zich te realiseren dat hij liever met een andere vrouw zou trouwen.
In het tweede deel zijn er vijftig jaar verstreken, al is dat in het begin niet al te duidelijk, en maken we kennis met Daisy Parker. Net gescheiden en moeder van een baby-dochter. Zij is ingehuurd als binnenhuisarchitect voor de renovatie van de Arcadia. De renovatie ligt erg gevoelig in het kleine dorp en brengt flink wat teweeg. Tegelijkertijd rakelt de renovatie het verleden weer op. Het derde deel sluit aan op het tweede deel en speelt zich ook af in het heden. In het laatste deel is er ook meer tijd voor het verhaal van Lottie, die inmiddels ook vijftig jaar ouder is.
Het duurt even voordat de toegevoegde waarde van Daisy’s verhaallijn duidelijk is ten opzichte van de gebeurtenissen in de jaren ’50. Tot die tijd lijkt het alsof het Verboden vruchten eigenlijk twee losse verhalen bevat. Het lukt Moyes daarna redelijk om de verhaallijnen met elkaar te verbinden, maar toch heerst er een duidelijke afstand.
Het is duidelijk merkbaar dat dit Moyes’ tweede roman is. Verboden vruchten is een middelmatige roman die het niet haalt bij het niveau dat Moyes tegenwoordig heeft. Waar de schrijfstijl in het meest recente werk al een stuk verder ontwikkeld is, moet deze ontwikkeling in Verboden vruchten nog plaatsvinden. De vele lange zinnen staan vol met komma’s en bijzinnen die veel informatie bevatten. Misschien wel te veel. Het stikt in deze roman van de beschrijvingen die vaak net iets te veel van het goede zijn. Dit is niet erg bevorderlijk voor het lezen.
Daarnaast gebeurt er gewoon te veel. Verboden vruchten kent twee hoofdlijnen: die van Lottie en die van Daisy. Beide verhaallijnen kennen weer tal van vertakkingen met gebeurtenissen. Deze zijn niet allemaal even goed uitgewerkt en daardoor komen ze niet goed tot hun recht. Misschien was het wel beter geweest om ze helemaal uit het verhaal te laten. Ook ontbreekt bij een aantal personages de relevantie voor het groter geheel. Bovendien heb je na het lezen meer vragen dan dat je antwoorden hebt gekregen. | 0neg
|
Jammer......normaal gesproken vind ik de boeken van Esther Verhoef toch wel goed. Nazomer kan me echter niet bekoren. Met moeite heb ik dit nogal vlakke familierelaas getackeld in de hoop op een "onvoorspelbare" plotwending.
Helaas bleef zo'n ommezwaai uit en bleef het m.i. een voorspelbare lege dop.
Het verhaal beschrijft Claudia een mode-ontwerpster die 400 bladzijdes aan zichzelf twijfelt om er in de laatste 20 achter te komen dat ze haar prioriteiten ook anders had kunnen kiezen. Vriendschap en familierelaties te verkiezen boven haar eigen carrière; die haar op financieel gebied overigens geen windeieren heeft gelegd.
Wat mij betreft geen " Verhoef-original" zoals ik ze graag lees. Hopelijk wordt de volgende toch weer een thriller. | 0neg
|
Dit is echt een teleurstellend boek, zeker het einde want dat wordt echt afgehaspeld op 5 pagina's.
Een archeologische vondst die de kerk, nog maar eens, op zijn kop zou kunnen zetten, is de spil waarrond het verhaal draait. Daarnaast is er het verhaal van de Stapeltons, wiens zoontje ziek is. De man van het echtpaar van de archeologische vondst is bevriend met Jack Stapelton. Beide zijn bevriend met de aartsbisschop van New York. Jack moet meestal scheidsrechter spelen en dat is nu niet anders. James, de aartsbisschop wil publicatie over de vondst voorkomen. Terwijl Shawn nu juist wel wil publiceren. Het loopt allemaal behoorlijk uit de hand.
Daarnaast heeft Jack zorgen om zijn zoontje. Maar hij neemt niet de moeite om ervoor te zorgen, hij laat de zorgen aan zijn vrouw en vlucht zelf in zijn werk.
Ik heb al veel betere boeken van Robin Cook gelezen. | 0neg
|
Hoe graag ik ook een roman zou lezen die recht doet aan het Arabisch-Israëlisch conflict, maar 'The Blue between Sky and Water' (2015) van Susan Abulhawa laat hier te veel steken voor vallen. Zowel haar bloemrijke, geforceerd poëtische taal als de magisch-realistische allegorie waarin ze het narratief giet, werken onvoldoende om de misstanden aan het Palestijnse volk recht te doen. Op zich heeft Abulhawa een aardige verhaalconstructie gevonden om haar familiegeschiedenis mee te vertellen. De ik-verteller (Khaled) is een Palestijnse jongeman met locked-in syndroom, een geestesziekte waardoor hij gevangen zit in zijn eigen geest en de werkelijkheid in fragmenten waarneemt. Hij is afgesloten van zijn omgeving terwijl heden, verleden en tegenwoordige tijd door elkaar heen lopen. Die geestesgesteldheid heeft nog een andere lading, want Khaled kan als een profetische, mythische fantoomverschijning door de levens van zijn eigen familieleden trekken. Door 'hun' ogen ziet hij o.a. de gewelddadige totstandkoming van de staat Israël (1948) en hoe er een Israëlische machtspolitiek opkomt en mensen systematisch buitensluit.
Maar het magisch realisme houdt niet op bij de wonderlijke verteller, want ook Khaled’s familieleden blijken verborgen krachten te bezitten. Sommige vrouwen uit de familie worden geboren met twee verschillende oogkleuren, waardoor ze de aura’s zien die zich kleuren naar de gemoedstoestanden van andere mensen. Of ze herbergen de opperdjinn Sulayman in hun psyché, die gewelddadig bovenkomt als zij onmacht en rechteloosheid ervaren. En dan is er de Palestijns-Amerikaanse Nur, die ontworteld is geraakt van haar Palestijnse achtergrond maar door een wonderlijke speling van het lot teruggeleid wordt naar haar herkomst. Ze heeft een opleiding genoten en kansen gehad die de andere familieleden, die nog steeds in vluchtelingenkampen leven, nooit hebben gehad. In de tweede helft van de roman komt Nur 'toevallig' terecht bij Khaled als behandelend psychologe en zal zij proberen hem te genezen van zijn mysterieuze geestesconditie.
Het is niet eens heel bewust, maar ik heb kort geleden twee soortgelijke werken gelezen waarin vluchtelingenauteurs hun oorlogs- en migratietrauma’s koppelden aan fantastische elementen. De Amerikaans-Libanese Rabih Alameddine schetste met ‘The Hakawati’ (2008) een rijkgeschakeerd weefwerk van mythische, religieuze en autobiografische verhalen die in elkaar door lopen. De Fins-Iraakse Hassan Blasim gebruikte in de verhalenbundel 'Lijkententoonstelling' (2017) fantastische elementen om oorlogstrauma's te visualiseren. Bij Alamedinne/Blasim gaat het over de aard van het vertellen van verhalen. Over hoe persoonlijke identiteiten ontstaan rond collectieve narratieven. Over de gewelddadige krachten die verhalen kunnen zijn, zoals wanneer ze ingezet worden voor politieke ideologieën of om religieuze dogma's te bekrachtigen. Over de botsingen tussen Oost en West. Het magische en het mythische zijn er in hun boeken niet als een doel op zich, maar omdat het de complexiteit toont van identiteitskwesties bij getraumatiseerde migranten.
Ik noem de boeken van Rabih Alameddine en Hassan Blasim omdat ze m.i. een zwaktebod laten zien in deze specifieke roman van Susan Abulhawa. In deze roman stelt het magisch-realistische niks ter discussie, maar het fungeert als een oriëntalistische, exotische omlijsting rond één zogenaamde Palestijnse identiteit. De auteur eigent zich er 'de stem van het Palestijnse volk' mee toe en zet 'hun’ verhalen om in een lauwwarm bad van Amerikaanse clichés; over lotsbestemming, de kracht van familiebanden en jezelf hervinden na een lijdensweg. Dat het Arabisch-Israëlisch conflict complexe verhoudingen kent, wordt versluierd met de dromerige sfeerbeelden en de realistische gruwelen in deze sentimentele tearjerker. Voor een politieke aanklacht voelt de roman te veel geconstrueerd rond de eigen fictielogica, maar voor een literair werk gaat het schematische, eenzijdige wereldbeeld tegenstaan. | 0neg
|
Onmogelijk dit boek te waarderen zonder eerst het voorgaande gelezen te hebben (Dood spoor). Dit vervolg was niet nodig en komt geforceerd over, de recenscist van Crimezone geeft dit helder weer in zijn recensie. Als 'true adventure' schrijfster komt ze in dit werk erg ongeloofwaardig over. De talrijke reflecties op wat voorafging maken dit boek een harde dobber voor wie het vorige boek niet gelezen heeft. Het kostte mij echt moeite om te blijven lezen tot het einde. Het bedenken van trillerplots kan ze beter aan anderen overlaten. Hopelijk gaat een volgend boek gewoon weer over wat ze goed kent : spoorzoeken, reddingswerk, partnergeweld, relaties.
De biografie in Crimezone vermeld niet haar echte debuutwerk: Voor het laatst gezien, wellicht omdat het niet de stempel 'thriller' draagt , maar het is toch aanbevolen om te lezen , nog voor Dood spoor.
Voor bibliotheken is het helaas te laat, Dood spoor is niet meer verkrijgbaar en het heeft voor hen dan ook weinig zin Noodkreet in huis te halen. Dubbel spijtijg voor al wie Noodkreet heeft aangeschaft of in de bibliotheek gevonden want zij blijven voor Dood spoor op hun honger zitten en zullen de vele vragen door Noodkreet opgeroepen, nooit beantwoord zien.. Dit boek maakt een betere kans op sterren indien uitgegeven als omnibus samen met Dood spoor. | 0neg
|
Van een goed geschiedenisboek op zijn tijd ben ik zeker niet vies. Daarom begon ik aan dit boek, dat handelt over de ondergang van de Romeinse Republiek.
Op zich schrijft Holland goed. In een levendige stijl geeft hij je een goede indruk van de tijd. Ik vond het echter allemaal wel erg veel en hierdoor langdradig. Dit komt met name door het onderwerp, dat toch wel wat beperkt is. Van de tijden van de Romeinse Republiek, zeg maar tot aan Caesar, de eerste keizer, is gewoon niet zoveel bekend en Holland weet daar ook niet echt veel nieuws aan toe te voegen. Daarom ben ik ergens op een derde van dit boek gestrand en heb ik het uiteindelijk weggelegd.
Mijn conclusie: voor de verstokte geschiedenisfan is dit vast een heel interessant boek, maar voor ieder ander… tja… | 0neg
|
In het begin is het niet helemaal duidelijk wie wat en waar was daarna ging het iets beter het verhaal gaat over de vriendschap van twee vriendinnen waarvan Iris Kouwenaar ooit schrijfster van boeken erg ziek is en Kay die alles doet om haar te verzorgen, maar op een dag wordt Iris ontvoerd en Kay gaat haar zoeken ze stapt op de trein en verlaat de trein weer in Amsterdam Centraal voor een lange tocht langs de grachten het ver haal neemt een aparte wending als het blijkt dat Iris daar op een kamer woont tot zover is het aardig om te lezen maar daarna is het niet echt interessant meer het verhaal zeurt een beetje door en is af en toe verwarrend en de vriendschap is wel heel erg vreemd,ik zou dit boek niet graag kopen dus voor mij niet meer dan twee sterren | 0neg
|
Terrence Lauerhohn timmert de laatste jaren stevig aan de weg. Zijn De negen cirkels (2014) kreeg een Hebban-nominatie in de categorie Fantasy en Wegversperring (2015) en Nirwana (2016), beide in de categorie ‘thriller & spanning’, scoren positieve lezersreacties op diverse sites. Een uitstekende keuze dus voor de Splinter-reeks, om de auteur aan een breder of ander publiek te presenteren.
Laat ik inhoudelijk slechts vertellen wat de flaptekst al vertelt: “1897: Een jager waart rond in Venetië. Aan de oevers van de Laguna Veneta worden de lichamen van tientallen mensen gevonden. Inspecteur Giacomo krijgt opdracht hun gewelddadige dood te onderzoeken en hun wrede moordenaar op te sporen. Wanneer een prachtige dochter van een adellijke familie hem om hulp vraagt, heeft Giacomo moeite om zijn aandacht bij deze vreselijke situatie te houden. Maar dan leidt zijn speurtocht hem naar de waarheid over een verschrikkelijk wezen…”
Echter, het verhaal overtuigt mij niet; het weet bij mij geen enthousiasme te wekken en dus ook geen nieuwsgierigheid naar de andere boeken van Lauerhohn. Daar zijn meerdere redenen voor.
Het eerste wat mij stoorde waren een aantal stilistische onhandigheden. Terrence Lauerhohn forceert zich in dit verhaal geregeld tot wat waarschijnlijk mooie formuleringen moeten zijn, maar die mij als lezer alleen maar storen. De intro van het eerste hoofdstuk, blz. 3: “De volle maan gidst de dood naar het leven.” Niet waar, zoals het verhaal later laat zien. Op bladzijde 5: “Haar sierlijke vingers hulden zijn palm een moment in haar vrouwelijke warmte.” Het is mij totaal onduidelijk wat ik me daarbij moet voorstellen. En vervolg biedt nog een aantal voorbeelden.
Vervolgens ging ik mij al snel afvragen waarom de personages doen wat ze doen. Waarom komt die vader mee naar het politiebureau om alleen maar in de koets te blijven zitten? Waarom gaat de “ispettore” bij de dame op bezoek? Zelfs dat wat aanvankelijk begrijpelijk lijkt, namelijk waarom de “signorina” naar de politie is gegaan, wordt uiteindelijk onbegrijpelijk. En uiteindelijk is er dan ook nog de ontknoping die, nee, ik verraadt niets, maar volgens mij is het een bedachte ontknoping die niet wordt gedragen door het voorgaande gebeurtenissen en als een deus ex machina uit het niets komt. Of heb ik van alles gemist? Ligt het aan mij? Nee, natuurlijk niet, ik ben de lezer en de lezer heeft altijd gelijk.
En vanuit die negatieve gevoelens komen na het dichtslaan van het boekje ook nog bedenkingen over het toneel waarop Lauerhohn zijn verhaal lat afspelen. Het Venetië van het einde van de negentiende eeuw? Dat wordt wel geschreven, maar of het nou écht Venetië is? Meer een poging om een donkere, wat exotische sfeer te scheppen met twee of drie namen, wat Italiaanse woordjes en een koets met paarden.
Maar dat is het mooie van zo’n Splinter-reeks: het wijst je de weg naar schrijvers die je wél bevallen, en die zullen per lezer verschillen.
(Paul van Leeuwenkamp) | 0neg
|
Dit is het eerste deel in een serie , het gaat over het eiland Fennbirn, waar bijna zestien jaar geleden bij de koningin een drieling is geboren. Alle drie erfgenaam van de troon en alle drie in bezit van een bijzondere gave. Al op jonge leeftijd worden de meiden alle drie in een ander gezin geplaats om hun gave te ontwikkelen en zich voor te bereiden op de strijd die gaat komen op hun zestiende verjaardag…Een van hen kan maar koningin worden en de andere twee zullen worden gedood. Ze moeten letterlijk met elkaar vechten om de troon.
Katherine kan gif mengen en doorslikken, Arsinoe kan bloemen laten bloeien en wilde leeuwen met één blik temmen en Mirabella kan vlammen en stormen ontketenen. Maar wat is nu de gave waarmee je op de troon komt?
Dit zijn ingrediënten voor een goed boek .Maar is dat ook zo?
Je leert de drie meiden redelijk kennen maar niet goed genoeg om er een band mee te krijgen. Ik heb nog het meeste met Arsinoe. Er zijn heel veel andere personages, soms zie je door de bomen het bos niet meer. Bovendien leest het verhaal niet erg vlot omdat er steeds van perspectief gewisseld wordt en je dus eigenlijk drie verschillende verhalen aan het lezen bent.
Het verhaal is erg langdradig en saai, zeker tot driekwart van het boek is er weinig spanning of actie. Het gaat vooral over de levens van de meiden tot dan toe en de gave die ze hebben. Daarna komt er iets meer vaart en actie in maar net op het hoogtepunt is het boek uit. Het eind is wel goed, al had ik zoiets wel verwacht.
Met de tekst op de achterflap in je hoofd ga je uit van een spannend boek dat je vanaf het begin pakt maar dat is helaas tegengevallen.
Ik denk niet dat ik de volgende delen ga lezen. | 0neg
|
De samenvatting van ‘Gebroken vleugels’ vond ik zo tof klinken, dat ik erg benieuwd was. Het klinkt als een heerlijk verhaal, waarbij de boodschap vooral is dat je je dromen moet volgen. Dat is ook zeker de boodschap en het verhaal heeft ook zeker veel potentie, maar het komt er niet uit.
Het voelde oubollig aan, vooral omdat het zich in het heden afspeelt. De muziek was vooral uit de jaren negentig en eerder, wat voor mij ouderwets aanvoelde. Er zijn zeker goede nummers van nu die hiervoor gebruikt konden worden en dat vond ik jammer. Ik had het gevoel alsof Sandra Berg heel hip en happening over wilde komen met ‘Gebroken vleugels’ maar juist de connecte met nu miste. Wat mij betreft was het niet gek geweest als dit boek tien of twintig jaar geleden was uitgegeven.
Behalve dat ouderwetse gevoel was het verhaal verder prima, er zaten wat spannende stukken in, maar ik vond het vooral voorspelbaar en soms irriteerde ik me aan de reacties van Sofie en Bjorn zelf. Die vond ik niet altijd realistisch.
Nee, ‘Gebroken vleugels’ was niet het boek voor mij. Ouderwets en voorspelbaar, met soms wat spannende stukken. Het had veel potentie, maar Sandra Berg heeft wat mij betreft veel laten liggen. | 0neg
|
Jammer dat de jacht op vrouwen van de hoofdpersoon de boventoon voert.
Beschrijving op achterkant van boek doet een beter boek geloven.
Zonde dat ik het gekocht heb, had mijn geld beter kunnen besteden. | 0neg
|
Dit boek is een prequel voor het verhaal in The girl with all the gifts. In het boek gaat een groep wetenschappers op zoek naar een genezing voor de schimmel die de mens verandert in een zombie.
Helaas is er weinig verrassends aan het verhaal. Alle ontdekkingen zijn al bekend uit het eerste boek. En doordat je het verloop van het eerste boek kent, voelt het hele verhaal wat zinloos.
De karakters zijn ook plat, waardoor ik niet echt meeleefde met de hoofdpersonen. En het dus nog minder uit kijkt te maken wat er met hen gebeurt.
De recensente hieronder geeft aan dat ze het boek niet heeft uitgelezen. En dat is dan wel weer zonde. De laatste 100 pagina`s zijn wel spannend en geven toch nog een leuke plot twist op het hele verhaal.
Al met al zou ik het boek over slaan. Maar als je er dan toch aan begint, dan zou ik het zeker uit lezen. | 0neg
|
Dit tweede deel vond ik matig. Had niet zonodig gehoeven. De humor was ver te zoeken en toch had ik dat een beetje verwacht na het lezen van *tegengif*
Nee...dit is het niet helemaal. Wel prettig geschreven en als tussendoortje wel aardig. Tot nu toe ben ik geen fan van Judith Visser. | 0neg
|
De schrijfstijl in dit boek is heel apart, korte zinnen, lijstjes en soms springt het van de hak op de tak. Daar moest ik heel erg aan wennen. Op zich geen slecht verhaal maar zeker geen thriller. Eigenlijk gaat 90 procent van 't verhaal over de alcoholverslaving van Jack: wat heeft ie gedronken, wat zal hij gaan drinken, en waar, met wie enz. enz. Echt onderzoek naar een misdaad wordt er bijna niet gedaan. Er wordt twee keer een bezoek aan een persoon gebracht en 1 keer ergens ingebroken voor info en dat was 't dan, dan weet hij gelijk alles en is het opgelost. Spannend was het eigenlijk nergens. Waarom dan toch twee duimpjes? Omdat ik toch sympathie begon te voelen voor Jack en vooral de zwarte humor vond ik geweldig. Het las als een film en ik ben toch wel nieuwsgierig hoe 't nu verder met Jack gaat | 0neg
|
Verhalenbundel. Het eerste verhaal (Vakantiegeld) kende ik al, dat had ik eens als e-book gelezen. Het verhaal "Mist" begreep ik niet. Vond het verhaal over de bedrogen echtgenoot wel goed, doch een beetje voorspelbaar. | 0neg
|
Milan van Opmeer (Vlaardingen, 1966) besluit in 2010, op 44-jarige leeftijd, zijn eerste roman te schrijven. Uit onvrede met de huidige maatschappij verschijnt De Parijse conventie, door hemzelf gepositioneerd als 'een drieluik met meerdere gezichten'. Onlangs verscheen zijn eerste thriller, Een weekend Hotel du Cap.
Een weekend Hotel du Cap beschrijft een deel van het leven van Waldemar van Splunteren, werkzaam als wetenschappelijk onderzoeker van gerechtelijke dwalingen. Als afronding van een onderzoek en publicatie van het advies aan de rechterlijke macht, wordt hij op non-actief gezet. Waldemar lijdt aan nachtmerries na het verlies van zijn vrouw Antoinette en dochtertje Claire. Ze zijn beiden om het leven gekomen bij een explosie ten gevolge van een gaslek in een restaurantkeuken.
Op advies van Antoinettes vriendin Mirjam, meldt Waldemar zich aan bij een kuuroord, waar hij hulp krijgt voor zijn traumaverwerking. Na zijn terugkeer blijft het verleden hem echter achtervolgen met angstdromen en veelvuldige flashbacks. Hij besluit om samen met Mirjam de noodlottige reis nog eens over te doen. Langzaam ontwikkelt zich het beeld dat het ongeluk wellicht toch geen ongeluk was. Het antwoord ligt waarschijnlijk verborgen op een ander continent, in Indonesië.
Een weekend Hotel du Cap kan zeker niet gezien worden als een standaardthriller. Of het boek überhaupt in de categorie van de thrillers thuishoort, valt zelfs nog te bezien. Het verhaal vertelt de strijd die door Waldemar van Splunteren wordt gestreden om zijn leven, na een paar ingrijpende gebeurtenissen, weer op de rails te krijgen. Om dat beeld duidelijk te krijgen zijn herbeleving van de angstdromen en terughalen van herinneringen van groot belang. Edoch zijn spanning en psychologische lading hierbij minimaal aanwezig. Hiervoor in de plaats neemt de auteur uitgebreid de tijd om de verschillende therapiesoorten de revue te laten passeren. Dat hierin geen ruimte voor suspense is zal de thrillerlezer als een gemis beschouwen.
Een weekend Hotel du Cap blinkt niet uit door een strakke structuur. Dit helpt de lezer geenszins. Op willekeurige momenten, half in een gebeurtenis, is het niet altijd (of pas heel laat) duidelijk waar en wanneer een en ander zich afspeelt. Daarmee is ook niet direct vast te stellen wat de relatie is met — of wat het toevoegt aan — de ontknoping respectievelijk oplossing.
Milan van Opmeer heeft, gezien zijn studies, grote belangstelling voor de filosofische wetenschap. Dat uit zich in veelvuldig gebruik van ellenlange zinnen. Pas echt vervelend wordt het als hij hierbij het grootste aantal woorden in één zin tot doel lijkt te gaan verheffen. Verdeeld over twee pagina’s, opgebouwd uit vele honderden woorden met bijna evenveel komma’s, formuleert de auteur één zin die daardoor onleesbaar is geworden. De vraag rijst voor wie de auteur schrijft, wat zijn doelgroep feitelijk is. Je krijgt de neiging te denken dat hij voortdurend met zichzelf in competitie is. Een weekend Hotel du Cap zal vermoedelijk geen run van enthousiaste thrillerlezers op de boekwinkel veroorzaken. | 0neg
|
Het boek leest vlot maar ik ben geen fan van een romantische leeslijn door een thriller heen. Verder vond ik het boek erg hak op de tak en werden conclusies snel gemaakt. Ook vond ik het eind erg abrupt, alsof het boek zo snel mogelijk af moest. Het boek had weinig diepgang. | 0neg
|
Van Falcones las ik eerder 'De kathedraal van de zee'. Net als deze een dikke pil, en ook een waarvan ik dacht dat het boek wel een redacteur kon gebruiken om het flink in te korten. Maar toch heb ik het verhaal met plezier gelezen.
Veel heeft Falcones niet geleerd. Hoe interessant het gegeven ook is: de vervolging van het Romavolk in Spanje in de 17e eeuw, het wil maar niet spannend worden. De personages zijn van bordkarton en de cliche's over dansende, zingende en ondeugende stelende nomaden vliegen je om de oren. Er zijn vast lezers die hier lekker induiken, ik heb het opgegeven. Jammer. | 0neg
|
Iedereen houdt van dit boek maar ik vind het iets minder het is langdradig en saai. Heb niks tegen het boek gewoon persoonlijke mening. | 0neg
|
Over dit boek had ik veel gehoord, dus had er hoge verwachtingen
van. Vond het echter saai en langdradig. Ook meer een 'mannenboek'
met al die technische verhalen over bommen e.d. Heb het uitgelezen,
maar heel lang over gedaan en regelmatig hele stukken over
geslagen. | 0neg
|
Niet dat de bedoeling altijd duidelijk moet zijn, maar hier zit toch geen kop of staart aan. Het boek begint geforceerd over een jong stel met een kind. Het hele boek gaat ergens anders over, maar in de laatste hoofdstukken komen ze weer even opduiken.
Veel momenten in het boek zijn voorspelbare stereotypen van
protestgangers, politie, zorginstellingen enz.
En dan die irritante tussenzinnetjes als een verhaal vertelt wordt, zegt de luisteraar ineens: mag ik ook een sigaret of zoiets. | 0neg
|
Mijn eerste boek van deze auteur en ik weet echt niet wat ik er van moet denken! Het verhaal is spannend maar is zo ongeloofwaardig dat ik in het begin echt moeite moest doen om verder te lezen. Gaandeweg kom je dan toch in de ban van het verhaal en komt de spanning boven. Ik moest zelfs een paar keer aan de boeken van Stephen King denken.
Nanopartikels die de macht over de mensen overnemen doen uiteraard aan sciencefiction denken maar Crichton brengt het min of meer aannemelijk. Tenmiste, de stukken technische uitleg die ik begrepen heb. Soms komen er wel heel erg ingewikkelde zinnen en verklaringen boven. Als bewijs 1 zin uit het boek: "Er zijn beperkingscoëfficiënten voor deterministische algoritmen bij globale intervaloptimalisatie"... wie dit begrijpt zit goed met dit boek. | 0neg
|
Wat bezielde het Franse gezin dat in mei 2018 uit de auto stapte in safaripark Beekse Bergen en aangevallen werd door cheeta’s? Han Peeters weet het wel. Het was een in scène gezette promotiestunt.
Op basis van deze interpretatie verzon hij een verhaal waarin circusmensen uit Moldavië ingehuurd zijn om deze levensgevaarlijke act uit te voeren. Het lukt Peeters echter niet om hiermee een volwaardige roman te schrijven. In het toch al niet te dikke boek (167 pagina’s) is veel aandacht besteed aan irrelevante details (zoals een Roemeens dienstmeisje dat dagelijks aangerand wordt) die verder geen enkele bijdrage aan het verhaal leveren en met gemak geschrapt hadden kunnen worden, ware het niet dat er dan helemaal niks was overgebleven. Maar misschien was het van het begin af aan al niks.
‘Als Peeters in dit verhaal ook een boek ziet, dan zijn de rapen gaar. Het kan er dan zelfs toe leiden dat de koningshuizen in België, Nederland en Engeland finito zijn en de parlementaire democratieën in dit deel van Europa ten val komen. Peeters is gevaarlijk voor ons. […] Onderschat deze man niet.’
Peeters heeft zichzelf ook een rol in het boek gegeven als een auteur van boeken waarin misstanden benoemd worden en het monetaire en politieke systeem worden aangepakt. Politici zullen er niet wakker van liggen. De boeken zijn in eigen beheer uitgegeven. Het koningshuis kan vooralsnog rustig slapen. | 0neg
|
Sarah Pinborough schrijft sinds 2004 boeken, thrillers en fantasy verhalen maar ook boeken voor jong volwassenen en televisieseries onder meer voor de BBC. Tot nog toe zijn twee werken van haar vertaald, Wat jij niet ziet en 13 minuten, de laatste is een jeugd thriller.
Wat jij niet ziet is een psychologische thriller die echter bij momenten chicklit-achtig aanvoelt. Het verhaal komt traag op gang en kabbelt zo goed als heel het boek door. De auteur plaagt de lezer. Regelmatig laat ze vallen dat er dingen te gebeuren staan, dat het niet is zoals het lijkt maar dan is het wachten tot bijna aan het einde van het boek eer je enig zicht begint te krijgen over het hoe en wat. En tot zolang ontwikkelt het verhaal zich nauwelijks, zelfs op het saaie af en er is nogal wat herhaling. Op den duur begin je er zowat over te lezen. Het psychologische element komt ook nog eens helemaal ongeloofwaardig over.
Het einde is dan ook nog raar. Op een bepaalde manier heeft Pinborough er wel naartoe gewerkt maar toch heb je het gevoel dat het zomaar out of the blue komt en blijf je verweesd achter.
"Dit boek wordt jouw nieuwe obsessie" volgens Harlan Coben op de cover. Dat geldt misschien voor sommigen maar voor mij was het een teleurstelling. Quotes on the cover cannot be trusted, is hoe langer hoe meer mijn ervaring. Wat jij niet ziet leest verder wel gemakkelijk maar daar is alles mee gezegd. | 0neg
|
Aardig boek maar zeker geen thriller. Leest op zich lekker weg maar de spanning ontbreekt. Vandaar maar 2 sterren. | 0neg
|
Het was een mooi verhaal, maar totaal niet wat ik had verwacht na het lezen van de omschrijving op de achterzijde. Het is niet de thriller dat gaat over een dood meisje in een spookhuis. Het thriller-gedeelte van dit boek komt pas in de laatste 40 á 50 pagina's tot stand.
Bijna het gehele boek gaat over de opleiding en ervaringen van Devin in Joyland.
De slogan op de cover "Wie durft het spookhuis in te gaan?" Slaat helemaal nergens op. | 0neg
|
Eerst even een klein woordje over de cover: Geel met zwarte opdruk, Het is een boek dat mij wat dat betreft niet direct aansprak.
Vergeet de meisjes gaat over de liefde tussen twee vriendinnen. Iris en Kay.
De Amerikaanse journalist Fields gaat, gestuurd door zijn hoofdredacteur naar Voorhorst om Iris te te interviewen.
Daar krijgt hij een grote belangstelling voor de relatie tussen Kay en de manier waarop Kay haar zieke vriendin verzorgt .In het kleine dorpje in Friesland zijn de meisjes aan elkaar overgeleverd.
Kay is erg beschermend tegenover Iris, ze laat niemand bij Iris toe.
Iris is een obsessie voor Kay, De scheiding tussen liefde en obsessie kan erg dun zijn..
Op zich is het een goed verhaal wat de auteur geschreven heeft, maar het heeft mij niet bezig kunnen houden, het is een boek wat je eenmaal een dag weggelegd hebt eigenlijk weer opnieuw moet lezen, het is een verwarrend verhaal.
Meer dan twee sterren kan ik niet geven | 0neg
|
De cover is opvallend, 24 vakjes met daarin foto’s van een jonge vrouw, in verschillende ‘buien’ en hoedanigheden.
Het is het debuut van deze schrijfster, die les geeft in ‘creative writing’ en eerder als redacteur werkte.
Het boek begint met dat 68% wel is gebeurd, 32% niet, maar van mij zul je het nooit horen.
Het verhaal is een grote chaos, waarin geschakeld wordt tussen heden(?) en verleden.
Ik heb mij met heel veel moeite en wilskracht door de pak weg eerste 70 bladzijden heen geworsteld. Echt, om de 5, 6 zinnen was het ‘kut’, ‘lul’, ‘pijpen’, ‘neuken’, etcetera.
Vaak op het punt gestaan om het boek weg te leggen, nee, zelfs linea recta in de vuilnisbak te gooien.
Daarna was het nog moeizaam, maar was er iets meer begrijpelijke structuur in te vinden en werd de ‘schutting-taal’ een stuk minder, waardoor het wat prettiger leest, echter zonder helemaal te verdwijnen, . Bij vlagen laait het taalgebruik echter weer op.
Veel drank, veel wisselende korte relaties, het overlijden van Gretchen haar vader staat centraal, net als haar zusje dat regelmatig in een gesticht zit wegens zelfmoordneiginen en psychische hulp.
1 vriendje uit een wat langere relatie geeft haar op een gegeven moment een boek over borderline, waar ze eerst boos over wordt, maar vervolgens toch gaat lezen.
Vervolgens vallen voor haar een boel puzzelstukjes op zijn plaats en gaat ze niet alleen naar de huisarts, maar aanvaart ze zelfs hulp om van de drank af te komen.
Eigenlijk wordt het pas vanaf bladzijde 178 wat ‘normaal’ leesbaar.
Het is een boek, over het gevecht met zich zelf, het herkennen en vooral erkennen van zich zelf en het feit dat ze niet alleen stevig alcoholist is en borderline heeft, maar ook het verdriet verwerken van het verliezen van haar jeugd en vooral haar vader.
En dan, dan ineens is ze volwassener, getrouwd, heeft een dochter en herkent ze samen met haar man veel van zich zelf in hun dochter.
Mijn conclusie?
Grappig? Hartverscheurend? Een meisje op wie je verliefd wordt of in wie jezelf herkent? Nee, geen van dezen.
Dit boek is echt geen boek voor tere zieltjes en ook beslist geen YA, mogelijk wel New Adult (??)
Ik wil boeken nog wel eens doorgeven aan anderen, of als zwerfboek ergens neerleggen. Dat ga ik hier niet mee doen.
Eind oordeel? Een 1 voor de moeite. | 0neg
|
De Transsylvanische Alpen, Adriaan (gefrustreerd door zijn breuk met zijn ex vrouw Juliëtte) onderweg naar zijn one-night stand Eva, komt in een sneeuwstorm terecht. En strandt bij het hotel Alfabet. Daar aangekomen leert hij de gasten kennen. De excentrieke professor Quast, de verbitterde weduwe Hermine-Kloos, en nog zoveel andere personages komen in het verhaal voor. Elk personage met hun eigen bizarre karakter, elk personage met hun eigen seksuele verlangens, die voor mij dan weer te ver gingen, het hoofdpersonage met zijn pedofiele neigingen, dit is voor mij moeilijk te plaatsen. Ik kan het boek ook niet plaatsen, roman? Horror? Thriller? Je voelt dat het hoofdpersonage op zoek is maar voor mij was dit niet zo duidelijk naar wat?
Toen ik in het boek begon, was ik direct vertrokken, het sloeg aan als een bom. De beschrijvingen van het hotel, laat me dan eerder zeggen een horror hotel, de gasten, het mysterieuze. En toen zakte het verhaal als een pudding ineen. Beschrijvingen werden langdradig, opsommingen bleven maar duren, gesprekken werden verwarrend. Hoe goed het boek startte, hoe verwarder het werd. Misschien begreep ik de rode draad niet doorheen het verhaal, voor mij stopte het boek met vele vraagtekens. | 0neg
|
Titel : Moord in de aula
Auteur : Walter Damen & Joëlle Rozie
Uitgeverij : Borgerhoff & Lamberigts
ISBN : 978 90 893 16851
In het vorige boek ‘Moord op de boekenbeurs’ van Walter Damen (en Jan Geerinck) werden TV-koks Jeroen Meus en Piet Huysentruyt vermoord.
Met de opmerkelijke en ophefmakende Belgische strafpleiters Sven Mary en Jef Vermassen in hun kielzog hebben Damen & Rozie deze keer, onder de originele titel ‘Moord in de aula’, genoeg voer om een verhaal van jewelste te schrijven.
Ditmaal speelt het verhaal zich af in de Antwerpse universiteit, meer bepaald de faculteit rechten. Deze afdeling wordt opgeschrikt door de gewelddadige moord op professor Joke Roossen, een niet echt geliefd persoon door haar studenten waardoor er vrij snel een vinger gewezen wordt naar één bepaalde jongeman. De zus van Roossen neemt al snel Meester Vermassen onder haar arm. Terwijl de vermoedelijke dader beroep doet op Meester Mary.
Een niet al te opmerkelijke titel met een niet al te blitse cover. Bloedspatten doen reeds vermoeden dat de moord een bloederig tafereel wordt. En dat is het ook. Hierdoor zit je als lezer direct in een leuke flow, als thrillerlezer is een bloederige moord meestal een leuk gegeven, niet ? Maar al snel krijgt deze positieve flow een enorme uppercut waardoor de zwaartekracht de bovenhand neemt en het verhaal een neerwaartse curve kent. Toegegeven, op de achterflap wordt er reeds vermeld dat er veel oog is voor onderzoekstechnieken en juridische benamingen. Maar tevens wordt er ook een melding gemaakt van bloedstollend verhaal en op dat vlak blijf je als lezer enorm op je honger zitten.
Al heel vroeg wordt Nathan van Parijs aangewezen als dader wat de spanning grotendeels reeds verpest, want verder gebeurt er buiten de moord namelijk nauwelijks iets. Zeer veel overbodige herhalingen en tal van bladvulling maken van deze thriller (what’s in a name) een saai doorleesboekje. In het begin geloof je nog dat de auteurs met een verrassing afkomen, dat er nog gespeeld wordt met enkele spanningselementen, maar neen … het blijft bij hopen. Een enkele poging wordt ondernomen door een andere mogelijke dader aan te wijzen, maar in plaats van deze betichting iets meer uit te werken wordt er verder niks ondernomen. De uiteindelijke dader is totaal geen verrassing meer. Spijtig eigenlijk, want dit had best iets spectaculairs kunnen worden mits meer spanningselementen toe te voegen en al het overbodige weg te vegen.
Dankzij de korte hoofdstukken leest ‘Moord in de aula’ vlug weg, maar daar blijft het ook bij.
De fout bij de naam Van Parijs of van Parijs is iets wat me gedurende het hele boek tot vervelens toe opviel. De ene zin wordt het zo geschreven, de volgende zijn weer anders. Dat zijn zo’n belangrijke zaken die zouden opvallen door proeflezers of auteurs èn die je als lezer blijven opvallen als het verhaal niet echt beklijvend is.
Student Nathan en slachtoffer Roossen worden redelijk neergezet, terwijl de andere personages zeer afgevlakt zijn. Het politiekorps wordt zeer sec beschreven. De ouders van Nathan reageren mijns inziens niet zoals andere ouders (zeker met hun achtergrond) reageren en zijn als dusdanig totaal niet realistisch weergegeven.
Als je interesse toont in zaken die puur rond wetteksten en het recht gaan is er een kleine kans dat ‘Moord in de aula’ iets voor je kan betekenen. Voor de meerderheid van de thrillerfanaten bestaat er, spijtig genoeg, de vrees dat je het met me eens zal zijn. | 0neg
|
Het verhaal wordt wisselend verteld vanuit de twee hoofdpersonen. Ze hebben ondanks elk hun heel eigen achtergrond geen eigen stem, waardoor je steeds even moet terugbladeren naar de titel van het hoofdstuk, zodat je weer weet wie "ik" is. Ja, allebei vanuit een "ik" geschreven en dat maakt het een-na-laatste hoofdstuk een grote perspectieffout.
Niet dat het boek verder veel soeps is. Je ziet de plotwendingen mijlen van tevoren aankomen, wat het ook saai maakt, want als er een onthulling komt, dan weet je al dat die eraan zat te komen, en inmiddels weet je ook wel dat het anders zit, omdat de hints daarvoor er ook al liggen. De wending in het een-na-laatste hoofdstuk is niet te voorzien, omdat die wending gewoon niet klopt. De uiteindelijke plottwist, de laatste alinea, was meer een deus ex machina die overigens de rest van het verhaal niet in een ander perspectief zet..
De personages zijn vlak, er zit weinig diepgang in. Het lijkt erop dat de auteur wilde afrekenen met een bekrompen milieu uit haar jeugd, maar niemand echt wilde kwetsen. Of wilde aansluiten bij dat in Nederland populaire literaire genre,
De schrijfstijl is gericht op moderne lezers: korte zinnen, geen moeilijke woorden, nergens een mooie passage die je zou willen herlezen. Verstand op nul en zo snel mogelijk uitlezen, die stijl.
En dan wordt bijna twee euro toch wel wat duur voor zo'n prul. Hopelijk kan iemand er in de Buurtbieb nog wat plezier uithalen. | 0neg
|
Na drie uitstekende maar toen nog niet bijster succesvolle thrillers over inspecteur Rebus, vond Ian Rankin het in 1992 tijd om een aantal losse concepten die hij in zijn hoofd had zitten, uit te werken tot een verhalenbundel. Het resulteerde in een boek met twaalf verhalen, waarbij de titel De Gehangene werd ontleend aan misschien wel de minste goede van het dozijn. Maar het totaal van de verhalen geeft een heel aardig beeld wie John Rebus in feite is en misschien nog wel belangrijker hoe de auteur hem op dat moment in werkelijkheid zag. Kleine fragmenten over zijn kindertijd, zijn huwelijk en zijn dagelijkse leven als politieman. Hoewel het natuurlijk onmogelijk is om in minder van 25 paginas een volwaardig verhaal te vertellen, zijn de pogingen van Rankin toch alleszins bewonderenswaardig te noemen. Het extreem korte Frank is een klein meesterwerk, waarin een zwerver op een bankje in het park een complot tot het plegen van een terroristische aanslag denkt af te luisteren. Terwijl in Zondag een vrije dag van Rebus wordt beschreven, maar waar het toch allemaal net iets anders is dan je in het begin mogelijk denkt. En redelijk hilarisch zijn bepaalde momenten in Monsterlijke Hoorn, waarin de inspecteur wordt opgezadeld met een collega uit Frankrijk. Hoewel het zeer onwaarschijnlijke einde het korte verhaal weer behoorlijk onderuit weet te halen. Maar het beste verhaal is waarschijnlijk het spannende Onvoldoende Bewijs, waarin alle elementen die de boeken van Rankin zo onweerstaanbaar maken stuk voor stuk zijn terug te vinden.
In zijn totaliteit is De Gehangene een heel aardig boek en een leuke introductie tot het werk van Ian Rankin. Voor veel liefhebbers van thrillers mogelijk een ideaal beginpunt voor een ontdekkingsreis die gedoemd is te eindigen in een verslaving. Waarbij afkicken absoluut onmogelijk is, want Ian Rankin weet bij ieder boek zijn lezers eindeloos te boeien. | 0neg
|
Met Aïn, de dood van de halfling kwam de jeugddroom van Atalanta Nèhmoura uit. Al vele jaren eerder schreef ze wat aantekeningen over de hoofdpersoon maar deze verdwenen in een kast. In 2012 kwam de eerste druk uit via uitgeverij Books of Fantasy en hiermee klinkt het startschot voor een inmidddels vijf delen tellende serie.
Het verhaal gaat over de jonge halfling prins Aïn. Zijn vader wordt vermoord als een machtige zwarte magiër zijn thuisland binnenvalt. Zelf weet hij net te ontsnappen en hij gaat op zoek naar zijn moeder. Naast mensen wonen er in deze fantasywereld ook elfen, die leven hun lange levens diep in de bossen leven, verdrongen door de oprukkende mensheid. Daarnaast zijn er dwergen, tevens meestersmeden, ook kwaadaardige gnomen, intelligente draken en boomnimfen ontbreken niet. Kwaadaardige magiërs overheersen delen van de mensheid en de voorspellingen van een waanzinnige worden met de komst van Aïn waarheid. Het is zijn taak de wereld te verlossen van de machtigstse van de zwarte magiërs. Geen van deze clichés krijgt in dit boek een verrassende wending en het verhaal kabbelt rustig door. Van het leed dat deze jonge prins is aangedaan en het trauma dat hij ervaren moet hebben, is nauwelijks iets te merken.
“De pijl miste doel en boorde zich in het zand naast het paard. De prins gaf de merrie een venijnige tik in de flanken. Zigzaggend trachtte hij het dichte woud te bereiken.” Dit is de eerste ontmoeting van de prins met harka’s, de kwaadaardige dienaars van de zwarte magiër. Waar is de paniek van de prins? Zijn overlevingsdrang, zijn zintuigelijke ervaringen, er wordt met geen woord over gerept. De afwezigheid van deze elementen zorgt ervoor dat het moeilijk is je goed in te leven in Aïn. Waar dit beter gelukt is, zijn de hoofdstukken die de avonturen van Karlis beschrijven, een spion in de gelederen van de zwarte magiër. Hoewel hij slechts enkele hoofdstukken het hoofdpersonage is, zijn dit de beste stukken en om te weten hoe het met hem afloopt, sla ik graag deel twee open. | 0neg
|
Nadat ik de recensies op deze site had gelezen had ik hoge verwachtingen. Toch heeft het boek mij wat teleurgesteld.
Het boek is inderdaad geschreven in een vlotte stijl maar er zijn weinig verrassende wendingen merkbaar, het is allemaal een beetje voorspelbaar. Het verhaal sleept zich naar het einde.
Ik had zeker niet de indruk dat ik het in één keer wilde uitlezen. | 0neg
|
Na 'De charmeur' is 'De apotheker' het tweede boek dat ik heb gelezen uit de 'whodunit'-serie van Jan en Sanne Terlouw. De serie bestaat inmiddels uit (dacht ik) zes boeken, alle over een moordzaak die door vader Job en dochter Leonie Reders opgelost moet worden. Het verhaal zit leuk in elkaar, en het verhaal wordt onderhoudend neergezet. Er zijn veel wendingen in het verhaal (misschien wel te veel). Maar er zitten ook elementen in het boek, waar ik me tijdens het lezen steeds meer aan ging ergeren. De karakters zijn soms wel heel erg naïef, de dialogen worden gebruikt om situaties uit te leggen maar doen daardoor niet realistisch aan. In dit soort passages herken ik toch de kinderboekenschrijver Jan Terlouw. En ook taalkundig zit het zo hier en daar niet lekker. Wat te zeggen van bijvoorbeeld een uitdrukking als: "Hij voelde aan zijn klomp dat ..." Dit moet toch zijn: "Hij kon met zijn klompen aan voelen dat...". Vind ik slordig, zeker voor een neerlandica.
Al met al, het verhaal leest wel gemakkelijk weg, maar omdat bovengenoemde puntjes me toch regelmatig stoorden, denk ik dat ik de andere vier delen uit de serie links laat liggen. | 0neg
|
Ik moest dit boek lezen omdat ik er een enorm goede recensie over zag op BookTube. De BookTuber moest zelfs huilen terwijl ze aan het praten was over het boek. Zo enorm geraakt door het boek en de raakvlakken met het echte leven. Het onderwerp van het boek sprak me aan, de recensies waren lovend, de cover is mooi en het ebook was niet al te duur. Deze moest ik lezen. Nu,nu,nu, nu! Misschien dat ik daarom gewoon te hoge verwachtingen had van het boek. Ik had meer een boek verwacht zoals 'The Hate U Give'. Dat boek heeft humor naast al het leed en een mooi contrast met voor het gebeuren en na het gebeuren. Dat contrast en af en toe een glimlach op zijn minst miste ik bij dit boek. Er was geen verandering bij de hoofdpersoon. Ik begreep haar gevoelens niet en ik weet niet hoe ze voor die tijd was. Ik vind een sympathiek hoofdpersoon erg belangrijk, maar ik kon gewoon niet zoveel met haar. Ik vind het heel vervelend om het boek zo laag te beoordelen omdat het onderwerp zo enorm goed is. Als ik het boek niet had willen lezen voor de Hebban leesclub, had ik het waarschijnlijk niet eens uitgelezen. Het nawoord vond ik denk ik het mooiste aan het boek. De mooiste zinnen uit het boek komen ook uit het nawoord. | 0neg
|
"De cover is een goede samenvatting van het boek: oubolig, kinderachtig en flets. Wat taalgebruik en stijl betreft, volstaat dit citaat uit een dialoog: ""waarom trekken jullie een spoor van dood en verderf""" | 0neg
|
Het boekje stelde niet veel voor. Gewoon een aardig tussendoortje. | 0neg
|
In mijn late tienerjaren raakte ik gebiologeerd door een boek in de boekenkast van mijn ouders. Zo één met vergeelde bladzijden en ezelsoren rond de zijden. Op de cover stond een stoere jongeman op een motorfiets, rebels in de camera kijkend als een soort Hollandse James Dean. Ik heb het natuurlijk over ‘Ik, Jan Cremer’ (1964) van Jan Cremer. De inhoud stelde allerminst teleur: agressieve kwajongensstreken, seksuele escapades, uitvoerige beschrijvingen van erogene zones en vrouwelijke rondingen. Tere Christenhartjes bezoedelen met ordinaire banaliteiten als beschrijvingen van kutten, piemels, zaad, vaginaal vocht, orgasmes, venusheuvels en zo nog meer. Van tweeduizend jaar Christelijke autoriteit, naar de rebelse ‘loners’ of ‘easy riders’ als Jan Cremer, die ‘ze’ eens even een poepie lieten ruiken met hun provocatieve anti-literatuur.
Toen al voelde ik dat redeloos schermen met schuttingtaal, vol met beschrijvingen van seks en geweld, niet de meest diepgaande manier was om grootse literaire thema’s mee op de kaart te zetten. Maar juist dát was de aantrekkingskracht op mijn opgroeiende zelf: platheid in taal als anti-establishment, anti-bourgeoisie. In de aanval: ‘we’ gaan ‘ze’ wel even laten zien dat de tijden veranderd zijn; dat ‘we’ het nu voor het zeggen hebben in een tijdsgeest waarin vrijheid van meningsuiting belangrijker is dan die verstikkende religieuze moraal. Het paste wonderwel in mijn wereldbeeld als atheïstische tienerjongen die nog zijn weg moest vinden in zijn eigen seksualiteit. ‘Ik, Jan Cremer’ zou voor mij zo’n werk worden dat, erop terugkijkend, een blauwdruk blijkt voor hoe je smaak zich in de loop der jaren ontwikkeld heeft. Tikkeltje op het scherpst van de snede, niks is veilig voor publiekelijke hoon en sardonische spot.
Kleine jongetjes worden grote kerels. De hang naar verzet van stoere mannelijke einzelgängers tegen de gevestigde orde zit ergens nog in mijn systeem, maar mijn liefde voor literatuur is óók andere kanten op geëvolueerd. Meer richting schrijvers die binnen één werk een palet van genres, stijlen en tonen bestrijken om narratieve bouwwerken te construeren als ware zij architecten van woorden. Mooi gestileerd taalgebruik, met lange meanderende zinnen waar je af en toe bij blijft stilstaan om na te denken over de betekenissen. Simpele provocatie is voor mij daarbij passé, omdat de tijd voorbij is dat ‘hemetjelief, een vrouwenborst!' nog enige emotie teweegbrengt. Wil ik mezelf schofferen of choqueren, dan kan ik me ervan verzekeren dat een paar muisklikken verder alles gezegd kan worden en vooral niks verzwegen wordt.
‘Pussy Album’ (2016) roept bij mij dan ook tegengestelde gevoelens op. Ik heb respect voor Stella Bergsma (de columniste) om haar scherpe activistische toon. Zij schetst in helder en duidelijk taalgebruik belangrijke issues rond seksuele moraal en hypocrisie naar de maatschappelijke omgang met vrouwen. Termen als ‘sletvrees’ en ‘snotwin’ zijn scherp gevonden. Stella Bergsma (de auteur) buigt dat feminiene activisme in een behapbare vorm: een schelmenroman met een vrouwelijk hoofdpersonage á la Bukowski of aftreksels (Hank Moody!?) Een mannenverslindster die zich kapot zuipt terwijl zij te jonge mannen aantrekt en net zo hard afstoot. Oh wee als iemand dichtbij haar beschadigde kern weet te komen.
Soms heeft Stella Bergsma me bij de lurven. Neem deze schrijnende, mistroostige sfeerschets van de sneue mannetjes die hoofdpersonage Eva eerder heeft afgewerkt: ‘De man die een volledig leeg huis had, op een rij cowboylaarzen na. De man die twee condooms om wilde omdat hij dacht dat ik een zendertje in mijn kut had. (…) De grote, de kleine, dikke, dunne, met baarden, zonder. Met trieste ogen, met lelijke schoenen, met mooie lippen, met nare tanden, met een fijne geur, met stevige handen. De penissen groot, klein, dikkig, met paarse aderen. Prachtig gevormde, die je zou willen kleien, of zoenen. Of adoreren. Stompe, die er onhandig uitzien. Met rare hoeken of verfrommelde ballen. Een zakkende zak, of juist eentje die niet te vinden is’ (17)
De vrouw die terugkijkt en via de bijbehorende fallussen de sneuheid ziet van de zielige soort alfamannetjes die haar willen penetreren. Hun mannelijkheid ontbloot, blijft er niet veel meer over van machogedrag, sociale positie, fysiek overwicht en de andere manieren waarmee de maatschappij mannen een andere status toedicht dan vrouwen. Rauw en ruig. Choquerend, maar met genoeg realiteitszin om het een subtiel soort gelaagdheid te geven. Bergsma kan gevoelig, klein, intiem schrijven. Kán, want het zijn fragmentjes in een diarree van seks, gevloek, gekanker, gejeremieer.
Bergsma weet namelijk niet hoe scheutig zij haar proza moet larderen met overdreven ranzigheden (plasseks, zelfpenetratie met een flessenhals, minderjarige scholieren neuken) .Elke bladzijde opnieuw weer iets wat nauwelijks provoceert, maar wat voornamelijk irriteert omdat hetzelfde sleetse patroon gevolgd blijft worden. Neem bijvoorbeeld deze kitscherige wansmaak: ‘De mannen zijn geknakter dan hun vrouwen (…) Het zijn de musselmanner van Primo Levi, die alle hoop hebben opgegeven. Een zweempje Auschwitz in hun aankopen. Dubbeltje Dachau in de daghap. Een wolkje dood door de koffie roeren. Bergen-Belsen in je boodschappenkar. (51)
Bergsma slaat naar mijn smaak te ver door in dat bewust provoceren, de ene hyperbool na de andere hyperbool wordt eruit gegooid.Het gaat me niet eens om de WO2-verwijzingen op zich - een beetje sardonisch prikken mag best- maar het is een uitputtende strategie die zij door het hele boek vol blijft houden. Geforceerde analogieën met (hier) de Holocaust, gepresenteerd als 'diepgaand' omdat het (wederom hier) enige voorkennis suggereert met overlevingsliteratuur van Primo Levi. Bergsma is naar mijn persoonlijke smaak te scheutig met haar verwijzingen. Grote denkers, schrijvers, wetenschappers en filosofen (Nabokov, Dante, Slauerhoff, Sartre, Heidegger, etc) passeren de revue.. De verwijzingen worden niet gesuggereerd of geschetst, maar open en bloot op een presenteerblaadje neergelegd. Het verwijst omdat de verwijzing er staat; niet omdat dezelfde intertekstuele knipogen verweven zijn in een narratief dat zij voor ons bedacht heeft. Het is een gemakzuchtige manier van diepgang suggereren terwijl het narratief niet van zichzelf die diepgang heeft.
'Pussy Album' (2016) leest als de literaire equivalent van een drilboor. Bam! Steeds dezelfde korte zinnetjes die je informatie toeschreeuwen terwijl ze zelden één uitgewerkte gedachte uiteenzetten. Bam Bam! Nu verwijs ik hiernaar; nu gooi ik er vunzige seks in; nu een verwijzing naar religie, Tweede Wereldoorlog, iets filosofisch...Bam! Bam! nu maakt Eva psychologische ontwikkelingen door, want zij is heus een rond afgewerkt karakter...Bam! Bam! Bam! Beschrijvingen van mannen, de buurvrouw, de kroeg, de school. Bam! Bam! Bam! Alsof je vermoeid aan het zappen bent door een roman, maar dan zonder de postmoderne betekenislagen die het gefragmenteerde van datzelfde schakelen rechtvaardigen. Bam! Bam! Bam! Bam! Bam!
Het zijn de kleine intimiteiten waarmee Bergsma me geraakt heeft, waardoor ik hoop dat deze debuutroman een appetizer gaat blijken voor rustigere romans in de toekomst. Literair schrijven kan ze zonder twijfel, maar dat drukke gedoe met nodeloze verwijzingen/provocaties is niet naar mijn smaak. En dat is verder niet erg! Een geërgerde uitdrager van de patriarchale orde kan ze vast erbij hebben, daar ben ik van overtuigd. | 0neg
|
Toen ik aan Moord in Tuschinski begon, had ik écht zin in een lekker ouderwets boek met een degelijke plot en een stevige verteltrant. Aangezien collega recensent Chris parallellen opmerkte met Hercules Poirot, leek die verwachting niet onredelijk. Het eerste hoofdstuk scheen helemaal aan mijn wensen tegemoet te komen. Daarin haast apotheker en "kriminalist" Van Ledden Hulsebosch zich naar het theater. Niet omdat hij zich verheugt op een gezellig avondje uit, maar omdat hij, lichtelijk onder dwang, aan zijn huishoudster beloofde haar te vergezellen. Het misnoegen over de hem opgelegde tijdsbesteding kan hij niet verbergen. Eerst is dat grappig, maar het kantelt naar het ridicule en daardoor begon ik het hoofdpersonage al te zien als een vooringenomen en vervelende egoïst. Ongemanierd en dom bovendien, want zo karakteriseer ik iemand die een hele voorstelling ligt te maffen en dan naar de zanger/acteur U bent allesbehalve een licht schalt. Gelukkig voor mijn aversie tegen Van Ledden Hulsebosch, valt iets later de lichtinstallatie met donderend geraas naar beneden en wordt de ster Frederik Schakels hierbij verpletterd. Gevolg: een muzikale kwelling minder en een uitdaging meer voor onze kriminalist. Hij zou zijn titel niet waard zijn, als hij dit ongeluk niet zou onderzoeken. De netjes doorgesneden touwen doen hem verdacht veel aan opzet denken. In de ambitieuze en jonge politie-inspecteur Saltet vindt Van Ledden Hulsebosch een bondgenoot. Het onderzoek gaat zacht maar zeker van start. Het arsenaal namaaklijken en experimenten van de kriminalist kunnen niet verhullen dat het duo al snel op een dood spoor zit. Schakels was een onaardige man die leefde voor zijn vak. Hij had maar één liefde, zijn publiek. Nergens zit een mogelijk motief voor moord. Van Ledden Hulsebosch, bij wie de faalangst intussen door de keel giert, gebruikt een warrige verwijzing van een oude vrouw om het onderzoek nieuw leven in te blazen. Zal hij slagen?
Chris betitelde haar recensie als Spelen met vuur vlakbij het kruitvat. Ze verwees daarbij naar de opvallende gelijkenissen met Christie. Ik vind dat eerlijk gezegd veel te veel eer en kan alleen maar denken: de vonk sloeg niet over. Natuurlijk was dit boek het debuut van het duo Heuvel & De Waal over Van Ledden Hulsebosch. In een volgend boek krijgen de karakters misschien meer diepgang en worden ze geloofwaardiger. Er zijn best wel momenten geweest dat ik aan mijn verbeten opgedreven leestempo merkte dat het verhaal me wél in de ban kreeg. Om dan iets later toch weer dood te vallen, als een aansteker die veelbelovende vonkjes laat zien maar geen vlam, om enigszins in de beeldspraak te blijven. Zo zit er bijvoorbeeld een passage met een briljante chirurg in het boek. Hij wil niks met het onderzoek te maken hebben en wijst Saltet en Van Ledden Hulsebosch kordaat de deur. Als de kriminalist hem later in het ziekenhuis terug opzoekt, zegt hij iets waarmee hij door het pantser van de dokter breekt. De chirurg wil dan zijn verhaal doen en neemt daartoe een mooi opgebouwde aanloop. Maar een hele denkpiste van de kriminalist smoort de spanning van dat verhaal in de kiem. Dat hij toch geen voorstander is van psychologie in een onderzoek, en verhip, dat de dokter nu zijn schouder gaat gebruiken om tegen uit te huilen en dat hij het gelaten ondergaat, maar alleen omdat het het onderzoek misschien kan vooruit helpen. Terug naar af.
Mijn eindoordeel is onverbiddelijk: geen ijzersterke plot, geen overtuigende personages. Een aardig verhaal, maar ook niks meer. | 0neg
|
Aardig boek, maar niet een van de beste van de schrijver. Het leek een hele lange introductie te zijn naar een marginale uitkomst. [op het einde van het verhaal werd de demon Nahun vernietigd door scheuring waar door hij op de wereld kwam te vernietigen... Maar toch niet, want hij zat in het lichaam van een ander, die met een simpele dolk gedood werd. En dus was ook Nahun dood (hide spoiler)]
De enige reden dat ik dit boek uitgelezen heb, is dat ik de andere delen ook gelezen heb, en graag wil weten hoe het allemaal afloopt.
Sorry, maar snel vergeten dit boek., en op naar een volgend deel, want ik zal de serie uit lezen, ook al moet ik me er door heen worstelen.
De reden dat ik zo lang over deed om dit boek uit te lezen was dat in de tussentijd mijn e-reader de geest gaf. | 0neg
|
Ik vond het een mooi en makkelijk leesbaar boek, maar het einde vind ik niet echt interessant omdat je al wist hoe het zou aflopen. De schrijfster gebruikte niet veel bijvoeglijke naamwoorden en ook veel korte zinnen. Ik zou het boek een 6/10 geven. | 0neg
|
Tja, veel mensen zijn hier lovend over, maar het kon mij maar matig bekoren. Het begint spannend, maar daarna gaat het in veel bladzijden naar een vrij voorspelbaar einde. Het verhaal lijkt ook vooral op een vrouwelijk publiek te zijn gericht. De hoofdpersoon acteert niet op de meest slimme wijze en de spanning komt vooral van de nodige erotische scenes. Op zich niet erg, als het maar in een spannend verhaal past en dat ontbreekt er een beetje aan. Toch nog een pluspuntje: het is allemaal vlot geschreven. | 0neg
|
Danny Cray, beginnend kunstenaar en parttime onderzoeker, wordt door een advocaat gevraagd onderzoek te doen naar de correspondentie van een man die vermoord is. Als meer mensen om hem heen vermoord worden en Danny ontdekt dat zijn opdrachtgever veel meer is dan advocaat, worden de rollen omgedraaid. Van jager wordt hij prooi. Toch zet hij zijn onderzoek voort en komt op het spoor van een zaak waarbij wetenschap, religie en geld een belangrijke rol spelen. Recht toe, recht aan thriller met veel achtervolgingen en toeristische informatie over landen die onderweg bezocht worden (Turkije, Zwitserland, Italië). Dit houdt het verhaal op.
De oppervlakkige karakters passen zich naadloos aan bij de gewelddadige gebeurtenissen en veranderen steeds als een kameleon: Danny gaat zich zonder welke vooropleiding dan ook gedragen als een commando (inclusief een gewapende overval in een hotel) en de maffiabaas die er niet tegenop ziet mensen te kruisigen blijkt tot slot ineens een watje. De achterliggende plot is ingewikkeld door de wetenschappelijke verhandelingen die nauwelijks iets toevoegen aan het verhaal en deels verrassend door de koppeling met een Koerdisch religieus verhaal waarbij de duivelverering een belangrijke rol speel. De hoofdverhaallijn is verder spannend maar zeer voorspelbaar. Een typisch dertien-in-een-dozijn-boek. | 0neg
|
"Het punt is dat kranten niet worden gemaakt om nieuws te verspreiden, maar om het te verhullen. Er gebeurt iets, je kunt het niet verzwijgen maar het brengt tegelijk ook veel mensen in verlegenheid, en dus zet je in dezelfde editie paginabrede koppen die mensen de koude rillingen bezorgen, moeder keelt haar vier kinderen, misschien blijft er van ons spaargeld niets over (…) Je nieuws verzuipt in een grote informatiezee."
Colonna, hoofdpersoon in de roman Het nulnummer van Umberto Eco (1932), heeft zijn studie Duits nooit afgemaakt, omdat hij het te druk had met vertaalklussen. De jaren beginnen te tellen en hij moet zijn brood verdienen met wat er op zijn pad komt. Hij is een loser. Tot die conclusie komt hij zelf.
"Als je in je leven altijd maar blijft hopen op het onmogelijke, ben je eigenlijk al een loser. En als je dat in de gaten hebt is de dalende lijn ingezet. (…) Losers hebben, net als autodidacten, een bredere kennis dan winnaars, als je wilt winnen moet je alles weten van één ding en geen tijd verdoen met het leren van al het andere, het genot van eruditie is voorbehouden aan losers. Hoe meer je weet, hoe meer er in je leven niet goed is gegaan. (…) Ondertussen droomde ik van datgene waar alle losers van dromen, te weten dat ik op een dag een boek zou schrijven dat me roem en rijkdom zou brengen."
Colonna krijgt de kans een boek te schrijven als hij chef-redactie wordt bij Morgen, een krant waarvan het de bedoeling is dat hij nooit zal verschijnen. Het medium moet de eigenaar een betere positie geven bij de gevestigde orde in Italië door met onthullingen over politieke, kerkelijke en financiële machten te dreigen. Eén van de redacteuren meent een verband te kunnen leggen tussen het Vaticaan en Mussolini, die nog tientallen jaren na de Tweede Wereldoorlog in Argentinië of in het Vaticaan zelf zou hebben geleefd, in afwachting van zijn terugkeer als dictator. De redacteur, Braggadocio, wordt vermoord en omdat niet duidelijk is of dit verband houdt met zijn onderzoek, wordt iedereen bang en trekt de eigenaar de stekker uit Morgen.
Het nulnummer is een roman over complotdenken, waarin veel open deuren over de vermeende onafhankelijkheid van de media worden ingetrapt. Nieuwsmedia zijn nooit objectief, al was het maar omdat ze altijd een keuze uit het nieuws zullen moeten maken om de krant niet op bijbelformaat bij de lezer af te leveren. Hoofdredacteuren en uitgevers houden rekening met commerciële en politieke belangen. Dat dit anders aan het publiek wordt voorgespiegeld is op zich een goed thema voor een roman. Het is ook een universeel onderwerp. Jammer dat Eco zich beperkt tot gedateerde en lokale gebeurtenissen om dit thema in te vullen. De gebeurtenissen rond Gladio en de Rode Brigades zijn nu al grotendeels verdwenen uit het collectieve geheugen, in ieder geval buiten Italië.
Te vrezen valt of Het nulnummer een evergreen in het kielzog van 1984 of Brave New World gaat worden. Buiten de gedateerdheid en aan Italië verbonden thematiek, vermoeiden de ellenlange uiteenzettingen van Braggadocio over het complot dat hij in kaart brengt de lezer eerder dan dat ze hem op het puntje van zijn stoel brengen. Een gemiste kans voor de gevestigde schrijver van wereldformaat die Umberto Eco is. | 0neg
|
Reünie in Rome Iris Boter Uitg. Zomer & Keuning 2009 ISBN 978 90 5977 4162
Donna is opgegroeid in Rome maar woont al weer jaren in Nederland. Ze werkt bij een tv studio in Amsterdam en luncht regelmatig met knuffelbeercollega Bart. Ze droom ervan om terug te gaan naar Italië en hoopt met een Italiaan te trouwen.
Dan komt er een uitnodiging voor een reünie van de middelbare school. Donna verheugt zich er erg op. Ze zal haar vriendin Alyssa weer zien en nog belangrijker; haar docent wiskunde waar ze al die jaren van heeft gedroomd.
Als hij haar op de reünie ziet, lijkt hij helemaal van haar in de ban te zijn en al spoedig belanden ze bij elkaar in bed.
In het begin vond ik het een leuk boek; het eerste hoofdstuk bevat een flinke dosis humor. Maar verderop valt de auteur steeds in herhalingen. Als er maar iets is, iets leuks of minder leuks, gaat Donna met haar vriendin naar de kroeg of een terras om sloten wijn te drinken en te praten over mannen. In Rome gebeurt hetzelfde met Alyssa. Het begon me op een gegeven moment te vervelen.
Het wordt normaal gevonden om met verschillende mannen het bed in te duiken. Alyssa is zwanger van een getrouwde man en als Donna verschillende malen met de wiskundeleraar naar bed is geweest, ontdekt ze dat ook hij getrouwd is. Mooie mannen voeren de boventoon in dit boek; hun uiterlijk wordt tot in detail beschreven. Behalve enkele wijze spreuken heeft dit boek weinig inhoud en geen diepgang. Dat is ook natuurlijk ook niet de bedoeling van een chicklit. Toch heb ik wel eens betere chicklits gelezen. Persoonlijk vind ik het geen boek om voor de tweede keer te lezen.
2 en een halve ster | 0neg
|
Marc-Uwe Kling (1982) is een Duitse songwriter, auteur, cabaretier en kleinkunstenaar. Hij studeerde filosofie en drama aan de Vrije Universiteit Berlijn. Van De kangoeroekronieken (2009) werden in Duitsland een half miljoen exemplaren verkocht en van het luisterboek nog eens een half miljoen. De filmrechten zijn verkocht en op de verhalen werd een toneelstuk gebaseerd dat inmiddels in 10 steden is opgevoerd. Uitgeverij De Harmonie heeft het boek in het Nederlands vertaald en uitgegeven in 2018. Inmiddels zijn er in Duitsland twee vervolgdelen uitgegeven. Het vierde deel verschijnt ergens in oktober.
Op een dag komt een kangoeroe tegenover Marc-Uwe Kling wonen. De kangoeroe belt aan om spullen voor een pannenkoek te lenen. Een kennismaking volgt. De kangoeroe is communist en helemaal voor Nirvana. Algauw trekt de kangoeroe bij Marc-Uwe in zijn appartement in. Samen bediscussiëren ze relevante en minder relevante maatschappelijke onderwerpen. Verschillende dialogen en avonturen volgen.
‘Wie met een kangoeroe bevriend is, heeft waarschijnlijk ook een giraf als buurman. Of was het nou een pinguïn? Eh, wacht even… Hoe zat het ook alweer? Hè shit. Ik kan zulke spreuken altijd zo slecht onthouden,’ - Oscar Wilde -
Met deze quote begint het boek over een luie, vrijpostige, dominante, irritante, communistische (en zo kunnen we nog wel even doorgaan) kangoeroe. In ongeveer 80 korte verhaaltjes worden maatschappelijke thema’s aan de orde gesteld en bediscussieert door het buideldier en Marc-Uwe Kling. De verhaaltjes onderling hebben weinig verband. Af en toe zien we elementen terugkomen zoals de beltonen, het 69 cent per minuut aspect, de rode bokshandschoenen, de kersenbonbons etc. Het verhaal begint met het buideldier dat aanbelt bij Marc-Uwe Kling om ingrediënten te lenen om pannenkoeken te bakken. Steeds weer staat hij aan de deur te bellen omdat hij geen enkel ingrediënt in huis heeft, zelfs de pan en het fornuis ontbreken. Een humoristisch en grappig stukje om te lezen. Een grote grijns trekt om je gezicht. Als dit het begin is, dan beloofd dat wat voor de rest. Naarmate het boek echter vordert wordt de luie, agressieve kangoeroe, die inmiddels bij Kling ingetrokken is, steeds irritanter, en niet alleen het buideldier maar ook Kling kan er wat van.
‘Het begint te miezeren. De eerstvolgende die me vraagt of hij kan helpen, wurg ik. Ik ga nu weg. Maar voor ik ga, ros ik eerst die loeiende auto in elkaar! Ik haal uit met een stoeptegel. Ik muteer. De straatmuzikant wordt bang, laat zijn instrument vallen en neemt de benen. Ik pak de gitaar, sla ermee op de loeiende auto in en schreeuw: ‘DON’T WORRY, BE HAPPY!’
Veel thema’s passeren de revue en voortdurend wordt er tegen van alles aangeschopt. Bij een aantal verhaaltjes zijn er onderwerpen die we niet of nauwelijks begrijpen, het boek is uit het Duits vertaald en niet alle Duitse humor is immers onze humor en sommige dingen weten we echt niks vanaf. Marc-Uwe Kling heeft het fictieve personage van de sprekende kangoeroe gebruikt om zich achter te verschuilen. Op deze manier kun je tegen alle ‘Heilige huisjes’ aanschoppen en kwetsend, respectloos en agressief zijn zonder dat jezelf blaam treft.
De kangoeroekronieken heeft een wat rommelig geheel. Woordgrapjes, onderbroekenhumor en literaire gedichtjes, het wisselt elkaar af. Je moet er een liefhebber van zijn om deze ‘humor’ te kunnen waarderen.
Mede door de cover en twee hilarische verhaaltjes waardeer ik dit boek met 1,5* | 0neg
|
Het idee van dit boek is leuk, maar de hoofdpersoon is ontzettend vervelend, onaardig en zeurderig en het verhaal is slecht uitgewerkt. | 0neg
|
Toon Tellegen staat bekend om zijn dierenverhalen voor kinderen, maar hij heeft ook een aantal verhalen voor volwassenen geschreven en Het geluk van de sprinkhaan is daar een van. Het taalgebruik in het boekje is simplistisch, en bijna kinderlijk te noemen. Ook bestaat het vooral uit korte hoofdstukjes, het lijkt bijna een voorleesboekje.
In ieder hoofdstuk komt een van de dieren uit het bos langs met de meest vreemde verzoeken. De sprinkhaan heeft alles te koop "behalve de zon, maan en de sterren", maar zelfs daar wil hij nog eens een uitzondering voor maken. De walvis stuurt bijvoorbeeld een briefje dat hij graag een tuintje op z'n rug wilt, om een tuinfeest te geven, en de rups wilt sokken, terwijl de snoek weer een "feestelijke overstroming" besteld. Mijn persoonlijke favoriet is de eendagsvlieg die nóg een dag wilt. De sprinkhaan heeft werkelijk alles te koop. Toch beginnen de amusante hoofdstukjes snel op elkaar te lijken.
Maar schijn bedriegt, want tussen alle kleine hoofdstukjes door, reflecteert de sprinkhaan over zijn eigen leven, zijn werk als winkelier en of hij wel écht alles te koop heeft, en of hij daar zelf wel gelukkig van wordt.
Het is een mooi boekje, maar het maakte niet echt iets bij mij los. De hoofdstukken voelen vrij repetitief aan en ondanks dat het lekker wegleest door het taalgebruik, was ik niet echt onder de indruk. | 0neg
|
Het is mijn eerste kennismaking met deze schrijver.
Het eerste gedeelte van het boek, vond ik lekker vlot en spannend geschreven. Ik had het gevoel dat ik er zelf bij was. Wat mij betreft mocht het hele boek zo zijn. Maar helaas .... toen het verhaal overging naar Dorian en David, vond ik het matig worden. Het "onderwerp" (ik kan niks verklappen, dan heb ik het niet over het paranormale gebeuren) vond ik een afbreuk op het verhaal. Daar houd ik absoluut niet van. En ik vond het een beetje voorspelbaar. Heb het toch wel uitgelezen, omdat ik toch wel nieuwsgierig was wie de dader zou zijn (even zelf detective spelen).
Het boek leest wel vlotjes weg, maar toch krijgt het niet meer dan 2 duimpjes. | 0neg
|
Subsets and Splits
No saved queries yet
Save your SQL queries to embed, download, and access them later. Queries will appear here once saved.