INSTRUCTION
stringlengths
5
142
RESPONSE
stringlengths
241
43.8k
SOURCE
stringclasses
8 values
METADATA
stringlengths
57
621
Comfortabel slapen op koude nachten
Om te slapen heeft je lichaam het liever koud dan warm. Een verlaging van je lichaamstemperatuur als gevolg van een koude slaapomgeving kan het 'laten we het nest ingaan' in je lichaam triggeren en je helpen meteen in slaap te vallen. Maar soms is je slaapplek te koud door een koude nacht buiten en heb je moeite om de juiste balans te vinden tussen te warm en te koud. Met enkele kleine aanpassingen aan je routine voor het slapengaan en je slaapplek, zou je warm genoeg moeten zijn om in slaap te kunnen vallen, ondanks het koude weer buiten. 1. **Doe wat lichte oefeningen voordat je naar bed gaat.** Dit zal je lichaamstemperatuur opwarmen terwijl jij je voorbereidt op het naar bed gaan. Voer een simpele rekoefening uit met een diepe ademhaling om jezelf op te warmen. Ga staan met je benen op heupafstand van elkaar. Adem diep in en breng je armen omhoog. Rol je schouders naar achteren en stop je staartbeen naar de grond toe. Laat terwijl je uitademt je armen zakken zodat ze langs je lichaam hangen. Breng terwijl je inademt je armen weer omhoog. Strek zo ver mogelijk uit naar het plafond toe. Laat je armen zakken terwijl je uitademt. Ga door met je armen omhoog en omlaag te brengen en adem diep in bij elke beweging, gedurende 10 tot 12 ademhalingen. 2. **Drink warme kruidenthee of water.** Een warme drank verhoogt je lichaamstemperatuur en geeft je een gevoel van warmte. Kies kruidenthee zonder cafeïne zodat je er 's nachts niet wakker van wordt. Je kunt ook een mok heet water met citroen en honing drinken om je warm te houden. Drink geen warme chocolademelk, want de cafeïne en suiker in de poedermix houden je 's nachts waarschijnlijk wakker. 3. **Neem een warme douche of bad.** Dompelen in de stoom van een warme douche of bad kan je lichaam opwarmen en je lichaamstemperatuur op peil houden voor wanneer het bedtijd is. 4. **Draag warme nachtkleding in laagjes.** Trek lagen kleding aan zodat je lichaamswarmte vasthoudt terwijl je slaapt. Een wollen lange onderbroek, een flanellen shirt of pyjama, t-shirts met lange mouwen en sweaters zijn allemaal stukken die je in lagen kunt dragen om het lekker warm te hebben. Door lagen te dragen, in tegenstelling tot een grote en donzige pyjama uit één stuk, kun je de hele nacht kledingstukken uittrekken naargelang je lichaam opwarmt. Slapen bij een ietwat koude temperatuur leidt tot een diepere en langere slaap. Je moet oppassen dat je je lichaam niet te veel opwarmt, aangezien dit kan leiden tot een onrustige slaap of ongemak tijdens het slapen. Door laagjes te dragen, kun je je lichaamswarmte aanpassen terwijl je opwarmt. 5. **Houd meerdere dekens en dekbedden in de buurt.** Creëer een warme sfeer op je bed met lagen dekens en dekbedden aan het voeteneinde van je bed of op een stoel naast je bed. Als je het 's nachts koud krijgt, dan kun je gemakkelijk een deken of een extra laag pakken. Leg een deken over je voeten voordat je naar bed gaat om ze warm te houden. Je voeten zijn vaak een van de eerste delen van je lichaam die koud worden. 6. **Investeer in een elektrische deken of een verwarmd matras.** Als je besluit voor een elektrische deken, die elektriciteit gebruikt om op te warmen, trek dan de stekker uit het stopcontact voordat je gaat slapen of terwijl je indommelt. Het is brandgevaarlijk als de stekker 's nachts blijft aangesloten. Let ook op dat je de bedieningssnoeren voor de deken niet tussen je matras en de boxspring legt. Het snoer kan beschadigd raken door wrijving, of het zou ook kunnen dat de hitte van de elektriciteit in het snoer bekneld raakt en brandgevaar veroorzaakt. Als je besluit om een verwarmd matras te kopen dat door elektriciteit warm blijft, gebruik dan geen elektrische deken. Dit kan tot oververhitting leiden en is brandgevaarlijk. 7. **Pas de temperatuur op de thermostaat aan.** Als je huis of flat een thermostaat heeft, controleer hem dan om er zeker van te zijn dat de temperatuur in de kamer niet erg laag is, want hierdoor wordt de kamer koud. De aanbevolen kamertemperatuur is ongeveer 18° C. Als je met een partner slaapt, dan moet je wellicht beiden een ideale temperatuur voor de kamer afspreken voordat jullie naar bed gaan. Probeer een aantal graden boven of onder de 18 graden te gaan om je comfortniveau en het comfortniveau van je slapende partner te bepalen. Temperatuurregeling kan een subjectieve wetenschap zijn, vooral als het om slapen gaat. Speel met de thermostaat om de meest comfortabele temperatuur voor jullie allebei te vinden. 8. **Gebruik een warmwaterkruik.** Zoek naar een warmwaterkruik bij een drogisterij. De meeste warmwaterkruiken zijn gemaakt met een vloeistof die kan worden verwarmd in een magnetron. Je kunt ook een meer traditionele warmwaterkruik gebruiken waar gekookt water in moet. Breng gewoon wat water aan de kook op het fornuis en giet het in de warmwaterkruik. Plaats de warmwaterkruik aan je voeten onder de lakens of dekens. Het moet de hele nacht warm blijven en je tenen en je lichaam verwarmen. Tegen de ochtend zal het afkoelen tot een lauwe temperatuur. 9. **Trek wollen sokken aan.** Wol is een geweldig materiaal om te isoleren en warmte vast te houden. Je voeten zijn vaak het eerste lichaamsdeel dat koud begint te worden en door een slechte bloedsomloop kan het moeilijk zijn ze op te warmen met alleen een deken. Koop meerdere paren hoge wollen sokken en bewaar ze naast je bed. Je kunt ze 's nachts pakken, voor het geval je niet warm kunt worden. Je zou misschien ook kunnen investeren in pantoffels om je voeten de hele dag warm te houden. Ga voor dikke pantoffels met rubberen zolen om je voeten lekker warm te houden en je grip te geven wanneer je door het huis loopt. 10. **Gebruik lichaamswarmte.** Een goede manier om 's nachts warm te blijven, is door dichter bij je slaappartner te gaan liggen en de voordelen van natuurlijke lichaamswarmte te plukken. Als je een huisdier hebt, dan kun je overwegen om het in je bed te laten slapen, al is het maar om je de hele nacht warm te houden. 11. **Blokkeer eventuele tocht in de kamer.** Plekken waar het tocht kunnen de openingen tussen de deuren, vensterruiten en soms zelfs de leien in de vloer zijn, die koude lucht je kamer binnenlaten. Als je telkens wakker wordt door koude lucht in je kamer, controleer dan of er tocht is bij de deur, de raamruiten of in de hoeken van de kamer. Blokkeer deze tocht met een opgerolde deken of een lang kussen. Dit zal helpen voorkomen dat koele lucht in je kamer circuleert terwijl je slaapt. Je kunt ook lange dekens over de deur en de ramen hangen om te voorkomen dat koude lucht van buitenaf via kleine kieren je kamer binnenkomt. 12. **Leg lakens en dekens in lagen neer.** Als je 's nachts blijft rillen door de koude kamer, leg dan de dekens over de lakens heen, waarbij je een dunne laag met een dikke afwisselt om zo meer warmte te creëren. Donzen dekbedden zijn, net als wollen dekens, geweldig om warmte vast te houden en je warm te houden. Donzen slaapzakken die gemaakt zijn om te kamperen, houden je ook de hele nacht lekker warm. Haal ze bij kringloopwinkels of campingwinkels.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Comfortabel-slapen-op-koude-nachten", "language": "nl"}
Schuifknopen in een halsketting maken
Schuifknopen zijn erg nuttig om te gebruiken als je zelf sieraden maakt. Je kunt er gemakkelijk de lengte van een sieraad mee aanpassen door de knoop omhoog of omlaag te schuiven. Deze knopen zien er ook mooi uit en voegen meer details toe aan een halsketting of armband. Om schuifknopen in een halsketting te maken verdubbel je de lengte van het koord en rijg je dan de hanger of kralen eraan. Maak de schuifknopen door lussen in het koord te maken en het rond te wikkelen. Wanneer je klaar bent verschuif je de schuifknopen om de ketting naar behoefte groter of kleiner te maken. 1. **Gebruik een leren koord of een katoenen koord met een waslaagje.** Zoek naar een koord dat een tot twee millimeter dik is, zodat het net dik genoeg is om vast te knopen. Kies een kleur op basis van de hanger of de kralen die je voor de halsketting gebruikt. Met een koord in een donkerdere kleur vallen de hanger of de kralen meer op. 2. **Zorg dat het koord ten minste 120 centimeter lang is.** Een halsketting met schuifknopen moet over je hoofd passen en mooi om je hals hangen. Het koord moet ten minste 60 centimeter lang zijn om over je hoofd te passen. Gebruik een langer koord als de halsketting lager moet komen te hangen. Verdubbel vervolgens de lengte van het koord zodat je genoeg materiaal hebt om de knopen te maken. Verdriedubbel de lengte van het koord als de knopen zich dicht bij elkaar moeten bevinden. Als je bijvoorbeeld begint met een koord van 60 centimeter, dan verdubbel je de lengte tot 120 centimeter zodat het koord lang genoeg is. Je kunt als je een langere halsketting wilt de lengte ook verdriedubbelen zodat je 180 centimeter hebt. 3. **Rijg de hanger en de kralen aan het koord.** Maak de hanger vast aan het koord met een koesteek of een platte knoop. Rijg de kralen aan het koord en maak ze vast met knopen of gebruik knijpkralen. Rijg andere voorwerpen aan de halsketting voordat je de knopen erin maakt. Sla deze stap over als je niets aan je halsketting wilt hangen. 4. **Kijk hoe de halsketting om je hals komt te hangen.** Voordat je de knoop erin maakt pak je de uiteinden van het koord bij elkaar en schuif je de ketting over je hoofd om te kijken of je hem gemakkelijk om kunt doen. Zorg dat de halsketting op de juiste plek om je hals hangt. Houd er rekening mee dat de ketting nog maar half zo lang is wanneer je de schuifknopen gemaakt hebt. 5. **Leg de halsketting op een plat oppervlak.** Leg de uiteinden van de halsketting bovenop het koord, zodat de stukken bovenop elkaar liggen en je twee lagen hebt. Zorg dat de hanger of kralen zich in het midden van het koord bevinden. De uiteinden moeten recht omhoog lopen vanaf de hanger of de kralen. 6. **Vouw het koord op 10 tot 13 centimeter van het uiteinde doormidden.** Gebruik je vinger om het koord om te vouwen en een V-vorm te krijgen. Het gedeelte met de V-vorm gebruik je om de schuifknoop in te maken. 7. **Leg de V-vormige vouw bovenop het rechte gedeelte van het koord.** Houd beide stukken koord vast met je duim en wijsvinger. Houd je duim op de V-vorm. Je hebt nu een recht gedeelte en twee andere korte gedeelten gevormd door de V-vorm. 8. **Maak de knoop.** Pak het korte uiteinde van de V-vorm en draai hem om de twee andere stukken koord. Pak het korte uiteinde van het koord en draai hem achter de twee andere stukken koord. Zorg dat je het uiteinde om de twee andere stukken koord wikkelt van de V-vorm af en niet ernaartoe. Zorg dat je het uiteinde over twee stukken koord in plaats van een stuk koord haalt, want anders maak je de knoop verkeerd. 9. **Wikkel het V-vormige gedeelte twee of drie keer om de andere stukken koord.** Houd je duim op het V-vormige gedeelte terwijl je het koord om de twee andere stukken koord wikkelt. Houd het rechte stuk koord strak tijden het wikkelen en werk bij het rechte koord naar beneden. Je zou nu twee of drie mooi strakke lussen moeten hebben. 10. **Haal je duim weg en steek het uiteinde van de V-vorm door de knoop.** Haal je duim van de V-vorm. Houd het uiteinde van het V-vormige gedeelte vast en haal het door de knoop heen boven het rechte gedeelte. Laat het uit de eerste wikkel hangen die je gemaakt hebt. Trek het uiteinde strak met je vingers om de knoop vast te maken. 11. **Knip het uiteinde af met een schaar.** Wanneer je de knoop strak aangetrokken hebt knip je het overtollige stuk eraf met een schaar. Knip precies onder de knoop zodat het uiteinde net zo lang is als de knoop. Zo blijft de knoop zitten en blijft het uiteinde nergens aan haken. 12. **Maak dezelfde knoop aan de andere kant van de halsketting.** Voer dezelfde stappen uit om een tweede schuifknoop te maken. Knip het overtollige stuk koord aan het uiteinde af wanneer je klaar bent met het wikkelen en vastmaken van de knoop. Zorg dat de knopen zich op dezelfde plek op het koord bevinden zodat ze even hoog komen. 13. **Doe de halsketting om en pas hem indien nodig aan.** Wanneer je beide schuifknopen gemaakt hebt doe je de halsketting om en laat je hem om je hals hangen. Leg een vinger op de schuifknoop en gebruik je andere hand om de knoop omhoog of omlaag te schuiven om de halsketting langer of korter te maken. Zorg dat beide knopen zich op dezelfde hoogte bevinden zodat de halsketting recht om je hals hangt. Probeer de halsketting met verschillende lengtes te dragen door de schuifknopen omhoog of omlaag te trekken. Draag de ketting laag of hoog op basis van je outfit of je stemming.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Schuifknopen-in-een-halsketting-maken", "language": "nl"}
Meerdere projecten beheren in Excel
Deze wikiHow laat je zien hoe je een Microsoft Excel-sjabloon kunt gebruiken om meerdere projecten bij te houden. 1. **Ga naar https://analysistabs.com/project/tracking/templates/excel/multiple/#bm1 in een webbrowser.** Deze site bevat een gratis Excel-sjabloon genaamd Analysistabs waarmee je meerdere projecten en taken kunt beheren. 2. **Klik op ANALYSISTABS – Multiple Project Tracking Template Excel.** Dit zal het sjabloon downloaden naar de Downloads-map van je computer. 3. **Dubbelklik op het bestand.** Het is het bestand genaamd in de -map. Het bestand wordt geopend in Excel. 4. **Klik op het werkblad Gegevensblad.** Het is een van de werkbladen onderaan de werkmap. 5. **Voeg je eigen gegevens toe aan het werkblad.** Vul alle lopende projecten en hun gegevens in, inclusief taken, personeel, begin- en einddatum. Je kunt ook kolommen en rijen toevoegen of verwijderen om het geschikt te maken voor je projecten. 6. **Druk op Control+S om je wijzigingen op te slaan.** Indien gevraagd, geef het bestand een nieuwe naam en sla het op in de map van je keuze. 7. **Klik op het werkblad Projectplan.** Het staat onderin het werkboek. Dit opent de gegevens voor je eerste project. 8. **Vul de gegevens in voor je eerste project.** Voer de namen van het project, de klant en de manager in de juiste lege velden in. 9. **Klik op het kleine pijltje naast het menu 'Alle projecten'.** Het staat boven het rechterpaneel. Er verschijnt een lijst met aanvullende projecten. 10. **Klik op Project 2.** Dit opent een nieuwe versie van het laatste werkblad waar je aan werkte. 11. **Vul de gegevens in van je tweede project.** Als je klaar bent, kun je doorgaan met het selecteren van projecten en het toevoegen van de gegevens voor elk project. 12. **Houd je voortgang bij op het werkblad 'Data Sheet' naarmate de projecten vorderen.** Eventuele wijzigingen in dit blad zullen worden weergegeven in de bladen en . 13. **Druk op Control+S om je werk op te slaan.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Meerdere-projecten-beheren-in-Excel", "language": "nl"}
Een voorlader schoonmaken
Zuinige voorladers zijn gemakkelijk om van te houden omdat ze minder water en wasmiddel nodig hebben. Er zijn echter speciale methoden nodig om de onderdelen van een dergelijke wasmachine schoon te maken en te laten luchten. Als je voorlader stinkt als een kleedkamer is het tijd om het apparaat grondig schoon te maken en speciale onderhoudsmethoden te gaan gebruiken. Maak het deurrubber en de trommel regelmatig schoon zodat er geen schimmel in groeit. Het is tevens belangrijk om te weten hoe je je wasmachine tussen de wasbeurten door droog en schoon houdt. 1. **Zoek het deurrubber op.** Dit is de rubberen ring om de opening van de trommel van je wasmachine. Het deurrubber sluit de wasmachine af zodat er geen water uit kan lekken. Open het deurtje van de wasmachine zo ver mogelijk en trek de rubberen ring om de opening van de wasmachine naar achteren. Het deurrubber zal vast blijven zitten aan de wasmachine, maar je kunt het opentrekken om het schoon te maken en te controleren of er niets in vastzit. 2. **Haal alle vreemde voorwerpen uit het deurrubber.** Wanneer je het deurrubber naar achteren hebt getrokken controleer je of er vreemde voorwerpen tussen vastzitten. Scherpe voorwerpen kunnen het rubber en de wasmachine beschadigen als je de was gaat doen. Controleer altijd de zakken van je kledingstukken en haal ze helemaal leeg voordat je de was gaat doen. Vaak gaat het om deze vreemde voorwerpen: Haarspeldjes Spijkers Munten Paperclips 3. **Controleer het rubber op stof en haren.** Als je haren in het deurrubber ziet zitten betekent dat er zich daar deeltjes van je kleding ophopen. Als je huisdieren of gezinsleden met lang haar hebt, controleer het deurrubber dan ten minste een of twee keer per week op haar. Houd het deurtje van je wasmachine af en toe dicht als het deurrubber stoffig lijkt. Houd het deurtje bijvoorbeeld dicht als je hond ‘s nachts in het washok slaapt. Er hoopt zich stof op op het deurrubber wanneer er stofdeeltjes en pluizen van de wasdroger of het washok door de lucht zweven en op het deurrubber terechtkomen. Maak het pluizenfilter van je wasdroger regelmatig schoon zodat er minder stof door de lucht zweeft. 4. **Verwijder alle schimmel.** Als je zwarte stipjes ziet groeit er schimmel in je wasmachine. Dat betekent dat het deurrubber tussen de wasbeurten door niet droog genoeg wordt of dat er te veel zeepresten in de wasmachine achterblijven. Door dit vocht kan er schimmel gaan groeien. Om schimmel te verwijderen spuit je het deurrubber in met heet zeepsop of een schimmelreiniger. Veeg de reiniger weg met een schone doek of lap. Het kan nodig zijn om meerdere keren te spuiten als het rubber slijmerig met schimmel is. Blijf spuiten en vegen totdat de doek die je gebruikt schoon blijft wanneer je over het rubber wrijft. 5. **Maak het deurrubber een keer in de maand grondig schoon.** Om de schimmel te doden doe je 250 ml bleekmiddel in de lege wasmachine en doe je een kookwas. Giet tevens 120 ml bleekmiddel in het vakje voor wasmiddel of wasverzachter om te zorgen dat het hele apparaat schoon wordt. Wanneer het wasprogramma afgelopen is laat je de wasmachine nog enkele keren een wasprogramma doorlopen zonder bleekmiddel toe te voegen. Zo krijg je de bleekgeur uit de wasmachine voordat je je kleren weer in de wasmachine gaat wassen. Als je na het wassen zwarte schimmel of zwarte stipjes ziet is het wellicht nodig om handschoenen aan te trekken en een masker op te zetten en de plekken te schrobben met een bleekoplossing. Dompel een tandenborstel in een oplossing met niet meer dan 10% bleek en schrob de schimmelplekken ermee weg. 6. **Strooi 80 gram zuiveringszout in de trommel.** Zuiveringszout helpt om de geur van schimmel en vieze kleding te verwijderen. Doe het deurtje dicht. Giet 500 ml witte azijn in het wasmiddelbakje. De azijn en het zuiveringszout reageren met elkaar, waardoor de trommel van je wasmachine schoongemaakt wordt. Controleer altijd de gebruikershandleiding die je bij je wasmachine hebt gekregen op specifieke schoonmaakinstructies. 7. **Zet de wasmachine aan.** Stel je wasmachine in om het reinigingsprogramma af te werken, als je wasmachine zo’n optie heeft. Als je wasmachine geen dergelijk programma heeft laat je hem een normaal wasprogramma doorlopen. Stel de wasmachine in op een hoge temperatuur zodat het zuiveringszout en de azijn de kans krijgen om met elkaar te reageren. Laat de wasmachine het volledige programma doorlopen, inclusief het spoelen. Als je energiezuinige wasmachine een reinigingsprogramma heeft zullen er in de gebruikershandleiding specifieke instructies staan voor wanneer je de azijn en het zuiveringszout toevoegen moet. 8. **Verwijder vlekken in een erg vuile voorlader.** Als je wasmachine erg stinkt en je denkt dat er schimmel in de trommel groeit laat je hem een wasprogramma doorlopen met bleekmiddel. Doe 500 ml bleekmiddel in het wasmiddelbakje. Laat de wasmachine een compleet was- en spoelprogramma doorlopen. Om het apparaat volledig te spoelen laat je hem nog een wasprogramma doorlopen zonder iets in de trommel te stoppen. Doe nooit zuiveringszout, azijn en bleekmiddel tegelijk in een wasmachine. Daardoor kan er een gevaarlijke reactie ontstaan die je wasmachine kan beschadigen. 9. **Haal het wasmiddelbakje los en maak hem schoon.** Trek het wasmiddelbakje uit de wasmachine en laat het in warm water weken. Haal het paneel eraf en spuit het in met allesreiniger. Veeg het schoon en plaats alles weer terug. Als je wasmachine een apart vakje voor wasverzachter heeft maak je die ook volledig schoon. 10. **Maak de buitenkant van de wasmachine schoon.** Spuit allesreiniger op een schone doek of lap en neem er alle oppervlakken aan de buitenkant van de wasmachine mee af. Je zult alle pluizen, stofdeeltjes en haren opvegen die zich op de buitenkant opgehoopt hebben. Door de buitenkant van de wasmachine schoon te houden voorkom je dat er vuil- en stofdeeltjes in de wasmachine komen. 11. **Gebruik het juiste wasmiddel.** Koop een wasmiddel dat speciaal bedoeld is voor gebruik in een energiezuinige wasmachine. Gebruik tevens de aanbevolen hoeveelheden wasmiddel en wasverzachter. Als je meer wasmiddel gebruikt dan nodig is zal er een laagje wasmiddel op je kleding en in je wasmachine blijven zitten. Door een ophoping van wasmiddel kan je wasmachine gaan stinken en kan er schimmel in gaan groeien. 12. **Haal je wasgoed direct uit de wasmachine wanneer hij klaar is.** Laat je schone natte kledingstukken niet urenlang in de wasmachine liggen voordat je ze in de wasdroger doet of aan de waslijn hangt. In voorladers groeit sneller schimmel dan in bovenladers, en ze gaan ook eerder stinken. Als je je natte wasgoed nog niet in de droger kunt doen, zet het deurtje dan in ieder geval open zodat het vocht niet volledig in de wasmachine blijft liggen. 13. **Droog het deurrubber af tussen de wasbeurten door.** Idealiter pak je een oude handdoek en veeg je het deurrubber hiermee helemaal schoon na elke lading wasgoed die je gewassen hebt. Het doel is om al het vocht van het deurrubber te vegen zodat er geen schimmel in kan groeien. Laat het deurtje na een wasbeurt op een kier openstaan zodat het vocht uit de wasmachine kan verdampen. Droog tevens de binnenkant van het deurtje af, vooral als je het deurtje meestal dicht laat. 14. **Haal het wasmiddelbakje uit de wasmachine en laat het aan de lucht drogen.** Het is belangrijk om er een gewoonte van te maken om het wasmiddelbakje regelmatig schoon te maken, maar wen jezelf ook aan om het in ieder geval na elke wasbeurt uit de machine te halen. Haal het wasmiddelbakje uit de wasmachine en laat het aan de lucht drogen. Zo komt er ook lucht in de wasmachine zelf, waardoor je schimmelgroei kunt voorkomen. Als je er een gewoonte van maakt om het wasmiddelbakje na elke wasbeurt te verwijderen kun je het ook snel op zwarte schimmel controleren, evenals op vlekken die verwijderd moeten worden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-voorlader-schoonmaken", "language": "nl"}
Een ei laten vallen zonder het te breken
Een ei laten vallen zonder het te breken is een klassiek wetenschappelijk proefje, maar het kan nog steeds eng zijn als het je nog nooit gelukt is. Als je een ei wilt laten vallen zonder het te breken dan moet je een manier vinden om de kracht van de klap te verminderen, evenals het effect daarvan op de broze eierschaal. De beste manier om dit te doen is om het ei te verpakken in dempende materialen en tegelijkertijd de val zelf en de plek waar het ei landt aan te passen. Je kunt het ei tevens in azijn weken om de schaal zachter te maken zodat het ei de klap beter absorbeert. 1. **Gebruik ontbijtgranen.** Het verpakken van het ei in ontbijtgranen is een verrassend effectieve manier om de kracht van de klap te verdelen. Voor het beste resultaat kies je een luchtige soort ontbijtgranen in plaats van platte cornflakes. Deze luchtige ontbijtgranen bevatten een redelijke grote hoeveelheid lucht en dempen de schok van de val beter. Wikkel natte vellen keukenpapier om het ei. Doe het ei in een plastic zakje en vul het zakje op met luchtige ontbijtgranen met rijst. Vul vier andere kleine zakjes met dezelfde soort ontbijtgranen maar stop er geen eieren in. Doe alle zakjes in een grotere hersluitbare plastic zak. Zorg ervoor dat je het zakje met het ei erin in het midden legt en dat je de andere zakjes er aan alle kanten omheen legt. 2. **Wikkel het ei in verpakkingsmateriaal.** Verpakkingsmateriaal is ontworpen met als doel om breekbare voorwerpen te beschermen tegen hobbels en klappen. Als je er genoeg van hebt, dan kun je dit materiaal ook gebruiken om een rauw ei te beschermen en het niet te laten breken als het valt. De eenvoudigste manier om dit aan te pakken is om extra sterke noppenfolie te halen. Wikkel de noppenfolie twee tot vijf keer voorzichtig om het ei, zodat er een dikke, dempende laag ontstaat. Knoop de uiteinden van de noppenfolie vast met elastiekjes om te voorkomen dat het ei er aan de boven- of onderkant uitglijdt. Als je geen noppenfolie hebt maar wel andere verpakkingsmaterialen zoals piepschuim vlokken, opgeblazen luchtzakjes, pakpapier, wattenbolletjes of verkreukeld krantenpapier, dan kun je deze materialen ook gebruiken om de val van het ei te dempen. Leg een dikke laag van het door jou gekozen materiaal in een doos die tenminste vier tot acht keer groter is dan het ei. Je moet genoeg materiaal gebruiken om de doos voor de helft te kunnen vullen. Leg het ei in het midden van deze dempende laag, en bedek het dan voorzichtig met genoeg verpakkingsmateriaal om de rest van de doos mee te vullen. Doe de doos dicht en sluit deze af met verpakkingstape voor je de doos naar beneden gooit. 3. **Probeer het met spekjes of popcorn.** Deze luchtige, zachte voedingsmiddelen kun je op dezelfde manier gebruiken als ontbijtgranen of verpakkingsmaterialen. De basisgedachte is om het ei te omringen met genoeg dempende materialen zoals deze voedingsmiddelen om zo de kracht van de klap te verminderen die het ei opvangt wanneer het landt. Het maakt niet altijd een verschil welke soort doos je gebruikt, maar er zijn wel enkele dingen die je niet moet vergeten. Zorg ervoor dat de doos groot genoeg is zodat je het ei aan alle kanten kunt omringen met dempende materialen, voor het geval dat de doos met het ei op de zijkant landt in plaats van op de boven- of onderkant. Je moet er ook voor zorgen dat je genoeg spekjes, popcorn of andere zachte voedingsmiddelen hebt om de doos helemaal mee te vullen. Het ei kan in de doos verschuiven als je niet genoeg voedingsmiddelen gebruikt. Spekjes en popcorn werken beide erg goed omdat ze vrij veel lucht bevatten. Je kunt tevens andere soorten voedingsmiddelen proberen, maar de voedingsmiddelen die je uitkiest moeten of erg zacht of erg luchtig zijn. Vul de doos voor de helft met spekjes. Leg het ei midden in het nest met spekjes en vul dan voorzichtig de rest van de doos ook met spekjes. Zorg ervoor dat de hele doos gevuld is met spekjes, maar duw het ei niet naar beneden wanneer je de doos vult. 4. **Laat het ei drijven.** Als je het ei tijdens de val en tot de klap in water kunt laten drijven, dan zou de kracht van de klap gelijkmatig verdeeld moeten worden over het water en erg weinig effect op het ei zelf moeten hebben. Leg het ei in een conservenblikje, een plastic doosje of een andere stevige doos. De doos zou ongeveer vijf keer zo groot als het ei moeten zijn. Vul de rest van de doos of het blikje met water en voeg een handje zout toe. Het ei zal beter in zout water blijven drijven dan in gewoon water. Zorg ervoor dat je het hele blikje of doosje met water gevuld hebt en dat je het goed afgesloten hebt voordat je het laat vallen. 5. **Maak een soort van wieg voor het ei.** Hang het ei in het midden van een doos of een soortgelijke verpakking met behulp van een paar nylon kousen of een panty. Kousen zijn erg elastisch en zacht, en zouden iets mee moeten geven wanneer de doos met het ei op de grond valt, waardoor het ei afremt en stil komt te liggen. Dit gebeurt echter minder onverwacht dan wanneer het ei zonder bescherming zou vallen. Daardoor wordt er minder kracht op de eierschaal uitgeoefend, waardoor de kans kleiner is dat het ei breekt. Knip het been van één van de kousen af. Leg het ei in de kous, in het midden van het been. Knoop het ei vast met elastiekjes zodat het op zijn plaats blijft. Trek het been van de kous diagonaal door een doos heen, en rek het uit van één van de bovenhoeken naar één van de onderhoeken. Je moet de kous strak aantrekken. Het ei moet middenin de doos hangen. Niet de kous vast of gebruik een andere manier om de kous op zijn plaats te houden. Weet dat je een doos kunt gebruiken van bijna elk materiaal. Je kunt een kartonnen of een plastic doos gebruiken, of je kunt zelfs ook een doosconstructie maken van metalen kleerhangers. 6. **Verzwaar de bodem van de doos.** Je kunt het ei tevens bovenin een doos leggen die je met dempende materialen gevuld hebt in plaats van in het midden ervan, als je maar een gewicht hebt dat zwaar genoeg is om de richting te bepalen waarin de doos valt. De gemakkelijkste manier om dit te doen is om een steen en bekertjes van piepschuim te gebruiken. Leg een zware steen onderin een wegwerpbekertje van piepschuim. De steen moet zwaarder zijn dan het ei. Zet zes andere bekertjes van piepschuim in het onderste bekertje, bovenop de steen. Leg het ei in de bovenste bekertje. Zet een ander bekertje voorzichtig op het ei zodat dit goed blijft liggen. Maak de bekertjes aan de zijkanten aan elkaar vast met plakband, zodat ze tijdens de val niet uit elkaar vallen. De doos zou moeten vallen met de steen onderop en het ei bovenop als de steen zwaar genoeg is. De bekertjes van piepschuim zouden ook moeten helpen om de klap te dempen. 7. **Maak een parachute.** Als je een parachute kunt maken voor de doos waarin het ei zit, dan kun je ervoor zorgen dat het ei minder snel naar beneden valt. Omdat het ei langzamer naar beneden valt, zal de klap ook minder krachtig zijn wanneer de doos de grond raakt. Minder kracht betekent dat je ei wellicht een kans heeft om heel te blijven. Er zijn een paar verschillende parachutes die je uit kunt proberen, maar één van de gemakkelijkste materialen om te gebruiken is een plastic boodschappentas. Stop het ei in een doos samen met de dempende materialen die je uitgekozen hebt om te gebruiken. Maak een grote plastic boodschappentas aan de bovenkant van de doos vast met behulp van plakband of een nietmachine. Zorg ervoor dat de handvatten van de tas zich vlakbij de zijkanten van de doos bevinden, zodat de tas zich met genoeg lucht kan vullen wanneer de doos valt. Wanneer je de doos laat vallen, moet je ervoor zorgen dat de kant met de parachute zich aan de bovenkant bevindt. Daardoor kan de tas zich met lucht vullen en zich openen, waardoor het ei minder snel naar beneden valt. 8. **Vang het ei in een net.** Een ei breekt wanneer het op de grond valt omdat een erg snelle afremming binnen een korte afstand voor een behoorlijke hoeveelheid kracht zorgt. Door het ei in een net of iets dergelijks op te vangen, kun je de remweg verlengen en verminder je de algehele kracht die op het ei wordt uitgeoefend. Als je geen echt vangnet kunt gebruiken, dan kun je ook gewoon een linnen laken gebruiken. Maak het laken aan stokken vast op een hoogte van tenminste 30 centimeter boven de grond. Zorg dat het ei zo dicht mogelijk bij het midden van het laken landt wanneer je het laat vallen. Je kunt het ei op een soortgelijke manier ook op dempende materialen laten vallen in plaats van in een net. Dit werkt volgens hetzelfde principe. Vul een grote, brede doos met een dikke laag extra sterke noppenfolie of vergelijkbare verpakkingsmaterialen. Wanneer je het ei laat vallen, moet je ervoor zorgen dat het op de verpakkingsmaterialen landt. 9. **Kies een plek waar veel gras groeit.** Als je zelf de plek uit mag kiezen waar je het ei wilt laten vallen, kies dan voor een plek waar gras groeit in plaats van een betonnen stoep of een parkeerplaats. Gras en aarde zijn van nature zachter dan beton of steen, en de kracht van de klap zal dus automatisch een stuk minder hard zijn. Als je een nog beter resultaat wilt behalen, laat het ei dan vallen nadat het veel geregend heeft, zodat de grond erg zacht is. Probeer om het ei niet te laten vallen tijdens een droge periode, omdat de grond onder deze omstandigheden vaak een stuk harder en steviger is.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-ei-laten-vallen-zonder-het-te-breken", "language": "nl"}
Water wegleiden van je huis
Regenbuien, onweer, tropische stormen, dooi en andere vormen van stormachtig weer kunnen ervoor zorgen dat een grote hoeveelheid water zich in een korte periode rond je huis verzamelt. Zonder een goede waterafloop kan een buitensporige hoeveelheid water je dak, muren, ondergrond en tuin beschadigen. Water wegvoeren van je huis begint bij het installeren van een stevig dakgootsysteem met extensies om het water weg te voeren van je huis. Het is ook een goed idee om een lichte helling rond je huis te voorzien. Als je bijkomende waterafvoer nodig hebt, kan je een Franse afvoer installeren die het water heel efficiënt van je huis wegleidt. 1. **Investeer in een dakgootsysteem.** Als je huis geen dakgoot heeft, overweeg dan om er een aan te leggen. Dakgoten verzamelen het regenwater dat van je dak komt en voeren het naar de grond. Een goed dakgootsysteem leidt het regenwater weg van je huis, waardoor het niet in de fundering van je huis trekt en de grond rond je huis niet wegspoelt. De meeste dakgoten van woonhuizen zijn uit aluminium gemaakt. Aluminium dakgoten zijn niet duur en hebben een lange levensduur. Er bestaan ook dakgoten uit vinyl, verzinkt staal of koper. Tenzij je ervaring hebt met het installeren van dakgoten, vraag je aan een ambachtsman om hen te installeren. 2. **Controleer of je dakgoot werkt.** Opdat je dakgoot efficiënt is, moet hij elke 3 meter 1,5 cm naar beneden gaan. Hij mag tevens niet verstopt raken, geen gaten hebben en niet doorzakken. Er mogen ook geen bladeren, naalden en ander afval in het systeem terechtkomen, waardoor het regenwater over de dakgoot kan sijpelen, vlak naast je fundering. Controleer je dakgoot en haal al het afval dat je vindt eruit. Als je dakgoot afzakt, moet je de hangaren controleren. Deze kunnen met de tijd verslijten, maar ze kunnen snel en goedkoop vervangen worden. Controleer ook of er lekken of gaten in de dakgoot zijn. Als je er vindt, kan je afdichting voor dakgoten vinden in de doe-hetzelfzaak. 3. **Maak je dakgoot regelmatig schoon.** Dakgoten moeten regelmatig worden leeggemaakt, minstens één keer per jaar. Als je veel bomen rond je huis hebt, kuis ze dan twee keer per jaar. Controleer je dakgoten na hevige regenstormen, aangezien die ervoor kunnen zorgen dat er zich veel vuil ophoopt. Gebruik een stevige ladder om aan de dakgoot te geraken. Draag rubberen handschoenen en haal het vuil met je handen uit de dakgoot. Nadat je het vuil eruit hebt gehaald, kan je de dakgoot proper maken met een stevige straal water van je tuinslang. Zorg ervoor dat het water vrij wegloopt en verwijder de ophopingen die verstoppingen veroorzaken. Indien je wenst, kan je hiervoor een ambachtsman/-vrouw voor inhuren. De kost van deze dienst varieert naargelang de grootte van je huis en ligt meestal tussen 50-250 euro. 4. **Controleer je regenpijpen.** Regenpijpen zijn de delen van de dakgoten die verticaal van de dakgoot naar de grond lopen. Ze moeten het water minstens tot op 2 meter van je huis wegleiden. Als dit nu niet het geval is, kan je ze verlengen zodat ze efficiënter werken. Deze verlengingen zijn goedkoop en relatief gemakkelijk te installeren. De verbindingen en verlengingen vind je in een doe-hetzelfzaak. Een verlenging kost over het algemeen minder dan 20 euro. 5. **Installeer een verlenging aan je regenpijp.** Dit doe je door een verbinding aan het einde van de regenpijp te plaatsen en het verlengstuk hieraan te verbinden. Het verlengstuk is een rechte pijp van tientallen centimeters. In de meeste gevallen worden deze verlengingen geïnstalleerd door ze eenvoudigweg vast te schroeven. Zorg ervoor dat het water minstens tot op 2 meter van je huis wordt weggeleid. Indien nodig, kan je de regenpijp aan een pvc-pijp verbinden en de pijp onder de grond begraven om het water verder van je huis weg te leiden. 6. **Richt de verlengingen van je regenpijp niet naar je oprit toe.** In de winter kan het water op je oprit bevriezen waardoor er gevaarlijke situaties ontstaan. De ideale plek voor het uiteinde van een verlenging is een helling die het water nog verder van je huis wegleidt. Zorg ervoor dat het water niet op een helling terechtkomt die terug naar je huis afloopt. Zo loopt het water terug naar de fundering van je huis. 7. **Controleer de helling naast de fundering van je huis.** Dakgoten die overlopen en ondoeltreffende regenpijpen kunnen de grond rond de fundering van je huis eroderen. Deze erosie zorgt voor een geul in de aarde waarin het water terechtkomt. Als je zo’n geulen rond je huis ziet, vul ze dan op met aarde. Stamp de aarde goed aan om het beste resultaat te bekomen. Gebruik geen aarde met een hoog kleigehalte, want die voert het water niet goed weg. Koop korrelige ondergrond met een hoog zandgehalte. Je kan aarde in zakken kopen in een winkel met bouwmaterialen. Koop een zak om te starten. Eens je weet hoeveel je met een zak kan opvullen, heb je een idee hoeveel zakken je nog nodig hebt om het werk te klaren op basis van de grootte van je huis en hoe steil je de helling wil maken. 8. **Voeg voldoende aarde toe om een lichte helling te maken.** In plaats van enkel de gaten met grond te vullen, voeg je een beetje meer toe. Hierdoor ontstaat een zachte helling die wegloopt van de fundering van het huis en ervoor zorgt dat het water zich niet rond de fundering verzamelt. Deze zachte helling moet minstens tot op een meter van je huis lopen. Laat de grond rond je huis naar beneden hellen, minstens 3 cm per 30 centimeter. Zorg ervoor dat de grond goed is aangestampt wanneer je de helling aanlegt. Zaai vervolgens gras; de wortels ervan zullen ervoor zorgen dat de grond niet wegspoelt. 9. **Lokaliseer en duid de nutsleidingen op je eigendom aan.** Voor een Franse afvoer moet je een geul in je tuin graven. Je kan dit gemakkelijk zelf doen, maar het is belangrijk dat je je lokale nutsbedrijf contacteert enkele dagen voordat de werken starten. Laat hen alle ondergrondse nutsleidingen rond je huis lokaliseren en aanduiden. Deze ondergrondse nutsvoorzieningen zijn onder meer gas, water, riool, elektriciteits- en telefoonleidingen. Als je deze beschadigt tijdens het installeren van een Franse afvoer, kunnen de herstellingskosten hoog oplopen. 10. **Teken een afvoerplan.** Maak een eenvoudige tekening van je eigendom. Teken hierop het huis, de oprit, de garages, de straat en andere toepasselijke eigenschappen. Ga de tuin in met een niveaupas en gebruik deze om te bepalen waar de hoge en lage niveaus liggen. Duid deze plaatsen aan op je tekening. Vervolgens geef je met pijlen aan hoe het water vloeit op je eigendom. Nu heb je een diagram dat je helpt om water op een doeltreffende manier weg van je huis te leiden. Je mag water nooit naar de eigendom van je buur leiden. Als je water naar de straat of een straatkolk wil afvoeren, ga dan na wat de reglementering is op het stadhuis. 11. **Graaf de geul.** Een Franse afvoer is voornamelijk een geul dat met kiezels is gevuld en een geperforeerde pijp bevat die dient als afvoer rond je huis. Begin te graven op 1 à 2 meter van je huis, ongeveer 60 cm diep en 15 centimeter breed. De geul moet eindigen in het laagste gedeelte van je tuin. Het einde van de geul kan worden afgevlakt of je kan hem rond je tuin laten lopen als een hek. Je kan de geul manueel graven met een schop. Je kan ook materiaal kopen dat specifiek wordt gemaakt om geulen te maken, zoals boorspaden, in doe-hetzelfzaken. 12. **Voeg een laag kiezels toe aan de geul.** Onderaan de geul zal de grond wat zijn losgekomen. Stamp die goed aan. Gooi gewassen kiezels op de aangestampte grond in een laag van ongeveer 3 tot 5 cm dik.Leg de leiding nooit rechtstreeks op de grond. De kiezels zorgen ervoor dat het water op een goede manier wordt verdeeld. 13. **Installeer de leiding.** De leiding moet geperforeerd worden met 2 rijen gaten over de hele lengte. Omwikkel de leiding met landschapsweefsel zodat de gaten niet verstopt raken. Vervolgens leg je de buizen zo dat de gaten naar de aarde wijzen, niet naar boven. Als je de leiding met de gaten naar boven legt, zullen ze verstopt raken met kiezel en zal de afvoer niet goed werken. 14. **Vul de geul met kiezel.** Nadat je de afvoer hebt geplaatst, gebruik je ronde en gewassen kiezel om de geul verder te vullen. De kiezels moeten een diameter van ongeveer 3 cm of groter hebben. De kiezels moeten de geul volledig vullen tot op ongeveer 3 cm van de oppervlakte. Vul de overige 3 cm met een graszode. Die zal de geul verstoppen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Water-wegleiden-van-je-huis", "language": "nl"}
Met welke combinaties kun je Godzilla maken in Little Alchemy?
Wil je de snelste manier leren om Godzilla te maken in Little Alchemy? Om Godzilla te maken in Little Alchemy (of Kaiju, zoals hij in Little Alchemy 2 heet) moet je een stad combineren met een dinosaurus. Maar hoe krijg je nu een stad en een dinosaurus? Dit is erg gemakkelijk wanneer je eenmaal het recept hebt voor de juiste combinaties van elementen. Deze stapsgewijze handleiding helpt je bij het maken van Godzilla in Little Alchemy 1 en 2. 1. **Maak een stad.** Om Godzilla te maken in de klassieke versie van Little Alchemy moet je een dinosaurus combineren met een stad. De snelste manier om een stad te maken is om een te combineren met een tweede , al kun je ook een combineren met nog een . We laten je twee manieren zien om een stad te maken: Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer met om een te maken. Combineer met een om de te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met de om een te maken. Combineer een met een om een te maken. 2. **Maak een dinosaurus.** Nu je een stad hebt is het tijd om een dinosaurus te maken. Om een dinosaurus te maken moet je een hagedis combineren met tijd: Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met om een te maken. Combineer met om te maken. Combineer met een om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met een om een te maken. 3. **Combineer de dinosaurus en de stad om Godzilla te maken.** Nu je een dinosaurus en een stad hebt kun je de twee met elkaar combineren om Godzilla te maken. 4. **Verzamel het tijdselement (optioneel).** In Little Alchemy 2 wordt Godzilla Kaiju genoemd, een monster dat veel voorkomt in Japanse fantasyfilms. Kaiju maak je door een dinosaurus te combineren met een stad, op dezelfde manier als waarop je Godzilla maakt in Little Alchemy 1. De snelste manier om Kaiju te maken is om het element te gebruiken. Wanneer je 100 elementen verzameld hebt zul je automatisch het tijdselement krijgen. Tijd kun je niet maken door andere elementen met elkaar te combineren – je kunt dit element alleen verdienen. Er is een manier om Kaiju te maken zonder het element , maar dit kost veel meer tijd. We behandelen beide recepten voor het geval je liever niet 100 elementen verzamelt. 5. **Maak een stad.** Om Kaiju (Godzilla) te maken met of zonder moet je eerst een stad maken: Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. 6. **Maak een dinosaurus met tijd.** Nu je een stad hebt moet je een dinosaurus maken die je vervolgens met een stad kunt combineren om Kaiju te maken. Als je het element hebt, dan kun je eenvoudig een dinosaurus maken: Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om de te maken. Combineer de met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met om een te maken. 7. **Maak een dinosaurus zonder tijd.** Als je het tijdselement niet hebt, dan kun je nog steeds een dinosaurus maken. Dit doe je als volgt: Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om de te maken. Combineer de met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer met om te maken. Combineer met een om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met om te maken. Combineer met om te maken. Combineer een met om de te maken. Combineer de met om een te maken. Combineer een met de om te maken. Combineer met om een te maken. Combineer een met een om een te maken. Combineer een met een om te maken. Combineer met een om te maken. Combineer met om een te maken. 8. **Combineer de dinosaurus met de stad om Kaiju te maken.** Nu je een dinosaurus en een stad hebt kun je de twee met elkaar combineren om Kaiju te maken.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Godzilla-maken-in-Little-Alchemy", "language": "nl"}
Opgedroogde rode wijnvlekken uit katoen verwijderen
Het is relatief gemakkelijk om een net gemaakte rode wijnvlek te verwijderen, gewoon door kokend water op de stof te gieten totdat de vlek verdwenen is. Het verwijderen van opgedroogde rode wijnvlekken is niet altijd zo gemakkelijk, maar er zijn verschillende huismiddeltjes die je kunt gebruiken om het probleem op te lossen. 1. **Meng gelijke delen waterstofperoxide en vloeibaar afwasmiddel door elkaar.** Als je deze middelen alleen gebruikt zullen ze niet goed werken, maar een mengsel van beide stoffen is de meest gebruikte methode om opgedroogde rode wijnvlekken te verwijderen. Gebruik een niet-alkalisch afwasmiddel zonder bleek. Het is echter prima om een product op basis van bleek te gebruiken als het katoen wit is. Bleek kan helpen om de vlek te verwijderen, maar bleekt waarschijnlijk ook andere kleuren in de stof. Om een iets sterker mengsel te maken gebruik je een deel afwasmiddel en twee delen waterstofperoxide. 2. **Wrijf het mengsel op de vlek.** Giet eerst een kleine hoeveelheid van het mengsel bestaande uit afwasmiddel en waterstofperoxide op de vlek. Gebruik je vingers om het mengsel in de bevlekte plek te masseren. Werk naar binnen toe van de buitenrand van de vlek naar het midden toe. Daardoor kan de vlek niet groter worden. Voordat je het mengsel van afwasmiddel en waterstofperoxide aanbrengt leg je een handdoek in het kledingstuk zodat de vlek niet afgeeft op de andere kant. Op deze manier zal de handdoek de vlek absorberen. Als je de vlek niet met je handen wilt masseren of de stof erg delicaat is kun je de vlek ook deppen. Giet het mengsel van afwasmiddel en waterstofperoxide op een schone handdoek en dep de vlek dan stevig met de handdoek. 3. **Laat het mengsel 30 minuten in de stof inwerken.** Zorg ervoor dat de vlek goed doorweekt is met het mengsel. Laat het katoen tenminste 30 minuten met rust voordat je het afwasmiddel eruit probeert te wassen. 4. **Spoel de stof uit met warm water.** Vul een kom met warm water en laat het katoen erin weken. Zorg ervoor dat de stof goed doorweekt is met water. Probeer om de vlek onder de warme kraan te houden. 5. **Week de vlek in heet water.** Leg de stof in heet water en laat de stof er een uur in weken. Een wasmachine met een wasprogramma dat de was in heet water laat weken is hier erg geschikt voor. Voeg geen wasmiddel toe. Er zou nog steeds wat van het mengsel van afwasmiddel en waterstofperoxide in de stof moeten zitten. 6. **Spoel de stof uit in koud water.** Wanneer je het katoen een uur hebt laten weken in warm tot heet water spoel je het uit met koud water. Voeg geen wasmiddel toe. Als je de stof niet met de hand uit wilt spoelen, dan kun je de wasmachine op een koud wasprogramma aanzetten. 7. **Hang de stof te drogen.** Gebruik geen wasdroger, vooral niet als de stof uit 100% katoen bestaat. Nat katoen kan in de hitte sterk krimpen. Als de rode vlek nog niet verdwenen is, dan kun je het proces nog eens herhalen. 8. **Week het katoen in koud water.** Met deze stap bevochtig je de droge vlek zodat de kans groter is dat deze verwijderd wordt. Dit hoeft niet veel tijd te kosten. Gebruik net genoeg water om de stof grondig nat te maken. 9. **Wring het overtollige water uit de stof.** Het katoen moet nat zijn, maar mag niet druipen. Wees voorzichtig en probeer de stof niet uit te rekken of te scheuren. 10. **Breng citroensap op de vlek aan.** Pers het sap uit een citroen of gebruik kant-en-klaar citroensap uit de flesje. Doorweek de vlek goed, zodat het zure citroensap op de wijn begint in te werken. 11. **Schrob de vlek met tafelzout.** Wanneer het citroensap in de stof trekt strooi je zout op de plek in kwestie. Gebruik je vingers om het zout en het citroensap in de vlek te wrijven. Wrijf het zout aan de voor- en achterkant van de stof in de vlek om deze beter te kunnen verwijderen. Gewoon tafelzout is prima, maar alle soorten zout zijn goed. Wellicht kun je zelfs grof zand en andere korrelige materialen gebruiken om de vlek te schrobben. 12. **Spoel en wring de stof uit.** Spoel de achterkant van de vlek uit onder de koude kraan. Wring de stof uit met je handen en masseer deze, waarbij je je vooral richt op de bevlekte plek. Probeer de stof niet uit te rekken of te scheuren, maar wees niet bang om krachtig over de vlek te wrijven. Wanneer de vlek bijna verdwenen is wikkel je het kledingstuk in een schone handdoek om het grootste deel van het vocht eruit te wringen. Spoel de stof altijd uit aan de achterkant van de vlek. Was de vlek uit de stof in plaats van erdoorheen. 13. **Voeg meer citroensap toe.** Pers meer citroensap op de vlek en gebruik een geconcentreerde dosis. Leg het katoen in de zon neer en gebruik indien mogelijk een plat oppervlak, zodat de stof tijdens het drogen niet uitrekt. Het zure citroensap en de uv-stralen van de zon zorgen ervoor dat de stof op een natuurlijke, veilige en geïmproviseerde manier gebleekt wordt. 14. **Probeer witte wijn in de vlek te wrijven.** Als het kledingstuk wit is kun je er witte wijn in wrijven. Was het katoen met de hand om de geur eruit te krijgen. 15. **Gebruik wijnsteenpoeder en water.** Maak een pasta van gelijke hoeveelheden wijnsteenpoeder en water. Wrijf de pasta op de stof, net zoals je met andere middelen zou doen. Dit mengsel zou de stof vochtig moeten maken en de vlek langzaamaan moeten bleken. 16. **Gebruik een oplosmiddel en een stuk zeep.** Week de stof eerst in water zodat de plek in kwestie zacht blijft. Breng vervolgens een oplosmiddel als kerosine op de bevlekte plek aan. Laat het oplosmiddel in de vlek trekken. Was de vlek vervolgens uit de stof met een gewoon stuk zeep. Wrijf met het stuk zeep over de vlek totdat deze verdwenen is. Het oplosmiddel zou de vlek sneller moeten verwijderen zonder de stof te beschadigen. Als je direct wasmiddel gebruikt kan de stof beschadigd raken door de agressieve chemische samenstelling. 17. **Gebruik een reiniger of vlekkenverwijderaar uit de winkel.** Als het katoen wit is kun je bleekmiddel gebruiken. Zoek anders naar reinigers die de stof niet beschadigen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Opgedroogde-rode-wijnvlekken-uit-katoen-verwijderen", "language": "nl"}
Mijt bestrijden
Mijten zijn net zoals luizen huidparasieten die zich tegoed doen aan een droge en geïnfecteerde huid en zo erge jeuk en pijn veroorzaken. Veel mensen schamen zich ervoor en worden sociaal uitgesloten door vrienden en familie. Schurft is een voorbeeld waarbij de mijt de boosdoener is. Deze nare aandoening veroorzaakt veel jeuk en ongemak. Andere mijten, zoals stofmijten, zijn berucht om de allergieën die ze veroorzaken. Sommige mijten bijten zich vast in de huid van je huisdieren en anderen nemen je tuin over. Voor elk type mijt moet je een andere bestrijdingsmethode gebruiken. Chemische stoffen kunnen bijvoorbeeld nuttig zijn voor in huis, maar ze kunnen erg schadelijk zijn voor huisdieren of planten. 1. **Stofzuig zo vaak mogelijk.** Stofmijt komt het meeste voor in huis. Je kunt de stofmijt terugdringen door vaak te stofzuigen. Stofmijten houden van stoffen; ze zitten dus het liefst op gestoffeerde meubels, in beddengoed en soms in kleding. Door vaak te stofzuigen en stoffen spullen te wassen kun je een groot deel van het probleem oplossen. 2. **Bescherm je bed.** De meeste stofmijt zal je in je bed aantreffen. Ze kruipen in je matras en beddengoed en zullen hun omgeving vervuilen. Door je matras met een stofvrije hoes te beschermen zal stofmijt geen kans krijgen diep in je matras door te dringen en vuil te laten ophopen. Bescherm ook je kussens met stofvrije hoezen. 3. **Houd alle stoffen schoon.** Stofmijt zul je het meeste aantreffen in je bed en je beddengoed, maar ook andere stoffen als gordijnen en dekens kunnen broedplaatsen zijn voor stofmijt. Probeer deze spullen om de 1 tot 2 weken te wassen. Was de stoffen zo heet mogelijk om de stofmijten te doden. 4. **Stof vaak.** Het is natuurlijk een beetje een open deur, maar stoffen helpt tegen stofmijt. De stofmijt houdt nou eenmaal van stof. Stof zoveel mogelijk gladde oppervlakken en plekken waar stof zich kan ophopen. Gebruik een vochtige doek zodat de allergenen en het vuil dat door de mijten achtergelaten is niet door je huis dwarrelt. Houd je huis zoveel mogelijk vrij van stof. Ben je allergisch voor stofmijt, draag dan een masker zodat je zo min mogelijk last hebt van het stof. 5. **Verlaag de vochtigheidsgraad.** Zorg ervoor dat je een klimaat creëert waar stofmijten niet van houden. Stofmijten houden van warme, vochtige ruimtes. Haal een luchtontvochtiger in huis om de vochtigheidsgraad beneden de 50% te houden. Om je huis koel te houden kun je ook een airconditioner laten installeren. 6. **Vervang broedplaatsen van stofmijt.** Heb je een groot stofmijtprobleem in huis en heb je er wel wat geld voor over om het leefmilieu te verbeteren, vervang dan bekende broedplaatsen van stofmijt. Tapijt vervang je door gladde oppervlakken zoals hout, laminaat of tegels. Vervang je dekbed door een synthetisch exemplaar en doe de gordijnen weg. 7. **Filter stofmijt uit de lucht.** Gebruik HEPA-filters in je stofzuiger en ventilatiekanalen. Hierdoor vermijd je dat door het stofzuigen stofmijt terug kan komen in huis. 8. **Bevries de stofmijten.** Spullen die niet in de wasmachine kunnen maar wel in de vriezer passen, kun je daar 24 uur in laten liggen. De kou doodt de stofmijten en zal het schoonmaken achteraf gemakkelijker maken. 9. **Gebruik een bestrijdingsmiddel.** Als laatste redmiddel kun je een bestrijdingsmiddel inzetten. Kies een middel dat speciaal bedoeld is voor stofmijt of schakel een ongediertebestrijder in. Lees eerst goed de gebruiksaanwijzing voordat je gaat spuiten. Houd er rekening mee dat je huis naar het bestrijdingsmiddel kan gaan ruiken. 10. **Bestrijd oormijten.** Gebruik een pipet met minerale olie om oormijt te lijf te gaan. Oormijt is een ware plaag voor je hond of kat. Schaf een pipet aan en vul deze met minerale olie. Druppel dit in het oor van je huisdier en het gebied rond het oor. Houd je huisdier buiten zodat de olie niet op je meubels en vloer kan lekken. 11. **Behandel schurft.** Je kunt crèmes met zwavel gebruiken om schurft te behandelen. Verdeel de crème over je gehele lichaam. Pure zwavel is ook geschikt, maar is moeilijker te verkrijgen en heeft een vervelende geur. Vraag je huisarts om advies om dat sommige van deze middelen giftig kunnen zijn en alleen op recept verkrijgbaar zijn. 12. **Bestrijd spintmijten.** Deze mijt vind je in je tuin. Een natuurlijke vijand van deze mijt zijn roofmijten. Een natuurlijke manier om deze mijt bestrijden is dus de inzet van roofmijten of roofwantsen. Je kunt ook kiezen voor bestrijdingsmiddelen, maar dit kan schadelijk zijn voor de gewassen in je tuin. De aanschaf van roofmijten is dus stukken veiliger en gemakkelijker. 13. **Bestrijd vogelmijten.** Deze mijt wordt verspreid door vogels en kan binnenshuis en buitenshuis voorkomen. Je kunt deze mijt alleen bestrijden door bestrijdingsmiddelen in te zetten. Vraag hiervoor advies aan een ongediertebestrijder. Verwijder vogelnesten en snoei takken die te dicht bij het huis komen. Komt de mijt voor bij boerderijdieren zoals kippen, vervang dan al het nestmateriaal en voeg knoflook toe aan hun drinkwater. 14. **Houd grasharlekijnmijten onder controle.** Al is deze roodbruine mijt niet direct gevaarlijk voor mens en dier, toch kunnen ze je in grote getale tot last zijn. Meng borax met warm water en spuit dit op de plekken waar de mijt voorkomt. Dit zal de mijt doden en ervoor zorgen dat deze zich niet verder kan verspreiden. 15. **Haal meer spinnen in huis.** Sommigen onder ons moeten er niet aan denken, maar spinnen zijn de natuurlijke vijand van de mijt. Spinnen eten de mijten en helpen je zo bij het opruimen van deze vervelende beestjes. Dood dus geen spinnen als je ze in je huis of in de tuin ziet!
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Mijt-bestrijden", "language": "nl"}
Een gedenkwaardige eerste zoen hebben
Iedereen maakt een eerste kus mee, en iedereen is daar zenuwachtig voor. Je hoeft je echter geen zorgen te maken. Er zijn vele tips die je kunnen helpen om die eerste zoen leuk, spannend, en gedenkwaardig te maken—zowel voor jou als voor je partner. 1. **Kies de juiste plek uit.** Om een gedenkwaardige eerste zoen te hebben zijn twee dingen zeer belangrijk: de juiste plek, en het juiste moment. Als je niet zo van publiek houdt, of niet zo’n fan van openbare genegenheid bent, dan zul je het waarschijnlijk niet zo leuk vinden om in het openbaar te zoenen. Een goed moment om te zoenen, is aan het eind van een eerste of tweede date. Het hangt echter allemaal af van de klik die jij en je zoenpartner hebben (de eerste kus hoeft namelijk niet per sé op een date plaats te vinden). Er zijn hartstikke veel romantische aangelegenheden om te zoenen. Denk bijvoorbeeld aan een schoolfeest, in de bioscoop, of op het strand. Zo lang je ervoor zorgt dat zowel jij als je date (of potentiële zoenpartner) het allebei willen zal de eerste kus memorabel zijn—ongeacht waar die plaatsvindt. 2. **Kleed je gepast.** Dit betekent dat je je kleding op de gelegenheid afstemt, maar dat je je ook op je gemak voelt. Bij geweldige en gedenkwaardige eerste kus moet je je op je gemak voelen. Dat is minstens net zo belangrijk als de juiste plek, het juiste moment, en goed kunnen zoenen. Probeer geen kleverige lipgloss op te doen. Het is niet fijn met iemand te zoenen als je bang bent dat je lippen aan elkaar vast blijven plakken. Als je bang bent dat je te veel zult zweten, of vreest dat je zult gaan stinken, draag dan wat deodorant. Ook kun je wat aftershave of parfum opdoen. Onthoud alleen wel dat als het op geurtjes aankomt, less is more. Je wilt je potentiële zoenpartner niet overweldigen met je geur. 3. **Zorg ervoor dat je mondhygiëne op peil is.** Om een gedenkwaardige eerste zoen te beleven is het belangrijk om slechte adem te voorkomen (tenzij je om alle verkeerde redenen herinnerd wilt worden). Neem een pepermuntje of kauwgumpje na het eten of drinken, en poets je tanden voordat je met je potentiële eerste zoenpartner afspreekt. Je hoeft het niet overdreven duidelijk te maken dat je van plan bent om lipcontact te maken. Steek gewoon een pepermuntje in je mond. Bied je zoenpartner er ook een aan, zodat het niet zo opvalt. Probeer zeer kruidig eten, vis, knoflook, uien, en andere voedingsmiddelen en dranken die sterk reuken te mijden. Vrouwen hebben een sterker reukvermogen dan mannen. Deze stap is dus vooral belangrijk als je een jongen bent die een meid wil gaan zoenen. 4. **Bouw de spanning op voor het juiste moment.** Onderdeel van een gedenkwaardige eerste kus, is om de spanning voor de gebeurtenis op te bouwen—zowel voor jou als voor je partner. Ook bouw je hiermee een vertrouwensband op tussen jou en degene die je wilt zoenen. Een goede manier om je interesse in de ander kenbaar te maken, is door hem/haar aan te raken. Je kunt je vingers over zijn/haar arm halen als je met hem/haar praat. Of je kunt je arm of hand tegen de zijne/hare laten wrijven als jullie een wandeling maken. Leun je dichter naar hem/haar toe, zodat jullie zich op je gemak voelen bij elkaar. Als hij/zij weg deinst, of de armen kruist, trek je dan terug. Spanning opbouwen betekent hier dat jullie van tevoren al fantaseren over het moment, en dat het vervolgens nog romantischer is als het daadwerkelijk gebeurt—dit komt door de neurotransmitter dopamine. 5. **Vind het juiste moment.** Wacht niet tot het allerlaatste moment om te besluiten dat je iemand gaat zoenen. Je wilt dat jullie je bij elkaar op jullie gemak voelen, en dat er ten minste iets van een vertrouwensband tussen jullie ontstaan is. Probeer de zoen te initiëren als je je date naar huis brengt na een date, als jullie videospelletjes aan het spelen zijn, als jullie een wandeling maken na het diner of de koffie. Blijf nuchter: zoenen kan de chemische aanmaak van dopamine, serotonine, en oxytocine bevorderen (dit zijn allemaal leuke, prettige, en gezonde stofjes!). Alcohol kan voorkomen dat je de volledige ervaring van deze chemische aanmaak beleeft. Mijd afleidingen, zoals moeten plassen, of je mobieltje (als je op date bent had je telefoon sowieso al uitgeschakeld moeten zijn). 6. **Leun je naar hem/haar toe.** Nadat jullie de spanning opgebouwd hebben, genoten hebben van elkaar, en zich op jullie gemak voelen, kun je je naar hem/haar toe leunen. Laat je partner de resterende afstand overbruggen. Als hij/zij dat niet doet, dan kun je je beter terugtrekken. Je kunt ook vragen of je hem/haar mag zoenen. Veel mensen vinden het fijn om eerst hun toestemming te verlenen als hun persoonlijke ruimte betreden wordt. Maak oogcontact als je dit doet. Oogcontact verhoogt de intimiteit van het kussen. 7. **Kantel je hoofd in de tegengestelde richting van je partner.** Hiermee voorkom je dat jullie met de neus of tanden tegen elkaar botsen. Als je partner zijn/haar hoofd naar links kantelt, kantel je hoofd dan naar rechts. 8. **Doe het rustig aan.** Als alles goed gaat, en je potentiële partner je zijn/haar toestemming verleent heeft, maak dan voorzichtig contact met de lippen. Het kan even duren voor je de schwung te pakken hebt, dus let goed op wat de lippen van ander doen. Een harde zoen is meestal niet aan te raden. Dit voelt veel te plotseling en agressief aan. Laat de agressiviteit voorlopig even achterwege, en pas die pas toe als jullie elkaars zoenstijl en -voorkeuren hebben leren kennen. Agressiviteit kan ook nogal wanhopig overkomen. En dat vinden de meeste mensen niet bepaald aantrekkelijk. 9. **Ontspan.** Serieus, dit kan lastig zijn. Je hoopt immers dat je goed zoent, en je wilt alles goed doen. Door relaxt te zijn en je op je gemak te voelen wordt de kus voor jullie allebei een stuk beter. Het beste dat je kunt doen is volledig in het moment opgaan. Probeer de lippen van de ander echt te voelen, probeer de geur van de ander echt te ruiken (geur is enorm belangrijk met zoenen), en probeer echt te zien hoe de ander op je reageert. 10. **Maak het interessant.** Als je je relaxt en op je gemak voelt, dan kun je wat variatie aanbrengen. Gedenkwaardige zoenen zijn vaak iets ongebruikelijk (op de goede manier), dus probeer wat van deze romantische technieken. Probeer andere plekken dan de lippen te zoenen. Je kunt beginnen bij de nek van je partner, en je van daaruit naar zijn/haar lippen bewegen. Of je kunt je wijsvinger gebruiken om zijn/haar kin naar jouw mond te begeleiden. Onthoud: doe geen rare dingen, tenzij hij/zij daar zijn uitdrukkelijke toestemming voor gegeven heeft. Geef hem/haar bijvoorbeeld niet zomaar een lik. Een goede vuistregel: zorg er bij de eerste zoen voor dat je zijn/haar gezicht niet nat maakt. 11. **Doe iets met je handen.** Je kunt je handen beter niet langs je lichaam laten bungelen. Waarom zouden ze geen deel uit kunnen maken van de pret? Je wilt er natuurlijk wel voor zorgen dat je niet te hard van stapel loopt, dus leg je handen bij de eerste kus alleen op veilige, gepaste plekken. Je kunt je handen in zijn/haar haar, op zijn/haar wang, of je kunt zijn/haar gezicht, middel, of rug vasthouden. Te handtastelijk zijn kan afbreuk doen aan de kus. Leg ze dus niet overal en nergens op. 12. **Gebruik niet meteen je tong.** De eerste kus zou meestal moeten bestaan uit een voorzichtige, tedere aanraking van de lippen. Dit duidt erop dat jullie elkaar erg leuk vinden. Tongzoenen kan altijd later nog, als jullie daar allebei oren naar hebben. De meeste mensen vinden het niet fijn om bij de eerste kus gelijk een tong in hun keel te voelen. 13. **Stop na een paar seconden.** Het is verstandig om na een paar seconden te stoppen met zoenen. Hiermee bouw je de spanning op. Ook geeft het je de kans om te kijken wat je partner ervan denkt, en of hij/zij zich nog op zijn/haar gemak voelt. Beweeg je gezicht langzaam terug naar achteren, slechts een paar centimeter van je partners gezicht af. Zo behoud je de intimiteit van het moment. Kijk hoe hij/zij eruit ziet. Opgewonden? Probeert hij/zij terug te krabbelen? Voelt hij/zij zich ongemakkelijk? Vraag het met woorden: “Is dit oké? Vind je het fijn?” 14. **Dwing je niet op.** Nu jullie het eerste obstakel overwonnen hebben is er geen enkele reden om nog meer te eisen. Ga, als je partner het daar mee eens is, nog wat meer zoenen. Dat is al hartstikke leuk. Als jullie verder willen gaan, doe dat dan. 15. **Maak oogcontact.** Oogcontact maken voor en na de kus verhoogt de intimiteit. Ook stelt het je in staat om te kijken hoe het met je partner gaat, en kun je kijken of hij/zij alles nog leuk vindt. 16. **Glimlach.** Zelfs als je zo betoverd bent door die eerste kus om ook maar iets te zeggen, kan glimlachen hetzelfde effect teweegbrengen. Het laat zien dat jij genoten hebt, en dat je gelukkig bent. Zorg ervoor dat je partner ook glimlacht, en dat hij/zij zich niet ongemakkelijk voelt, of ongelukkig. 17. **Communiceer, op welke manier dan ook.** Je hoeft niets te zeggen; het kan namelijk ontzettend lastig zijn om iets te bedenken dat niet cliché of afgezaagd is. Soms kan non-verbale communicatie net zo belangrijk zijn. Het is belangrijk om je niet te druk te maken over wat je gaat zeggen. Zeg gewoon wat er in je opkomt (tenzij dat iets is als “Ik moet heel nodig plassen”). Je kunt ook fijn fysiek contact leggen. Geef je partner een knuffel bijvoorbeeld. Je kunt ook iets zeggen als, “Dat wilde ik de hele avond al doen” of “Ik wil hier nooit mee stopen” of zelfs iets simpels als “Je bent geweldig.” Je wilt ervoor zorgen dat je partner zich goed voelt. 18. **Ga door met andere capriolen.** Dit kan alles betekenen: jullie kunnen gaan vrijen, maar jullie ook kunnen ook een nieuwe date afspreken. Je hoeft niet gelijk seks te hebben omdat jullie elkaar gezoend hebben. Kijk hoe je partner erover denkt. Kijk hoe het met hem/haar gaat, en wat hij/zij wil doen. Communicatie is ontzettend belangrijk. Je kunt natuurlijk ook, als je partner daar ook zin in heeft, blijven zoenen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-gedenkwaardige-eerste-zoen-hebben", "language": "nl"}
Doelstellingen schrijven voor een onderzoeksvoorstel
Een onderzoeksvoorstel is een gedetailleerde schets voor een belangrijk onderzoeksproject. Ze worden vaak gebruikt voor klasopdrachten, afstudeeropdrachten, subsidieaanvragen en op sommige gebieden zelfs voor sollicitaties, dus is het mogelijk dat je er op een bepaald moment mee te maken krijgt. De doelstellingen zijn een heel belangrijk onderdeel van een onderzoeksvoorstel, omdat ze aangeven waar het project naartoe gaat en wat het doel ervan is. Het ontwikkelen van doelstellingen kan een beetje lastig zijn, dus neem de tijd om erover na te denken. Probeer ze vervolgens zorgvuldig te formuleren, zodat je lezers begrijpen wat je wilt bereiken. Met duidelijke doelstellingen zal je onderzoeksvoorstel veel sterker zijn. 1. **Stel je belangrijkste onderzoeksvraag om je ideeën te sturen.** Als je een onderzoeksvoorstel aan het schrijven bent, dan heb je waarschijnlijk een onderzoeksvraag ontwikkeld. Om je doelstellingen te bepalen, moet je die vraag duidelijk en beknopt formuleren. Analyseer die vraag en overweeg de stappen die je zou moeten nemen om hem te beantwoorden. Je onderzoeksvraag zou bijvoorbeeld kunnen zijn: 'Wat is het effect van langdurig tv-kijken op kinderen?' Je kunt die vraag dan gebruiken om je onderzoek omheen op te bouwen. Beperk je onderzoeksonderwerp als het te breed is. Een breed onderzoeksonderwerp maakt het veel moeilijker om de doelstellingen uit te splitsen. Een onderzoeksvraag als 'Hoe kunnen we het milieu redden?' is een enorme vraag. Iets als 'Welke veiligheidsmaatregelen zouden oceaanvervuiling kunnen voorkomen?' is specifieker en haalbaarder. 2. **Beschrijf het uiteindelijke doel van je studie.** Bedenk wat je met je onderzoeksproject wilt bereiken. Dit is vergelijkbaar met je onderzoeksvraag, maar de beoogde resultaten moeten duidelijker worden aangegeven. Als je bijvoorbeeld de effecten van langdurig tv-kijken op kinderen zou willen meten, zou je kunnen zeggen: 'Dit onderzoek zal ouders en zorgverleners vertellen hoeveel tv-tijd veilig is voor kinderen jonger dan vijf jaar.' Het bepalen van je beoogde resultaten helpt bij het ontwikkelen van je doelstellingen. Houd in gedachten dat je in de meeste gevallen niet moet zeggen dat je onderzoek iets precies zal bewijzen of ontkrachten, omdat je het werk nog niet hebt gedaan. Zeg niet 'Dit onderzoek gaat bewijzen dat honing geen effectieve behandeling is voor acne.' Maak er in plaats daarvan iets van als 'Deze studie onderzoekt of honing wel of niet een effectieve behandeling is tegen acne.' 3. **Splits dat doel op in subcategorieën om je doelstellingen te ontwikkelen.** In de meeste gevallen zal je uiteindelijke doel groot genoeg zijn om op te splitsen in kleinere stappen. Deze stappen vormen de basis van je lijst met doelstellingen. Kijk naar je onderzoeksvraag en gestelde doel en bedenk welke stappen je zou nemen om ze te beantwoorden. Als je onderzoeksvraag iets is als: 'Wat is het effect van langdurig tv-kijken op kinderen?', dan zijn er een paar categorieën waar je naar zou kunnen kijken. Doelstellingen verpakt in die vraag zouden kunnen zijn: 1) het zich voordoen van vermoeide ogen bij kinderen die veel tv kijken; 2) hun spierontwikkeling; 3) hun niveau van socialisatie met andere kinderen. Stel je doelstellingen op rond het beantwoorden van deze vragen. 4. **Beperk je doelstellingen tot drie à vijf.** Als je te veel doelstellingen probeert te bereiken, wordt je project onhandelbaar en kan het je te veel worden. Houd je lijst met doelstellingen beperkt tot 3-5 specifieke doelen. Op die manier is je project substantieel genoeg om belangrijke vragen te beantwoorden, maar niet zo groot dat je het niet kunt voltooien. Je kunt altijd in je onderzoeksvoorstel vermelden dat je van plan bent om toekomstige experimenten of studies te ontwerpen om aanvullende vragen te beantwoorden. De meeste experimenten laten vragen onbeantwoord en vervolgstudies proberen die vervolgens te beantwoorden. 5. **Verdeel je doelstellingen in één algemene en 3-4 specifieke.** In veel onderzoeksvoorstellen is de juiste indeling een algemene of lange termijn doelstelling, gevolgd door een paar specifieke. De algemene doelstelling is in wezen wat je hoopt te bereiken met het project. De specifieke doelstellingen zijn de bouwstenen van die algemene doelstelling. Verdeel de twee categorieën voor een goed gefocust en gepland onderzoeksproject. Een algemene doelstelling zou kunnen zijn: 'Stel het effect van voeding op de geestelijke gezondheid vast.' Enkele specifieke doelen in dat project zouden kunnen zijn: 1) Bepaal of bewerkte voedingsmiddelen depressie verergeren; 2) Identificeer voedingsmiddelen die de stemming verbeteren; 3) Meet of portiegroottes een effect hebben op de stemming. Niet alle onderzoeksvoorstellen willen dat je een onderscheid maakt tussen algemene en specifieke doelen. Denk eraan de instructies te volgen voor het voorstel dat je aan het schrijven bent. 6. **Beoordeel elke doelstelling aan de hand van het SMART acroniem.** Dit acroniem staat voor Specifiek, Meetbaar, Acceptebel, Realistisch, en Tijdgebonden. Het is een veelgebruikt hulpmiddel voor het stellen van allerlei doelen en het is een geweldige leidraad voor het beoordelen van je onderzoeksdoelstellingen. Onderwerp al je doelstellingen aan deze test om te zien hoe sterk ze zijn. Verwijder zwakke doelstellingen of herzie ze. De beste doelstellingen komen overeen met elke letter in het SMART acroniem. De zwakkere missen enkele letters. Je kunt bijvoorbeeld een onderwerp bedenken dat specifiek, meetbaar en tijdgebonden is, maar niet realistisch of acceptabel (haalbaar). Dit is een zwakke doelstelling omdat je hem waarschijnlijk niet kunt bereiken. Denk aan de middelen die je tot je beschikking hebt. Sommige doelstellingen zijn misschien haalbaar met de juiste uitrusting, maar als je die uitrusting niet hebt, dan kun je dat doel niet bereiken. Je zou bijvoorbeeld DNA-structuren in kaart willen brengen, maar je kunt geen DNA bekijken zonder een elektronenmicroscoop. Stel dezelfde vraag voor je hele project. Is het over het algemeen haalbaar? Je wilt niet te veel proberen te bereiken en jezelf overvragen. De specifieke woorden in dit acroniem veranderen soms, maar het sentiment is hetzelfde. Je doelstellingen moeten duidelijk en specifiek zijn, meetbaar, haalbaar, en beperkt in tijd. 7. **Begin elke doelstelling met een actie werkwoord.** Doelstellingen gaan over actie, dus gebruik werkwoorden wanneer je ze opsomt. Denk aan sterke actiewerkwoorden om elke doelstelling mee te beginnen. Hierdoor ziet je voorstel er uitvoerbaar en dynamisch uit. Werkwoorden als gebruiken, begrijpen, of bestuderen zijn vaag en zwak. Kies in plaats daarvan woorden als berekenen, vergelijken en beoordelen. Je doelstellingenlijst zou er zo uit kunnen zien: 1) Vergelijk de spierontwikkeling van kinderen die videospelletjes spelen met kinderen die dat niet doen; 2) Beoordeel of videospelletjes al dan niet vermoeide ogen veroorzaken; 3) Bepaal of videospelletjes de sociale vaardigheden van een kind belemmeren. Sommige voorstellen gebruiken de infinitiefvorm van werkwoorden, zoals 'meten' of 'bepalen'. Dit is ook prima, maar raadpleeg de instructies van het voorstel om te zien of dit correct is. 8. **Formuleer elke doelstelling duidelijk en beknopt.** Je doelstelling mag maximaal één zin zijn. Gebruik duidelijke, eenvoudige en bruikbare taal zodat je lezers je doelstellingen kunnen volgen en begrijpen. Je kunt je doelstellingen verder toelichten in het onderzoeksvoorstel. Je hoeft niet veel uit te wijden als je ze alleen maar opsomt. Als je moeite hebt om een doelstelling in te korten tot één zin, dan moet je hem waarschijnlijk opsplitsen in twee doelstellingen. Het kan ook zijn dat het te ingewikkeld is voor dit project. 9. **Gebruik specifieke taal zodat lezers weten wat je doelen zijn.** Doelstellingen hoeven niet vol te staan met specifieke gegevens, maar ze moeten voldoende gedetailleerd zijn zodat lezers precies weten wat je bestudeert. Wees zo duidelijk mogelijk, zodat het voor de lezer duidelijk is waar je aan werkt. Bijvoorbeeld: 'Bepaal of zonlicht schadelijk is' is te vaag. Geef in plaats daarvan de doelstelling aan als: 'Bepaal of langdurige blootstelling aan de zon het risico op huidkanker bij proefpersonen verhoogt.' Het is nuttig om iemand anders je voorstel te laten lezen en te kijken of zij de doelstellingen begrijpen. Als ze je doelstellingen verwarrend vinden, dan moet je specifieker zijn. 10. **Vermeld je doelstellingen als resultaten in plaats van een proces.** Dit is een kleine verandering, maar het maakt je voorstel zelfverzekerder en actiegerichter. Probeer de doelstellingen te omschrijven als definitieve antwoorden in plaats van vragen. Dit soort zelfverzekerde taal maakt je voorstel sterker. Zeg bijvoorbeeld niet: 'Meet het effect van straling op levend weefsel.' Zeg in plaats daarvan: 'Bepaal welk niveau van straling gevaarlijk is voor levend weefsel.' Denk eraan om doelstellingen niet aan te geven als je de experimenten al gedaan hebt. Ze zijn nog steeds niet beantwoord. 11. **Plaats je doelstellingen na je inleiding en probleemstelling.** In het algemeen begin je met een inleiding en een verklaring van je probleem of vraag. Dit geeft de structuur en richting van het project aan. Na deze onderdelen komen de doelstellingen. Elk van deze onderdelen moet een duidelijke kop hebben, dus begin het onderdeel doelstellingen met 'Doelstellingen' in grote, dikgedrukte tekst. Dit is een gebruikelijke opmaak voor onderzoeksvoorstellen, maar niet universeel. Volg altijd de opmaak zoals vermeld in de instructies. Afhankelijk van hoe lang je inleiding moet zijn, zou je daar ook de doelstellingen kunnen vermelden. Dit hangt af van of je ruimte hebt of niet. 12. **Noteer de doelstellingen in het voorstel als abstract als je er een hebt.** Sommige onderzoeksvoorstellen hebben in het begin een abstract. Dit is in wezen een gedetailleerde samenvatting van het voorstel. Als je de opdracht hebt gekregen om een abstract op te nemen, vermeld dan kort de doelstellingen erin. Op die manier kunnen de lezers vanaf het begin zien wat de richting van het project is. In deze samenvatting moet op zijn minst de algemene doelstelling staan. Dit vertelt de lezers waar je studie naar toe werkt. 13. **Begin de sectie met je algemene doelstelling.** Begin het deel over de doelstellingen met een paar zinnen over het project en het uiteindelijke doel ervan. Vermeld in deze inleiding duidelijk de algemene doelstelling, dat is wat je met het project wilt bereiken. Begin je hoofdstuk over de doelstellingen met deze algemene doelstelling, voordat je specifieker wordt. In sommige onderzoeksprojecten wordt de algemene doelstelling in plaats daarvan een lange termijn doel genoemd. Pas je taalgebruik aan de eisen van het voorstel aan. Sommige richtlijnen voor voorstellen vragen misschien alleen om de specifieke doelstellingen in plaats van een splitsing tussen de algemene en de specifieke doelstellingen. Splits ze niet op als de instructies zeggen dat je dat niet moet doen. 14. **Geef vervolgens je specifieke doelstellingen.** Als je al besloten hebt wat je doelstellingen zijn, dan is dit deel makkelijk. Begin een genummerde lijst na de introductie en geef elk doel een eigen nummer. Vergeet niet dat elk doel maximaal een zin lang is en dat je begint met actieve werkwoorden. Schrijf helder en beknopt, zodat de lezer precies begrijpt wat je doelen zijn. Je introductie kan als volgt luiden:'Mijn projectdoel voor de lange termijn is het bepalen of het wel of niet langdurig spelen van video-games, schadelijk is voor kinderen jonger dan vijf jaar. Dit doel wil ik bereiken door aan de volgenden doelstellingen te voldoen:1) Het vergelijken van de spierontwikkeling van kinderen die wel of geen videogames spelen2) Nagaan of videogames vermoeide ogen veroorzaken3) Vastellen of het spelen van videogames de sociale vaardigeden van kinderen hindert' De specifieke doelstellingen worden meestal als opsommingstekens of genummerde lijst opgenomen. Volg ook hierbij echter de vereisten van de opdracht op.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Doelstellingen-schrijven-voor-een-onderzoeksvoorstel", "language": "nl"}
Rode bieten bereiden
Rode bieten zitten boordevol met belangrijke voedingsstoffen en antioxidanten. Ze zijn makkelijk te bereiden en als heerlijk caloriearm hapje met een klontje boter of snufje kaneel eroverheen ook erg geschikt. Je kan het beste jonge rode bieten eten dus probeer jonge bietjes met de blaadjes er nog aan te kopen. In dit artikel kun je lezen hoe je bietjes kookt, in de oven bakt en schilt. Ook staan hier recepten voor rode bieten salade en rode bieten gratin. 1. **Rode bieten in de oven bakken.** Dit is een goede manier om de heerlijke smaak van de bieten naar buiten te laten komen en om de voedingsstoffen intact te laten. Gebakken rode bieten uit de oven zijn heerlijk in salades of als bijgerecht. Schrob de rode bieten schoon, zorg dat je al het vuil verwijdert. Snijd de blaadjes en de bovenkant er met een scherp mes af. Verwarm de oven voor op 300 graden. Smeer de rode bieten met olijfolie in en bestrooi ze met peper en zout. Leg de rode bieten in een braadpan met aluminiumfolie erin. Bedek ze met aluminiumfolie. Zet de pan in de oven en bak de bietjes minstens een uur. Controleer of ze gaar zijn door er met een vork in te prikken. Als je weerstand voelt moeten ze er nog even in. Als ze zacht zijn kun je ze eruit halen. Haal de rode bieten uit de oven en laat ze afkoelen. Als de rode bieten afgekoeld zijn kun je de schil eraf gaan trekken. Gebruik ze in een recept of dien ze zo op. 2. **Rode Bieten koken.** Als je ze kookt worden ze zacht en nattig. Haal de blaadjes van de rode bieten maar laat er ongeveer 5 cm. van de stengels aan zitten. Dan kan er tijdens het koken geen vocht ontsnappen. Leg de rode bieten in een pan en giet er water overheen totdat ze onder water staan. Breng het water aan de kook. Kook ze totdat je er met een vork in kan prikken. Als de rode bieten bijna klaar zijn vul je de gootsteen of een grote kom met zeer koud water. Giet de rode bieten af en leg ze in het koude water. 3. **Als de rode bieten voldoende zijn afgekoeld kun je ze in je handen houden en met je duim de schil gaan verwijderen.** 4. **Breng de bietjes op smaak en dien ze op of gebruik ze in een recept.** 5. **Bak en schil de roden bieten zoals hierboven beschreven staat.** 6. **Snijd de geschilde rode bieten in kleine stukjes en leg ze in een kom.** 7. **Vermeng de rode bieten met de avocado en de ui.** 8. **Doe de olijfolie, het citroensap, zout en peper bij elkaar in een klein kommetje en klop het met een vork totdat het mengsel glad geworden is.** 9. **Schenk de dressing over de bieten, de avocado en de ui.** Roer goed zodat de smaken zich met elkaar vermengen. 10. **Verdeel de sla op grote kommen of borden.** Leg daarop het bietenmengsel. Dien het op met meer dressing erbij. 11. **Kook en schil de rode bieten zoals hierboven beschreven staat.** Snijd ze in schijfjes van ongeveer 2,5 cm. dik. 12. **Verwarm de oven voor op 300 graden.** 13. **Vet een ovenschaal in met olijfolie.** Leg de schijfjes rode bieten op de bodem van de schaal, het is niet erg als ze elkaar overlappen. Maak zoveel lagen als je wilt. 14. **Klop in een kleine kom de eieren, melk, knoflook, Gruyere en een snufje zout en peper.** 15. **Schenk het mengsel over de rode bieten in de ovenschaal.** 16. **Zet de ovenschaal in de oven en bak de rode bieten 35 minuten of totdat de gratin goudbruin is en als je belletjes ziet.** 17. **Laat de ovenschaal 10 minuten afkoelen voordat je het gerecht opdient.** 18. **Klaar.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Rode-bieten-bereiden", "language": "nl"}
Een iPhone uit de herstelmodus krijgen
Je iPhone gaat automatisch in de herstelmodus als je een update van iOS uitvoert of als je een reservekopie terugzet met iTunes. Soms gaat de iPhone niet meer uit de herstelmodus terwijl dat wel zou moeten; het opstartproces wordt dan alsmaar herhaald of je ziet alleen nog maar een scherm met het logo van iTunes en een USB-kabel. Je kunt iTunes gebruiken om uit de herstelmodus te komen, maar je telefoon wordt hierbij wel gewist, waarna je er een reservekopie op terug moet zetten. Je kunt ook externe programma's gebruiken zoals "TinyUmbrella" om uit de herstelmodus te komen. 1. **Start iTunes op je computer.** Met deze methode haal je je iPhone uit de herstelmodus, en tegelijkertijd herstel je er je iPhone mee. Alles wordt dus gewist op de iPhone, maar tijdens het herstelproces wordt wel een reservekopie aangemaakt, waardoor je je gegevens naderhand weer kunt terugzetten. 2. **Verbind je iPhone met je computer met de bijgeleverde USB-kabel.** 3. **Klik op .** OK 4. **Selecteer je iPhone in de lijst met knoppen bovenaan het venster van iTunes.** 5. **Klik op de knop .** Herstel iPhone.... Volg de instructies om een reservekopie van je iPhone te maken voor het herstellen. 6. **Wacht tot het maken van de reservekopie en het herstellen is afgerond.** Dat kan enkele minuten duren. 7. **Selecteer "Zet reservekopie terug" in iTunes nadat de telefoon is hersteld.** Nu kun je de reservekopie die zojuist is gemaakt selecteren en weer terugzetten op de telefoon. 8. **Download het programma TinyUmbrella.** Dit programma is ontwikkeld om te kunnen "downgraden" en lokaal te kunnen herstellen, maar het programma bevat ook hulpmiddelen waarmee je je iPhone uit de oneindig herhalende herstelmodus kunt krijgen. Je kunt het programma hier downloaden: blog.firmwareumbrella.com/. 9. **Verbind je iPhone met je computer.** Sluit iTunes af als dat wordt geopend. 10. **Start het programma TinyUmbrella.** Je ziet verschillende vensters verschijnen met waarschuwingen. Dit kun je zonder problemen negeren, want je gebruikt het programma alleen maar om je iPhone uit de herstelmodus te krijgen. Let op: als er een foutmelding verschijnt als je TinyUmbrella opstart, klik dan hier voor verdere instructies over het installeren van Java. 11. **Klik op de knop .** Exit Recovery. Nu wordt geprobeerd om je iPhone geforceerd uit de herstelmodus te krijgen. Lees door als dit niet werkt. 12. **Zet je telefoon in de DFU-modus.** Om het volgende hulpmiddel te kunnen proberen moet je iPhone eerst in DFU-modus (Device Firmware Upgrade) worden geplaatst. Zoek online naar verdere instructies. 13. **Klik op de knop .** Fix Recovery. TinyUmbrella zal nu proberen om de functie "Herstelmodus" op je iPhone te repareren, zodat je iPhone niet meer vastloopt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-iPhone-uit-de-herstelmodus-krijgen", "language": "nl"}
Een beschimmelde waterfles schoonmaken
Uit een herbruikbare waterfles drinken is een goede manier om het milieu te helpen en tegelijkertijd geld te besparen. Echter, de meeste mensen wassen hun waterfles niet genoeg, wat resulteert in een schimmelige puinhoop vol met bacteriën. Geen angst, je kunt gelukkig van de schimmel afkomen en je waterfles ontsmetten zodat je hem opnieuw kunt gebruiken. 1. **Haal de waterfles zoveel mogelijk uit elkaar.** Schroef de dop los of verwijder het geïntegreerde rietje als dat kan. Als je fles aan de binnenkant een rubberen zegel heeft, verwijder die dan ook, aangezien daar na verloop van tijd vuil en schimmel kan ophopen. Roestvrij stalen, vacuüm gesloten flessen zijn bijzonder ontvankelijk voor schimmels onder het rubberen zegel. 2. **Spoel zoveel mogelijk schimmel weg met heet water en afwasmiddel.** Giet warm water in de fles, vul tot ongeveer 2/3 vol is en voeg 2-3 druppels afwasmiddel toe. Doe de dop er weer op en schud het mengsel grondig gedurende 1-2 minuten. Giet het water door de gootsteen. Het is ook goed om de onderdelen van de fles enkele minuten in warm water met afwasmiddel te laten weken. Je moet dit mogelijk meerdere keren doen voor hardnekkige schimmels. 3. **Schrob de fles schoon met zeep en heet water.** Voeg vers, heet water en 2-3 druppel afwasmiddel toe. Herplaats de dop en schud. Neem de dop af en gebruik en flessenborstel of andere schrobborstel om bij de bodem van de fles te komen. Kijk met een zaklamp in de bodem van de fles om te zien of er nog schimmelvlekken in zitten. Als dat zo is, blijf dan schrobben totdat je geen vlekken meer ziet. 4. **Maak de dop en zegel apart schoon.** Schrob deze grondig met een mengsel van heet water en afwasmiddel en zorg ervoor dat je in alle hoeken en gaten komt. Gebruik indien nodig een zaklamp om in de onderdelen te kijken. 5. **Gebruik een pijpborsteltje voor geïntegreerde rietjes, plastic rietjes en andere nauwe onderdelen.** Controleer de binnenkant met een zaklamp om te verzekeren dat je alle schimmel eruit haalt. Je moet de borstel mogelijk meerdere keren uitspoelen om de schimmel eraf te krijgen. Houd rietjes onder stromend water om vuil en zeepresten te verwijderen. 6. **Zet de fles in de afwasmachine om de schoonmaakbeurt af te ronden.** Als je fles zo schoon mogelijk is, zet je de fles en alle onderdelen die veilig in de afwasmachine kunnen in de afwasmachine. Stel de machine in op ontsmetting of hygiëne als hij die instelling heeft, om te verzekeren dat de fles grondig schoon is. Controleer de fles en zijn onderdelen altijd om te verzekeren dat ze veilig in de afwasmachine kunnen. 7. **Dep de fles en de onderdelen droog met een theedoek en laat dan volledig aan de lucht drogen.** Veeg alles dat afgedroogd kan worden, binnen en buiten, zoveel mogelijk af. Plaats de onderdelen dan ondersteboven op een afdruiprek of schone theedoek en laat volledig drogen. 8. **Voeg 1 eetlepel bleek toe aan ca.** 950 ml water voor het weken. Roer het mengsel samen en giet het in je fles. Plaats eventuele klein, verwijderbare onderdelen in een kom en bedek ze met de bleekoplossing. Laat de oplossing ten minste 4-6 uur weken om de fles te ontsmetten. Deze oplossing zou alle schimmels moeten doden en helpt om van geurtjes af te komen. 9. **Probeer 1 deel azijn op 4 delen water voor een natuurlijker ontsmettingsmiddel.** Gebruik gedestilleerde witte azijn. Giet de oplossing in de fles en over de onderdelen van de fles. Laat ze een nacht weken om de fles goed te ontsmetten. Giet het mengsel de volgende ochtend weg. Dit kan ook helpen bij het verwijderen van muffe geurtjes. Als je fles in bijzonder slechte staat is, kun je onverdunde, gedestilleerde azijn gebruiken gedurende 10 minuten. 10. **Giet 4% waterstof peroxide in de fles en laat 10 minuten staan voor een snelle verfrissing.** Vul de fles met waterstof peroxide en bedek de losse onderdelen ermee. Laat 10 minuten intrekken voordat je het mengsel weggiet. Vermijd het combineren van verschillende schoonmaakmiddelen, zelfs de veilig lijkende zoals azijn en waterstof peroxide. Op zijn minst maakt het de middelen ineffectief, maar je zou er ook giftige dampen mee kunnen produceren. 11. **Voeg kokend water toe aan flessen die de hitte kunnen weerstaan.** De meeste metalen flessen kunnen deze hitte weerstaan, maar controleer de bodem van plastic en metalen flessen om te controleren of ze veilig op het onderste rek van de vaatwasser kunnen. Kook dan water en laat afkoelen tot ca. 80 graden Celsius. Giet het hete water in de fles en laat staan totdat het water kamertemperatuur heeft bereikt. Als de fles veilig op het onderste rek van de vaatwasser kan, kan hij beter tegen de hete temperatuur van kokend water. Het symbool dat je zoekt is een bord met waterdruppels erboven. Als er staat alleen bovenste rek, dan moet je deze stap overslaan. Dit symbool is 2 borden met diagonale lijnen erboven, die water voorstellen. Alles boven de 70 graden Celsius zal bacteriën doden, maar houd rekening met de afkoeling. 12. **Spoel de fles grondig uit als je hem hebt ontsmet.** Nadat je het schoonmaakmiddel weg hebt gegoten, voeg je schoon water toe aan de fles en de onderdelen. Doe de dop op je fles en schud om de binnenkant uit te spoelen. Herhaal 2-3 keer om te verzekeren dat je al het ontsmettingsmiddel uit je fles hebt gespoeld. 13. **Droog de fles de onderdelen goed af met een theedoek.** Veeg de binnenkant van de fles droog en schud zoveel mogelijk water van de onderdelen af. Laat de fles en onderdelen dan ondersteboven drogen op een theedoek. Zorg ervoor dat alles helemaal droog is voordat je de fles weer in elkaar zet.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-beschimmelde-waterfles-schoonmaken", "language": "nl"}
Grote getallen vermenigvuldigen
Keersommen kunnen er soms wat intimiderend uitzien, zeker als je te maken hebt met grote getallen. Maar met een stapsgewijze aanpak zal je merken dat het helemaal geen probleem hoeft te zijn. Je zult zien dat je al snel de lastigste rekenopgaven foutloos op kunt lossen door het volgen van onderstaande stappen. 1. **Plaats het grootste getal boven het kleinere getal.** Stel je wilt 756 en 32 met elkaar vermenigvuldigen. Schrijf 756 dan boven 32 en zorg ervoor dat de eenheden en tientallen zijn uitgelijnd, dus dat de 6 van 756 boven de 2 van 32 staat en de 5 van 756 boven de 3 van 32, enzovoort. Hierdoor voorkom je dat je fouten maakt en wordt de vermenigvuldiging overzichtelijker. Je begint met het vermenigvuldigen van de 2 van 32 met elk van de getallen van 756 en daarna vermenigvuldiging je de 3 van 32 met elk van de getallen van 756. Maar laten we niet op de zaken vooruitlopen. Het 'grotere' nummer is het nummer met de meeste cijfers (cijfers). 2. **Vermenigvuldig de eenheden van het onderste getal met de eenheden van het bovenste getal.** Neem de 2 van 32 en vermenigvuldig het met de 6 van 756. 6 maal 2 is 12, dus noteer de 2 onder de eenheden en plaats de 1 boven de 5. Je schrijft dus eerst het getal op dat bij de eenheden hoort en is er een tiental, dan plaats je dat getal boven het tiental van het bovenste getal. Je hebt nu dus een 2 onder de 6 en de 2. 3. **Vermenigvuldig de eenheden van het onderste getal met het tiental van het bovenste getal.** Dus 2 x 5=10. Tel 1 erbij op (de 1 die je erboven had geplaatst) en schrijf de eenheid 1 van het resultaat 11 eronder en plaats de 1 van 11 boven de 7 van 756. 4. **Vermenigvuldig de eenheden van het onderste getal met het honderdtal van het bovenste getal.** Vermenigvuldig nu 2 met 7. Tel bij dit product de erboven geplaatste 1 op. Dus 14 + 1=15. Nu kun je dit in z'n geheel onderaan erbij plaatsen. 5. **Schrijf een 0 als eenheid onder het eerste product.** Vermenigvuldiging nu het tiental 3 van 32 met elk getal van 756, maar schrijf eerst een 0 onder de 2 van 1512 voor je begint, omdat je al in de tientallen bent. Zou het getal groter zijn dan komt er nog een product onder te staan en begin je met twee nullen, enzovoort. 6. **Vermenigvuldig het tiental van het onderste getal met de eenheden van het bovenste getal.** Vermenigvuldig: 3 x 6=18. Plaats weer de 8 onderaan en plaats de 1 van 18 boven de 5. 7. **Vermenigvuldig het tiental van het onderste getal met het tiental van het bovenste getal.** Vermenigvuldig: 3 x 5=15. Tel hier de erboven geplaatste 1 bij op, dit geeft dus 16. Schrijf de 6 op en plaats de 1 boven de 7. 8. **Vermenigvuldig het tiental van het onderste getal met het honderdtal van het bovenste getal.** Vermenigvuldig: 3 x 7=21. Tel hierbij de erboven geplaatste 1 op, dit geeft 22. Dit getal kun je zo opschrijven zonder dat een tiental verplaatst hoeft te worden. Schrijf dit dus op naast de 6. 9. **Tel de eenheden van de beide producten bij elkaar op.** De producten zijn 1512 en 22680. Tel eerst op: 2 + 0=2. Noteer het resultaat in de eenheden kolom. 10. **Tel de tientallen bij elkaar op.** Dus 1 + 8=9. Plaats de 9 links naast de 2. 11. **Tel de honderdtallen bij elkaar op.** Dus 5 + 6=11. Noteer de 1 naast de 9 en plaats de 1 van het tiental boven de 1 van het duizendtal van het eerste product. 12. **Tel de duizendtallen op van beide producten.** Dus 1 + 2=3. Tel hierbij ook de erboven geplaatste 1 op, dus 3 + 1=4. Schrijf dit op. 13. **Tel de tienduizendtallen op van beide producten.** Het eerste product is kleiner dan tienduizend maar de tweede heeft 2 als tienduizendtal. Tel nu bij elkaar op: 2 + 2=4, en schrijf dit op. DIt geeft uiteindelijk als antwoord 24.192. 14. **Controleer je antwoord met een rekenmachine.** Voer het volgende in: 756 x 32 wat als antwoord 24.192 op zou moeten leveren. Nu ben je helemaal klaar! 15. **Schrijf de opgave op.** Stel je wilt 325 met 12 vermenigvuldigen. Noteer dit. Het ene getal plaats je naast het andere, niet onder elkaar. 16. **Deel het kleinere getal op in tientallen en eenheden.** Houdt 325 zoals het is en deel 12 op in 10 en 2. 17. **Vermenigvuldig het grotere getal met het tiental van het andere getal.** Dus 325 x 10=3250. 18. **Vermenigvuldig het grootste getal met de eenheid van het andere getal.** Dus 300 x 2 is 600 en 25 x 2 is 50. Tel deze bij elkaar op: 600 + 50=650. 19. **Tel de twee producten bij elkaar op.** Tel 3250 op bij 650. Dit kun je gewoon doen zoals je dat gewend bent. Plaats 3250 boven 650 en tel op. Het antwoord hoort uit te komen op 3900. Dit is eigenlijk hetzelfde als een gewone vermenigvuldiging, maar door het opdelen van het kleinste getal in tientallen en eenheden wordt het mogelijk om meer van de berekening uit je hoofd te doen, zonder dat je teveel hoeft te vermenigvuldigen en verplaatsen. Beide methoden geven hetzelfde resultaat, gebruik ze dus daar waar dit het handigst is voor een bepaalde opgave.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Grote-getallen-vermenigvuldigen", "language": "nl"}
De vacht van een poedel verzorgen
Als je een poedel hebt, dan vind je het wellicht lastig om zijn vacht zelf te verzorgen. Door dit echter zelf te doen versterk je de band met je hond en bespaar je op termijn veel geld. Het lijkt misschien moeilijk om de vacht van een poedel te verzorgen, maar het is in wezen iets dat iedereen kan leren. Je hebt alleen wel wat geduld nodig en de motivatie om de vaardigheden aan te leren en ermee te oefenen. 1. **Borstel de vacht van je hond.** Borstelen is belangrijk bij honden, maar vooral bij poedels. Het haar van een poedel kan gemakkelijk samenklitten en vervilten wanneer de hond verhaart en daarom wordt het meestal aangeraden om langharige poedels iedere dag te borstelen. Als de hond een kortere vacht heeft, dan kun je hem over het algemeen prima een of twee keer per week borstelen. Begin met borstelen bij de nek van de poedel en werk naar de staart toe. Gebruik een gladdere borstel om hardnekkige klitten en vervilte stukken voorzichtig te ontwarren. 2. **Knip dikke vervilte stukken en knopen weg met een schaar.** Vervilte stukken en knopen die je niet met een borstel kunt verwijderen knip je zorgvuldig weg met een schaar. Het is belangrijk om de vervilte stukken die je vindt weg te knippen, want ze kunnen aan de huid trekken en je huisdier ongemak bezorgen. Vanwege de manier waarop poedels verharen vervilt hun vacht erg snel als deze lange tijd niet verzorgd wordt. In extreme gevallen kan je huisdier door het vervilten zelfs een infectie aan de huid krijgen, wat erg pijnlijk voor hem kan zijn. 3. **Maak een bad klaar.** Het is belangrijk om je hond in bad te doen, vooral als hij vuil is geworden omdat hij buiten gespeeld heeft. Zorg dat je je hond wast voordat je zijn vacht trimt met een tondeuse, want door een vuile en erg vettige vacht kunnen de snijmessen van de tondeuse al vrij snel bot worden. Als je je hond echter te vaak wast, kunnen de natuurlijke vetten weggewassen worden die de vacht nodig heeft om gezond te blijven. Het wordt aangeraden om je hond ongeveer een keer in de drie maanden te wassen, tenzij het nodig is om het vaker te doen. Vul je badkuip met enkele centimeters water. Onthoud dat je het bad niet volledig hoeft te vullen en dat je hond waarschijnlijk vrij veel spettert. Je hond moet ongeveer tot aan zijn enkels in het water staan. 4. **Til je hond in de badkuip en maak zijn vacht nat.** Sommige honden houden ervan om in bad te gaan, terwijl andere honden er een hekel aan hebben. Als je hond het niet leuk vindt om in bad te gaan, dan kun je iemand vragen om te helpen om de hond tijdens het wassen in de badkuip te houden. Gebruik een beker of een kan om van de kop tot de staart water over je hond te gieten. Zorg dat er geen water in de ogen en oren van je poedel terechtkomt. 5. **Breng van de kop tot de staart shampoo aan op de vacht van je poedel.** Je hond zal het wassen waarschijnlijk iets leuker vinden als je zijn rug masseert terwijl je de shampoo in de vacht smeert. Gebruik een speciale hondenshampoo. Hondenshampoo bevat alle stoffen die nodig zijn om de vacht van je poedel gezond te houden. Het bevat niet dezelfde stoffen als shampoo voor mensen, want die stoffen kunnen schadelijk voor je huisdier zijn. 6. **Spoel de vacht van je poedel grondig uit en werk van de kop naar de staart toe.** Blijf spoelen met schoon water totdat het spoelwater schoon blijft en je geen zeepresten meer ziet. Zorg dat er geen zeepsop in de ogen en oren van je poedel terechtkomt. 7. **Droog de vacht van je hond af.** Dep en wrijf de vacht van je poedel voorzichtig droog van de kop tot de staart. Je kunt de vacht van je poedel na het wassen nog eens borstelen en hem na het borstelen een tweede keer afdrogen met een handdoek. Zorg dat je de oren van je hond grondig schoonmaakt en afdroogt met een handdoek of schone vellen keukenpapier. Het is belangrijk om de oren van binnen en van onderen goed schoon te maken om te voorkomen dat ze geïnfecteerd raken met bacteriën, schimmels en parasieten. 8. **Poets de tanden van je poedel.** Gebruik een tandenborstel om voorzichtig het opgehoopte plak te verwijderen onderaan de tanden van je poedel. Zorg dat je een speciale hondentandpasta gebruikt. Je poedel zal zeker wat tandpasta doorslikken en tandpasta voor mensen kan maagklachten bij honden veroorzaken. Poets voorzichtig. Onthoud dat je hond er wellicht niet aan gewend is dat er iets over zijn tandvlees wrijft. Als je te hard of te snel poetst, kan het gevoelige tandvlees van je poedel pijn gaan doen. Zorg dat je het gebit van je hond regelmatig poetst. Door het gebit van je hond te poetsen kun je voorkomen dat er zich tandsteen ophoopt. Tandsteen kan tandvleesaandoeningen veroorzaken, evenals bacteriële infecties die je hond fataal kunnen worden. 9. **Knip de nagels van je hond.** Het is belangrijk om de nagels van je hond kort te houden, want lange nagels kunnen pijn doen en problemen opleveren voor je huisdier. Knip ze echter ook niet te kort, want dan kunnen ze gaan bloeden. Wellicht kun je de nagels van je hond knippen met een gewone schaar, maar dit is waarschijnlijk gemakkelijker te doen met een speciaal hulpmiddel als een nagelknipper. Knip niet in ‘het leven’. Dit deel van de nagel bevindt zich het dichtst bij de tenen van je hond, is erg gevoelig en bloedt snel. Vraag je dierenarts of een hondentrimmer om de nagels van je hond te knippen als het je niet lukt om dit zelf thuis te doen. 10. **Kies een model voor je poedel uit.** Er zijn verschillende stijlen en modellen waar je als poedeleigenaar uit kunt kiezen. Enkele bekende modellen zijn het puppymodel, het continentale model en het bikinimodel. Er zijn andere modellen, maar deze worden het meest gekozen. Vraag advies aan een hondentrimmer welke modellen het beste voor je hond zijn. Onthoud dat als je de vacht van je hond grotendeels zelf verzorgt, je er veel tijd en moeite in moet steken. Sommige modellen zijn gemakkelijker te trimmen en bij te houden. Bij de bekendste modellen worden de snuit, de poten en het onderste deel van de staart van de poedel getrimd of geschoren. De stijl van de vacht hangt sterk af van het gekozen model. 11. **Koop een hoogwaardige tondeuse en schaar.** Je komt wellicht in de verleiding om een goedkopere tondeuse of schaar te kopen, maar een product van een betere kwaliteit is beter voor je hond. Een goede tondeuse schraapt minder snel over de huid van je hond en trekt minder snel aan zijn vacht tijdens het trimmen. Een draadloze tondeuse maakt het trimmen bovendien een stuk gemakkelijker. Een hoogwaardige tondeuse van een merk als Aesculap, Moser, Laube, Andis of Oster kost zo’n 100-150 euro. Een dergelijke tondeuse gaat echter een stuk langer mee dan een goedkoper exemplaar. Veel hondentrimmers gebruiken een tondeuse van het merk Aesculap. Andere trimmers gebruiken liever Andis of Laube in plaats van Oster, omdat bij een tondeuse van Oster de snijmessen tijdens het trimmen warm kunnen worden. Als je een tondeuse van Oster gebruikt, dan is het een goed idee om een set reservesnijmessen te hebben zodat je de snijmessen kunt verwisselen als ze te warm worden. Een goede schaar om een hondenvacht mee te knippen kost zo’n 50 euro. Een dergelijke schaar moet scherp zijn en je moet er gemakkelijk mee kunnen knippen. Wellicht is het een goed idee om verschillende scharen te proberen voordat je er eentje koopt. 12. **Gebruik de juiste opzetstukken.** Een tondeuse heeft verwisselbare opzetstukken die genummerd zijn. Deze getallen geven de lengte aan die de vacht na het trimmen heeft, waarbij een hoger getal staat voor een kortere vacht. Waarschijnlijk heb je verschillende opzetstukken nodig. Begin met opzetstukken met nummer 5, 7, 10, 15 en 30. Als je het te duur vindt om een aantal verschillende opzetstukken te kopen of je nog niet veel ervaring hebt, begin dan met een opzetstuk met nummer 10 of 15. Weet dat het erg moeilijk kan zijn om opzetstukken met nummer 30 en 40 te gebruiken. Dit kun je doorgaans beter overlaten aan ervaren hondentrimmers. Als je deze erg korte opzetstukken verkeerd gebruikt, kun je over de huid van je poedel schrapen of die verbranden. 13. **Ga voor het trimmen met je hond wandelen of spelen.** Trimmen kan nogal wat tijd kosten en als je hond veel energie heeft zit hij wellicht niet lang genoeg stil om de klus af te maken. Ga met hem naar het park of maak een lange wandeling met hem voordat je met trimmen begint, zodat hij vermoeid is en beter meewerkt. 14. **Laat je hond wennen aan de tondeuse.** Voordat je met trimmen begint schakel je de tondeuse in met je hond erbij. Dit is vooral belangrijk in het geval van een puppy of een poedel die niet gewend is aan regelmatige trimbeurten. Je hond zou op den duur steeds meer moeten wennen aan de tondeuse en deze minder eng moeten vinden. Het kan een goed idee zijn om de vacht van je hond de eerste paar keren te laten behandelen door een hondentrimmer zodat je je hond zelf niet aan de tondeuse hoeft te laten wennen en niet leren hoeft hoe je de vacht afscheert. 15. **Kies een opzetstuk voor de tondeuse.** Welk opzetstuk je kiest hangt af van hoe gevoelig de huid van je hond is (witte poedels hebben doorgaans een gevoeligere huid dan zwarte poedels), hoeveel ervaring je hebt en de reden voor de trimbeurt. Een opzetstuk met een hoger getal (zoals 30) wordt vaak gebruikt door hondentrimmers en mensen die veel ervaring hebben met vachtverzorging om poedels klaar te maken voor een hondenshow. Als je echter niet van plan bent om met je hond naar een hondenshow te gaan of je net begint met trimmen, dan kun je prima een opzetstuk met een lager getal gebruiken als 9 of 10. 16. **Scheer van de ooropening naar het oog toe.** Schakel de tondeuse in en houd hem net onder de opening van het oor van je hond. Werk van het oor naar het oog toe, zodat je een lijn maakt van de ooropening naar het oog toe. 17. **Scheer het gedeelte tussen de ogen van je poedel.** Houd de tondeuse net naast de binnenhoek van een oog en scheer enkele centimeters naar beneden naar de neus toe. Verplaats de tondeuse dan langzaam totdat de plek tussen de ogen geschoren is. 18. **Scheer de snuit van je poedel.** Begin op de plek tussen de ogen die je net geschoren hebt en scheer bij de snuit van de poedel naar beneden naar de neus toe. Scheer tot slot van de neus naar de zijkanten van de lippen en snuit toe om vervolgens naar de oren toe te werken. Weet dat je wellicht in meerdere richtingen moet scheren (bij de snuit omhoog en naar beneden bijvoorbeeld) omdat het haar van je hond niet overal in dezelfde richting groeit. 19. **Scheer de hals van je hond.** Til de snuit van je hond voorzichtig op en scheer van de punt van de kin naar de hals toe. Scheer de hals van de hond en stop totdat je bij de borst komt. Scheer in de vorm van een V of een U vanaf de plek onder de oren naar waar de hals overgaat in de borst. 20. **Laat de vacht boven de ogen van de hond lang.** Bij bijna elk model wordt de kuif op de kop van de hond lang gehouden. Om een kuif te maken kam je het haar bovenop de kop van de poedel omhoog (weg van het lichaam) en vervolgens naar voren zodat het voor de ogen hangt. Knip met een schaar de vacht net boven de ogen van de poedel af zodat hij kan zien. Knip met een schaar een kleine boog boven de oren van de hond. Borstel het haar bovenop de kop naar het oor toe en knip met je schaar in een rechte lijn van de ooghoek naar de ooropening. Wellicht moet je het oor van je hond naar achteren vouwen om de opening goed te kunnen zien. 21. **Maak de kuif af.** Breng de kuif in model door al het haar eerst naar de ene kant te borstelen. Gebruik een gebogen schaar om ongelijkmatige haren en te lange haren af te knippen. Borstel het haar dan naar de andere kant en doe hetzelfde. Borstel het haar van de kuif recht omhoog. Duw de neus van je hond voorzichtig naar beneden en kijk of de kuif ovaal van vorm is. Als je vierkante hoeken ziet, knip ze dan af met een gebogen schaar. Kijk of de kuif bovenaan puntig is. Als je een piek of een punt ziet, knip hem dan af met een gebogen schaar zodat de hond een mooie ronde kuif heeft. 22. **Kies een opzetstuk voor de tondeuse.** Welk opzetstuk je kiest hangt af van hoe gevoelig de huid van je hond is (witte poedels hebben doorgaans een gevoeligere huid dan zwarte poedels), hoeveel ervaring je hebt en de reden voor de trimbeurt. Een opzetstuk met een hoger getal (zoals 30 of 40) wordt vaak gebruikt door hondentrimmers en mensen die veel ervaring hebben met vachtverzorging om poedels klaar te maken voor een hondenshow. Als je echter niet van plan bent om met je hond naar een hondenshow te gaan of je net begint met trimmen, dan kun je prima een opzetstuk met een lager getal gebruiken als 10 of 15. 23. **Scheer de achterkant van de poten.** Begin boven de pootkussens en zoek de enkel. Scheer bij de enkel naar beneden naar het grootste pootkussen. Door deze plek eerst te scheren kun je de enkel van je hond vinden en het haar daar netjes recht afscheren. 24. **Scheer tussen de pootkussens.** Houd de pootkussens van de hond uit elkaar en scheer met de tondeuse het haar ertussen af. Er zouden geen lange haren meer tussen de pootkussens uit moeten steken. 25. **Scheer het haar bij de enkel recht af.** Je poedel zou netjes geschoren poten moeten hebben, maar de vacht moet bij de enkels langer blijven. Zoek de plek waar de enkel van je hond buigt en scheer het haar af tot onder de hielen. 26. **Scheer de bovenkant van de poten.** Scheer bij de enkel naar beneden en over de bovenkant van de poot. Wellicht moet je andersom scheren en ook van de tenen naar de enkel toe werken. 27. **Houd de tenen uit elkaar.** Scheer de vliezen en de zijkanten van de tenen. Probeer de huid strak over de tenen te trekken, zodat de vacht omhoog gaat staan en je gemakkelijker de plekken kunt scheren waar je maar moeilijk bij kunt komen. 28. **Doe dit bij alle poten.** Zorg dat je de vacht bij alle vier de poten op dezelfde hoogte afscheert. Als het haar bij een van de poten iets hoger zit, dan moet je de poten wellicht allemaal bijwerken. Scheer het haar echter niet te hoog af, of het zal er raar uitzien. 29. **Gebruik een schaar voor het puppymodel.** Zoals de naam al zegt is het puppymodel geschikt voor showpuppy’s die jonger dan een jaar zijn. Bij dit model is de vacht langer en vrijwel overal even lang. De snuit, de poten en het onderste deel van de staart zijn echter korter getrimd. Knip de vacht op het lichaam en de poten van je poedel op dezelfde lengte af. Het puppymodel wordt vaak geknipt in plaats van geschoren. Borstel de vacht van je poedel netjes uit en knip dan met een schaar de vacht op het lichaam en de poten op dezelfde lengte af. Je kunt met een tondeuse en een opzetstuk met een laag getal (bijvoorbeeld 3, 4 of 5) een model creëren dat lijkt op een puppymodel. Dit heet een lamsmodel. Bij dit model wordt de vacht ook overal even lang, maar is hij over het algemeen iets korter dan bij een puppymodel omdat je een tondeuse gebruikt. 30. **Kies voor het bikinimodel als het warm weer.** Het bikinimodel (ook wel Miamimodel genoemd) is een goede keus als het warm weer is. Bij het bikinimodel wordt het haar op de snuit, poten en onderaan de staart kort afgeschoren. Boven de poten laat men de vacht vrij lang, alsof de hond beenwarmers draagt. De lichaamsvacht wordt op gelijke lengte afgeschoren (afhankelijk van je voorkeur). Scheer het haar op de snuit, de poten en onderaan de staart met opzetstuk nummer 15. Scheer het haar op het lichaam en de poten met opzetstuk nummer 5 of 7. Knip de kuif, het haar om de enkels en het haar op de staart met een schaar. Scheer het haar op de buik met opzetstuk nummer 10. 31. **Kies voor het continentale model bij een showhond.** Dit is het klassieke poedelmodel. Bij het continentale model wordt het haar op de snuit, poten, achterwerk, bovenste deel van de poten en onderaan de staart erg kort afgeschoren. Boven de poten en aan het uiteinde van de staart is de vacht erg lang en bol. Het haar op de borst, de kop en de oren blijft lang, maar wordt netjes getrimd. Scheer het haar op de snuit en de poten erg kort. Scheer van het onderste deel van de staart tot enkele centimeters erboven. Scheer het haar op het bovenste deel van de poten aan de voorkant af (van onder het ‘ellenbooggewricht’ tot aan de enkel, maar laat bij de hielen het haar lang). Scheer het haar achterop de poten af. Laat achterop twee ronde plekken met vacht over boven de heupen van de hond. Scheer van de ronde plekken bij de poten van de hond naar beneden tot aan het lange haar achterop de hielen. Knip met een schaar de rest van het lange haar af. De vacht moet volledig getrimd worden zodat hij overal even lang is en rond loopt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/De-vacht-van-een-poedel-verzorgen", "language": "nl"}
Een overslaande dvd repareren
Dvd's kunnen om meerdere redenen overslaan. Er kan zich stof op het oppervlak van de dvd hebben opgehoopt, er kunnen krassen op de disc zitten, of de dvd-speler zelf werkt niet naar behoren. Maak het oppervlak van de dvd schoon, wrijf eventuele krassen weg en maak je dvd-speler schoon om te voorkomen dat je dvd in de toekomst overslaat. Als geen van deze methodes werkt, zal het je in ieder geval een idee geven welk onderdeel kapot is. 1. **Neem wrijfalcohol en een pluisvrije doek.** Als je een bril draagt, gebruik dan het pluisvrije doekje dat je gebruikt om je lenzen schoon te maken. Dit type doekje is uitstekend voor het reinigen van materialen zonder ze te beschadigen. Als je thuis geen wrijfalcohol hebt, koop dan een fles bij je plaatselijke supermarkt of buurtwinkel. Je kunt een fles gedestilleerd water gebruiken als je nergens wrijfalcohol kunt vinden. Gebruik geen kraanwater, want daar kan zout in zitten wat je dvd verder kan beschadigen. 2. **Werp de dvd uit en doe een beetje wrijfalcohol op je doek.** Bij sommige dvd-spelers moet je eerst op de 'Stop'-knop van je afstandsbediening drukken voordat je de dvd uit het apparaat kunt werpen. Houd het doekje over de opening van de fles. Kantel snel de fles om een klein beetje alcohol op de doek te doen. Wanneer je de dvd hanteert, houd je hem vast bij de randen. Als je het midden van de schijf of andere delen vasthoudt, kan dit verdere schade veroorzaken. 3. **Veeg de dvd van het midden naar de rand af met de doek.** Houd de buitenkant van de schijf vast, plaats de doek in het midden en veeg met een zachte, vloeiende beweging naar de buitenste rand van de schijf. Veeg de onderkant van de dvd af, de kant met het glanzende oppervlak. Gebruik geen druk of wrijving bij het vegen, want dan beschadig je de schijf alleen maar. Veeg van het midden naar de buitenkant rond de hele schijf. Veeg de schijf niet in een cirkelvormige beweging. Dit zal meer krassen veroorzaken en de dvd verder beschadigen. 4. **Geef de dvd een paar minuten om te drogen voordat je hem in de dvd speler stopt.** je dvd zal niet erg nat zijn nadat je er met een vochtig doekje over gewreven hebt, maar je moet hem wel een paar minuten de tijd geven om te drogen. Leg hem niet neer terwijl hij droogt, want dan kan zich stof of vuil op het oppervlak ophopen. 5. **Test de dvd om te zien of hij nog steeds overslaat.** Als de dvd perfect werkt, heeft het schoonmaakproces gewerkt. Als de dvd blijft overslaan, is er ofwel iets mis met de dvd of met de dvd-speler. Probeer een andere dvd. Als die dvd niet overslaat, is de eersten dvd kapot. Als hij wel overslaat, is je dvd-speler waarschijnlijk defect. 6. **Inspecteer je dvd om een kras op het glanzende oppervlak te vinden.** Wanneer je dvd niet meer werkt, is het meestal een grote kras in de plastic coating die deze problemen veroorzaakt. Pak de dvd bij de randen en houd het in de buurt van licht zodat je elke kleine groef in de coating kunt zien. Zoek de kras ergens op het oppervlak van de dvd. De kras kan heel klein zijn. Als je hem kunt zien, is het waarschijnlijk dat het problemen veroorzaakt met het afspelen van je dvd. 7. **Doe een beetje tandpasta op de kras.** Gebruik een wattenstaafje of een pluisvrije doek om de tandpasta op de kras te doen. Gebruik niet je vinger, want dan kun je het oppervlak van de dvd verder beschadigen. Sommige mensen adviseren een tandenborstel te gebruiken om de tandpasta op de kras aan te brengen. Dit is een slecht idee omdat sommige tandenborstels dikke borstelharen hebben die krassen zullen maken op het oppervlak van je dvd. 8. **Gebruik een wattenstaafje om de tandpasta in de kras te wrijven.** Wrijf met kleine cirkelvormige bewegingen met het wattenstaafje over de kras. Wees niet te ruw met het wattenstaafje. Je moet proberen zo delicaat mogelijk te zijn wanneer je met de tandpasta over de kras wrijft. De conventionele wijsheid zegt dat je nooit cirkelvormige bewegingen moet gebruiken om een dvd schoon te maken. Dit is voor het grootste deel waar, maar je moet cirkelvormige bewegingen gebruiken om de kras van het oppervlak te verwijderen. 9. **Veeg de dvd af met een vochtige pluisvrije doek van het midden naar de rand.** Gebruik een schone doek om de tandpasta van de dvd te verwijderen. Gebruik zachte, vloeiende bewegingen met de doek om het oppervlak van de schijf schoon te maken en minimale schade te veroorzaken. Vermijd het gebruik van kraanwater omdat de zoute mineralen het oppervlak van de schijf zullen eroderen. 10. **Stop de dvd in je speler om te controleren of hij werkt.** Als de dvd perfect afspeelt zonder over te slaan, ben je erin geslaagd om de kras te verwijderen en de dvd te herstellen. Als de dvd nog steeds overslaat nadat je de kras hebt gerepareerd, zijn er een aantal mogelijkheden: Er is nog een kras die je moet verwijderen. De kans is groot dat je een van de vele krassen op het oppervlak van de dvd hebt verwijderd. Als de dvd niet werkt nadat je de eerste kras hebt verwijderd, gebruik dan tandpasta op de andere. Er is een probleem met je dvd-speler. Blaas in de schijflade om stof van de leeslens te verwijderen. Als de dvd nog steeds overslaat, probeer dan een andere dvd in de dvd-speler. Als dat probleemloos werkt, is je dvd waarschijnlijk onherstelbaar beschadigd. 11. **Haal de stekker van de dvd-speler uit het stopcontact.** Voordat je aan de slag gaat met het schoonmaken van de dvd, moet je ervoor zorgen dat hij niet op stroom is aangesloten. Je gaat de dvd-speler een grondige schoonmaakbeurt geven en het is van vitaal belang dat je dit op een veilige manier doet. Leg de kabels en snoeren op een bank of een andere plek. Scheid ze van elkaar om te voorkomen dat ze in de knoop raken. 12. **Leg de dvd-speler op een werkblad en veeg de buitenkant schoon.** Neem de dvd-speler en zet hem op een schoon, stabiel werkoppervlak. Gebruik een vochtige doek om de buitenkant van de dvd-speler af te vegen. Let bij het gebruik van de doek vooral op de ventilatieopeningen. Zorg dat je de elektrische uitgangen van de speler niet aanraakt met de vochtige doek. 13. **Verwijder stof uit de ventilatieopeningen met een stofzuiger.** Als je een kleine zuigmond voor je stofzuiger heeft, bevestig deze dan. Plaats het mondstuk over de ventilatieopeningen om stof of vuil van de ventilator en andere delen van de dvd-speler te verwijderen. Als je geen klein mondstuk hebt, zet dan een ander hulpstuk op het uiteinde van de stofzuiger. Als je de stofzuiger zonder hulpstukken gebruikt, kan de kracht van de stofzuiger schade toebrengen aan de binnenkant van de machine. 14. **Open de schijflade en maak hem schoon.** Je kunt de meeste dvd-spelers openen door op de uitwerpknop op het apparaat zelf te drukken. Als dat niet het geval is, steek dan de stekker van het apparaat weer in het stopcontact, klik op de uitwerpknop en haal de stekker van het apparaat weer uit het stopcontact. Zet de stofzuiger tegen de opening van de dvd-speler om stof en vuil te verwijderen dat zich aan de binnenkant heeft opgehoopt. Probeer de stofzuiger niet in het apparaat te duwen. Het is voldoende om hem zachtjes tegen de opening te houden. 15. **Reinig de laser en de afspeelkop van de speler met een wattenstaafje.** De afspeelkop bevindt zich aan het plafond van de binnenkant van het apparaat. De laser bevindt zich meestal aan de onderkant. Gebruik zeer zachte wrijvende bewegingen om deze componenten schoon te maken. Wees niet te ruw, want de binnenkant van het apparaat kan gemakkelijk beschadigd raken. Voeg wat alcohol toe aan je wattenstaafje, voor een grondiger schoonmaakbeurt. 16. **Wacht 20 minuten voordat je de stekker weer in het stopcontact steekt.** Voor de zekerheid zou 20 minuten voldoende tijd moeten zijn om de dvd-speler te laten drogen nadat je hem hebt schoongemaakt. Wanneer je de stekker van de dvd-speler weer in het stopcontact steekt, test je de dvd om te zien of hij nog steeds overslaat. Als hij niet overslaat, dan was de dvd-speler waarschijnlijk het probleem. Als de dvd overslaat, probeer dan een andere dvd. Als die ook overslaat, dan is het waarschijnlijk dat je dvd-speler kapot is.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-overslaande-dvd-repareren", "language": "nl"}
Iemand vinden
In het computertijdperk laat iedereen een digitaal spoor achter. En als de persoon er geen heeft, nou, dan moeten we wat dieper graven. Met Google, Facebook, Tumblr, LinkedIn en talloze andere sociale mediasites heeft degene die je zoekt vast wel wat persoonlijke gegevens online staan. Hoewel het soms griezelig kan zijn, is het eenvoudig dit spoor te volgen helemaal tot de persoon die je zoekt. 1. **Schrijf alle essentiële gegevens op die je van deze persoon weet.** Iemand proberen te vinden door alleen zijn of haar naam te gebruiken zal waarschijnlijk te veel resultaten opleveren. Maak je jacht gerichter door gegevens te gebruiken als: Volledige naam en roepnaam Leeftijd en geboortedatum Bezochte scholen Hobby's, wat de persoon leuk vindt of juist niet, teamsporten (vooral op scholen) Werkplekken Oude adressen en telefoonnummers Vrienden, gezinsleden en buren 2. **Zoek op variaties van de naam en/of roepnaam van de persoon.** Elke keer dat je een pagina of aanwijzing vindt die andere puzzelstukjes van het profiel invullen, schrijf je dat op in het profiel. Je kunt bijvoorbeeld ontdekken dat "Bea Harrington" wordt genoemd in een krant in Albany, NY, en een "Beatrice R. Harrington" in een brochure in Dallas, TX. Schrijf beide locaties op in het profiel met een vraagteken. Als je nog een indicatie vindt dat de persoon met die naam zich op een van deze locaties bevindt, zet je steeds een vinkje naast die locatie. Om alleen exacte overeenkomsten te krijgen, zet je aanhalingstekens rond elke versie van hun naam. (Als je niet zeker bent van de spelling, gebruik dan geen aanhalingstekens.) Gooi het in de grote zoekmachines (Google, Yahoo, enz.); hoe meer variaties en zoekmachines je probeert, hoe meer informatie je waarschijnlijk zult vinden. Als je vermoedt dat de persoon naar een ander land is verhuisd, vooral waar een andere taal wordt gesproken, probeer dan een buitenlandse zoekmachine. Veel grote zoekmachines hebben verschillende versies voor verschillende landen (Australië, China, enz.). Probeer die. Bij het zoeken naar een vrouw die misschien is getrouwd en haar naam heeft veranderd, kun je proberen "née" toe te voegen in het zoekveld bij elke variatie (née is een woord dat in sommige culturen wordt gebruikt om aan te geven dat de persoon haar meisjesnaam gebruikt). 3. **Breng variatie aan in je online zoektochten door andere details over de persoon te gebruiken.** Na je zoektocht op de naam en bijnaam van de persoon, ga je opnieuw zoeken met een kleine aanpassing, zoals de woonplaats, leeftijd, middelbare school, vroegere werkplek, enz. Herhaal indien nodig. Als je een bepaalde website kent waarmee deze persoon kan zijn verbonden, kan je op Google binnen de site zoeken met iets als "site: stanford.edu Beatrice Harrington" om alleen resultaten binnen die site weer te geven. 4. **Gebruik een zoekmachine die speciaal is ontworpen om mensen te vinden.** Hiermee kan iedereen mensen zoeken. Probeer bijvoorbeeld ZabaSearch.com of Pipl.com. Gebruik filters om je resultaten gerichter te maken waar dit van toepassing is. Lost Trekkers is nog een plek om vermiste personen te vinden. Kies het land, vervoerswijze of een andere optie en laat de details achter in het relevante forum. Je moet je registreren om een oproep te plaatsen. Je kunt bestaande berichten doorzoeken om te zien wie misschien op zoek is naar jou of naar dezelfde persoon die jij zoekt. 5. **Zoek op het laatst bekende mobiele telefoonnummer van de persoon.** Omdat mobiele telefoons en hun nummers kunnen overgaan op nieuwe toestellen of providers, is het minder waarschijnlijk dat mobiele nummers veranderen dan vaste telefoonnummers. Hoewel het meestal geld kost om de eigenaar van een mobiel nummer te achterhalen, kun je geluk hebben door gewoon naar het nummer te zoeken met verschillende zoekmachines. Als de persoon zijn telefoonnummer ergens op het internet heeft achtergelaten, zal je het waarschijnlijk tegenkomen. Zet het hele nummer tussen aanhalingstekens en experimenteer met streepjes, punten en haakjes om de nummers te scheiden. In de VS kan een kengetal van drie cijfers worden gebruikt om de locatie te achterhalen waar een mobiele telefoon werd uitgegeven, wat kan helpen een ander gebied te vinden waar de persoon heeft gewoond of gewerkt. De volgende drie cijfers van het nummer slaan op de telefooncentrale; de meeste centrales beslaan een kleine stad, of een gedeelte binnen een stad, bijvoorbeeld een blok van 10 x 10 huizen. Je kunt contact opnemen met de telefoonbedrijven in dat gebied, of een telefoonboek van de regio pakken, en een kaart van het gebied rond de telefooncentrale maken op basis van centrales in het boek. Als je een telefoonnummer en postcode hebt, kan je het zoekgebied verder verfijnen. 6. **Zoek in het online telefoonboek.** Typ de naam van de persoon in en andere gegevens die relevant kunnen zijn. Als je echter geen locatie invoert, krijg je resultaten uit het hele land, wat handig is als de persoon is verhuisd. Soms kom je door alleen op achternaam te zoeken bij een familielid dat je kent. Als de telefoongids een lijst met verwante personen toont, vind je daar misschien de naam van de persoon. Dit kan handig zijn in gevallen waar de persoon die je zoekt zijn of haar achternaam heeft veranderd, bijvoorbeeld na een huwelijk. Zoek op de postcode van de persoon als je die kent. Met de volledige postcode kan je de exacte straat binnen een gemeente vinden. Nu kan je in gidsen in dat gebied naar deze persoon zoeken. Als de persoon niet in die gids staat, bel dan het lokale informatienummer. Vaak hebben mensen een geheim nummer dat niet in de gids staat, maar wel bekend is bij inlichtingen. 7. **Doorzoek sociale netwerksites.** Sommige mensen geven aan dat ze niet willen dat hun openbare profiel verschijnt in zoekresultaten. In zo'n geval moet je direct naar de bron. Probeer bijvoorbeeld MySpace-, Facebook-, LinkedIn- en Google-profielen te doorzoeken. Als je de keuze hebt, zorg dan dat je de resultaten specifieker maakt door een woonplaats, school of iets dergelijks in te voeren. Om alle grote sociale netwerksites tegelijk te doorzoeken, gebruik je een zoekmachine als Wink.com. 8. **Overweeg meer ongebruikelijke zoekopdrachten.** Soms geven Facebook en Google je niet de exacte informatie die je zoekt. Als er... speciale gebeurtenissen zijn waar deze persoon mee te maken kan hebben gehad, kan je je daarop richten in plaats van op de algemene gegevens die elke website geeft. De meeste Amerikaanse staten hebben justitiële zoeksites waar je (na akkoord te zijn gegaan met de voorwaarden, natuurlijk) de naam van een persoon invoert, waarna al hun aanrakingen met justitie in een lijst worden weergegeven. Het is in elk geval sappig leesmateriaal, en je hebt hun locatie (als ze zich in die staat bevinden). Als je een tijdje niets meer van deze persoon hebt gehoord, kun je opzoeken of hij of zij is overleden (in de VS gebruik je daarvoor de Social Security Death Index). De meeste Amerikaanse staten houden lijsten bij met gevangenen. Met een snelle zoektocht op internet vind je de lokale website van een gevangenis. In Amerika is het National Personnel Records Center een behoorlijk uitgebreide lijst met militaire gegevens. 9. **Plaats een oproep.** Als je weet waar de persoon zich bevindt, plaats dan een oproep op een lokaal online prikbord (bv. Craigslist). Leg uit wie je zoekt en waarom. Laat een e-mailadres achter waarop je eventueel spam kunt ontvangen. Wil je een langdurige advertentie, bouw dan een eenvoudige website met de naam van degene als trefwoord. Als de persoon op zijn of haar eigen naam zoekt, kan jouw site verschijnen. Als je de locatie van een persoon niet kent, maar wel weet naar welke school hij of zij toe ging, wat het beroep van de persoon is of de hobby's/interesses, probeer dan berichten te plaatsen op forums en e-maillijsten ("listservs"). Denk wel aan de privacy van de persoon; onthul geen belastende gegevens die je over degene hebt. 10. **Denk goed na als je een bericht plaatst in een forum om vrienden te zoeken.** Dergelijke forums zijn beschikbaar en worden beheerd door "zoekengelen" of vrijwilligers die speciale hulpmiddelen gebruiken om mensen te zoeken. Het is echter niet waarschijnlijk dat de persoon die je zoekt graag heeft dat zijn of haar gegevens online aan vreemdelingen worden gegeven - vooral de soort persoon die tot nu toe nog geen spoor van gegevens heeft achtergelaten. 11. **Doe rondvraag.** Zoek contact met andere mensen die de specifieke persoon kenden die je zoekt (of je in contact kunnen brengen met iemand die hem of haar kent). Stel hen vragen over wanneer ze degene voor het laatst hebben gezien, hem of haar hebben gesproken, of enige persoonlijke gegevens zoals laatst bekende e-mailadressen of telefoonnummers. Leg uit waarom je deze persoon zoekt. Ze vertellen je misschien niets om de privacy van de persoon te beschermen, maar ze zullen de persoon misschien wel vertellen dat je hem of haar zoekt, en de persoon kan misschien contact met jou opnemen. Laat daarom je naam en telefoonnummer achter. 12. **Zoek organisaties op waarvan de persoon misschien lid is of is geweest.** Dat kan een hobby zijn, een kerk, een non-profit, of een professionele organisatie. Vraag om een exemplaar van hun ledenlijst als die beschikbaar is en zoek daar de naam van de persoon op. Dit is ook een goede plek om mensen te vinden die misschien iets weten. Als ze je niet exact kunnen vertellen waar de persoon is, kunnen ze je misschien een stap dichterbij brengen. 13. **Overweeg wat geld uit te geven.** Als je echt moet weten waar deze persoon is, kan je wat geld uitgeven om de informatie te krijgen die je zoekt. Sites als www.intelius.com (die wordt gebruikt door zabasearch.com) hebben vaak uitgebreidere bestanden, maar brengen geld in rekening voor hun gegevens. Als je ertoe bereid bent, kan dat je problemen oplossen. Als het op internet niet lukt, overweeg dan een privédetective in te huren. Als je geen geluk of tijd genoeg hebt om deze persoon op te sporen, kan je het misschien beter aan een professional overlaten. 14. **Pleeg wat telefoontjes.** Hoewel het misschien vervelend kan zijn, is de beste manier om de persoon te vinden via zijn of haar netwerk. Weet je in welke kringen de persoon zich het laatst heeft begeven, bel dan de mensen in die kringen. Of het nu een baas, ex-vriendin of buur is, bel op. Dat is altijd nog beter dan overal heen rijden. Zorg dat je vriendelijk en verstandig overkomt. De wereld is tegenwoordig zo vervuld van negatieve media, dat een vreemdeling die ons naar een vriend vraagt meteen verdacht is. Je krijgt misschien een paar vervelende reacties, maar je kunt misschien ook geluk hebben. 15. **Bezoek de rechtbank.** Hoewel een online zoekopdracht vergelijkbare resultaten kan opleveren, kan je door een wandeling naar je lokale rechtbank (of die in de buurt van de persoon) nieuwe informatie krijgen. Zoek het openbare archief op en maak een praatje met de bediende. Wie weet? Misschien vind je daar iets waarmee je op het juiste spoor komt. Wees gewaarschuwd, het kan wel geld kosten. Waarschijnlijk is het echter niet zo duur. Wees blij dat ze je openbare gegevens niet uitdelen als snoep. 16. **Bel de politie.** Als je zeker weet dat de persoon inderdaad vermist is, licht dan de politie in. Helaas verdwijnen er elke dag mensen en zijn er draaiboeken voor zo'n gebeurtenis. Zorg dat je alle gegevens over de persoon geeft: leeftijd, lengte, gewicht, haarkleur, kleur ogen, huidskleur, onderscheidende kenmerken, wat de persoon droeg toen hij of zij verdween, enz. Geef ze ook een recente foto en de vingerafdrukken (als je die hebt). 17. **Doe online aangifte.** Dit kan je onder andere doen via de site van de Nederlandse politie. Er zijn ook sites en organisaties voor specifieke groepen, zoals vermiste kinderen. Als jouw persoon in een van die categorieën past, kijk dan op de desbetreffende website. 18. **Doorzoek zijn of haar sociale profielen grondig.** Of het nu een kind, tiener of volwassene is, zoek op de sociale profielen van de persoon (Facebook, Twitter, enz.) naar aanwijzingen wat er kan zijn gebeurd. Degene heeft misschien iets geplaatst dat ergens toe leidt waar je je niet bewust van was. Kijk ook op de profielen van de vrienden van de persoon -- de informatie kan ook daar opstaan. Je kunt eventueel deze vrienden vragen of ze iets hebben gehoord. Soms nemen mensen hun toevlucht bij anderen die ze niet persoonlijk hoeven te zien. 19. **Hang in de stad foto's op.** Hopelijk bevindt deze persoon zich nog in de buurt -- zo ja, dan is het ophangen van foto's de enige manier om de mensen in je buurt opmerkzaam te maken. Anderen kunnen een oogje in het zeil houden en contact met je opnemen als ze iets zien. Geef alle vitale gegevens weer (die je ook aan de politie hebt doorgegeven) en zorg dat je meerdere telefoonnummers neerzet. Geef tenminste je voornaam en benadruk dat je dag en nacht kan worden gebeld. 20. **Doorzoek je huis, de omgeving en lokale ziekenhuizen.** In dergelijke gevallen is het onmogelijk om stil te blijven zitten en anderen het werk te laten doen. Als je eenmaal je hele huis hebt doorzocht (of het huis van de persoon), breid dan je zoektocht uit naar de buurt en vervolgens de stad, en neem uiteindelijk contact op met ziekenhuizen. Het is niet echt prettig, maar wel noodzakelijk. Geef als je contact opneemt met ziekenhuizen een omschrijving van de persoon die je zoekt. De persoon is misschien niet opgenomen onder zijn of haar echte naam. Neem een recente foto mee om het proces te versnellen. 21. **Breng vrienden, familie en buren op de hoogte.** Hoe meer mensen kunnen opletten, hoe beter. Je moet niet alleen je eigen sociale netwerk aanboren, maar ook dat van de persoon. Of het nu de barista is bij de Starbucks waar de persoon elke dag heenging of de klaar-over, laat het hen weten. Neem zo mogelijk contact op met deze mensen, met gegevens en een foto. Kennissen kunnen de foto nodig hebben om hun geheugen op te frissen. 22. **Licht de media in.** Als je alles hebt gedaan in de buurt, licht dan de media in. De beste manier om een grote groep mensen te bereiken is via lokale tv-zenders, kranten en andere publicaties. Hopelijk heeft iemand ergens iets gezien. Bedenk dat iedereen aan jouw kant staat. Het is niet nodig om je opgelaten, beschaamd of schuldig te voelen. Je doet wat je kunt om te zorgen dat deze persoon veilig terugkomt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Iemand-vinden", "language": "nl"}
De dood van een ouder verwerken
De dood van je ouders verwerken is misschien wel het moeilijkste dat je ooit in je leven zult moeten doen. Hoewel je er nooit echt overheen zult komen, zijn er verschillende zaken die je kan doen om de nagedachtenis van je ouders te eren terwijl je toch je eigen leven leidt. Het belangrijkste is dat je jezelf tijd geeft om het verlies te verwerken en dat je niet te hard bent voor jezelf door te zeggen dat het ‘te lang’ duurt om over de dood van je ouders te geraken. Er bestaat geen vaste tijd om te rouwen en je zal verder kunnen gaan met je leven als je er klaar voor bent. 1. **Rouw zo lang als nodig is.** Wees niet te hard met jezelf door een deadline te bepalen voor het einde van je rouw. In de Victoriaanse tijd werd er twee tot vier jaar genomen om over de dood van een geliefde te geraken. Hoewel dat niet zo lang voor jou kan duren, verwacht niet dat je na een aantal weken, een maand of hoe lang je ‘denkt’ nodig te hebben, terug klaar bent om uit de startblokken te schieten. Wees geduldig met jezelf en laat veel verwachtingen die je van jezelf hebt, los. Weet dat een rouw een proces is. Je zal rouwen voor een erg lange tijd, hoewel het niet altijd heel intens zal zijn. Neem je tijd hiervoor. 2. **Aanvaard het idee dat je ouders zouden willen dat je verdergaat met je leven.** Hoewel het normaal is om depressief te zijn, vergeet niet dat je ouders van je houden en niet zouden willen dat hun dood jouw leven handicapt. Als je door hun verlies heen geraakt, ga dan weer dingen doen die je vroeger graag deed. Dit is natuurlijk gemakkelijker gezegd dan gedaan, maar het betekent niet dat je moet vergeten dat je ouders het gelukkigst waren wanneer jij gelukkig was. Dit betekent ook niet dat je al je negatieve gevoelens onder de mat moet vegen, maar wel dat je wat moeite moet doen om weer zo veel mogelijk van de kleine zaken in het leven te genieten. Als je je natuurlijk volledig van de kaart voelt door het verlies en onmogelijk terug het ritme kunt opnemen, laat de herinnering aan je ouders je niet schuldig voelen over het feit dat je niet onmiddellijk weer verder kunt gaan met je leven. 3. **Herdenk je ouders.** Ze zullen altijd een groot deel van je leven uitmaken, zelfs na hun dood. Schrijf de herinneringen die je samen met hen hebt op, want het zijn unieke momenten die je niet graag wilt vergeten. Je moet weten dat ze nooit die speciale plek in je hart zullen verlaten. Haal kracht uit de herinneringen die je van hen hebt zonder obsessief na te denken over elk detail. Doe gewoon je best. Je kan praten met mensen die je ouders kenden om hun herinneringen levendig te houden. Je kan af en toe ook verhalen vertellen over je ouders aan mensen die hen niet kenden. Je kan familieleden vragen stellen over je ouders om hun levenservaringen te helpen te begrijpen. Dit kan een nieuwe betekenis aan je relatie met je ouders toevoegen en je herinnering aan hen levendiger maken. 4. **Zorg goed voor jezelf.** Wees wat liever voor jezelf dan anders. Neem extra tijd om te ontspannen, zoek opbouwende afleidingen en vergeet even om kritisch voor jezelf te zijn. Hoewel je misschien te veel rouwt om aan je eigen welzijn te denken, is het belangrijk om minstens zeven tot acht uur slaap te hebben, gezond te eten en een 30-tal minuten sport uit te oefenen. Je zal energie nodig hebben door het verlies en als je lichaam in orde is, zal je je niet te verwaarloosd voelen. Slapen en eten zal je natuurlijk niet helpen om je ouders te vergeten. Maar het zal het gemakkelijker maken om je je dagelijkse leven op te nemen terwijl je rouwt. 5. **Ken je grenzen.** Het is belangrijk om te weten wanneer je het het moeilijkst zult hebben en extra steun nodig zult hebben. Als je bijvoorbeeld je vader verloor, zal je misschien wat meer tijd met je geliefden willen doorbrengen op vaderdag; als je je moeder verloor, kan je het moeilijk hebben tijdens activiteiten, zoals winkelen, die je altijd met je moeder deed. Als je weet dat dat een moeilijk moment is, kan je je hierop voorbereiden en zorgen dat je niet alleen bent. 6. **Staar je niet blind op de vijf fases van rouw.** Het is waar dat er vijf fases bestaan: ontkenning, boosheid, het gevecht aangaan, depressie en aanvaarding, maar dat betekent niet dat je door elk stadia moet gaan om echt met het verlies van je ouders om te gaan. Je kan eerst boos of depressief voelen, later ontkenning voelen, of het gevecht aangaan nadat je depressief bent geweest, en dat is volledig normaal. Iedereen rouwt op zijn manier, op zijn ritme. 7. **Maak in het begin geen grote beslissingen.** De dood van je ouders kan je doen beseffen dat je huwelijk een leugen is, dat je carrière niets voorstelt of dat je alles moet laten vallen om een ananaskweker in Hawaii te worden. Hoewel al deze inzichten waar kunnen zijn, moet je vermijden om impulsief te handelen totdat je klaar bent om een rationele beslissing te nemen. Grote veranderingen in je leven zullen je waarschijnlijk niet helpen om sneller over de dood van je ouders te komen en je kan iets doen waar je later spijt van hebt. 8. **Spreek met een goede vriend.** Niemand zou alleen moeten zijn tijdens de rouw. Als je de dood van een ouder moet verwerken, wil je misschien graag alleen zijn, opgerold in je bed. Het is goed om wat tijd voor jezelf te hebben, maar na een tijdje zou je wat vrienden moeten zien. Het zal je deugd doen om wat sociaal contact te hebben, uit je gedachten te worden gehaald en tijd door te brengen met iemand die je kan helpen je gevoelens te plaatsen. Bezoek vrienden die je graag zien in plaats van ze uit te sluiten. Vergeet niet dat je vrienden misschien ook wat verloren zullen zijn en niet goed zullen weten wat te doen of te zeggen. Apprecieer het feit dat ze het proberen. Dit betekent niet dat je direct moet uitgaan naar een discotheek of naar een drukbezochte verjaardag van een kennis moet gaan; je moet niet in grote groepen uitgaan als je je daar niet klaar voor voelt. 9. **Praat met je familie.** Met iemand uit je familie spreken na het verlies van een van je ouders kan een van de beste manieren zijn om steun te krijgen. Als je één ouder hebt verloren, maar je hebt nog steeds de andere, breng dan zoveel mogelijk tijd door met de overlevende ouder. Hij/zij zal ook rouwen en jouw steun nodig hebben. Het kan pijnlijk zijn om familieleden te zien omdat ze je aan je overleden ouder doen denken, maar het is beter dan alleen te zijn met je verdriet. Het kan verlichtend werken om over je overleden ouder te spreken. Misschien wil je er eerst niet over praten, maar na een tijdje zal je je opgelucht voelen als je erover kan spreken. 10. **Overweeg hulp van een rouwspecialist.** Sommige therapeuten zijn gespecialiseerd om mensen te begeleiden na een verlies. Als je voelt dat je verdriet je overheerst en je ervan weerhoudt om vooruit te gaan in het leven, kan je contact opnemen met iemand die je hiermee kan helpen. Hoewel de steun van je vrienden of familie kostbaar is, kan de visie en de begeleiding van een persoon die buiten je persoonlijke situatie staat, van grote hulp zijn. Therapie is niet voor iedereen weggelegd, maar dat betekent niet dat je het niet moet proberen. Een rouwspecialist kan je enkele nieuwe aanpakken voorstellen om met je pijn om te gaan. Hoewel er geen magische oplossing bestaan, kan je misschien zo de juiste weg tegenkomen. 11. **Ga bij een steungroep.** Er bestaan veel steungroepen voor mensen die een ouder hebben verloren. Misschien heb je niet veel vrienden bij wie je terecht kan, of misschien vinden je andere ouder of familieleden niet de juiste woorden om je te steunen of begrijpen ze je niet. Je moet je niet beschaamd voelen om hulp van buitenaf te zoeken, informeer je of er steungroepen in de omgeving zijn. Misschien zal je mensen ontmoeten die belangrijk zijn om je vooruit te helpen. 12. **Heb vertrouwen in je geloof.** Als je religieus bent, ga dan vaker naar de organisatie van je keuze, ongeacht of het nu een kerk of synagoge of moskee is. Dit kan je helpen om alles helderder te zien en je vooruit helpen in je rouwproces. Je organisatie organiseert waarschijnlijk veel evenementen, van barbecues tot vrijwilligersactiviteiten waaraan je kan deelnemen en je kan een actieve rol opnemen in je organisatie om tijd door te brengen met gelijkgezinde mensen en om voor een hoger doel te werken. 13. **Overweeg het nemen van een huisdier.** Je kan denken dat dit een belachelijke raad is, want een poesje gaat je moeder of vader niet vervangen. Zorgen voor een huisdier kan je echter een goed gevoel geven en je het idee geven dat iemand je nodig heeft. Zo voel je je minder eenzaam en een huisdier brengt leven in huis. Als je je heel erg eenzaam voelt en altijd al graag een kat of een hond had gewild, dan zou je naar de plaatselijke dierenwinkel moeten gaan en een hondje of katje moeten kopen waar je dan voor kunt zorgen. 14. **Verander je routine.** Eens je je oude leven terug opneemt, verander de organisatie er dan van. Als je dezelfde dingen weer gaat doen zoals je ze altijd hebt gedaan, is de kans groot dat je langer gaat rouwen. Probeer je planning in de war te sturen, zoals werken in een nieuwe koffiebar of yoga doen op de momenten dat je normaal gezien telefoneerde met je overleden ouder. Dit betekent niet dat je alles wat je aan je ouder herinnert, moet vermijden, maar wel dat het veranderen van je dagelijkse planning je kan helpen om sneller vooruit te gaan. Probeer iets volledig nieuws uit. Als je je routine wilt doorbreken, volg dan die schilderlessen die je altijd al hebt willen nemen, ga een koffietje drinken met die buur die je al zo lang vraagt om samen wat tijd door te brengen of bekijk het laatste seizoen van je favoriete serie. Trakteer jezelf, zonder dat het daarom speciaal gericht is op het verbeteren van je geest of je lichaam. 15. **Doe dingen die je vroeger ook graag deed.** Hoewel het goed is om alles door elkaar te halen, is het ook belangrijk om je favoriete activiteiten weer op te nemen om je weer heel te voelen. Of je nu graag schilderde, poëzie schreef of eten maakte voor de lokale vrijwilligersorganisatie, doe verder met je favoriete activiteiten vanaf dat je je hier klaar voor voelt. Je zal snel zien dat je gelukkig zult zijn, ook al is het maar een beetje, door je favoriete activiteiten weer op te nemen. Als je een bepaalde activiteit die je met je ouder vroeger deed, niet alleen wilt doen, zoals wandelen of joggen, neem dan een vriend mee als je die activiteit weer wilt opnemen. 16. **Vermijd alcohol.** Dit is geen goede tijd om stevig te drinken en de discotheken af te schuimen met je vrienden. Hoewel het je problemen voor een tijdje kan doen vergeten, heeft alcohol een dempende werking en kan het je erger doen voelen, zowel tijdens als na het drinken. Je kan een glaasje drinken als je je goed voelt, maar probeer je geestestoestand niet te veel te veranderen. En als je erover denkt om pijnstillers te nemen om de pijn te kunnen verdragen, moet je zeker raad vragen aan je dokter over alcoholgebruik. 17. **Hou je bezig (maar niet té).** Probeer zoveel mogelijk betekenisvolle activiteiten in te plannen. Zoek een paar keer per week een vriend op en doe sociale activiteiten zo vaak als je zin hierin hebt. Zorg dat je minstens twee keer per dag buiten komt. Het is belangrijk dat je werkt of naar school gaat, sport en dingen doet die belangrijk zijn voor je. Als er iets leuks wordt georganiseerd, schrijf het dan op je kalender, dan heb je iets om naar uit te kijken. Een druk leven zal je beter doen voelen, ook al moet je jezelf wat moed inspreken om sterk te staan. Dit betekent ook niet dat je jezelf moet forceren om voortdurend bezig te zijn zodat je geen tijd meer hebt om eens rustig te gaan zitten en aan je gestorven ouder te denken. Zorg ervoor dat je wat tijd alleen voorziet. Zolang je niet voortdurend alleen bent, is het belangrijk om wat tijd voor jezelf te hebben om na te denken. 18. **Neem tijd voor rustgevende activiteiten.** Het is belangrijk om relaxerende activiteiten te doen als je rouwt. Dit is het perfecte moment om jezelf te verwennen en dingen te doen die je beter doen voelen, ook al is het maar een beetje. Hier zijn enkele ideeën: Hou een dagboek bij. Je gevoelens en gedachten in een dagboek opschrijven, kan je helpen om ze beter te begrijpen. Probeer yoga of meditatie. Hiermee kan je je geest en je lichaam in evenwicht brengen. Ga naar buiten in de zon. Blijf niet in die koffiebar zitten en lees eens buiten in het park. De zon en de frisse lucht zullen je goed doen. Herlees je favoriete boeken. Je zal er troost in vinden. Luister naar muziek, maar geen depressieve muziek. Maak wandelingen. Doe wat sport terwijl je nadenkt. 19. **Wees geduldig met jezelf.** Als je weer van het leven begint te genieten, zorg er dan voor dat je jezelf niet te veel druk oplegt. Het kan echt maanden of jaren duren voordat je je weer jezelf wordt en het is belangrijk dat je dit proces niet forceert. Zolang je doelstellingen hebt en je naar de toekomst kijkt, is het niet erg om met kleine stapjes vooruit te gaan naar je nieuwe leven zonder je ouder. Je moet weten dat, hoewel je misschien nooit echt over de dood van je ouder zal geraken, je met de tijd een nieuwe relatie met overleden ouder zult creëren. Forceer niets. Luister naar wat je geest en hart aangeven. Als je niet klaar bent om grote stappen te maken, neem dan je tijd. Dit is veel beter dan jezelf te forceren en tegen de muur op te botsen. Het belangrijkste is te weten dat alles beter ‘zal’ worden, ook al duurt dit lang.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/De-dood-van-een-ouder-verwerken", "language": "nl"}
Een e‐mail beantwoorden
Dit artikel zal je leren hoe je een e-mail die je hebt ontvangen kan beantwoorden. Dit is bij elke e-mailprovider mogelijk, maar bij courante e-mailproviders zoals Gmail, Yahoo, Outlook en Apple Mail kan dit zowel voor gebruikers van een computer als van een mobiele telefoon. 1. **Open de website van Gmail.** Ga naar https://www.gmail.com/. Hierdoor zal je inbox van Gmail geopend worden indien je reeds met je computer ingelogd bent op Gmail. Als je nog niet ingelogd bent dan moet je jouw e-mailadres en wachtwoord van Gmail invoeren voordat je verdergaat. 2. **Selecteer een e-mail.** Klik op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal deze geopend worden. 3. **Klik op de pijl ‘Beantwoorden’ in de rechterbovenhoek van de e-mail.** Hierdoor zal een veld verschijnen waarin je jouw antwoord kan typen aan de specifieke persoon die de e-mail heeft verzonden. Als je iedereen in een e-mail wenst te beantwoorden dan moet je in plaats daarvan op ‘▼’ rechts van ‘Beantwoorden’ klikken en daarna op ‘Allen Beantwoorden’ in het drop-downmenu. 4. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je naar de ontvanger(s) wenst te verzenden. 5. **Klik op Verzenden.** Dit is een blauwe knop links onderaan het antwoordveld. Hierdoor zal de e-mail naar de persoon (of personen) van de oorspronkelijke e-mail worden verzonden. 6. **Open Gmail.** Druk op het icoon van de Gmail app. Deze lijkt op een rode ‘M’ op een witte envelop. Hierdoor zal je de inbox van Gmail openen. Als je niet ingelogd bent bij Gmail dan zal je eerst je e-mailadres en wachtwoord moeten invoeren. 7. **Selecteer een e-mail.** Druk op de e-mail die je wilt beantwoorden. De e-mail zal geopend worden. 8. **Scroll naar beneden en druk op Beantwoorden of Allen beantwoorden.** Beide opties staan onderaan de pagina. Door te drukken op de pijl ‘Beantwoorden’ zal je de laatste persoon die een e-mail heeft verzonden beantwoorden. Als je drukt op ‘Allen beantwoorden’ dan zal je antwoord naar iedereen in het groepsgesprek worden verzonden. Je zal ‘Allen beantwoorden’ niet zien staan als de e-mail uitsluitend tussen jou en de verzender is. 9. **Druk op het antwoordgedeelte bovenaan de e-mail.** Dat staat meteen onder de regel waar je het onderwerp van de e-mail invert, bovenaan het scherm. Het toetsenbord van je telefoon zal weergegeven worden. 10. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je wilt verzenden naar de persoon of de personen in het gesprek. 11. **Druk op de pijl ‘Verzenden’.** Deze lijkt op een blauw papieren vliegtuigje en staat in de rechterbovenhoek van het scherm. Hierdoor zal je antwoord verzonden worden. 12. **Open de website van Yahoo.** Ga naar https://www.yahoo.com/. Hierdoor zal de startpagina van Yahoo geopend worden. 13. **Klik op Mail.** Dit is een icoon in de vorm van een envelop in de rechterbovenhoek van de pagina. 14. **Voer je e-mailadres en wachtwoord in.** Typ je e-mailadres van Yahoo, klik op ‘Volgende’, voer je wachtwoord in en klik op ‘Aanmelden’. Hierdoor zal je naar je inbox worden gebracht. Sla deze stap over als je recente ingelogd hebt op Yahoo. 15. **Selecteer een e-mail.** Klik op een e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal de e-mail geopend worden. 16. **Klik op de pijl ‘Beantwoorden’.** Dit is een achteruit wijzende pijl links bovenaan de e-mail. Hierdoor zal een veld verschijnen waar je jouw antwoord kan invoeren. Als je tegelijk iedereen in het groepsgesprek wilt beantwoorden, klik dan in plaats daarvan op de dubbele pijl rechts van de pijl ‘Beantwoorden’. 17. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je naar de ontvanger(s) wilt verzenden. 18. **Klik op Verzenden.** Dit is een blauwe knop links onderaan het antwoordveld. Hierdoor zal de e-mail naar de persoon (of personen) van de oorspronkelijke e-mail worden verzonden. 19. **Open Yahoo Mail.** Druk op het icoon van Yahoo Mail. Deze lijkt op een witte envelop met de tekst ‘YAHOO!’ op een paarse achtergrond. Hierdoor zal je inbox van Yahoo geopend worden. Voer eerst je e-mailadres en wachtwoord van Yahoo in indien je nog niet ingelogd bent op Yahoo Mail. 20. **Selecteer een e-mail.** Druk op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal de e-mail geopend worden. 21. **Druk op de pijl ‘Beantwoorden’.** Dit is een achteruit wijzende pijl onderaan het scherm. Hierdoor zal een popupmenu verschijnen. 22. **Druk op Beantwoorden of Allen beantwoorden.** Beide opties staan in het popupmenu. Door op ‘Beantwoorden’ te drukken zal de verzender van de e-mail beantwoord worden. Door te drukken op ‘Allen beantwoorden’ zal je antwoord naar alle mensen van het groepsgesprek worden verzonden. 23. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je naar de persoon (of personen) in de e-mail wilt verzenden. 24. **Druk op Verzenden.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. Hierdoor zal je antwoord naar de ontvanger(s) worden verzonden. 25. **Ga naar de website van Outlook.** Ga naar https://www.outlook.com/. Hierdoor zal je inbox van Outlook geopend worden indien je reeds ingelogd bent op Outlook. Als je niet ingelogd bent op Outlook dan moet je klikken op ‘Aanmelden’ en je e-mailadres en wachtwoord invoeren voordat je verder kan gaan. 26. **Selecteer een e-mail.** Klik op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal deze aan de rechterkant van de Outlook-pagina worden geopend. Mogelijk moet je op het tabblad ‘Andere’ bovenaan je inbox klikken om de e-mail te vinden die je zoekt, want Outlook opent het tabblad ‘Gericht’ automatisch. 27. **Klik op Allen beantwoorden.** Deze optie staat in de rechterbovenhoek van de geopende e-mail. Hierdoor zal een veld verschijnen waarin je jouw antwoord kan typen voor iedereen in de e-mail. Als je slechts de laatste persoon die een e-mail heeft verzonden wilt beantwoorden, klik dan op rechts van ‘Allen beantwoorden’ en klik daarna op ‘Beantwoorden’. 28. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je naar de ontvanger(s) wilt verzenden. 29. **Klik op Verzenden.** Dit is een blauwe knop links onderaan het antwoordveld. Hierdoor zal de e-mail naar de persoon (of personen) in de oorspronkelijke e-mail worden verzonden. 30. **Open Outlook.** Druk op het icoon van de Outlook app. Deze lijkt op een witte envelop op een donkerblauwe achtergrond. Hierdoor zal je inbox van Outlook geopend worden. Voer je e-mailadres en wachtwoord in indien je nog niet ingelogd bent op Outlook. 31. **Selecteer een e-mail.** Druk op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal de e-mail geopend worden. Mogelijk moet je eerst op het tabblad ‘Andere’ bovenaan het scherm drukken om de e-mail te vinden die je wilt beantwoorden. 32. **Druk op Beantwoorden.** Dit veld staat onderaan het scherm. Hierdoor zal een tekstveld verschijnen waar je een antwoord kan typen voor de laatste persoon die een e-mail heeft verzonden. Je kan ook iedereen in het gesprek beantwoorden door te drukken op ‘...’ in de rechterbovenhoek van de e-mail en daarna op ‘Allen beantwoorden’ te klikken. 33. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord op de e-mail(s) die je wilt beantwoorden. 34. **Druk op de pijl ‘Verzenden’.** Dit is een icoon in de vorm van een lichtblauw papieren vliegtuigje in de rechterbenedenhoek van het antwoordveld. Hierdoor zal je e-mail worden verzonden. 35. **Open de website van iCloud.** Ga naar https://www.icloud.com/. Hierdoor zal je naar de loginpagina van iCloud worden gebracht. 36. **Meld je aan op iCloud.** Voer het e-mailadres en wachtwoord van je Apple ID in en klik daarna op ‘→’. Hierdoor zal de dashboard van je iCloud geopend worden. Mogelijk moet je je niet aanmelden indien je recent ingelogd was op iCloud in je browser. 37. **Klik op Mail.** Dit is een blauw icoon met een witte envelop erop. Hierdoor zal je inbox van iCloud geopend worden. 38. **Selecteer een e-mail.** Klik op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal de e-mail aan de rechterkant van het iCloud venster worden geopend. 39. **Klik op de pijl ‘Beantwoorden’.** Deze staat in de linkerbovenhoek van de e-mail die je geopend hebt. Door hierop te klikken zal een drop-downmenu verschijnen. 40. **Klik op Beantwoorden of Allen Beantwoorden.** Beide opties staan in het drop-downmenu. Door ‘Beantwoorden’ te selecteren zal je antwoord slechts verzonden worden naar de laatste persoon die een e-mail heeft verzonden. Door op ‘Allen Beantwoorden’ te drukken zal iedereen in het gesprek beantwoord worden. Een nieuw venster zal verschijnen voor je antwoord. 41. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord dat je naar de ontvanger(s) wilt verzenden. 42. **Klik op Verzenden in de rechterbovenhoek van het venster van de e-mail.** Hierdoor zal je antwoord naar de persoon (of personen) van de oorspronkelijk e-mail worden verzonden. 43. **Open Apple Mail.** Druk op het icoon van Apple Mail. Dit lijkt op een witte envelop op een lichtblauwe achtergrond. Hierdoor zal de app Apple Mail geopend worden. 44. **Druk op Inbox.** Dit staat bovenaan de pagina Mail. Hierdoor zal je inbox geopend worden. Sla deze stap over indien je Mail de inbox opent. Als er meerdere inboxen aan de app Mail gelinkt zijn, dan moet je mogelijk op de pijl ‘Terug’ drukken in de linkerbovenhoek van het scherm en dan naar beneden scrollen naar de inbox die de e-mail bevat die je wilt openen. 45. **Selecteer een e-mail.** Druk op de e-mail die je wilt beantwoorden. Hierdoor zal de e-mail geopend worden. 46. **Druk op de pijl ‘Beantwoorden’.** Dit is een achteruit wijzende pijl onderaan het scherm. Een popupmenu zal verschijnen. 47. **Druk op Beantwoorden of Allen Beantwoorden.** Beide opties staan in het popupmenu. Druk op ‘Beantwoorden’ om de verzender van de e-mail te beantwoorden. Druk op ‘Allen Beantwoorden’ om iedereen in het groepsgesprek te beantwoorden. 48. **Voer je antwoord in.** Typ het antwoord op de e-mail. 49. **Druk op Verzenden in de rechterbovenhoek van het scherm.** Hierdoor zal je antwoord verzonden worden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-e%E2%80%90mail-beantwoorden", "language": "nl"}
Zwarte weduwes doden
De meeste spinnen zijn onschadelijk en zijn gunstig om in en om je huis te hebben. Er zijn echter 2 typen spinnen in Noord-Amerika waar je voorzichtig mee moet zijn: de Zwarte Weduwe en de bruine Vioolspin. Als je een plaag van Zwarte Weduwen en Vioolspinnen hebt moet je directe actie ondernemen. Het is ook goed om een aantal manieren te weten voor het doden van individuele spinnen die je tegenkomt, zodat je je familie kunt beschermen! 1. **Maak mogelijke schuilplekken schoon.** Zwarte Weduwen maken hun nest op plekken die niet vaak verstoord worden, zoals houtstapels, opbergdozen, de achterkant van kasten, enz. Het schoonmaken van deze plekken zal niet alleen mogelijke habitats verwijderen, je verwijderd hiermee ook plekken waar de prooi van de Zwarte Weduwe kan leven. Draag tuinhandschoenen. Je handen zullen beschermd zijn tegen beten, gewoon voor het geval dat je een spin tegenkomt. Ruim op. Als je onnodig veel dozen hebt, hout, of andere spullen die je huis vullen, kan het wegwerken van deze dingen potentiële schuilplekken verwijderen. Stofzuig. Als je een stofzuiger hebt met een slang kun je hem gebruiken om donkere hoekjes en gaten schoon te maken. Als je een web ziet “zonder” een spin, dan is de stofzuiger het beste om het te verwijderen. Zorg er alleen voor dat de zak dicht is en dat je hem weggooit (buitenshuis) zodra je klaar bent, zodat niets kan ontsnappen en weer in je huis kan komen. Spuit de buitenkant van je huis schoon. Gebruik een hogedrukspuit om webben en eierzakken te vernietigen. Besteed vooral aandacht aan erkers, raamkozijnen en deurkozijnen. Verwijder vegetatie die tegen je huis aan staat. Klimop en ander plantenleven op of om je huis geeft onderdak aan plagen. Maak regelmatig schoon. Klusjes zoals stofzuigen en het schoon houden van je leefomgeving helpen ook met het voorkomen van een spinnenplaag. Stofzuigen is vooral belangrijk omdat het het stof, de spinneneieren en de spinnen zelf weghaalt. 2. **Voorkom dat spinnen je huis binnenkomen.** De beste methode om Zwarte Weduwen te vermijden is preventie. Door het plamuren van je deuren en ramen neem je een belangrijke stap naar het verhinderen van het in je huis komen van spinnen en andere insecten. Het weerbestendig maken van de uitgangen van je huis is ook erg handig. 3. **Bel een professionele ongediertebestrijder.** Als je vermoed dat jouw Zwarte Weduwe probleem groter is dan je aankunt, bel dan een professional die een vergunning heeft om zwaardere insecticiden te gebruiken. Indien dit mogelijk is kun je rondvragen bij een aantal verschillende bedrijven voor een offerte die afhangt van de grote van je huis en de vermoede ernst van de plaag. 4. **Spray spinnen met een aerosol pesticide.** Als je een vrijlopende Zwarte Weduwe ziet moet je proberen om hem eerst te bespuiten met pesticide. Dit is beter dan gaan proberen om hem plat te slaan of plat te stampen, omdat de spinnen agressief zijn en je zullen aanvallen als ze worden bedreigd. 5. **Sla hem plat.** Pak een schoen of een ander plat object en dood de spin op de ouderwetse manier, als je geen pesticide bij de hand hebt. Wees er alert op dat Zwarte Weduwen snel zijn en dat ze naar je toe kunnen rennen in plaats van weg van jou (zoals de meeste spinnen doen). 6. **Jaag op ze.** Iets na zonsondergang, laten we zeggen 9 of 10 uur ’s avonds (zomertijd), moet je op zoek gaan naar plekken waarvan je weet dat ze er hun nest maken. Deze worden aangeduid door de stevige webben die ze maken. Bewapen jezelf met een zaklamp, lijmspray of hairspray (een plakkerige aerosol), lange broeken, schoenen, etc. Zoek naar ze op ongeveer 30 cm van de grond. Wanneer je er een ziet, spray hem. Dit alleen al zal de Weduwes doden, het aantal verminderen en er voor zorgen dat je geen pesticiden met een langdurig effect nodig zal hebben. 7. **Bepoeder het web.** Zwarte Weduwen besteden een groot gedeelte van de tijd op hun web, of het nu is om een eierzak te beschermen of om te wachten op prooi. Bestrooi het web, wanneer je het vindt, met een niet-afwerend insectenverdelgend poeder — het poeder zal de spin uiteindelijk doden. Keer terug naar het web om zeker te zijn dat de spin dood is en gooi beide dan weg in een verzegelde plastic zak. 8. **Smeer een blijvende insecticide in donkere hoekjes.** Het gebruik van een spuitpoeder bij hoekjes en gaatjes zal de vorming van nieuwe webben voorkomen, waardoor het moeilijker wordt voor Zwarte Weduwen om prooi te vangen en te gedijen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Zwarte-weduwes-doden", "language": "nl"}
Ube Halaya maken
Ube halaya is een zoet dessert uit de Filipijnen gemaakt van paarse yams. Je kunt het zo eten of het als jam gebruiken in andere maaltijden. Traditioneel wordt ube halaya geserveerd met latik, oftewel gefrituurde wrongel van kokosmelk. 1. **Bereidt de ube voor.** Verse ube heeft de sterkste smaak, maar bevroren geraspte ube is makkelijker te krijgen op Aziatische markten buiten de Filipijnen. Maak dat wat je kiest klaar om mee te koken: Laat in zijn geheel of in grote brokken sudderen tot het zacht is maar niet papperig, ongeveer 30-45 minuten. Laat afkoelen tot kamertemperatuur. Schil de ube (waarbij je de schil weggooit) en rasp wat overblijft. Laat het bij kamertemperatuur staan totdat het ontdooit en druk er dan hard op om het water eruit te persen. Giet het water af. 2. **Smelt boter in een grote pan.** Pak een brede, diepe pan waar alle ingrediënten in passen. Verhit de pan op een gemiddelde vlam en smelt er vervolgens ½ kop (125 g) boter of margarine in. 3. **Voeg de melk en kokosmelk toe.** Giet er 1 blik koffiemelk, gezoete gecondenseerde melk en kokosmelk in. Je kunt de volgende variaties ook proberen: Maak het recept extra zoet door een tweede blik gecondenseerde melk te gebruiken in plaats van de kokosmelk. Probeer eens een minder traditioneel, veganistisch recept door alleen een blik kokosmelk te gebruiken. (Het is niet erg als je minder vloeistof gebruikt, aangezien je het mengsel toch gaat inkoken.) Als je de smaak van koffiemelk niet per se wilt behouden kun je het ook proberen met verse melk. 4. **Voeg de andere ingrediënten toe.** Voeg alle geraspte ube toe plus 1 theelepel (5 ml) vanille-extract. De meeste koks voegen ook 1 kop (200 g) suiker toe. Je kunt deze stap overslaan als je de smaak van de ube liever wat meer naar voren wil laten komen, aangezien er al suiker in de gezoete gecondenseerde melk zit. Je kunt witte kristalsuiker gebruiken, basterdsuiker of griessuiker. 5. **Roer minsten 30 minuten lang.** Laat het mengsel sudderen op een gemiddelde tot lage vlam. Roer constant om te voorkomen dat het aanbrandt. De ube halaya zal langzamerhand steeds dikker en dikker worden. Het is klaar zodra het zo dik is dat het aan de lepel vast blijft plakken, ongeveer de consistentie van dik taartbeslag. Maak je klaar voor een armtraining, omdat het meestal 30-45 minuten duurt voordat je dit punt bereikt. Als de kokosmelk begint te schiften moet je het vuur lager doen en langzamer gaan roeren. 6. **Voeg wat extra boter toe.** 5 minuten voordat de ube halaya klaar is moet je een extra eetlepel (15 ml) boter toevoegen voor de glans. Meng een paar minuten, doe dan het vuur uit en laat een klein beetje afkoelen. Gebruik, als je latik hebt gemaakt, de kokosolie in plaats van boter, zoals hieronder wordt beschreven. 7. **Vet enkele vormen in.** Smeer het laatste beetje boter op Llanera vlaai-vormen, of een ander soort hittebestendige bakvorm, om te voorkomen dat het gaat plakken. Als je niet van plan bent om de jam binnen een paar dagen op te eten moet je gesteriliseerde glazen potten gebruiken. 8. **Giet de ube halaya erin en laat afkoelen.** Lepel het dikke, paarse mengsel in de ingevette vormen. Maak het oppervlak glad met je lepel. Laat de gevulde vormen op het aanrecht staan totdat de halaya niet meer heet is maar warm. 9. **Serveer of koel.** Sommige mensen vinden dit gerecht het lekkerst als het op kamertemperatuur is, terwijl anderen het liever een paar uur koelen in de koelkast. Ongeacht wat je voorkeur is volgen hier een paar ideeën voor het serveren: Bestrooid met latik (zie hieronder) of geroosterde kokosvlokken Op brood Bestrooid met kaas 10. **Bewaar wat overblijft in de koelkast.** Bewaar de rest van de jam in een dichte pot in de koelkast. In gesteriliseerde potten zal het zo’n 7-10 dagen goed blijven. 11. **Begin met kokosroom of -melk.** Latik wordt gemaakt van de wrongel van kokosmelk dat scheidt van het vet. Je kunt kokosmelk gebruiken, maar het recept is sneller en maakt meer latik als je de dikkere, vettere kokosroom gebruikt bovenin het blikje. Je kunt zélf ook kokosmelk maken van verse of versnipperde kokosnoot. Om kokosroom te maken moet je hetzelfde recept volgen, met dit verschil dat je 4 delen kokos gebruikt op één deel water. 12. **Laat de kokosroom sudderen totdat het indikt.** Giet de kokosroom (of kokosmelk) in een pan met een antiaanbaklaag. Verhit op een gemiddelde tot lage vlam. Laat het sudderen, waarbij je af en toe roert, totdat het indikt. Dit duurt ongeveer een uur. 13. **Blijf verhitten totdat de wrongel en olie van elkaar scheiden.** Als het grootste gedeelte van de vloeistof verdampt is zal de kokosroom zich in twee delen scheiden: olie en wrongel. Blijf verhitten terwijl dit gebeurt, waarbij je regelmatig roert om aanbranden te voorkomen. 14. **Frituur de wrongel op een lage vlam.** Laat de wrongel en olie in de pan en zet de vlam laag. Wacht met roeren totdat de olie de wrongel begint te frituren en het een goudbruine kleur krijgt. Als de wrongel eenmaal van kleur begint te veranderen moet je af en toe roeren zodat het aan alle kanten even goudbruin wordt. 15. **Doe het vuur uit.** De latik zal nog een paar minuten langer worden gefrituurd waardoor het een diepbruine kleur krijgt. 16. **Giet de kokosolie uit de pan.** Giet het mengsel door een zeef om de vaste latik uit de kokosolie te halen. 17. **Serveer bovenop ube halaya.** Je kunt, in plaats van boter, de olie in de ube halaya gebruiken, of je kunt de olie over de bovenkant kwasten zodra de halaya klaar is. Sprenkel de latik over de bovenkant van de ube halaya voordat je het serveert Je kunt latik een maand bewaren in een luchtdichte pot in de koelkast. Bewaar kokosolie in een luchtdichte pot op een koele en donkere plek. Het zou zowel in als buiten de koelkast minstens een paar maanden houdbaar moeten zijn, maar zelfgemaakte kokosolie kan sporen van wrongel bevatten waardoor het sneller bederft.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Ube-Halaya-maken", "language": "nl"}
Voor dwerghamsters zorgen
Dwerghamsters zijn vriendelijke wezentjes die uitstekende huisdieren vormen. In het wild leven ze in groepen en doen het goed in de bossen, graslanden en woestijnen van China, Kazakhstan, Mongolië en Siberië. Er zijn een paar verschillende soorten dwerghamsters. Dwerghamsters die als huisdier gehouden worden zijn onder andere de Russische dwerghamster, de Campbelli dwerghamster en de Roborovski hamster. Ze houden van droge omgevingen met interessante elementen om ze bezig te houden. Leer hoe je een goed thuis kun creëren voor je dwerghamster. Behandel hem goed en dan zal je huisdier een lang en gelukkig leven leiden. 1. **Kies een hamsterkooi.** Dwerghamsters zijn maar 10 cm lang, maar ze houden ervan om veel ruimte te hebben om in rond te rennen en te spelen. De kooi moet groot genoeg zijn om de hamster ruimte te geven om rond te rennen, naast ruimte voor voer, water en speelgoed. Kies uit de volgende mogelijkheden voor behuizing: Een hamster aquarium. Koop een speciaal aquarium gemaakt voor hamsters, of kies er een die is ontworpen voor vissen, die even goed voldoet. Glazen aquariums beschermen hamsters tegen koude, tochtige omstandigheden, en ze bieden een fantastisch zicht op de dagelijkse activiteiten van de hamster. Het aquarium moet een gazen afdekking hebben zodat de hamster niet kan ontsnappen. Een plastic hamsterhuis. Deze dure hamsterkooien hebben gewoonlijk meerdere kamers, met elkaar verbonden door plastic buizen, zodat de hamster zijn dagen en nachten rennend van kamer naar kamer kan doorbrengen. Ze bieden eindeloos speelplezier voor de hamsters, maar zijn moeilijker schoon te maken dan de andere kooien. Als je dit soort kooi kiest, verzeker je er dan van dat de buizen niet te steil of ingewikkeld zijn, omdat sommige hamsters dan moeite hebben door de buizen te komen. Een hamsterkooi met tralies. Zorg er, vooral als je hamster een baby is, voor dat hij zich niet door de tralies kan wringen. Hamsterkooien vormen een comfortabel huis voor hamsters. Deze kooien zijn goed geventileerd, maar je moet er voor zorgen dat je je hamster niet in een tochtige ruimte zet. De ruimte rond de kooi kan een beetje vies worden, omdat hamsters ervan houden in hun bodembedekking te graven en het door het gaas te schieten. Zorg ervoor dat je GEEN traliekooi koopt met een bodem van tralies. Dat kan de pootjes van je hamster verwonden. 2. **Voor meer dan een hamster moet je aanpassingen doen.** Als je twee hamsters hebt, neem dan maatregelen om het comfortabel voor ze te maken. Anders dan hun grote tegenhangers, kunnen dwerghamsters sociaal zijn en sommige hebben het naar hun zin in kleine groepen van hetzelfde geslacht. Als je een mannetje en een vrouwtjes dwerghamster bij elkaar zet, verwacht dan in de toekomst baby’s. Bied ze altijd twee aparte tredmolens, nestruimtes, twee waterflessen en genoeg voer voor twee hamsters. Zorg er ook voor dat je twee van elk speeltje hebt. Ze kunnen elkaar goed verdragen in dezelfde ruimte, maar zullen nog steeds hun territoriale basisinstinct hebben. 3. **Koop bodembedekking voor hamsters.** Droge bodembedekking is essentieel voor de gezondheid van een dwerghamster. Het houdt vocht weg van het lijf van de hamster en zorgt voor schuilgelegenheid en warmte. Kies bodembedekking van gerecycled papier, houtzaagsel of gerecyclede maïsspil. Zorg ervoor dat de bodembedekking die je gebruikt geen den of ceder zaagsel bevat. Den en ceder bevatten carbolzuur dat giftig is voor hamsters, omdat de geur die het produceert zo sterk is. Sommige hamsters zijn allergisch voor bepaalde types bodembedekking. Als je bodembedekking den, ceder of andere allergenen bevat, kan hij beginnen te fluiten en te niezen. Als je ziet dat dit gebeurt, vervang de bodembedekking dan door gerecycled papier of een andere hypoallergene bedekking. 4. **Denk na over de plaats waar je de kooi zet.** Plaats de kooi en accessoires van de hamster in een comfortabele kamer. Omdat hamsters nachtdieren zijn, moeten ze geplaatst worden in een kamer die ’s nachts donker is. Zorg ervoor dat de kamer een behaaglijke temperatuur heeft, aan de warme kant, omdat je hamster longontsteking kan krijgen als het te koud wordt. Laat geen ramen open in de kamer waar de hamster leeft. Als je andere dieren hebt, zorg er dan voor dat de hamster in een ruimte is waar hij niet gestoord of bedreigd wordt. 5. **Maak de kooi vaak schoon.** Een schone kooi helpt om je hamster gezond te houden. Schep de vieze bodembedekking er elke paar dagen uit en was een keer per week de hele kooi. In het algemeen zal een gemiddelde spuitfles, gevuld met twee eetlepels bleek of antibacteriële afwasmiddel en water, genoeg schoonmaakkracht hebben om de kooi te desinfecteren zonder te gevaarlijk te zijn voor je hamster. Je kunt ook witte azijn gebruiken om de kooi schoon te maken. Zorg ervoor dat je ook de speeltjes, bakjes en tredmolen afneemt. Laat de kooi na het schoonmaken 10 tot 15 minuten aan de lucht drogen voordat je een laag van 5 cm nieuwe verse bodembedekking erin doet. 5 cm is de aangeraden hoeveelheid. Onthoud dat je dwerghamster een grote graver is. Als je je hamster niets geeft om in te graven, zal hij niet zo gelukkig zijn. Zorg ervoor dat je je hamster ergens veilig neerzet, terwijl je de kooi schoonmaakt, zodat hij niet ontsnapt. Zet hem in een hamster speeltuin, of een droge badkuip. Vermijd het om de hamster in een kartonnen doos te zetten terwijl hij wacht tot je zijn kooi hebt schoongemaakt. Hamsters kunnne heel snel door karton heen knagen. 6. **Koop een waterfles voor je hamster.** Bij veel hamsterkooien zitten een voerbakje en een waterbakje, maar als die van jou dat niet heeft, dan moet je er zelf een bij kopen. Hamsters drinken water uit een flesje met een metalen tuitje. Vul het waterflesje met vers water als hij leeg begint te raken. Laat het water niet te lang in het flesje zitten. Als je hamster een trage drinker is, hervul de fles dan een paar keer per week, en maak de fles zo nu en dan schoon. Verzeker je ervan dat de fles niet lekt. Je hamster kan ziek worden als hij nat wordt, wat de reden is waarom ze water drinken uit een waterflesje in plaats van uit een bakje. 7. **Koop hamstervoer.** Bied je dwerghamster voer in een ondiep plastic bakje. Dit maakt het voor de hamsters mogelijk om gemakkelijk bij het voer te komen en tegelijk de kooi schoon te houden. Hamsters houden ervan de hele tijd voer te knabbelen, dus de voerbak moet altijd gevuld zijn met vers voer. Gooi het weg als het nat wordt. Dierenwinkels verkopen meerdere soorten voer voor hamsters en de meesten daarvan vallen in de volgende categorieën: Geperste pellets of blokjes, wat het voornaamste dieet van de hamster zou moeten zijn. Zaadmengsels speciaal voor hamsters. Deze kunnen toegevoegd worden als supplement. 8. **Koop kauwsticks.** De tanden van dwerghamsters groeien lang en scherp. Je hamster heeft iets stevigs nodig om op te knagen om zijn tanden op een comfortabele lengte te houden. Koop kauwsticks of een ander stevig kauwspeelgoed, bedoeld om de tanden van de hamster bot te maken. 9. **Geef je hamster lekkers.** In aanvulling op de pellets en zaden, houden hamsters van iets lekkers om de zoveel tijd. Groenten, fruit, en ander vers voer kan in kleine hoeveelheden toegevoegd worden aan het dieet van de hamster. Zorg ervoor dat je je hamster niet te veel geeft, want je wilt niet dat zijn maag van slag raakt. Hamsters kunnen kleine beetjes sla, wortel, appel, broccoli en tomaat krijgen. Jouw dwerghamster zal ook haver, gekookt vlees en pure yoghurt eten. Vermijd het om je hamster citrusvruchten of suiker te geven, daar kan de hamster ziek van worden. Pindakaas is ook iets wat je je hamster niet moet geven omdat hij erin kan stikken. 10. **Bied speeltjes en bronnen van vermaak.** Je hamster zal veel energie hebben en hij zal het fijn vinden om te bewegen, vooral ’s nachts. Geef je hamster speeltjes waar hij met en zonder jouw hulp mee kan spelen. Tredmolens zijn het klassieke hamsterspeelgoed. Zorg ervoor dat het wiel stevig vastzit aan de bodem van de kooi zodat het niet om kan vallen wanneer de hamster erop klimt. Ze kunnen ook behoorlijk veel geluid maken, dus als je een lichte slaper bent, zet dan je hamsterkooi in een andere kamer. Oefenballen zijn een andere populaire keuze. De hamster wordt in een plastic bal gezet, die rolt wanneer de hamster rondrent. Zorg ervoor dat je de hamsterbal op een vlak oppervlak zet, ver van trappen. 11. **Houd hem op de juiste manier vast.** Probeer je hamster de eerste dagen dat je hem hebt niet op te tillen. Steek alleen je hand in zijn kooi en laat hem ruiken, zodat hij gewend raakt aan je geur. Grijp je hamster niet en behandel hem ook niet op een andere ruwe manier, aangezien hij een kwetsbaar lijfje heeft. Pak een hamster altijd op vanaf de bodem, anders voelt hij zich bedreigd. Begin met zitten op de grond en hem laag te houden. Als hij een gemakkelijke ontsnaproute ziet, zal hij minder geneigd zijn om te wriemelen of je te bijten. Houd je hamster elke dag vast. Als je niet regelmatig contact maakt met je hamster, kan hij stoppen met aardig te zijn als je wilt spelen. Til je hamster minstens een keer per dag voorzichtig op uit zijn kooi en laat hem rondscharrelen op je schoot. 12. **Help je hamster schoon te blijven.** Dwerghamsters zijn erg schone dieren en hebben zelden hulp nodig van hun eigenaren om een goede hygiëne te onderhouden. Maar, een keer per week kun je wat fijn dierenzand in een bakje doen en je hamster een zandbad laten nemen. Dit imiteert het soort substantie dat hamsters in het wild gebruiken om schoon te blijven. Als je hamster erg vies is, neem dan een kleine borstel, die mensen gebruiken om hun haarwortels te kleuren of een tandenborstel. Maak deze nat en borstel je hamster er voorzichtig mee. Dep hem droog met een lapje. Was een hamster nooit door hem in water te houden. Hier zal de hamster erg ziek van worden. 13. **Herken een gezonde dwerghamster.** In het algemeen hebben dwerghamsters een gedrongen lijfje, grote wangzakken en korte staartjes. Verzeker je ervan dat hij geen vies neusje of vieze oogjes heeft, of andere tekenen van ziekte. Russische dwerghamsters zijn uitzonderlijk gevoelig voor diabetes. Een hamster die aan deze aandoening lijdt zal veel water drinken en vaker plassen dan andere dwerghamsters. Ga beslist naar je dierenarts als je denkt dat je hamster diabetes heeft. 14. **Controleer op natstaart.** Een recent gespeende of extreem gestreste dwerghamster kan een ziekte krijgen met de naam “natstaart”. Je hamster heeft diarree – de overvloedige hoeveelheid vocht daarvan veroorzaakt dat zijn staart letterlijk nat is. Ga naar een dierenarts voor een goede diagnose en behandeling. De ziekte van Tyzzer veroorzaakt diarree bij jonge of gestreste hamsters. Dit is een ziekte die behandeling bij de dierenarts nodig heeft. Bepaalde antibiotica kunnen deze aandoening veroorzaken en verergeren, dus behandel je hamster niet op eigen houtje. 15. **Let op tekenen van parasieten.** Net als honden en katten kunnen dwerghamsters lijden aan parasieten als lintwormen . Lintwormen zijn het belangrijkst, dus wees ervoor op je hoede. Wanneer je je hamsterkooi schoonmaakt, let dan op tekenen van diarree en kleine, op rijstkorrels lijkende wormsegmenten. Als je het vermoeden hebt dat je dwerghamster een lintworm heeft, ga dan naar de dierenarts. Neem een beetje ontlasting mee. Met de hulp van een microscoop zal je dierenarts in staat zijn om een goede diagnose te stellen. Je dierenarts zal je een ontwormingsmiddel voorschrijven om te gebruiken. Dit zal in plaatselijke of orale vorm zijn. Volg de instructies op het product om het te kunnen toepassen. 16. **Controleer regelmatig hun ogen en neus.** Dwerghamsters zijn vatbaar voor verkoudheidsvirussen, net als mensen. In een enkel geval kan dit escaleren tot een longontsteking. Een dwerghamster met longontsteking zal afscheiding hebben bij de ogen en de neus. Hij zal ook stoppen met eten. Dit is ernstig. Bel je dierenarts direct. 17. **Let ook op abcessen.** Dwerghamsters zijn ook vatbaar voor de vorming van abcessen, vaak veroorzaakt door hun tanden. Dit komt vooral veel voor rond hun hoofd en wangzakken. Abcessen zijn in beginsel geinfecteerde zakjes pus die onder de huid en vacht van je hamster zullen ontstaan. Als ze er zijn, dan zullen ze gevoelig zijn voor aanraking. Je hamster zal je onderzoek tegenwerken. Neem contact op met je dierenarts over hoe je hiermee verder moet. In veel gevallen zal het abces vanzelf genezen, maar als het te erg wordt, zal je dierenarts de plek waarschijnlijk moeten opensnijden en behandelen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Voor-dwerghamsters-zorgen", "language": "nl"}
Mensen bespioneren
Spioneren kan je helpen de diepste, duisterste geheimen van de mensen om je heen te ontdekken—of dat nu volstrekt onbekenden zijn, of je oudere zus. Als je een echte spion wilt zijn, dan zul je moeten weten hoe je onopgemerkt kunt blijven. Ook zul je een heleboel belangrijke vaardigheden onder de knie moeten krijgen. Je kunt mensen bespioneren door je goed te verstoppen. Als je wilt weten hoe je mensen kunt bespioneren, waar en wanneer je maar wilt, schuifel dan voorzichtig naar Stap 1 om te beginnen. 1. **Gedraag je altijd onopvallend.** Of je nu iemand in je huis aan het bespioneren bent, of iemand in het winkelcentrum, het allerbelangrijkste is dat je zo koel als een kikker blijft. Als je een belachelijke vermomming aan hebt, je je supernerveus gedraagt, of veel te doorzichtig bent, dan zul je binnen mum van tijd gesnapt worden. Als je mensen wilt bespioneren, dan moet je weten hoe je koel kunt gedragen, alsof je alleen met je eigen zaken bemoeit; je hoeft geen snood plan te bekokstoven om erachter te komen waar mensen nu echt mee bezig zijn. Je onopvallend gedragen zit hem vooral in je lichaamstaal. Sta niet te rechtop, maar hang net genoeg voorover om relaxt over te komen. Friemel niet zo veel, en blijf voor je uitkijken—niet naar de vloer. Als je te nerveus overkomt, dan zullen mensen je gelijk doorhebben. Doe niet alsof je gewoon aan het rondhangen bent, ergens naar op zoek bent, en ga niet lopen staren. Dit maakt al snel duidelijk wat je echt aan het doen bent. Blijf gewoon koel, alsof je de tijd neemt om op iemand te wachten, alsof je aan het genieten bent van een prachtige lentedag, of dat je gewoon in eigen gedachten verzonken bent. Als degene die jij bespioneert je ziet, doe dan net alsof het geen big deal is. Zeg gewoon hallo, of knik en glimlach als je degene niet kent. Als je wegrent of zenuwachtig wordt, dan zal diegene absoluut gaan vermoeden dat er iets aan de hand is. 2. **Zorg dat je een smoesje hebt voor als je gepakt wordt.** Dit is een zeer belangrijk onderdeel voor de echte spion. Als je echt goed bent zul je echter nooit gepakt worden, maar bereid je altijd voor op het onverwachte. En het onverwachte houdt soms helaas in dat je betrapt zult worden. Voordat je met je volgende spionage begint dien je dus een goed achtergrondverhaal te hebben. Heb je die niet dan zul je op heterdaad betrapt worden. Hier zijn wat suggesties: Als je thuis een ouder, broer, of zus bespioneert, verzin dan een reden waarom je je in die kast verstopt, of waarom je hem/haar besluipt. Misschien lig je onder het bed omdat je een oorbel kwijtgeraakt bent (bonuspunten als je daadwerkelijk slechts één oorbel in hebt), of iets anders aan het zoeken bent. Misschien ben je in de kelder omdat je de was aan het opvouwen bent. Verzin een verklaring voor wat je aan het doen bent. Als je in het openbaar iemand bespioneert, verzin dan een reden waarom jij op dezelfde plek als hij/zij bent. Als iemand jou in de Bijenkorf betrapt, zeg dan dat je een cadeautje aan het kopen bent voor je moeder. Als je in de bioscoop aan het bespioneren bent, haal dan twee kaartjes—zeg dat je vriend niet op is komen dagen. Hoe normaler en saaier je smoes is, hoe beter. 3. **Loop zachtjes.** Ook dit is een must voor de ware spion. Als je iemand gaat bespioneren, dan kun je niet rond gaan lopen stampen in je werklaarzen of hoge hakken. Kies schoenen met een rubber zool, die licht en stil zijn, en nagenoeg geen geluid veroorzaken—denk hierbij aan TOMS, sandalen, of zelfs UGGs. Test de schoenen uit voordat je ze gaat gebruiken op je spionnenmissie. Als je thuis bent, dan kun je uiteraard het best op blote voeten lopen. Zachtjes lopen draait niet alleen om het schoeisel. Je dient ook zachtjes te leren lopen. Probeer lichtjes te wandelen, op je tenen te lopen, en zo min mogelijk geluid te maken. 4. **Leer van de experts.** Je kunt veel leren door boeken te lezen en films te kijken over professionele spionnen, of over mensen die in hun dagleijks leven met spionage te maken hebben. Je kunt er van leren welke technieken er wel en en niet werken. Hier zijn wat geweldige inspiratiebronnen: Harriet the Spy Nancy Drew The Hardy Boys James Bond The Bourne Trilogy Alias Rear Window Disturbia 5. **Oefen voor je op missie gaat.** Als je eenmaal een doelwit in gedachten hebt, en je plan uitgestippeld hebt, dan kun je het beste eerst een beetje oefenen voor het echte werk begint. Je kunt oefenen door een van je vrienden te bespioneren, en te kijken of je betrapt zult worden. In plaats van je zusje kun je je moeder gaan bespioneren, gewoon om te kijken of het werkt. Als je gepakt wordt, probeer daar dan van te leren. Wat kun je verbeteren om de pakkans te verkleinen? Het is als spion belangrijk om je sterke en zwakke punten te kennen, en je eerste missie te baseren op wat je van je trainingssessie geleerd hebt. 6. **Leer om in de menigte op te gaan.** Als spion is het ontzettend belangrijk om te leren hoe je in de menigte op kunt gaan. Dit betekent niet dat je jezelf moet camoufleren als Peeta in The Hunger Games, maar betekent dat je, in welke omgeving dan ook, zo min mogelijk in het oog springt. Doe geen dingen waardoor je opvalt. Als je naar een voetbalwedstrijd gaat, kleed je dan net als de rest van het publiek in de kleuren van de thuisploeg—als je dat niet doet zul je een stuk meer opvallen. Kies voor onopvallende kleding om ervoor te zorgen dat je in je omgeving past. JE hoeft heus niet te investeren in kekke spionnenkleding—daar zul je alleen maar meer door opvallen. Het is van belang dat je je niet alleen kleedt als de mensen om je heen, maar dat je ook doet wat zij doen. Als je in een boekwinkel bent, doe dan net alsof je een boek aan het zoeken of lezen bent. Als je iemand vanuit huis bespioneert, draag dan iets dat je normaal gesproken ook zou dragen. Zo gaan je gezinsleden of buren niet vermoeden dat er iets anders aan je is. Als je het geluid dat je kleding maakt kunt beperken, dan kan dat handig zijn, maar overdrijf het niet. Kleed je zoals je dat normaal ook zou doen. 7. **Neem altijd een kladblokje en een pen mee.** Harriet de Spionne wist precies waar ze mee bezig was. Als jij mensen echt wilt kunnen bespioneren, en achter hun geheimen wilt komen, dan is een kladblokje een absolute must. Alles wat je hoort en ziet dien je neer te pennen. Misschien lijkt de informatie op het moment zelf niet zo interessant, of zegt het je niets, maar later kun je gaan beseffen dat het een enorm stuk van de puzzel was. Schrijf ook de datum en de tijd op, en noteer alles wat de persoon aan het doen is. Om het kladblokje oninteressant te laten lijken kun je er "WISKUNDE" of "ENGELS" op schrijven in grote letters. Wie zou daar nou in willen kijken? Probeer je handschrift zo goed mogelijk te verhullen. Als iemand je kladblokje vindt, dan wil je ervoor zorgen dat er niets is dat jou in het verdachtenbankje kan schuiven. Schrijf in kleine lettertjes als je normaal gesproken heel groot schrijft; zet puntjes op je i's als je dat normaal gesproken niet doet; schrijf een beetje schuin als je dat normaal gesproken niet doet, etc. Verwijs niet met zijn/haar echte naam naar je doelwit. Gebruik een codenaam. Je kunt een klein kladblokje kopen dat in je zak past. 8. **Overweeg om een partner-in-crime in te zetten.** Spioneren kan natuurlijk in je eentje, maar een partner kan je helpen informatie te achterhalen die je zelf nooit zou kunnen ontdekken. Je partner kan je helpen nieuwe technieken uit te proberen, kan handig zijn als jullie walkie-talkies hebben, en kan enorm nuttig zijn als je iemand bespioneert die jouw partner nog nooit gezien heeft. Het allerbelangrijkste is dat je partner door en door vertrouwt. Je wilt niet dat je je partner ervoor zorgt dat jij ontdekt wordt. Een partner kan je helpen door zich voor te doen als iemand die verdwaald is, iemand die aan de deur verkoopt, of wat dan ook. Zo kan hij/zij de aandacht van het doelwit trekken, en kan jij hem/haar naar hartenlust bespioneren. 9. **Sluip om hoekjes.** Als iets om de hoek gebeurt, ga dan met je rug vlak tegen de muur staan. Zo kun je mensen uitstekend thuis bespioneren. Zorg ervoor dat je jezelf goed tegen de muur aan drukt, en dat je minstens een centimeter of vijf van de hoek afblijft. Zo kun je verstopt blijven. Draai een oor voorzichtig naar de bron toe. Je kunt ook op je hurken gaan zitten en luisteren, maar dit zal het moeilijker maken om een goede smoes te verzinnen als je betrapt wordt. Als je iemand aan hoort lopen komen, loop dan gewoon casual de trap op. Of kruis hun pad, maar zorg er wel voor dat je daar een goede reden voor hebt. Dit is beter dan de trap op vluchten als iemand je gezien heeft. 10. **Doe net alsof je iets aan het doen bent.** Ook dit is een uitstekende manier om iemand in je huis te bespioneren. Je kunt in een aanliggende kamer gaan zitten, en afluisteren wat hij/zij aan het zeggen is—zo kun je luisteren naar al die sappige roddels die ter sprake komen. Als je je zuster in de kelder wilt bespioneren, ga dan naar de kamer daarnaast om je was op te vouwen. Als je je vader wilt bespioneren die de garage aan kant aan het maken is, doe dan net alsof je bladeren gaat harken buiten. Hoe stiller de activiteit die je doet, hoe beter. Doe geen dingen die je anders nooit zou doen. Ga bijvoorbeeld niet de afwas doen als je dat al in geen maanden gedaan hebt. Dat zal alleen maar vraagtekens oproepen namelijk. 11. **Doe net alsof je naar muziek aan het luisteren bent.** Als je een kind bent zullen je ouders er waarschijnlijk wel aan gewend zijn dat je vaak een koptelefoon op hebt, en dat je continu naar muziek aan het luisteren bent. Als dat het geval is—of als je de mensen in huis wilt doen denken dat dat zo is—dan kan het een geweldige manier zijn om persoonlijke informatie af te luisteren. Je doelwit zal namelijk denken dat jij toch niet luistert. Hoewel dit niet altijd zal werken, kan het handig zijn om je koptelefoon op te hebben, in jezelf te lachen, en te doen alsof je in je eigen wereldje leeft. Zo zullen mensen gaan denken dat je er echt niet bent, kunnen ze dingen gaan zeggen die ze anders niet zouden zeggen—ze denken immers dat jij toch niet luistert. Draai wel wat muziek, zoals klassieke muziek of jazz. Doe dit voor het geval je betrapt wordt. Zet de muziek gewoon heel zachtjes. 12. **Luister gesprekken over de telefoon af.** Je kunt meeluisteren met de telefoon als jullie meerdere huistelefoons hebben. Het is belangrijk om op dit gesprek te anticiperen voor het plaatsvindt, zodat jij de telefoon op kunt pakken voordat de ander begint te bellen. Als jij de telefoon oppakt nadat je doelwit dat gedaan hebt, dan zal hij/zij dat kunnen horen. Als de telefoon afgaat voor je moeder of broer/zus en je aan de lijn wilt blijven, pak die dan eerst op, schreeuw naar degene die de telefoon op moet nemen, leg de telefoon neer, en pak de hoorn weer op. Het is vooral belangrijk om zo stil mogelijk adem te halen. Je kunt de telefoon zelfs aan je oor houden, en je mond iets verder van de hoorn afzetten zodat je geen geluid maakt. 13. **Mijd zware ademhaling.** Als je mensen thuis wilt bespioneren, dan zul je moeten leren om zo ondiep mogelijk adem te halen. Als je te zwaar ademhaalt, dan zal je doelwit je onmiddellijk doorhebben, en zul je betrapt worden. Oefen langzaam, en ondiep te ademen—bij voorkeur door de neus— zodat je geen achterdocht wekt. Je zou ook moeten leren hoe je nies- en hoestbuien kunt onderdrukken. Je wilt ook niet dat je allergieën jouw aanwezigheid prijsgeven. 14. **Schaf een webcam met bewegingssensor aan.** Een webcam met bewegingssensor kan een enorme aanwinst zijn voor de computer van de spion. Als je deze zo instelt dat die aangaat als iemand de kamer binnenkomt, dan zal de camera automatisch opnemen wie er binnen is. Ook zul je precies kunnen zien wat die persoon gedaan heeft. Dit is een geweldige manier om de mensen in je huis te bespioneren. Als je een laptop hebt, dan kun je de camera zelfs "per ongeluk" op verschillende plekken in huis late liggen, zodat je meerdere mensen op kunt nemen. 15. **Luister af door een glas tegen de muur te zetten.** Als je een glas tegen de muur aandrukt, je oor tegen de onderkant aan houdt, en de bovenkant tegen de muur aan zet, dan zal dat glas het geluid van de aanliggende kamer iets versterken. Hierdoor zul je een meester-afluisteraar worden, en kun je alles horen wat de mensen in de kamer naast die van jou zeggen—of ze die dingen nu wel of niet geheim willen houden. 16. **Blijf onopvallend.** Als je in het openbaar iemand bespioneert, dan kun je het beste volledig in de menigte opgaan. Als de persoon jou kent, en je verstopt wilt blijven, dan kun je overwegen om een zonnebril op te zetten—doe dit alleen als je er daardoor niet te opvallend uit komt te zien. Om in de menigte op te gaan dien je te dragen wat de rest ook draagt, en te doen wat de rest ook doet. Je kunt je kapsel aanpassen, of een andere lichte aanpassing doorvoeren—zorg er alleen voor dat je er niet extra door opvalt. Een neppe baard, of je helemaal in het zwart hullen midden in de zomer zal ervoor zorgen dat je alleen nog maar meer opvalt. 17. **Maak geen onverwachte bewegingen.** Beweeg je snel genoeg zodat het lijkt alsof je iets aan het doen bent, maar langzaam genoeg zodat het niet lijkt alsof je haast hebt. Als je iemand volgt, ga dan niet rennen, neem het tempo van het doelwit niet overduidelijk over, en raak ook niet buiten adem. Als je echt onopgemerkt wilt blijven, zorg er dan voor dat je je hoofd koel houdt, en dat je verdekt blijft—zelfs als dat betekent dat je doelwit uit het zicht raakt. Hoewel het belangrijkste is om je doelwit in het oog te houden, dien je je ook bewust te zijn van je omgeving. Als je tegen iets of iemand aanstoot, of struikelt, dan zul je gegarandeerd in het oog vallen. 18. **Leer te liplezen.** Leren liplezen is een vaardigheid die je een heel eind op weg kan helpen. Door deze truc onder de knie te krijgen kun je mensen van een afstandje observeren, en erachter komen waar ze het over hebben. Let wel, je moet de mond van je doelwit kunnen zien, maar het doelwit mag jou niet zien. Als je dit kunt doen door onopvallend te blijven is het een geweldige truc. Je kunt overigens ook een schuilplaats zoeken en met een verrekijker te werk gaan! Liplezen, ook wel spraakafzien genoemd, kun je online leren. Als iemand een klinker uitspreekt, dan zal zijn/haar mond "gerond" worden. Je kunt proberen om de geluiden zelf uit te spreken, om een beter gevoel te krijgen van wat de ander gezegd zou kunnen hebben. Naarmate je hier beter in wordt kun je naar de rest van de mond en het gezicht kijken om de context te achterhalen. Je kunt het gesprek zelfs filmen, en later afspelen om te ontcijferen wat degene aan het zeggen was. 19. **Overweeg om een verrekijker aan te schaffen.** Een verrekijker is een must als je een echte spion bent. Het belangrijkste is dat je de verrekijker verstandig, en uiterst voorzichtig gebruikt. Je kunt een verrekijker vanuit je huis gebruiken om de buren te bespioneren—als je je in een donkere kamer zonder weerspiegeling bevindt zul je minder snel opgemerkt worden dan als je elders bent. In films zie je vaak dat mensen een verrekijker gebruiken terwijl ze gehurkt in de bosjes zitten. Meestal zul je hier echter snel door opgemerkt worden. Als je de verrekijker echt wilt gaan gebruis om mensen buiten te bespioneren, zorg er dan voor dat je ruim voldoende afstand hebt ten opzichte van je doelwit. 20. **Reis licht.** Als je in het openbaar te werk gaat, dan wil je je camera, enorme rugtas, tachtig gadgets, een gigantisch kladblok, en je pennenset liever niet meenemen. Neem alleen dingen mee die je absoluut nodig hebt om iemand mee te kunnen bespioneren. Je zou er uit moeten zien alsof je nog minder nodig hebt dan dat. Als je veel spullen meeneemt, en de tijd nodig hebt om alles te installeren, dan trek je alleen nog maar aandacht naar je toe. Probeer een manier te vinden om al je benodigdheden in een zo klein mogelijke tas, of zelfs in je jas, mee te nemen. Als het erop lijkt dat je niets bij je draagt, dan zullen mensen niet gaan vermoeden dat je iets snoods in de zin hebt. 21. **Gebruik een spiegel.** Als je in het openbaar iemand achter je wilt bespioneren, pak er dan een spiegeltje bij. Je kunt zelfs wat make-up aanbrengen. Kantel de spiegel vervolgens zó dat je degene achter je in je spiegeltje kunt zien. Je kunt het spiegeltje ook in een boek of iets anders verstoppen—zorg ervoor dat niemand de spiegel kan zien. Als je doet alsof je jezelf een beetje in de plooi zet, weet dan dat je dit niet eeuwig kunt blijven doen. Als je het te lang doet, dan trek je onnodig veel aandacht naar jezelf toe. 22. **Gebruik geheime opnameapparatuur.** Je kunt online op zoek gaan naar alledaagse voorwerpen, die geluid op kunnen nemen—zoals de Spy Pen. Als je een van deze voorwerpen in handen hebt, dan kun je die neerleggen op een plekje waar twee mensen zitten en praten; begin de opname, en pak het voorwerp later weer terug, zodat je het gesprek later terug kunt spelen. Je kunt ook een gewone recorder gebruiken, maar die moet je dan wel goed verstoppen. Misschien onderin een tas die je "per ongeluk" vergeten bent op de plek waar je doelwitten zijn. Als je een traditionele recorder met een bandje gebruikt, onthoud dan dat die uiteindelijk op zal raken en zal "klikken" als dat gebeurt. Gebruik die dus alleen om korte opnames mee te maken. 23. **Vergrendel al je apparaten.** Als je een echte spion bent, dan moet je ervoor zorgen dat mensen niets over jou te weten kunnen komen. Vergrendel je telefoon, computer, en andere apparaten zodat andere mensen er geen toegang tot hebben. Je kunt zelfs een alarm inschakelen als iemand anders dan jij het apparaat aanraakt. Hierdoor kun jij aan de weet komen wie jou probeert te bespioneren. Ook zal het al jouw geheimen veilig houden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Mensen-bespioneren", "language": "nl"}
Een hond aaien
Een hond mag dan de beste vriend van de mens zijn, maar ze gedragen zich niet altijd zo. Volg deze instructies hieronder om een onbekende hond te benaderen. Let op tekenen van agressie, en aai de hond op een niet bedreigende manier. Advies voor het aaien van je eigen hond, of een andere hond die je goed kent, is hier ook in opgenomen in een aparte paragraaf. 1. **Vraag toestemming aan de eigenaar om de hond te aaien.** De hond kan er vriendelijk uitzien, maar als je de hond niet kent, kun je niet weten hoe hij reageert op vreemden. Als de eigenaar je speciale instructies geeft die afwijken van hetgeen hieronder verteld is, volg die dan op. Als de eigenaar je toestemming geeft de hond te aaien, vraag de eigenaar dan waar de hond het fijn vindt om geaaid te worden. 2. **Wees op je hoede als de hond geen eigenaar heeft.** As je een hond ziet loslopen op straat zonder eigenaar, ga dan voorzichtig te werk en blijf in een positie waarin je jezelf kunt verdedigen als het nodig is. Honden die aan de ketting zitten of in een tuin of andere beperkte ruimte achtergelaten zijn, zijn meer geneigd om te bijten, net als honden die iets eten of ergens op kauwen. Benader deze honden voorzichtig, en stop direct met je poging hen te aaien bij het minste teken van agressie, zoals hieronder beschreven. 3. **Trek je terug als de hond tekenen vertoont van agressie of verwarring.** Tekenen van agressie omvatten grommen, blaffen, een staart recht overeind, nekharen recht overeind, grauwen, of zijn lichaam stijf houden. Tekenen van verwarring, angst of opwinding omvatten het likken van de lippen, het tonen van het wit van de hondenogen, het ontwijken van oogcontact, de staart laag houden, janken of oren naar achteren trekken. Als de hond niet kalmeert of jou benadert binnen dertig seconden, beëindig je poging dan. 4. **Buig naar voren of hurk om honden uit te nodigen je te benaderen.** Nodig de hond uit door de eerste stap te doen. Dit doe je door te hurken waardoor je meer op hun hoogte zit. Bij meer zelfverzekerde honden hoef je alleen licht voorover te buigen, maar buig niet direct over de hond heen, dit kan hem een bedreigd gevoel geven. Ga nooit hurken bij een hond zonder eigenaar, of een hond die zich agressief gedraagt (zie de tekst hierboven). Blijf staan om jezelf te kunnen verdedigen in het geval dat de hond aanvalt. 5. **Verleid verlegen honden om dichterbij te komen.** Als op je hurken zitten de hond nog steeds niet heeft aangetrokken, en hij gedraagt zich verlegen of schrikkerig (wegrennen of verbergen), kijk dan weg, want oogcontact kan bedreigend overkomen. Maak vriendelijke, zacht verleidelijke geluiden; het maakt niet uit wat, maar vermijd luide klanken of geluiden die de hond schrik aan lijken te jagen. Draai je lichaam naar één kant om kleiner en minder bedreigend over te komen. Vraag de eigenaar om de naam van de hond en gebruik die om de hond te lokken. Sommige honden zijn getraind om te reageren op het geluid van hun naam. 6. **Steek je vuist uit.** Als de hond ontvankelijk lijkt om geaaid te worden na deze stappen, of op zijn minst rustig lijkt en geen tekenen van agressie of verwarring toont, dan kun je je vuist aanbieden om te onderzoeken. Houd de vuist richting zijn neus, maar niet direct tegen zijn snuit aan. Laat de hond benaderen en de rug van je hand net zo lang besnuffelen als hij wil. Bied niet je open hand aan, omdat een onbekende hond je in je vingers kan bijten. De hond die je besnuffelt is je aan het evalueren, hij vraagt er nog niet om geaaid te worden. Wacht tot de hond uitgesnuffeld is voordat je de volgende stap doet. 7. **Kijk of de hond op zijn gemak is.** Als de spieren van de hond ontspannen zijn (niet stijf of gespannen), of als hij kort oogcontact maakt, of met zijn staart kwispelt, dan is hij waarschijnlijk op zijn gemak met jou. Ga door naar de volgende stap, maar stop met aaien en bied hem je stilgehouden vuist weer aan als hij probeert weg te bewegen. 8. **Streel de hond rond de oren.** Als de hond nog steeds geen tekenen van agressie vertoont, streel dan langzaam, of kriebel zachtjes de oren van de hond bij de aanzet. Benader vanaf de zijkant van zijn hoofd, niet van bovenaf. 9. **Verder gaan naar andere plekken.** Als je succesvol geweest bent tot op dit punt, en de hond probeert niet weg te duiken, dan kun je verder gaan naar andere lichaamsdelen. Je kunt met je hand over zijn rug bewegen, of naar de kruin bewegen, en daar zachtjes kriebelen met je vingers. Veel honden vinden het heerlijk om gekriebeld te worden op hun rug, aan weerszijden van de wervelkolom. De voorkant bij de nek en schouders heeft een kleinere kans om de hond ongerust te maken, dan de achterkant bij de staart en achterpoten. Vriendelijke honden kunnen ervan genieten om onder de kin of op de borst geaaid te worden, maar anderen houden er niet van als vreemden richting hun kaak reiken. 10. **Stop als de hond niet echt goed reageert.** Wees je ervan bewust dat sommige honden "kopschuw" zijn en het niet fijn vinden om geaaid te worden op hun kop. Sommige honden vinden het niet fijn als hun achterkant geaaid wordt, of hebben andere plekken waar ze niet aangeraakt willen worden. Elke grom, staart naar beneden of plotselinge beweging moet een signaal voor je zijn om direct te stoppen met wat je doet en stil te staan. Als de hond weer kalmeert en naar je toe beweegt, ga dan door met aaien op een andere plek. 11. **Maak geen plotselinge bewegingen.** Ga niet plotseling of krachtig krabbelen, begin niet te kloppen of te slaan op zijn zijkanten, en beweeg niet snel naar een andere plek. Als de hond geniet van een plek om geaaid te worden, dan kun je overgaan van strijken naar licht kriebelen, of van één hand naar twee handen. Blijf wel zacht en voorzichtig, want je weet niet hoe deze onbekende hond kan reageren op actiever aaien. Snel of krachtig aaien kan zelfs een vriendelijke hond overenthousiast maken, en veroorzaken dat hij gaat springen of happen naar je handen. 12. **Leer waar de favoriete plekjes van de hond zitten.** Terwijl je de hond leert kennen, kun je uitzoeken welke manieren van aaien hij het lekkerst vindt. Sommige honden houden ervan op de buik gewreven te worden, terwijl sommige anderen het heerlijk vinden als hun poten gemasseerd worden. Weer anderen grommen als je in de buurt komt van deze gebieden. Let op de lichaamstaal van de hond en concentreer je op de gebieden waar hij het meest van geniet. Een kwispelende staart, ontspannen spieren en janken als je stopt en wegtrekt zijn tekenen dat de hond geniet van het aaien. Kwijlen kan een teken van opwinding zijn, hoewel dit niet altijd betekent dat de hond ontspannen is. 13. **Wees op je hoede als je de buik van een hond wrijft.** Als een hond op zijn rug ligt, dan kan het zijn dat hij bang is en probeert om jou te bedaren, en niet vraagt om geaaid te worden. Zelfs een vriendelijke hond die ervan geniet om over de buik gewreven te worden, kan soms dit gedrag vertonen om een andere reden. Wrijf niet over de buik van de hond als hij nerveus, gespannen of ongelukkig overkomt. 14. **Leer kinderen hoe ze met honden om moeten gaan.** Honden zijn vaak nerveus rond kinderen, zelfs degenen waarmee ze opgegroeid zijn, omdat kinderen onhandig kunnen zijn bij het aaien. Zorg ervoor dat kinderen in het huis weten dat ze de hond niet moeten knuffelen, grijpen of kussen, omdat, als dit te onhandig gebeurt, het de hond stress kan geven en zelfs kan veroorzaken dat hij het kind bijt. Leer kinderen nooit aan de hondenstaart te trekken of dingen naar de hond te gooien. 15. **Geef de hond eens in de zoveel tijd een grondige massage.** Neem, eens in de zoveel tijd, 10 tot 15 minuten de tijd om een bekende hond lekker te wrijven van kop tot staart. Gebruik een draaiende beweging om over de snuit van de hond, onder de kin en de borst te doen. Ga door naar de bovenkant van de nek, de schouders en de rug, helemaal tot aan de staart. Sommige honden laten je ook al hun poten masseren. Naast dat het de hond een heerlijke massage geeft, helpt het je ook om bij te houden welke "knobbels" normaal zijn en altijd aanwezig, en welke er nieuw bijgekomen zijn en tekenen kunnen zijn van gezondheidsproblemen. 16. **Masseer honden en puppy’s onder hun pootjes.** Sommige honden laten je hun poten niet aanraken, maar als je de poten veilig kunt oppakken, wrijf ze dan zachtjes om de circulatie te verbeteren, en om grind of scherpe objecten te ontdekken die de hond pijn kunnen geven. Als de kussens van de poten gebarsten en droog overkomen, vraag een dierenarts dan om een vochtinbrengende crème die geschikt is voor honden, en wrijf deze op de onderkant van zijn poten. Het masseren van de pootjes van puppy’s kan nagelknippen later een stuk gemakkelijker maken, omdat de puppy’s dan gewend zijn dat hun poten worden aangeraakt. 17. **Masseer het tandvlees van puppy’s.** Jonge puppy’s kunnen het toelaten dat je hun bek en poten masseert als ze je goed kennen. Tandvleesmassages voelen vaak heerlijk voor een puppy die aan het wisselen is, en helpen de pup om eraan gewend te raken om daar aangeraakt te worden. Dit kan het later een stuk gemakkelijker maken om aan het gebit te werken. Om de mond van een puppy te masseren, wrijf zachtjes over de wangen en kaken in een cirkelend patroon. Om het tandvlees ook te masseren, kun je een "vinger tandenborstel" gebruiken, verkrijgbaar in een dierenwinkel of bij de dierenarts.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-hond-aaien", "language": "nl"}
Schoon blijven
Reinheid is een belangrijk onderdeel van een gezonde levensstijl. Wassen helpt bij het verwijderen van ziektekiemen. Je persoonlijke hygiëne op orde houden helpt ook bij je sociale omgang met anderen. Richt je op het schoonhouden van jezelf en je leefruimte, zoals je huis of appartement. Je moet ook schoon blijven terwijl je onderweg bent, zoals op weg naar je werk of op reis. 1. ** Douche regelmatig** Het regelmatig reinigen van je lichaam is een belangrijk onderdeel van een goede hygiëne. Probeer een of twee keer per week te douchen, omdat elke dag douchen je huid kan uitdrogen. Douche eveneens als je veel hebt gezweet, zoals na een training of na buiten te zijn geweest op een hete, vochtige dag. Zorg ervoor dat je de gebieden waar je het meest zweet goed wast, met inbegrip van je oksels, genitaliën en borsten. Je moet ook je voeten schoonhouden en wassen wanneer je onder de douche staat. Gebruik een washandje en zeep om tussen je tenen en onder je voeten te reinigen. Na het wassen van je voeten droog je ze grondig. Dit helpt aandoeningen zoals wratten of voetschimmel te voorkomen. Je haar wassen. Je haartype bepaalt hoe vaak je je haar moet wassen. Fijner en dunner haar vereist vaak frequenter wassen. Was je haar wanneer het zichtbaar vettig en slierterig wordt. Het kan wat experimenteren vergen om erachter te komen hoe vaak je je haar met shampoo moet wassen, maar het zal helpen bij het opbouwen van je natuurlijke haarolie en sterker maken van je haar. 2. **Zorg voor een goede mondhygiëne.** Om je mond schoon te houden en een frisse adem te krijgen, moet je je tanden twee keer per dag poetsen. Tandenpoetsen helpt bij het verwijderen van etensresten en plaque die gaatjes kunnen veroorzaken. Naast het tandenpoetsen moet je er een gewoonte van maken om eenmaal per dag te flossen. Poets je tanden minstens twee minuten, eenmaal 's ochtends en één keer 's avonds. Gebruik een timer of luister naar een heel nummer, elke keer dat je je tanden poetst. Tandenborstels met zachte haren zijn het beste, omdat ze je tandvlees niet beschadigen. Houd tijdens het tandenpoetsen je tandenborstel in een hoek van 45 graden ten opzichte van je tandvlees, en borstel met korte, neergaande bewegingen. Borstel de buitenkant en de binnenkant van je tanden, je achterste kiezen en je tong. Gebruik fluoridetandpasta. Tandpasta met fluoride helpt bij het sterker maken van je tandglazuur. Als je kiest voor tandpasta zonder fluoride, let dan vooral op je mondhygiëne. Vermijd langdurig gebruik van whitening-tandpasta, omdat dat bij kan dragen aan tanderosie. 3. ** Was je handen** Was je handen regelmatig om gezond en schoon te blijven. Maak eerst je handen nat, draai de kraan dicht en was je handen gedurende ten minste 20 seconden met zeep. Was je handen onder schoon, stromend water, spoel ze af en droog ze met een schone handdoek, of laat ze aan de lucht drogen. Was je handen: Wanneer ze er vies uitzien Voor en na het koken of eten Voor en na de zorg voor een zieke Voor en na de behandeling van een wond Na het snuiten van je neus, niezen of hoesten Na het toiletgebruik Na het hanteren van vuilnis Na het hanteren van dieren of dierlijke afval Na het aanraken van een oppervlak dat vaak wordt aangeraakt door andere mensen 4. ** Zorg goed voor je huid** Zorg ervoor dat je je gezicht tweemaal per dag wast, eenmaal in de ochtend als je wakker wordt en eenmaal als je naar bed gaat. Wanneer je zweet, was je je gezicht meteen om verstopte poriën te helpen voorkomen. Je moet je huid ook van dode huidschilfers ontdoen. Voor een gezonde huid moet je eenmaal per week je huid scrubben. Dit helpt bij het verwijderen van dode huidcellen. Kies een scrub met ronde, natuurlijke korrels die klein zijn, om irritatie van de huid te voorkomen. 5. **Verzorg jezelf.** Houd jezelf goed verzorgd zodat je er schoon en netjes uitziet. Dit betekent het bijhouden van je algehele verschijning, van je haar en nagels tot aan je kleding. Knip zowel je vingernagels als je teennagels regelmatig met een scherpe schaar of nagelknippers. Indien mogelijk houd je je nagels kort, omdat ze dan gemakkelijker zijn om schoon te houden. Knip je nagelriemen niet en duw ze niet naar achteren. Dit kan tot infecties leiden. Heb je vuil onder je nagels, dan kun je dat met een nagelborstel of oude tandenborstel wegschrobben. Verwijder nagellak zodat je handen er schoon en netjes uitzien. Wanneer je nagellak begint te barsten, verwijder het dan met nagellakremover. Breng daarna weer nagellak aan of laat je nagels ongelakt. Je moet er ook voor zorgen dat je haar er goed gekapt en verzorgd uitziet. Maak regelmatig een afspraak met je kapper, zodat je haar niet te lang wordt of er gespleten haarpunten ontstaan. 6. ** Voorkom lichaamsgeur** Lichaamsgeur is volledig natuurlijk, vooral na het trainen. Het is echter beleefd tegenover anderen, en dan vooral in openbare ruimtes zoals op school of je werk, om een aangename lichaamsgeur te voorkomen. Je kunt een slechte lichaamsgeur voorkomen door deodorant op te doen en dan vooral wanneer je hebt getraind of veel zweet. Naast regelmatig baden kan deodorant bijdragen aan een prettige lichaamsgeur. Veel deodorant met anti-transpirant bevat aluminium, dat volgens sommigen schadelijk is voor de gezondheid. Als je bezorgd bent over aluminium, zoek dan een alternatieve, natuurlijke deodorant. Als je dat wilt, kun je ook parfum of eau de cologne opdoen. Gebruik dit echter niet alleen maar om je lichaamsgeur te maskeren. Je kunt parfum of cologne toepassen voor een aangename geur. Sommige voedingsmiddelen, zoals broccoli, bevatten zwavel en kunnen je een onaangename lichaamsgeur geven. Vermijd dergelijke voedingsmiddelen als je bezorgd bent over je lichaamsgeur. 7. ** Doe regelmatig de was** Je moet ook je woonkamer schoon en netjes houden, door vuile kleding te verzamelen en in de wasmand te doen. Vervolgens maak je er een gewoonte van om regelmatig je was te doen, bij voorkeur wekelijks. Dit zorgt ervoor dat je elke dag schone kleren hebt en dat je woonkamer niet bezaaid ligt met gedragen kleding. Zorg daarnaast ook dat je lakens en je badhanddoeken eenmaal per week gewassen worden, zodat ze schoon blijven en vrij van ziektekiemen. Je moet ook dekens, tapijten, of schoonmaakdoeken eenmaal per week wassen zodat ze fris en stofvrij blijven. Je kunt één dag van de week aanwijzen als 'wasdag', zoals de zondag, zodat je in ieder geval altijd de was eenmaal per week doet. 8. **Houd je leefomgeving netjes en schoon.** Of je nu in een huis hebt, een appartement, of thuis woont bij je ouders, je zal altijd ervoor moeten zorgen dat je omgeving schoon blijft. Dit betekent dat je dagelijks schoonmaakt, zoals afstoffen, boenen en dweilen van de vloer, zodat die geen stof of vuil verzamelen. Je moet er ook voor zorgen dat je geen rommel laat slingeren en alle spullen die je hebt gebruikt weer schoonmaakt en opbergt, zodat ze geen rommel gaan vormen. Je kunt besluiten om je leefruimte te ordenen als die te rommelig en onoverzichtelijk is geworden. Een ruimte die georganiseerd is, zal gemakkelijker zijn om schoon en netjes te houden. Wanneer je je omgeving schoonmaakt, gebruik dan effectieve schoonmaakmiddelen. Zorg ervoor dat je schoonmaakmiddelen gebruikt voor het afwegen van oppervlakken en om de vloeren te dweilen. Gebruik daarnaast tapijtreiniger voor het schoonmaken van tapijt of vloerbedekking. 9. **Maak een schema voor huishoudelijke karweitjes.** Je kunt ook georganiseerd blijven en je huishoudelijke taken bijhouden, door een plan te maken en je daaraan te houden. Een schema voor karweitjes kan ideaal zijn als er meerdere mensen in je huishouden zijn, zoals kamergenoten of broers en zussen. Je moet verschillende klusjes toewijzen aan elke persoon, of klusjes om beurten doen zodat ze gedaan worden. Je kunt bijvoorbeeld klusjes doen zoals 'de keuken schoonmaken', 'het vuilnis en glas wegbrengen', 'de badkamer schoonmaken' en 'de veranda vegen'. Kom dan overeen om deze taken te rouleren met je huisgenoten, of wijs een taak toe aan elke persoon. Verwacht van jezelf en anderen dat de taken gedaan worden. Samenwerken aan de huishoudelijke taken, als een team, zal die veel eenvoudiger maken om te doen dan in je eentje. 10. **Zorg ervoor dat je regelmatig het huis een grote schoonmaak geeft.** Je moet ook inplannen dat je het huis en je leefomgeving af en toe een grote schoonmaak geeft. Doe je dit een keer per maand, dan weet je zeker dat je huis schoon blijft en voorkom je het opbouwen van stof en vuil. Begin met het opruimen van de ruimtes in je huis. Begin hoog en werk naar beneden, waarbij je je richt op het schoonmaken van de plafonds, muren en betimmering. Daarnaast moet je het huis stofzuigen, van boven tot onder, en de ramen aan de binnenkant en buitenkant lappen, om stof en vuil te verwijderen. Je kunt ook de jaloezieën, vitrages en gordijnen schoonmaken met het borstelopzetstuk op de stofzuiger. Stof verder alle oppervlakken in je huis af. Schuif spullen op planken of richels aan de kant en zorg dat je het hele oppervlak stofzuigt. Veeg en dweil gladde vloeren, waarbij je vooral let op spleten en barsten in de vloer. Gebruik een goede tapijtreiniger voor de vloerbedekking of tapijten. 11. **Zorg dat je werkplek schoon blijft.** Je moet je ook richten op het schoonhouden en opruimen van je werkplek. Een schone werkomgeving zal anderen laten zien dat je netjes bent en je komt professioneel over. Heb je op je werk een bureau, dan moet je er zeker van zijn dat je die schoon en opgeruimd houdt. Je kunt hem wekelijks of maandelijks opruimen om papieren, plaknotities of kantoorspullen die je niet langer nodig hebt, weg te doen. Heb je een kluisje op je werk, houd die dan schoon en gooi rommel weg, zodat het kluisje niet overvol raakt. Je kunt je kluisje maandelijks uitruimen om af te komen van spullen die je niet langer nodig hebt of gebruikt. 12. **Maak je auto regelmatig schoon.** Heb je een eigen auto of een ander vervoermiddel, dan moet je die regelmatig, wekelijks of maandelijks, goed schoonmaken. Maak het interieur van de auto schoon zodat die er weer opgeruimd en fris uitziet. Ruim je auto op door alle eetdoosjes en papiertjes weg te gooien. Daarnaast moet je het interieur van de auto vegen en stof en vuil verwijderen. Haal de voetenmatten eruit en klop ze uit of laat ze schoonmaken bij een schoonmaakbedrijf als ze er vies uitzien of onwelriekend zijn. Breng je auto ook naar een selfservice-autowasserij en maak hem goed schoon met water en zeep. Zorg dat je de auto goed droogmaakt en oppoetst, zodat die er glimmend en schoon uitziet. Afhankelijk van je budget, kan je je om de paar maanden geld spenderen aan een professionele wasserij, om je auto extra schoon te houden. 13. **Handhaaf een goede hygiëne gedurende de dag.** Je moet ook zorgen voor een goede hygiëne op het werk en wanneer je onderweg bent, zodat je schoon en netjes overkomt. Zorg er ook voor dat je je handen was voor en na het eten, en wanneer je naar het toilet bent geweest. Je moet ook je handen schoonmaken na het gebruik van een openbare ruimte, zoals de bus of de trein. Zorg er eveneens voor dat je er schoon en goed verzorgd uitziet. Heb je iets met knoflook gegeten, bijvoorbeeld, poets dan je tanden voor een frisse adem. Als je traint tijdens je middagpauze, neem dan een douche zodat je fris en schoon weer terugkeert naar je werk. 14. **Blijf schoon tijdens het reizen.** Het kan lastig zijn om schoon te blijven terwijl je reist, vooral als je reist in een gebied zonder standaard toiletten of een Westers idee van reinheid. Neem altijd reinigingsproducten met je mee zodat je voorbereid bent en onderweg schoon kunt blijven. Stel eventueel een reiskit samen om met je mee te nemen zodat je voorbereid bent en schoon kunt blijven. De reiskit kan dingen bevatten zoals een zeeppompje, handdoekjes pleisters, zonnebrandcrème en pepermuntjes. Je kunt ook extra wc-papier en tissues meenemen in je reistas, zodat je die bij de hand hebt wanneer je ze nodig hebt. Indien nodig kun je ook tampons of maandverband inpakken, zodat je die bij hebt mocht je ongesteld worden tijdens de reis.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Schoon-blijven", "language": "nl"}
Iemands karakter beoordelen
Als je mensen net leert kennen, is het natuurlijk om je af te vragen wat voor persoonlijkheid ze hebben. Zijn ze vriendelijk? Zijn ze eerlijk? Dit is vooral belangrijk als je een nieuwe medewerker of iemand zoals de nieuwe verloofde van je broer probeert in te schatten. Als je kunt leren om een betere inschatting te maken van het karakter van mensen, kun je je bij hen vaak wat meer op je gemak voelen. Om je te helpen bij deze observatie, moet je op zoek gaan naar een aantal specifieke eigenschappen. Je kunt ook iemands gedrag gaan observeren. 1. **Beschouw iemands communicatiestijl.** Misschien ga je om met een nieuwe persoon. Of misschien probeer je een beter idee te krijgen van iemand die al deel uitmaakt van je leven. Het beoordelen van iemands karakter kan je helpen om hem of haar te begrijpen en daarbij is het nuttig om te zien hoe hij of zij communiceert. Let op hoeveel iemand praat. Is de persoon die je aan het evalueren bent meer dan wie dan ook in de kamer aan het praten? Als het gesprek erg eenzijdig lijkt, is het mogelijk dat de persoon die je observeert geen goede luisteraar is. Het beheersen van het gesprek kan ook een teken zijn dat de persoon in kwestie een beetje dominant is. Dit zijn misschien niet de eigenschappen die je graag in je buurt wilt hebben. 2. **Let op de lichaamstaal.** De lichaamstaal van een persoon is een goede indicator van sommige persoonlijkheidskenmerken. Bijvoorbeeld: misschien merk je dat er zeer weinig oogcontact is wanneer je met die persoon spreekt. Dat kan op een paar verschillende dingen wijzen: Weigeren om oogcontact te maken kan een teken zijn van verlegenheid. Het kan ook wijzen op oneerlijkheid of onzekerheid. Je kunt ook afgaan op de handdruk van een persoon, om zijn persoonlijkheid te evalueren. Een stevige handdruk duidt op zelfvertrouwen. Een handdruk die je hand verplettert kan wijzen op een verlangen te domineren. Een zeer zwakke handdruk kan wijzen op een gebrek aan interesse. 3. **Let op de energie in de kamer.** Let op hoe andere mensen reageren op de persoon die je aan het evalueren bent. Het energieniveau in de kamer kan je helpen om een aantal belangrijke dingen over iemands karakter te achterhalen. Observeer hoe de sfeer verandert wanneer de nieuwe persoon de kamer binnenkomt. Lijkt de kamer ineens stil en ongemakkelijk? Het kan zijn dat de persoon anderen een wat ongemakkelijk gevoel geeft. Misschien lijkt de kamer lichter en gelukkiger. Misschien zorgt de persoon die je observeert ervoor dat anderen zich op hun gemak voelen. Dat kan wijzen op vriendelijkheid. Lijkt deze persoon energie te geven of op te zuigen? Het is altijd beter om energie toe te voegen in plaats van deze uit te putten. Vraag jezelf af of je het leuk zou vinden om een lange autorit te maken met deze persoon. Dat kan je helpen om erachter te komen wat voor gevoel je hebt bij de ander. 4. **Beslis of je de persoon kunt vertrouwen.** Vertrouwen is een belangrijk onderdeel van een goede relatie. Dit geldt voor persoonlijke en professionele relaties. Wanneer je het karakter van mensen beoordeelt, neem dan een aantal stappen om erachter te komen of ze betrouwbaar zijn. Kijk eens naar hun staat van dienst. Prestaties uit het verleden zijn soms een indicator voor toekomstige acties. Bijvoorbeeld: misschien wil je graag uitgaan met iemand, maar je weet dat die persoon is vreemd gegaan. Mensen maken fouten, en verdienen vaak een tweede kans. Maar houd rekening met alle relevante informatie bij het vormen van een mening. Is een collega altijd te laat? Als je er niet op kunt vertrouwen dat iemand op tijd is, dan is het wellicht beter hem of haar geen zwaardere verantwoordelijkheid te geven. Geef mensen de kans om te bewijzen dat je ze kunt vertrouwen. Als je bijvoorbeeld een nieuwe vriendin hebt, kijk dan hoe ze reageert als je haar gevoelige informatie vertelt. Als ze aardig is en goed luistert, kan ze betrouwbaar zijn. 5. **Grijp iemand die niet aardig is.** Helaas zal je soms in de buurt moeten zijn van mensen die geen goede eigenschappen hebben. Het kan zijn dat je moet leren omgaan met iemand die oneerlijk is, of gewoonweg onbeleefd. Leren omgaan met mensen die onaardig zijn kan je helpen om je meer op je gemak te voelen over die interacties. Houd in gedachten dat je je manier van reageren onder controle kunt houden. Ook al is iemand anders gemeen, dan betekent dat nog niet dat jij je ook zo moet gedragen. Als een collega bijvoorbeeld een vervelende opmerking maakt over je rommelige bureau, zeg dan gewoon iets vrijblijvends. Bijvoorbeeld: 'Ja, ik denk dat ik het zo druk heb gehad dat ik niet veel tijd heb gehad om op te ruimen.' Kijk naar de reden achter iemands slechte houding. Doet je zus voortdurend kleinerend over je keuze om geen kinderen te krijgen? Het is mogelijk dat ze jaloers is dat je vakantie kunt nemen wanneer je maar wilt. Bedenk dat compassie altijd een goede keuze is. Probeer vriendelijk te zijn, ook als anderen dat niet zijn. 6. **Observeer interacties met vreemden.** Door aandacht te besteden aan de manier waarop iemand zich gedraagt, kan je een aantal belangrijke dingen over zijn of haar karakter achterhalen. Het kan erg interessant zijn om te zien hoe iemand omgaat met mensen die ze niet kennen. Besteed hier aandacht aan in verschillende situaties. Misschien heb je een eerste afspraakje. Als je date de ober bot behandelt, dan kan dat een negatief teken zijn. Mensen die onbeleefd zijn tegen vreemden kunnen ook onbeleefd zijn tegen mensen die ze kennen. Er kunnen ook problemen zijn met een superioriteitscomplex. Misschien zit je in een taxi met een nieuwe medewerker. Kijk hoe hij of zij de chauffeur behandelt. Als je collega weigert om vragen te beantwoorden of een gewoon praatje te maken, dan kan dat een aantal negatieve dingen over zijn of haar karakter onthullen. Het kan erop wijzen dat de persoon niet bereid is vriendelijk te zijn voor anderen. 7. **Let op consistentie.** Zorg ervoor dat je de persoon in verschillende situaties observeert. Je wilt kunnen zien hoe mensen in verschillende scenario's reageren. Je wilt iemands karakter niet beoordelen op basis van één enkele ontmoeting. Zoek naar gedragspatronen. Is deze persoon consequent onbeleefd tegen de andere moeders op de school van je zoon? Ze is dan misschien geen aardig persoon. Maar misschien zie je wel dat je nieuwe buurman zich meestal vriendelijk gedraagt. Alleen maar vanwege één onbeleefde opmerking over je luide muziek, betekent dat niet noodzakelijkerwijs dat de ander een slecht persoon is. Bedenk dat iedereen slechte en goede dagen heeft. De sleutel is om te proberen de persoon te observeren in diverse omstandigheden. 8. **Zoek naar alarmsignalen.** Mensen lezen kan moeilijk zijn. Tenzij je iemand goed kent, heb je misschien niet echt een goed idee van iemands karakter. Gelukkig zijn er enkele tekenen waar je op kunt letten om je te helpen erachter te komen. Let op of de persoon erg snel boos lijkt te zijn of graag over geweld praat. Dit kan wijzen op problemen met boosheid. Let op de neiging om anderen de schuld te geven. Bijvoorbeeld: misschien geeft je collega altijd de schuld aan iemand anders als een klant het voorstel niet leuk vindt. Dat kan wijzen op een aantal karakterfouten. Wees op je hoede als de persoon geen medeleven lijkt te hebben. Als je een kennis hebt die zijn plaats in de bus nooit opgeeft aan een oudere vrouw, is dat een ander waarschuwingsteken. 9. **Beoordeel de mate van eerlijkheid.** Liegen is over het algemeen een indicator dat iemand een aantal karakterfouten heeft. Maar hoe weet je of iemand eerlijk is? Gelukkig zijn er enkele aanwijzingen om op te letten. Een persoon kan liegen als de toon en het volume van zijn stem radicaal verandert. Als je bijvoorbeeld met je buurman praat en je zegt dat er een pakketje van je veranda is verdwenen, wees dan op je hoede als je buurman praktisch schreeuwt: 'Ik weet niet waar je het over hebt!' Een persoon die voortdurend hoog opgeeft over de eigen eerlijkheid, kan iets te verbergen hebben. Als bijvoorbeeld de nieuwe vriendin van je broer regelmatig verkondigt hoe eerlijk ze is, dan kan ze juist iets verbergen. Bijvoorbeeld: als ze regelmatig zegt: 'Ik ben een echt eerlijk persoon. Je kunt het aan iedereen vragen,' dan kun je je gaan afvragen waarom ze regelmatig de behoefte voelt om dat te zeggen. 10. **Houd rekening met jezelf.** Soms kan het moeilijk zijn om te zeggen of iemand het goed bedoelt, of dat hij je opzettelijk probeert te kwetsen. Dit is een belangrijk onderscheid. Iemand met een goed karakter zal niet proberen je opzettelijk een ongemakkelijk gevoel te geven of van streek te maken. Denk na over je eigen belangen. Vraag jezelf af of de persoon in kwestie ook aan jouw belangen denkt. Probeert je moeder je bijvoorbeeld voortdurend te koppelen aan blind dates? Het is waarschijnlijk dat ze gewoon denkt dat je gelukkiger zult zijn in een relatie. Maar wat als een vriendin regelmatig je echtgenoot kleineert? Dat is waarschijnlijk niet iets dat wordt gedaan met jouw beste belangen in gedachten. Vraag jezelf vragen als: 'Wat voor gevoel geeft deze persoon mij? Ben ik gelukkiger als ik bij haar in de buurt ben?' Je kunt ook denken, 'Houdt deze persoon rekening met mij?' Als het antwoord nee is, dan zijn je belangen voor de ander waarschijnlijk geen prioriteit. 11. **Denk aan je eigen emoties.** Neem even de tijd om na te denken over je eigen gevoelens voordat je je een overhaast oordeel velt. Misschien heb je het gevoel dat de nieuwe vrouw in je yogales onvriendelijk is. Het is echter ook mogelijk dat je aan het projecteren bent. Denk na over je eigen gemoedstoestand. Ben je gefrustreerd omdat je een slechte evaluatie op het werk had? Misschien laat je je slechte stemming je perceptie kleuren. Lijkt je nieuwe collega een betweter? Neem even de tijd om na te denken over je eigen rol in het bedrijf. Ben je eigenlijk gewoon bang dat je die felbegeerde promotie niet krijgt? Je eigen emoties hebben zeker invloed op hoe je de wereld bekijkt. En dat geldt ook voor hoe je karakters beoordeelt. Houd daar rekening mee. 12. **Wees een goede luisteraar.** Wanneer je iemands karakter beoordeelt, is het belangrijk om een open geest te hebben. Dat betekent dat je moet nadenken over je eigen vooroordelen. En het betekent dat je een goede luisteraar moet zijn. Misschien heb je altijd aangenomen dat je bovenbuurman gewoon onbeleefd en chagrijnig is. Als je daadwerkelijk een gesprek met haar hebt, zou je kunnen ontdekken dat ze van streek is omdat ze een geliefde heeft verloren. Beperk afleidingen. Misschien heb je je zwager altijd vervelend gevonden. In plaats van je vrienden te sms'en over je afkeer, leg je je telefoon weg. Neem de tijd om daadwerkelijk naar anderen te luisteren zonder afleiding, zoals telefoons of televisies. Je zou kunnen ontdekken dat sommige delen van hun persoonlijkheid je echt aanspreken. 13. **Zoek naar de positieve punten.** Wanneer je een open geest houdt, probeer dan te voorkomen dat je je richt op negatieve persoonlijkheidskenmerken. In plaats daarvan doe je je best om je te concentreren op de positieve kanten. Het verschuiven van je focus kan je helpen om tot een positiever oordeel te komen. Bijvoorbeeld: misschien heb je altijd gemerkt hoe ongeduldig je collega is. Maar heb je de tijd genomen om op te merken dat ze altijd bereid is om iemand te helpen die moeite heeft om een deadline te halen? Je kunt ook voorkomen dat je negatieve resultaten verwacht. Misschien heb je nooit positief contact gehad met je huisbaas. Blijf open van geest en laat jullie volgende contact positiever verlopen. 14. **Accepteer verschillen.** Een open geesteshouding betekent dat je je op je gemak voelt bij mensen die anders zijn dan jij. Misschien heeft een nieuw persoon in je vriendenkring een zeer droog gevoel voor humor. Het is goed als jullie twee om verschillende dingen lachen. Het maakt van de een van jullie geen beter persoon dan de ander. Houd in gedachten dat jullie mogelijk verschillende achtergronden hebben. Mensen met verschillende ervaringen kunnen anders reageren op dezelfde situatie. Wees bereid om te accepteren dat mensen anders zijn. Gewoon omdat iemand andere persoonlijkheidskenmerken heeft betekent niet dat hij of zij een slecht karakter heeft.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Iemands-karakter-beoordelen", "language": "nl"}
Wilde ginseng vinden en oogsten
De wortel van de ginsengplant wordt al duizenden jaren gebruikt voor medicinale doeleinden en is erg in trek. Amerikaanse ginseng staat in de lijst van bedreigde in het wild levende plantensoorten en wordt vaak geëxporteerd naar Azië, waar de wortels van de beste kwaliteit voor honderden euro’s per kilo worden verkocht. Door de grote vraag werd het oogsten van wilde ginseng gereguleerd. Het is belangrijk om duurzame oogstpraktijken te gebruiken zodat de wilde ginseng niet uitsterft. 1. **Zoek tijdens het seizoen.** Wilde ginseng vind je niet in Europa. Je kan hem onder andere in de VS vinden. Daar wordt het oogsten van wilde ginseng gereglementeerd in 19 staten (Alabama, Arkansas, Georgia, Illinois, Indiana, Iowa, Kentucky, Maryland, Minnesota, Missouri, New York, North Carolina, Ohio, Pennsylvania, Tennessee, Vermont, Virginia, West Virginia en Wisconsin). In alle andere staten is het oogsten van wilde ginseng beperkt of verboden. Deze 19 staten hebben een vast oogstseizoen, van 1 september tot 30 november. Als je wilt oogsten, moet je hier dus rekening mee houden. In geval van vragen kan je in de VS de afdeling Landbouw van de betrokken staat contacteren. Ook de ‘American Herbal Products Association’ heeft kennis over de bestaande wetten en regelementen. In Canada is het illegaal om wilde ginseng te oogsten, want hij staat ingedeeld als bedreigde plantensoort, zowel nationaal als in Ontario en Québec. De export van wilde wortels in Canada is verboden. 2. **Ga naar plaatsen waar ginseng groeit.** Ginseng vind je in de loofhoutbossen in Noord-Amerika: van Zuid-Canada (Ontario en Quebec) naar het westen (South-Dakota en Oklahoma) en het zuiden (Georgia). Meestal vind je hem op beschaduwde plekken, op hellingen die naar het noorden of het oosten gericht zijn in vochtige loofhoutbossen. Hoe ouder het bos (met hoge loofbomen met brede kruinen die de meeste struiken en doornstruiken overschaduwen) hoe meer kans je hebt om ginseng te vinden, want een dichte lage begroeiing zal concurreren met ginseng planten waardoor deze meer moeite hebben om te overleven. Als je in een bepaalde streek wilt gaan zoeken, bekijk dan de USDA-kaart om te zien of er al ginseng werd gevonden. Hierdoor groeien je kansen om ginseng te vinden. Vergeet niet dat de combinatie van schaduw en vocht de beste omgeving vormt voor ginseng. Ga naar bossen waar ook berken, esdoorns, carya’s, eiken, linden en magnolia’s groeien. Ginseng groeit vaak in de schaduw van deze bomen. Als je pas laat in het seizoen gaat oogsten, is het moeilijker om ginseng te vinden. Zoek volle, donkere en losse aarde die bedekt is met dode bladeren. 3. **Kijk uit naar combinatieplanten.** Als je bepaalde ‘combinatiegewassen’ vindt, groeit de kans om ginseng te vinden. Deze planten groeien in dezelfde leefomgeving als ginseng en kunnen dus op dezelfde plekken voorkomen. Ze vormen echter geen garantie voor het vinden van ginseng, maar vormen een goede plek om te starten. Voorbeelden van deze combinatiegewassen zijn: Boslelie (Trillium grandiflorum), Canadese bloedwortel (Sanguinaria canadensis), Vrouwenwortel (Caulophyllum thalictroides -blauw, Actaea racemosa-zwart) Cobralelie (Arisaema tripyllum), Wilde yam (Dioscorea villosa), Canadese geelwortel (Hydrastis canadensis) en Salomonszegel (Polygonatum biflorum). De Gifsumak wordt niet aanzien als een combinatiegewas. 4. **Herken de ginsengplant.** De ginseng plant heeft één enkele stengel die eindigt in een krans van 1 tot 4 bladeren (dit betekent dat de bladeren uit één punt groeien). Elke blad heeft op zijn beurt 3 tot 5 kleinere blaadjes). Als de plant volwassen is, zie je een groep van 6 tot 20 wit-groenige bloemen. De bloemen zullen rode bessen produceren. Ginseng kan moeilijk te vinden zijn, maar als je je eerste plant vindt, vind je gemakkelijk meer. Ginseng verandert terwijl hij groeit. Als de plant jong is, heeft hij één stengel met maar 3 bladeren. Als de plant volwassen is, heeft elk blad 3 tot 7 blaadjes. Een groep ginseng bestaat uit planten in verschillende groeifasen. Je kan ginseng vinden die alleen staat of in kleine groepen. Voordat je gaat zoeken, kan je foto’s van de ginseng plant opzoeken of een ervaren ginseng-zoeker vragen om mee te gaan. 5. **Oogst enkel volwassen planten met rode bessen.** Als je in de staat wilde ginseng mag oogsten, oogst dan enkel volwassen planten die 3 of meer bladeren hebben en waar er een grote groep is (laat 2 tot 3 planten staan zodat ze zich kunnen voortplanten, evenals planten die nog niet volwassen zijn). Aangezien wilde ginseng met uitsterven bedreigd is, pluk je best de rijpe, rode bessen en plant ze apart, op 1,5 à 2 cm diep in losse grond, op zo’n 60 cm tot 3 m van de moederplant. Zorg dat deze planten niet door andere personen worden geplukt en knip de stengels van alle planten die 2, 3 of 4 vertakkingen heeft (zorg er wel voor dat je de rijpe bessen plant). Om meer te weten te komen over duurzame oogstmethoden, kan je hier terecht: 6. **Graaf voorzichtig.** Als je een volwassen plant met 3 vertakkingen (bladeren) vindt, graaf dan voorzichtig de wortel uit zodat je hem niet beschadigt. Gebruik een gaffel of een puntbektang om onder de plant te graven en laat voldoende afstand (ongeveer 15 cm) tussen de plant en de plek waar je je gaffel of tang in de aarde steekt. Respecteer de omringende planten en probeer ze niet te beschadigen. Als de plant vlakbij jonge ginseng planten staat, gebruik dan kleinere voorwerpen zoals een brede platte schroevendraaier van 20 tot 25 cm en ga voorzichtig te werk. Als het risico bestaat dat je de wortels van aangrenzende onvolgroeide ginseng planten beschadigt, laat de plant dan staan. Nadat je de wortel hebt uitgegraven, knijp de rode vruchten open in de palm van je hand en plant de zaadjes ongeveer 2,5 cm onder de grond vlakbij de geoogste plant. Neem nooit ginsengzaadjes of onvolgroeide planten mee uit het bos. 7. **Was en droog de wortel(s).** Als je thuiskomt, drenk de wortels dan kort in een emmer met koud water om de aarde te verwijderen. Was ze niet onder stromend water of met een slang. Je moet niet hard schrobben, want de koper heeft graag wat grond op de wortel en het oppervlak van de wortel kan gemakkelijk beschadigd worden. Plaats de wortel vervolgens apart op een houten rek om te drogen. Zorg ervoor dat de wortels elkaar niet raken en laat ze drogen op een houten rek of een doek in een goed geventileerde kamer tussen 21-38 °C. Je mag de wortels nooit laten drogen in de oven, microgolf, rechtstreekse zon of achter een raam (door de wortel bijvoorbeeld vlakbij de achterste ruit van je auto te plaatsen). Bekijk regelmatig de wortels terwijl ze drogen. Als je schimmel of verkleuring ziet, moet je de temperatuur of de ventilatie aanpassen. Als ze droog zijn, kunnen de wortels gemakkelijk in twee worden gebroken. Het duurt ongeveer 1 tot 2 weken voordat de wortels droog zijn. 8. **Vraag indien nodig een vergunning aan.** Om te oogsten moet je in sommige staten een vergunning hebben die door de staat wordt uitgegeven. Als je op een privéterrein wilt oogsten, moet je toestemming van de eigenaar hebben voor je begint met zoeken. Zorg ervoor dat je altijd je vergunning op zak hebt als je gaat oogsten. Je moet hem tonen als je erom wordt gevraagd. Sommige agentschappen van de ‘U.S. Forest Service National Forests’ geven oogstvergunningen voor wilde ginseng uit terwijl andere ‘National Forests’ de oogst van ginseng verbieden. Ga bij de National Forest van de streek waar je wilt plukken na of je überhaupt ginseng mag meenemen. Het meenemen van wilde ginseng in nationale parken in de VS is streng verboden. 9. **Herken volgroeide ginseng planten.** Je mag enkel volgroeide ginseng planten oogsten. Volgroeide ginseng planten zijn minstens 5 jaar oud en hebben 3 of 4 vertakkingen. Je kan ook de planten met rode bessen zoeken of de inkepingen tellen om de leeftijd van de plant te bepalen. Elk jaar krijgt de plant een inkeping aan het begin van de stengel. De planten die je oogst moeten minstens 4 inkepingen hebben. Je hoeft de plant niet uit de grond te trekken om de inkepingen te tellen. Je kan eenvoudigweg de aarde weghalen rond de basis van de stengel. Als de bessen nog groen zijn, is de plant nog niet volgroeid. 10. **Verkoop en exporteer ginseng.** Je moet een vergunning hebben om ginseng te verkopen en/of te exporteren. Als je ginseng wilt verschepen, moet de staat of stam waar je de wortels hebt geoogst, hun goedkeuring geven. Als je ginseng internationaal wilt verschepen, moet je een exportvergunning aanvragen van de dienst ‘US Fish & Wildlife Service’. De internationale verschepingen worden enkel goedgekeurd als de wortels volgens de reglementering werden geoogst en als de verscheping niet nadelig is voor de overleving van de Amerikaanse ginseng bevolking. 11. **Voer ginseng internationaal uit.** Als je ginseng wilt uitvoeren, moet je een vergunning aanvragen bij de dienst ‘U.S. Fish and Wildlife Service’. Er bestaat een formulier voor meerdere verschepingen voor commerciële doeleinden en een formulier voor een eenmalige verscheping. Naast de vergunning moet je ook documenten van de betrokken staat of stam hebben die verklaren dat je de ginseng op legale wijze hebt geoogst. Als je aanvraag is goedgekeurd, wordt een ‘Master File’ opgestart. Je zal daarna eenmalige vergunningen moeten aanvragen telkens je wilt exporteren. De aanvraag om wilde ginseng te exporteren is geldig gedurende één jaar.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Wilde-ginseng-vinden-en-oogsten", "language": "nl"}
Bepalen of het ei van een vogel onvruchtbaar is
Je kunt vrij makkelijk controleren of een ei onvruchtbaar is, of je dat nu voor serieuze fokdoeleinden of gewoon uit nieuwsgierigheid wil doen. In de meeste gevallen is het mogelijk om te verzekeren dat de eieren niet uitkomen zonder dat je de vruchtbaarheid ervan hoeft te controleren. Zo niet, dan kun je op verschillende manieren controleren of een ei onvruchtbaar is. 1. **Schouw** Als er al enkele dagen op een ei gebroed wordt, dan kun je het ei schouwen om te bepalen of het vruchtbaar is. Houdt het ei tegen het licht van een kaars of sterke lamp, zoals een incubatielamp, en bekijk wat je dan ziet: Een vruchtbaar ei toont duidelijke tekenen van ontwikkeling, zoals de aanwezigheid van bloedvaten, een ondoorzichtige vorm of zichtbaar embryo aan de grotere kant van het ei en soms zelfs beweging in het ei. Bij een vruchtbaar ei met een embryo dat zich niet meer ontwikkelt, zal een bloedring of zullen bloedstroken zichtbaar zijn in het ei. Aangezien het embryo niet meer levensvatbaar is, zijn de bloedvaten die het embryo ondersteunden ervan weggetrokken. Een onvruchtbaar ei zal er doorgaans vrij doorzichtig uitzien, zonder bloedstroken, -ringen of -vaten. 2. **Bekijk of de eieren drijven.** Drijvende eieren zijn vaak onvruchtbaar, dit geeft namelijk aan dat het volume in het ei niet groot genoeg is om het ei te doen zinken. Eieren worden zwaarder wanneer er embryo's vormen. Controleer de eieren zo op drijven: Wacht totdat de eieren enkele dagen oud zijn en alle mogelijke embryo's zich hebben ontwikkeld. In de praktijk is het het beste om mogelijk vruchtbare eieren zo min mogelijk te verplaatsen. Als je een ei te vroeg uit de incubator neemt, kan de ontwikkeling van de vogel stoppen en als je het te laat uit de incubator neemt kan dat het aanwezige kuiken schaden. Neem een kom warm water. Zorg ervoor dat je warm water gebruikt voor het geval het ei van je vogel wel vruchtbaar is. Plaats de eieren voorzichtig in het water. Wees voorzichtig, sommige eieren zijn zeer fragiel. Bekijk of de eieren drijven of zinken. Leg de vruchtbare eieren zo snel mogelijk terug in de incubator. 3. **Breek het ei om op vruchtbaarheid te controleren.** De meest accurate manier om in de vroege stadia de vruchtbaarheid van een ei te controleren, is door het ei te breken. Eenmaal open, zoek je naar de blastoschijf om te zien deze in een blastoderm is veranderd. Om de voor de hand liggende reden, betekent het openbreken van een ei dat je niet van plan bent om kuikens te fokken of incuberen. Als je eieren openbreekt voor consumptiedoeleinden, is het goed om te weten dat vruchtbare en onvruchtbare eieren hetzelfde smaken. Vruchtbare eieren hebben een blastoderm dat er uitzien als een cirkel of doelroos. De witte kleur van het blastoderm zal vrij ondoorzichtig zijn en de randen zullen massief en duidelijk zijn. Om deze plek zal een lichtere, bijna transparante buitenste laag zitten. Onvruchtbare eieren hebben blastoschijven met een onregelmatige vorm, verder is de witte kleur erg vaag en troebel. Alle eieren hebben een witte vlek, of blastoschijf, of ze nu vruchtbaar zijn of niet. 4. **Scheid de vrouwelijke vogels van de mannelijke vogels.** Om een ei te bevruchten, moet een vrouwelijke vogel met een mannelijke vogel paren om een ei te produceren dat zowel mannelijk als vrouwelijk genetisch materiaal bevat en dus een embryo kan creëren. Als je alleen maar vrouwelijke vogels hebt, zijn alle eieren die ze leggen onvruchtbaar. Een onvruchtbaar ei, of een ei dat alleen maar vrouwelijk genetisch materiaal bevat, heet een blastoschijf. Bij vruchtbare eieren, of eieren die zowel mannelijk als vrouwelijk genetisch materiaal bevatten, wordt de blastoschijf een blastoderm. De blastoderm is het eerste stadium van de ontwikkeling van het embryo. 5. **Plaats gelegde eieren direct in de koelkast.** Eieren moeten warm gehouden worden, ten minste 30 °C, om een embryo te kunnen ontwikkelen. Je kunt deze ontwikkeling stoppen door het ei van de vogel weg te nemen en het in een koele of gekoelde ruimte te leggen. Je moet dit vrij snel nadat het ei is gelegd doen. Er kan al binnen enkele uren een embryo beginnen te vormen als de omstandigheden juist zijn. 6. **Observeer eieren gedurende 14 tot 21 dagen.** De tijd die nodig is voor het uitkomen van het ei kan verschillen per vogelsoort. De eieren van de meeste dwergpapegaaien komen na 2 weken uit, terwijl het bij kippen wel 21 dagen kan duren voordat de eieren uitkomen. Als er na deze periode niets met het ei gebeurd, was het waarschijnlijk onvruchtbaar of is het embryo overleden en is de ontwikkeling van het ei dus gestopt. Deze methode wordt niet aangeraden voor kippeneieren die bedoeld zijn voor consumptie. Als de eieren 21 dagen in een incubator, of meer dan 7-10 dagen buiten op kamer temperatuur, hebben gelegen, dat zijn ze waarschijnlijk al aan het rotten.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Bepalen-of-het-ei-van-een-vogel-onvruchtbaar-is", "language": "nl"}
Goede foto journalistieke onderschriften schrijven
Het schrijven van foto-onderschriften is een belangrijk onderdeel van de journalistiek. Onderschriften moeten accuraat en informatief zijn. Feitelijk kijken lezers, voordat ze besluiten of ze het verhaal zelf al of niet willen lezen, eerst naar de foto's en dan naar de onderschriften. Gebruik de volgende aanwijzingen om je te helpen bij het schrijven van een onderschrift dat de lezer genoeg zal intrigeren om het verhaal te gaan lezen. 1. **Kijk na of je feiten kloppen.** Een van de belangrijkste aspecten van alle vormen van journalistiek is nauwgezetheid. Als je niet juiste informatie gebruikt, verliest het verhaal of de foto zijn geloofwaardigheid. Zorg ervoor dat je, voordat je foto-onderschriften upload of afdrukt, dat je zeker weer dat alles wat in het onderschrift wordt gezegd juist is. Publiceer, als het je niet lukt om de feiten te controleren, geen foutief onderschrift. Noch omdat je geen goede bron kunt vinden, noch omdat je tegen een deadline aanloopt. Je kunt, als je niet zeker weet of het klopt, informatie beter weglaten. 2. **Beschrijf iets dat niet voor de hand ligt.** Als een onderschrift simpelweg het beeld van de foto beschrijft, voegt het niet veel toe. Als je een foto van een zonsondergang hebt en als onderschrift 'een zonsondergang' gebruikt, voeg je voor de lezer geen enkele extra informatie toe. Beschrijf in plaats daarvan dingen, die niet direct uit de foto blijken, zoals de locatie, de tijd of het jaar, of een specifieke gebeurtenis, die zich op dat moment afspeelt. Als je bijvoorbeeld een foto van een zonsondergang hebt, zou je als onderschrift 'Zonsondergang in de Stille Oceaan, gezien vanaf Long Beach, Vancouver Island, maart 2016' kunnen gebruiken. Vermijd ook woorden als 'laat zien', 'wordt afgebeeld', 'kijkt uit op' of 'boven'. 3. **Begin een onderschrift niet met bepaalde woorden.** Een onderschrift moet niet beginnen met de woorden 'een' of 'de'. Deze woorden zijn te elementair en nemen in hun overbodigheid waardevolle ruimte in beslag. Je kunt bijvoorbeeld in plaats van 'een Vlaamse gaai in het boreale woud' gewoon zeggen: 'Vlaamse gaai vliegend door het boreale woud'. Begin een onderschrift ook niet met iemands naam, maar met een omschrijving en daarna de naam. Zeg bijvoorbeeld niet 'Simon Ternauw in het Vondelpark', maar zeg 'Hardloper Simon Ternauw in het Vondelpark'. Als je iemand in een foto identificeert, kun je gewoon 'van links' zeggen. Je hoeft niet per se 'van links naar rechts' te zeggen. 4. **Identificeer de hoofdpersonages in de foto.** Als er belangrijke mensen op je foto staan, moet je aangeven wie ze zijn. Gebruik hun namen, als je die weet (tenzij ze gevraagd hebben om anoniem te blijven). Als je geen namen weet, kun je een omschrijving van wat ze zijn gebruiken (bijv. 'demonstranten in de straten van Den Haag'). Het spreekt natuurlijk vanzelf dat je ervoor moet zorgen dat alle gebruikte namen goed gespeld zijn en van de juiste titel zijn voorzien. Als een groep mensen op de foto staat of als er ook mensen opstaan, die niet relevant voor het verhaal zijn (d.w.z. dat hun namen niet nodig zijn om het verhaal te vertellen), hoef je ze in het onderschrift niet te benoemen. 5. **Wees zo precies mogelijk.** Dit advies gaat samen met de noodzaak om nauwgezet te zijn. Als je niet zeker bent wanneer een foto werd gemaakt of wie op de foto staat, zoek dat dan uit. Een foto zonder nadere informatie helpt de lezer niet, vooral niet als je niets kunt zeggen over de context waarin de foto werd genomen. Als je voor het verhaal met een andere journalist samenwerkte, neem dan contact op als je meer informatie nodig hebt. Als je een specifiek persoon in de foto wilt te identificeren, is het handig om te omschrijven waar in de foto hij of zij zich bevindt. Als Bob Smit, bijvoorbeeld, als enige een hoed draagt, kun je zeggen: 'Bob Smit, op de achterste rij, met hoed'. Hoewel exactheid goed is, kun je je onderschrift ook zo verwoorden dat je algemeen begint en steeds specifieker wordt, of juist specifiek begint en algemener eindigt. Beide methoden leiden tot exactheid, maar ook tot makkelijk leesbare mededelingen. 6. **Benoem historische foto's op de juiste manier.** Als je in je verhaal een historische foto gebruikt, zorg er dan voor dat die accuraat wordt benoemd en dat ook de datum (of tenminste het jaar) waarop (of waarin) hij is gemaakt wordt genoemd. Afhankelijk van de eigendom van de foto, moet je misschien ook nog credits aan een andere fotograaf of organisatie (bijv. een museum of archief) geven. 7. **Gebruik in onderschriften de tegenwoordige tijd.** Gebruik, omdat de meeste foto's die als onderdeel van een nieuwsartikel worden getoond over zaken gaan die zich 'nu' afspelen, in onderschriften de tegenwoordige tijd. Een uitzondering geldt natuurlijk voor historische foto's, waar het logisch is om de verleden tijd te gebruiken. Het leuke van het gebruik van de tegenwoordige tijd is dat het een gevoel van actualiteit geeft en de impact van de foto op de lezer vergroot. 8. **Doe niet lollig, als de foto niet lollig bedoeld is.** Als de foto waarbij je onderschrift schrijft over iets serieus of ellendigs gaat, probeer dan in het onderschrift niet de lolbroek uit te hangen. Grappige onderschriften werken alleen als de foto zelf een grap is of een grappige gebeurtenis afbeeldt, die bedoeld is om de lezer aan het lachen te maken. 9. **Denk eraan om altijd credits en bronnen te vermelden.** Bij elke foto moet de naam staan van de fotograaf en/of de organisatie die de rechten op de foto heeft. In fototijdschriften en –publicaties worden bij foto's ook de technische details van de foto vermeld (d.w.z. diafragma, snelheid van de gebruikte film, f-stop, lens enz.) Je hoeft, als je de credits schrijft, niet per se de woorden 'foto door' te gebruiken, als de informatie maar op een consistente en begrijpelijke manier wordt gepresenteerd. Bijvoorbeeld, als credits altijd cursief of in een kleiner lettertype worden vermeld. 10. **Gebruik het onderschrift om de lezer iets nieuws te vertellen.** Als een lezer naar een foto kijkt, is meestal sprake van een bepaalde emotie en informatie (op basis van wat hij of zij op de foto ziet). Het onderschrift moet op zijn beurt de lezer van informatie voorzien, waarvan hij zich niet bewust werd door alleen maar naar de foto te kijken. Het onderschrift moet, kortom, de lezer iets over de foto vertellen. Onderschriften moeten de lezer uitdagen om het verhaal verder te onderzoeken en op zoek te gaan naar meer informatie. Onderschriften moeten daarnaast geen aspecten van het verhaal zelf gaan herhalen. Het onderschrift en het verhaal moeten elkaar aanvullen en niet herhalen. 11. **Vermijd het maken van veroordelende opmerkingen.** Onderschriften moeten informeren, maar geen kritiek leveren of veroordelen. Neem niets aan op basis van het voorkomen op een foto, tenzij je de mensen op de foto daadwerkelijk hebt gesproken en ze hebt gevraagd wat ze voelden of dachten. Zeg, bijvoorbeeld, niet 'ongelukkig winkelend publiek in de rij', tenzij je zeker weet dat ze niet blij waren. Journalistiek wordt geacht objectief en informatief voor de lezer te zijn. Journalisten worden geacht om de feiten zonder vooroordeel te presenteren en het aan de lezer te laten om zich een mening te vormen. 12. **Maak je niet druk om de lengte van het onderschrift.** Een foto zegt meer dan duizend woorden, maar soms zijn toch een paar woorden nodig om een foto in de juiste context te plaatsen. Als een langere omschrijving nodig is om ervoor te zorgen dat de foto ergens op slaat, is dat prima. Je wilt natuurlijk zo kort en bondig mogelijk zijn, maar laat alleen om die reden geen bruikbare informatie weg. 13. **Schrijf zoals je spreekt.** Journalistiek gebruikt over het algemeen geen ingewikkelde taal. Maar er worden ook geen clichés of straattaal gebruikt. Onderschriften horen hetzelfde taalgebruik te hanteren. Schrijf je onderschriften zoals je spreekt, net zoals je met een familielid zou praten als je de foto zou laten zien. Vermijd clichés en straattaal (en afkortingen). Gebruik geen ingewikkelde taal, als dat niet nodig is. Als de foto vergezeld gaat van een verhaal, probeer dan in het onderschrift dezelfde toon als in het verhaal zelf te gebruiken. 14. **Vermeld zaken die voor het verhaal niet noodzakelijk zijn in de onderschriften.** Verhalen die bij foto's horen gaan meestal over iets specifieks en vertellen, uiteraard, een verhaal. Als er informatie is die interessant is om de foto te begrijpen, maar niet per se iets aan het verhaal toevoegt, vermeld die dan in een onderschrift en niet in het verhaal zelf. Dit betekent niet dat onderschriften alleen voor onbelangrijke zaken worden gebruikt, maar eerder voor zaken die niet noodzakelijk zijn om het verhaal zelf te vertellen. Een onderschrift kan een op zichzelf staand miniverhaal zijn met zaken die in het verhaal zelf niet aan de orde komen. Let er – nog een keer – op dat onderschrift en verhaal elkaar moeten aanvullen en niet herhalen. 15. **Beslis hoe je met leestekens om wilt gaan.** Als het een foto van een persoon betreft (bijv. een foto van het hoofd) of een foto van een specifiek voorwerp (bijv. een paraplu), is het prima om in het onderschrift de naam van de persoon of het voorwerp zonder leestekens ter vermelden. In andere gevallen kun je in een onderschrift niet volledige zinnen gebruiken, maar dat hangt wel af van het soort publicatie. Een onderschrift zonder leestekens zou bijvoorbeeld 'Toyota 345X Transmissie' kunnen zijn. Een voorbeeld van het verschil tussen een volledig en onvolledig onderschrift: Volledig — 'Actrice Anna Levin rijdt een stukje met de Acura 325 op het circuit van Zandvoort'. Onvolledig — 'Rondje om met de Acura 325'. 16. **Versimpel de omschrijvingen in volgende onderschriften.** Als meerdere, elkaar opeenvolgende foto's bij een verhaal dezelfde plaats of persoon tonen, hoef je niet elke keer alle details hierover in het onderschrift te herhalen. Als je bijvoorbeeld in het eerste onderschrift iemand met zijn volledige naam introduceert, kun je in later onderschriften gewoon de achternaam gebruiken. Het is prima om aan te nemen dat iemand die een foto bekijkt en leest ook eerdere onderschriften heeft gezien en gelezen, want het is waarschijnlijk die, om het verhaal te vertellen, in een bepaalde volgorde staan. Je kunt ook, als het verhaal zelf veel details verschaft, in het onderschrift algemener blijven. Als een verhaal, bijvoorbeeld, in detail een gebeurtenis beschrijft, hoef je die details niet in de onderschriften te herhalen. 17. **Zoek uit of foto's digitaal zijn opgepoetst.** Foto's zijn soms, naar gelang de situatie, het verhaal, de ruimte enz. opgeblazen, verkleind of uitgesneden. Dit soort aanpassingen hoef je niet uit te leggen, omdat het beeld dat wordt getoond niet veranderd wordt. Maar als je de foto op een andere manier hebt veranderd (bijv. de kleur hebt veranderd, dingen kunstmatig hebt weggelaten of toegevoegd, enz.) moet je dit in het onderschrift aangeven. Het onderschrift hoeft niet per se expliciet te stellen wat je hebt veranderd, maar je zou op z'n minst moeten zeggen dat het om een 'foto-illustratie' gaat. Deze regel geldt ook voor specifieke fotografietechnieken zoals time-lapse enz. 18. **Overweeg het gebruik van een formule voor het schrijven van onderschriften.** Zolang je nog niet gewend bent om onderschriften te schrijven, zou je kunnen beginnen met het gebruik van een specifieke formule. Uiteindelijk zullen je onderschriften waarschijnlijk deze formule gaan volgen zonder dat je erbij nadenkt. Vertrouw tot die tijd op de formule zodat je zeker weet dat alle vereiste informatie is meegenomen. Een voorbeeld van zo'n formule is: [zelfstandig naamwoord] [werkwoord] [lijdend voorwerp] tijdens [naam van de gebeurtenis] in/op [naam van de locatie] in [stad] op [dag van de week], [datum] [maand], [jaar]. [Waarom of hoe.] Een met behulp van deze formule geschreven voorbeeld: "Amsterdamse brandweer (zelfstandig naamwoord) bestrijdt (werkwoord in de tegenwoordige tijd) een brand (lijdend voorwerp) in de Rembrandtoren (locatie van de gebeurtenis) vlakbij het Amstelstation in Amsterdam (stad) op Woensdag (dag van de week), 1 (datum) november (maand), 2017 (jaar).” 19. **Wees niet arrogant.** Arrogantie in onderschriften doet zich voor als de persoon die het onderschrift schrijft zich niets aan de lezer gelegen laat en alleen een onderschrift schrijft dat gemakkelijk uit de pen vloeit. Je zou dit ook als egoïstisch kunnen beschouwen, want de schrijver houdt meer rekening met zichzelf dan met de lezer, die probeert om te ontraadselen waar de foto en het verhaal over gaan. Dit kan ook gebeuren als een schrijver de boel met iets nieuws of slims probeert op te leuken. Er is geen behoefte aan ingewikkeld gedoe. Hou het simpel, duidelijk en to the point. 20. **Vermijd het doen van aannames.** Je weet wat er wordt gezegd over mensen die dingen aannemen…! Dat geldt ook voor het schrijven van onderschriften. De aannames kunnen voor rekening komen van de journalist, de fotograaf of iemand die zich op een andere manier met de samenstelling van de publicatie bezighoudt. Doe geen aannames over wat er precies op de foto gebeurde, of wie de mensen die worden afgebeeld zijn. Zoek uit hoe het zit en gebruik alleen wat accuraat is. Dit geldt ook voor stijl en format. Als je niet zeker weet of de publicatie een specifiek format voor onderschriften gebruikt, vraag er dan naar. Gebruik geen format dat jou goed ligt, maar wat later misschien helemaal omgegooid moet worden, omdat je er niet naar gevraagd hebt. 21. **Zorg ervoor dat je niet slordig bent.** Slordigheid sluipt binnen als het iemand gewoon niets kan schelen of als iemand de situatie niet belangrijk genoeg acht om dingen na te vragen. Slordigheid kan leiden tot foutieve spelling, foutieve namen van de mensen op de foto, onderschriften die niet bij de foto's passen, onjuiste verwijzingen naar foto's bij het verhaal, enzovoorts, enzovoorts. Als je trots bent op je werk, zorg dan voor kwaliteit van begin tot einde. Dit probleem kan zich ook voordoen als iemand in een onderschrift een vreemde taal gebruikt, maar niet heeft nagekeken of een en ander juist is gespeld. Google Translate is niet hetzelfde als controleren of de taal juist is! 22. **Onthoud dat wat jij afdrukt voor waar wordt gehouden.** Wat je als journalist in je verhaal of in een onderschrift zegt wordt over het algemeen door je lezers als waarheid beschouwd. Ze nemen terecht aan dat jij je zaken gecontroleerd hebt en dat wat je ze vertelt waarachtig is. Als te lui of slordig bent geweest, riskeer je dat je onjuiste informatie aan een grote groep mensen doorgeeft. Onthoud ook dat zodra informatie is 'verspreid', het moeilijk is om alsnog te corrigeren. Vooral als de informatie betrekking heeft om een tragische, traumatisch of nog doorlopende gebeurtenis.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Goede-foto-journalistieke-onderschriften-schrijven", "language": "nl"}
Websites blokkeren
Het internet kan een enge en gevaarlijke plek zijn, zeker voor kinderen. Als ouder is er een verscheidenheid aan instrumenten die tot je beschikking staan om het internetgebruik van je kind te kunnen controleren monitoren. Het gebruik van deze tools kan de kans dat het kind gevaarlijke mensen of aanstootgevende inhoud tegenkomt aanzienlijk verlagen. Volg deze gids om op een gemakkelijke manier te beginnen met het monitoren van het online gedrag van je gezin. 1. **Schaf een webbewakingsprogramma aan.** Een webbewakingsprogramma biedt je de mogelijkheid om een groep websites en specifieke webadressen te blokkeren. Met deze programma's kun je meestal verschillende beschermingsniveaus instellen voor verschillende gebruikers, zodat je meer controle hebt over wie wat kan bekijken binnen het gezin. Populaire programma's zijn o.a.: Net Nanny Norton Family K9 Web Protection Qustodio 2. **Installeer het programma op elke computer.** Voor de meeste bewakingsprogramma's zal je moeten betalen of je aan moeten melden als je ze wilt gebruiken. Je hebt een licentie nodig voor elke computer die je wilt beschermen. Wanneer je een webfilter online aanschaft, dan krijg je links waar je het programma kunt downloaden. Over het algemeen moeten deze programma's op elke computer worden geïnstalleerd die je wilt beveiligen. 3. **Geef aan welke inhoud je wilt blokkeren.** De meeste programma's bieden een lijst met categorieën die je wel of niet aanvinkt om te bepalen wat je wel of niet door wilt laten. Je kunt ook specifieke sites aangeven die niet bereikbaar mogen zijn, of waarvan je juist wel wilt dat ze toegankelijk zijn. Je zal deze filters in moeten stellen op elke computer waar je de software op installeert. Filters wordt voortdurend bijgewerkt door de bedrijven die deze programma's maken. Veel maken gebruik van geautomatiseerde systemen die zoeken naar nieuwe pagina's en die automatisch blokkeren, ook al staat de website nog niet in de database. 4. **Stel de uren in dat de gewenste inhoud beschikbaar mag zijn.** Bij sommige programma's kun je specifieke tijden aangeven dat inhoud kan worden geraadpleegd. Je kunt bijvoorbeeld toegang tot sociale netwerken uitschakelen tijdens huiswerkuren, zodat kinderen hun tijd niet op Facebook verspillen in plaats van te studeren. 5. **Monitor online gedrag.** De meeste programma's maken logboeken en meldingen aan, die weergeven wanneer ongepaste inhoud probeert te worden benaderd. Sommige programma's bieden zelfs de mogelijkheid het Facebook-profiel van je kind en al hun foto's en berichten in te zien. 6. **Meld je aan voor OpenDNS.** OpenDNS is gratis voor thuisgebruik, en een krachtiger versie is tegen een vergoeding beschikbaar voor bedrijven. OpenDNS wordt geïnstalleerd op de router van je netwerk en is van invloed op al het netwerkverkeer. Dit houdt in dat websites op alle op de router aangesloten apparaten worden geblokkeerd, waaronder computers, tablets, gameconsoles en mobiele telefoons. OpenDNS blokkeert sites op elk apparaat, zodat het wellicht niet zo nuttig is voor ouders die toegang willen krijgen tot geblokkeerde websites wanneer de kinderen er niet zijn. 7. **Open de configuratiepagina van je router.** De meeste routers kunnen worden benaderd door 192.168.1.1 of 192.168.0.1 in te voeren in de adresbalk van een webbrowser op een apparaat dat is aangesloten op het netwerk. Je kan dan worden gevraagd om je gebruikersnaam en wachtwoord.. Het inlogadres van de router en de standaardgebruikersnaam en wachtwoordcombinatie zal per fabrikant verschillen. Als je geen toegang tot je router hebt, controleer dan de standaardinstellingen op RouterPasswords.com. Als je nog steeds geen toegang hebt tot je router als gevolg van een vergeten gebruikersnaam of wachtwoord, druk dan op de reset-knop op de router om deze terug te zetten naar de fabrieksinstellingen. Hiermee wis je alle netwerkinstellingen tegelijkertijd, met inbegrip van instellingen voor het draadloze netwerk. 8. **Zoek je DNS-instellingen.** Deze bevindt zich doorgaans in de < b >internet< /b >afdeling van de router. Zoek naar < b > DNS < /b > vergezeld van twee of drie velden waarin je de IP-adressen kunt opgeven. Voor de meeste standaardinstellingen zijn er twee opties, hoewel de exacte bewoordingen anders kunnen zijn: “Get Automatically from ISP” en “Use These DNS Servers”. Selecteer “Use These DNS Servers” zodat je de gegevens van de OpenDNS-server in kunt voeren. 9. **Voer je DNS-informatie in.** In de Primaire en Secondaire DNS-velden voer je de volgende adressen in: 208.67.222.222 208.67.220.220 10. **Klik op Wijzigingen toepassen (Apply Changes) of Opslaan/bewaren (Save).** Zijn de instellingen bijgewerkt, dan is het zaak om het DNS te verversen op elke computer die verbonden is met het netwerk. Op die manier weet je zeker dat je nieuwe instellingen meteen van kracht worden. 11. **Schakel dynamische IP-updates in.** De kansen is aanwezig dat je internetverbinding thuis een dynamisch IP-adres krijgt toegewezen door je internetprovider. Dit betekent dat je IP-adres af en toe zal veranderen. OpenDNS moet worden geconfigureerd voor het bijwerken van de instellingen wanneer je IP-adres wordt gewijzigd, anders zal het filtreren niet werken. Log in op het Dashboard van je OpenDNS met de gebruikersnaam en het wachtwoord dat je kreeg toen je je aanmeldde. Selecteer je netwerk in het tabblad Home of Instellingen (Settings). Klik op geavanceerde instellingen en ga naar de sectie van de dynamische IP-Update. Controleer of het vakje met het label is ingeschakeld en klik vervolgens op toepassen om je instellingen te bewaren. Download een dynamisch IP van het OpenDNS Updater-programma. Dit programma moet worden geïnstalleerd op een computer waar je kinderen geen toegang tot krijgen zodat het niet kan worden uitgeschakeld. Idealiter zal deze computer altijd aanstaan, of aangaan voordat andere computers verbinding maken. 12. **Stel je filters in.** Zodra je OpenDNS geconfigureerd hebt ben je klaar om je filters in te stellen. Deze filters blokkeren websites die voldoen aan bepaalde criteria, zoals pornografie, examenfraude, sociale media, etc. Je kunt categorieën uitfilteren, algemene lagen van bescherming instellen, bepaalde websites blokkeren of alleen specifieke websites toestaan. Log in op het Dashboard van OpenDNS. Selecteer het netwerk waarvoor je de filters wilt aanpassen. Klik op de link Web Content Filtering. Kies het niveau van het filter. Je kunt kiezen uit drie lagen filtering: laag, gemiddeld en hoog. OpenDNS zal voorbeelden geven van wat er op elk niveau wordt gefilterd. Stel een aangepast filter in. Als je graag aan wilt geven welke filters je wilt activeren, klik dan op de optie Aangepast (Custom) en vink elk vakje aan dat je wilt activeren. Bijvoorbeeld, controleren Voeg domeinen toe aan je zwarte of witte lijst. In de afdeling voor het beheren van afzonderlijke domeinen (“manage individual domains”) kun je domeinen toevoegen die je hetzij altijd wilt blokkeren of altijd toe wilt staan, ongeacht de instellingen van de filters. Je kunt bijvoorbeeld het filter Social Networking aanzetten, maar “twitter.com” toevoegen aan de lijst met sites (Always Allowed) die altijd moeten worden toegestaan, zodat Twitter kan worden gebruikt. 13. **Monitor welke sites worden bekeken.** Heb je de filters geactiveerd, dan kun je het gebruik van internet controleren in je netwerk, om te zien of mensen sites gaan proberen te bezoeken waarvan dit niet de bedoeling is. Om dit te doen zal je eerst zeker moeten weten dat Stat Logging is geactiveerd. Log in op het Dashboard klik op het tabblad Instellingen (Settings). Vink het aankruisvakje aan om statistieken en logs te activeren (“Enable stats and logs”) en klik op Toepassen. Klik op het tabblad Stats om een logboek van je netwerk in te kunnen zien. Je kunt het linkermenu gebruiken om te bekijken welke websites worden bezocht en wanneer. Op deze manier kom je erachter of je kinderen toegang proberen te krijgen tot websites waar ze niets te zoeken hebben. 14. **Installeer het Family Safety Filter op elke computer.** Het Family Safety Filter moet worden geïnstalleerd op elke computer in je huis waar het kind toegang tot heeft. Het Family Safety Filter wordt automatisch geïnstalleerd onder Windows 8, maar moet misschien worden gedownload voor Windows 7. Eerdere versies van Windows (XP, Vista, etc.) en andere besturingssystemen, ondersteunen het niet. 15. **Schakel Family Safety in op Windows 7.** Open Family Safety en meld je aan met je Microsoft-Account. Om Family Safety te kunnen gebruiken heb je een Microsoft-Account nodig. Wanneer je je voor de eerste keer aanmeldt, creëer je de primaire ouder-account. Dit wordt de beheerdersaccount voor Family Safety, en de account die de instellingen vanaf de Family Safety website kan wijzigen. Als je Family Safety op meerdere computers wilt installeren, log dan in met de Microsoft-Account die je in de eerste plaats gebruikte. Vink het vakje aan naast elke account die je wilt controleren. Family Safety werkt het best als elk gezinslid een eigen account heeft en alle accounts beveiligd zijn met een wachtwoord. Dit is belangrijk, want als iemand overschakelt op een account die niet beveiligd is door Family Safety, zal diegene bij geblokkeerde inhoud kunnen komen. Schakel gastaccounts uit omdat kinderen toegang kunnen krijgen tot geblokkeerde inhoud door zich aan te melden bij de gastaccount. Als je een gastaccount uit wilt schakelen, zoek dan naar "gebruikersaccounts" met de zoekfunctie van Windows en selecteer deze uit de resultaten. Klik op Gebruikersaccounts beheren en vervolgens op Gast. Klik op "Gastaccount uitschakelen". Controleer je instellingen. Zodra je hebt aangegeven welke accounts je wilt controleren, krijg je een overzicht van alle accounts die je hebt geselecteerd, evenals een link naar de website van Family Safety. 16. **Activeer Family Safety op Windows 8.** Family Safety wordt automatisch ingeschakeld voor alle kinderaccounts die je in Windows 8 maakt, zolang je beheerdersaccount is aangemeld met een account van Microsoft. Je kunt ook Family Safety inschakelen op standaardaccounts. Om Family Safety op een bestaande account in te schakelen open je Instellingen en klik je op PC-instellingen wijzigen. Open Accounts en klik vervolgens op Andere accounts. Selecteer de account die je wilt inschakelen voor Family Safety, en klik op Bewerken. Wijzig het "Accounttype" naar kind. Zorg ervoor dat alle accounts beschermd zijn met een wachtwoord, zodat een kind niet in kan loggen op een andere account om bij geblokkeerd materiaal te kunnen komen. 17. **Log in op de Family Safety-website.** Zodra je op alle accounts Family Safety hebt ingeschakeld, kun je de instellingen voor elke gebruiker aanpassen via de Family Safety-website. Meld je aan met de primaire Microsoft-Account. 18. **Selecteer een gebruiker om te wijzigen.** Zodra je bent aangemeld je zal een lijst te zien krijgen met alle gebruikers waarvoor je Family Safety hebt ingeschakeld. Selecteer een gebruiker en je ziet opties om websites te filteren, rapportages van activiteiten te maken, tijdslimieten in te stellen, toegang te geven als daarom gevraagd wordt en game- en app-beperkingen in te stellen. – In deze afdeling kun je het filterniveau instellen voor de gebruiker. Verschillende niveaus laten verschillende soorten websites door, met het sterkste filter bovenaan. Je kunt ervoor kiezen om alleen specifieke sites toe te staan, alle sites behalve die geschikt zijn voor kinderen te blokkeren, alle algemene websites toe te staan, sociale netwerken toe te staan, of helemaal niets te blokkeren. – In deze afdeling kun je specifieke sites aanwijzen die je altijd wilt toestaan of altijd wilt blokkeren. – Je kunt het niveau van de activiteitenrapportage instellen voor deze account. Hiermee kun je kiezen in welke mate het browsen op het web wordt bijgehouden. – Je kunt gebruikers toestaan om een verzoek in te dienen om toegang te krijgen tot geblokkeerde sites. Je ontvangt vervolgens deze verzoeken en kunt deze naar keuze wel of niet toestaan. – Hiermee worden specifieke tijden ingesteld waarop de gebruiker iets kan doen met de PC. Is deze periode voorbij, dan zal de gebruiker worden uitgelogd van de computer. – In dit gedeelte kun je specifieke games en apps aangeven die zijn geïnstalleerd op je computer waarvan je niet wilt dat de gebruiker erbij kan. Dit is handig als je games voor volwassenen hebt geïnstalleerd waarvan je niet wilt dat je kinderen ermee spelen. 19. **Pas het hosts-bestand aan in Windows.** Het hosts-bestand geeft je de mogelijkheid om de toegang tot websites te blokkeren op de computer die je gebruikt. Het werkt voor alle accounts op die computer. Het aanpassen van een host-bestand zal een website blokkeren, maar biedt geen aanvullende opties, zoals het bijhouden van surfgedrag of tijdslimieten. Technische gebruikers kunnen in staat zijn om het host-bestand te wijzigen en de blokkade te omzeilen. Ga naar en dubbelklik erop. Gebruik het Kladblok om het bestand te openen wanneer er gevraagd wordt om een programma te kiezen. Plaats je cursor onderin het document. Creëer een lege regel tussen je beginpunt en het einde van de bestaande tekst. Voer in en druk op Enter. Vervang <website> door de website die je wilt blokkeren (facebook.com, youtube.com, etc.). Voer nog een regel in met dezelfde informatie behalve dat je hier “www.” voor de naam van de website plaatst. In wezen heb je nu twee vermeldingen per website die je wilt blokkeren: EN . Herhaal dit voor elke website die je wilt blokkeren. Bewaar het bestand. Wijzig niets aan de naam, het bestandstype of de locatie van het bestand. Sla gewoon de veranderingen op die je gemaakt hebt. Het kan nodig zijn om je browser opnieuw te starten om de wijzigingen door te voeren. 20. **Bewerk het hosts-betand op een Mac.** Het hosts-bestand biedt je de mogelijkheid om websites te blokkeren op de computer die je gebruikt. Het werkt voor alle accounts op die computer. Start de Terminal, die je kunt vinden in de map Hulpprogramma's. Maak een back-up van het hosts-bestand door het invoeren van de volgende opdracht en druk op Enter: sudo /bin/cp /etc/hosts /etc/hosts-original. Het is misschien nodig om je beheerderswachtwoord in te voeren. Bewerk het hosts-bestand. Om het hosts-bestand te kunnen bewerken zal je het in Nano moeten openen met de volgende opdracht: sudo nano /etc/hosts/. Hiermee open je het Nano-venster en krijg je de tekst te zien van het hosts-bestand. Begin op een nieuwe regel onderaan het bestand. Typ en druk op Enter. Vervang <website> door de website die je wilt blokkeren (facebook.com, youtube.com, etc.). Typ nog een regel met dezelfde gegevens, behalve dan dat je ditmaal “www.” toevoegt voor de naam van de website. In wezen heb je nu twee vermeldingen per website die je wilt blokkeren: EN . Herhaal deze procedure voor elke website die je wilt blokkeren. Bewaar je wijzigingen door op Ctrl + O te drukken. Zij de wijzigingen opgeslagen, druk dan op Ctrl + X om Nano te verlaten. Maak het DNS leeg. Gebruik de opdracht sudo dscacheutil –flush cache om het DNS leeg te maken en je DNS te resetten en de nieuwe instellingen te laden. Je browser hoort nu de websites die je hebt aangegeven in het hosts-bestand te blokkeren. 21. **Herhaal deze stappen op elke computer die je wilt beschermen.** Het nadeel van de methode met het hosts-bestand is dat dit bestand op elke computer die je wilt beschermen zal moeten worden gewijzigd. Als er veel computers aangesloten zijn op je netwerk, dan is dit misschien niet haalbaar.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Websites-blokkeren", "language": "nl"}
Een meisje mee uit vragen dat al verkering heeft
Het gebeurt de hele tijd: je ontmoet een meisje dat perfect voor je is, om er vervolgens achter te komen dat ze al een partner heeft. De situatie lijkt misschien hopeloos, maar er zijn manieren om de situatie tactvol aan te pakken. Beoordeel de situatie, praat met haar en wees respectvol, om haar mee uit te kunnen vragen. 1. **Praat met haar over haar relatie.** Als je dapper bent, vraag haar er dan direct naar. Ze kan je motieven door hebben als je het haar direct vraagt, dus kies deze optie niet als je je bedoelingen geheim wilt houden. Vraag het haar terloops: 'Hé, ik vroeg me af of je een relatie hebt? Ik was gewoon nieuwsgierig.' 2. **Vraag haar hoe serieus de relatie is.** Als je het hebt aangedurfd om haar te vragen of ze verkering heeft, vraag dan eventueel haar hoe serieus die relatie is. Als het serieus is, zal je haar niet zo snel mee uit vragen, maar als het meer los vast is, dan kijkt ze misschien nog om zich heen. Vraag iets als: 'Is het serieus, of niet zo?' Nogmaals, ze kan onmiddellijk weten waar het gesprek naartoe gaat als je het haar specifiek vraagt, dus wees voorzichtig. 3. **Vraag haar hoe gelukkig ze is.** Wees direct, maar voorzichtig. Zeg iets als: 'Hoe is jullie relatie? Ben je gelukkig?' Wees zeer voorzichtig wanneer je dergelijke vragen stelt: ze kan afwerend reageren of beledigd zijn dat je vraagt naar haar privéleven. Haar reactie zal volledig afhangen van haar persoonlijkheid, dus schat in, aan de hand van haar antwoorden op eerdere vragen, of ze goed zal reageren op echt persoonlijke vragen als deze. Als ze zich ongemakkelijk voelt om zo ondervraagd te worden, vraag het dan aan haar vrienden of zoek een andere manier om erachter te komen. 4. **Gebruik indirecte aanwijzingen.** Directe vragen kunnen een beetje gevaarlijk zijn, omdat ze beledigd kan reageren als je haar naar haar relatie vraagt. Persoonlijke vragen kunnen haar ongemakkelijk maken, en ze kan precies weten waar je naartoe werkt. Stel zijdelingse vragen. Vraag iets als 'Wat ben je van plan vanavond te gaan doen?' of 'Wat doe je graag om je even te ontspannen', waardoor ze haar vriend terloops kan noemen, wat je de moeite bespaart om het direct te vragen. Let op geflirt. Terwijl sommige meisjes van nature flirterig zijn, of ze nu single zijn of niet, is de kans groter dat ze single is als ze op je lijkt te vallen. Kijk hoeveel je terug kunt flirten. Als ze positief reageert, is ze waarschijnlijk single. Let op waarvoor ze aan het winkelen is. Als je het geluk hebt om een meisje in een winkel te ontmoeten in plaats van op school of op je werk, dan kun je misschien wat aanwijzingen krijgen uit haar boodschappen. Zoek naar levensmiddelen voor het hele gezin, artikelen voor mannen of babyproducten. 5. **Vraag haar vrienden of ze een relatie heeft.** Haar vrienden zullen veel weten over haar relatie en in staat zijn om je te helpen. Hoewel haar vrienden haar kunnen vertellen dat je naar haar relatie hebt gevraagd, is de kans groter dat je op deze manier je bedoelingen geheim kunt houden. Vraag haar vrienden hoe serieus de relatie is. Haar vrienden zullen je een onpartijdiger antwoord kunnen geven dan zij zelf zou kunnen. Vrienden zien een relatie van buitenaf, zodat ze misschien meer waardevolle informatie kunnen geven over waar haar relatie met haar partner naartoe gaat, en hoe vaak ze uitgaan. Vraag haar vrienden of ze gelukkig is. Vragen stellen aan haar vrienden over haar geluk kan beter zijn dan dit haar direct te vragen, omdat die waarschijnlijk minder snel beledigd zullen zijn en meer onpartijdige informatie hebben over haar relatie. Ze kunnen veel tijd met haar doorbrengen en haar geliefde, en weten van kleine ruzies of meningsverschillen. 6. **Kijk bij haar sociale media profielen.** Hoewel deze methode je misschien een beetje het gevoel geeft dat je aan het rondsnuffelen bent in andermans zaken, is het de makkelijkste manier om haar relatiestatus te achterhalen zonder er openlijk voor uit te komen. Facebook-profielen hebben een specifieke sectie voor de relatiestatus, terwijl Instagram-berichten en Tweets je misschien een idee geven of ze single is of niet. Laat je niet te ontmoedigen door foto's van haar met andere mensen. Dit kunnen eerdere vriendjes of andere goede vrienden zijn. Let op of ze gelukkig lijkt. Sociale media zullen je waarschijnlijk niet kunnen vertellen hoe serieus een relatie is, maar het kan je belangrijke informatie geven over hoe gelukkig haar relatie is. Check haar pagina's om te zien of ze berichten over ruzies of meningsverschillen met haar partner plaatst. Wees heel voorzichtig om deze alleen te gebruiken als maatstaf, niet als bewijs. Praat niet met haar over specifieke berichten die je hebt gezien, want ze kan denken dat je door haar berichten aan het snuffelen bent. 7. **Praat over relaties.** Voordat je te direct wordt en haar mee uit vraagt, begin je losjes een gesprek over relaties in het algemeen. Begin het gesprek over alledaagse dingen, zoals hoe haar dag is of hoe het met haar gaat, maar vraag dan hoe het met haar relatie gaat. Relaties zijn een normaal gespreksonderwerp, dus zou ze dit niet al te verdacht moeten vinden, als je het licht en luchtig houdt. Gebruik dit gesprek over relaties om een brug te slaan naar het haar mee uit vragen. 8. **Vraag haar mee uit.** Als je weet dat ze een relatie heeft die niet serieus of niet erg gelukkig is, wees dan dapper en probeer haar mee uit te vragen. Deze methode vergt wat lef, want je hebt geen idee hoe ze zal reageren, of hoe het resultaat zal zijn, maar het is de moeite waard, omdat ze 'ja' kan zeggen. Zeg iets als: 'Hé, ik weet dat je al bezet bent, maar ik heb het gevoel dat het niet serieus is/niet goed gaat. Zou je een keer met mij uit willen? Ik beloof dat ik geen niets zal proberen of respectloos met je huidige relatie om zal gaan. Ik wil je gewoon beter leren kennen'. Deze methode legt de nadruk op de kwaliteit van haar relatie en wijst haar erop dat jij misschien een betere partij voor haar bent. Voor een andere invalshoek, kun je iets proberen als: 'Ik weet dat dit je wat kan overvallen, en dat je al bezet bent, maar heb je zin om een keer met me uit te gaan? Ik vind je erg leuk.' Deze keuze laat alles weg over de kwaliteit of de ernst van haar relatie, en laat haar gewoon weten dat je geïnteresseerd bent in haar, ongeacht haar relatiestatus. 9. **Erken haar relatie.** Zorg ervoor dat je niet minachtend over haar huidige geliefde praat. Niet alleen zal dit haar smaak wat andere mensen betreft in twijfel trekken, maar als ze gevoelens voor die persoon heeft, kun je haar ernstig beledigen. Vertel haar dat je weet dat ze een partner heeft, en dat je niet in de weg wilt staan als het serieus is, maar dat je haar graag beter wilt leren kennen. 10. **Geef haar je nummer.** In plaats van haar mee uit te vragen, kun je haar ook je telefoonnummer geven. Dit maakt je bedoelingen vrij duidelijk, maar bespaart je de moeite van het vinden van de perfecte manier om haar uit te vragen. Je hoeft haar alleen maar je nummer te geven en haar te vertellen dat ze je kan bellen als ze dat graag wil. Ze kan contact met je opnemen wanneer haar verkering niet meer zo goed gaat, of ze kan je sms'en of bellen om je beter te leren kennen. 11. **Laat haar het ter sprake brengen.** Soms hoef je misschien niet de eerste stap te zetten. Als je begint te praten met een meisje die al bezet is, dan kan ze nog steeds met je flirten of duidelijk maken dat ze geïnteresseerd in je is. Laat haar in dit geval beginnen over een afspraakje. Vraag haar iets als: 'Heb je het druk na schooltijd? Of 'Wanneer ben je klaar met je werk?' Deze vragen zijn open en geven haar de mogelijkheid om een tijd voor te stellen om elkaar te ontmoeten en elkaar te leren kennen. 12. **Wees respectvol als haar partner hoort dat je haar mee uit hebt gevraagd.** Het is waarschijnlijk dat die boos is dat je zijn vriendin probeert te kapen, dus bereid je voor om je te verontschuldigen als dat nodig is. Als het meisje besluit om met je uit te gaan, zal haar vriend nog kwader zijn. Probeer hem dan uit de weg te gaan, maar als hij verhaal komt halen, verontschuldig je dan en leg uit dat je niet van plan bent het met haar uit te maken. 13. **Beslis wat je moet doen als je in de 'vriendzone' bent ingedeeld.** Meisjes vinden het vaak leuk om niet alleen vriendinnen maar ook vrienden te hebben, dus moet je ervoor zorgen dat je niet meer een gewone vriend in haar ogen bent dan een potentiële geliefde. Als je tijd met haar doorbrengt en ze het niet uitmaakt met haar partner, dan is de kans groot dat ze je als vriendin ziet en niet met je uit wil gaan. Misschien vindt ze het leuk om tijd met je door te brengen, maar dat betekent niet dat ze zich tot je aangetrokken voelt. Een kenmerk van de 'vriend-zone' is wanneer er veel over gevoelens wordt gepraat. Als ze regelmatig contact met je begint op te nemen om over haar gevoelens te praten, of als ze je als klankbord gebruikt om te klagen over haar belangrijke geliefde, dan ziet ze je waarschijnlijk als een soort vriendin. Luister naar hoe ze over je praat. Als ze met haar vriendinnen over jou praat, maar er consequent bij vermeldt dat je 'gewoon een vriend,' of 'gewoon een goede kerel' bent, dan is de kans groot dat ze niet geïnteresseerd is in een relatie met jou. Let op of ze nog steeds met je flirt. Als ze flirt met je en echt geïnteresseerd lijkt, dan heb je misschien een kans. Maar naarmate de tijd verstrijkt zonder het uit te maken met haar vriendje en ze steeds minder met je flirt, dan ben je waarschijnlijk gewoon een vriend. Verbreek de vriendschap met haar. Als je nog steeds geïnteresseerd bent in een relatie met haar, maar ze ziet je als een gewone vriend, verbreek de vriendschap dan. Je zult alleen maar gekwetst raken als je als derde wiel eindigt. Ze kan het niet helpen tot wie ze zich aangetrokken voelt, en als ze je meer als een vriend ziet, dan is het onwaarschijnlijk dat ze van gedachten verandert. Blijf vrienden met haar. Als je besluit dat je meer waarde hecht aan haar vriendschap dan aan een potentiële romantische relatie, dan is het oké om dat zo te houden. Het is heel goed mogelijk om sterke, gezonde relaties te hebben met mensen van het andere geslacht, maar je zult je op je gemak moeten voelen met het feit dat de dingen gewoon platonisch zullen zijn. 14. **Probeer niet om haar over te halen haar partner te bedriegen.** Als het meisje je echt leuk vindt, maar een serieuze relatie heeft, dan kan ze in de verleiding komen om haar vriend te bedriegen. Wees duidelijk met haar dat je niets met haar wil, tenzij ze het uitmaakt met haar huidige vriend. Als ze haar partner met jou bedriegt, is dit een rode vlag dat ze jou ook kan bedriegen als jullie ooit samen iets gaan hebben. Veel mensen die hun partner bedriegen, doen dat dwangmatig, en het is wellicht onmogelijk om dergelijke lieden te vertrouwen. Zorg dat je geen 'vriendje voor erbij' wordt. Als haar huidige relatie niet serieus is, maar ze wil haar relatie nog steeds niet verbreken, dan loop je het gevaar op sleeptouw te worden genomen. Ze kan je vaak bellen of samen met je romantisch doen, maar dit zal er alleen maar toe leiden dat je gekwetst raakt. Ze zal zich hoogstwaarschijnlijk nooit aan je binden of haar relatie verlaten: in plaats daarvan gebruikt ze je alleen maar. 15. **Laat haar los als het niet werkt.** Als je je echt aangetrokken voelt tot een meisje, dan kun je in de verleiding komen om haar een paar keer mee uit te vragen, zelfs als ze iemand anders heeft. Je moet echter realistisch zijn over je kansen op succes. Als ze je er voortdurend aan herinnert dat ze een partner heeft, of je pogingen om met haar uit te gaan afwijst, zal je haar alleen gefrustreerd maken naarmate de tijd verstrijkt. Vergeet niet dat er 'meer vissen in de zee' zijn en probeer andere meisjes te leren kennen als dit nergens toe leidt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-meisje-mee-uit-vragen-dat-al-verkering-heeft", "language": "nl"}
Afkomen van de geur van plastic
Je hebt waarschijnlijk een hoop voorwerpen van plastic in huis, of het nu om een bakje, een fles, een opbergdoos of een stoeltje gaat. Deze voorwerpen kunnen goed van pas komen, maar het is erg vervelend als ze een chemische of andere geur hebben. Probeer het plastic te laten weken en op te frissen met enkele eenvoudige middelen voordat je het weggooit. 1. **Was het plastic met afwasmiddel en heet water om het schoon te krijgen.** Giet een hoeveelheid vloeibaar afwasmiddel ter grootte van een erwt op het voorwerp van plastic en vul het dan met heet water. Neem met een spons of een doek het hele oppervlak af, en concentreer je daarbij op de plekken waar de geur het sterkst is. Laat het plastic enkele uren drogen en ruik er dan aan om te zien of de vieze geur verdwenen is. Het schoonmaken van het plastic kan wellicht helpen om van de vieze plasticgeur af te komen. 2. **Gebruik bleekmiddel en zuiveringszout om een sterker schoonmaakmengsel te maken.** Pak 5 ml bleekmiddel en giet het in het voorwerp van plastic. Voeg 5 gram zuiveringszout toe om het plastic op te helpen frissen. Vul de rest van het voorwerp met lauw water en laat het schoonmaakmengsel een nacht weken. Giet de volgende dag het mengsel uit het voorwerp en kijk of het plastic beter ruikt. Deze methode werkt goed om alle vieze plasticgeuren te verwijderen, vooral die in herbruikbare waterflessen. 3. **Meng water en zuiveringszout in het plastic voorwerp om het op een natuurlijke manier op te frissen.** Doe 15 gram zuiveringszout in het plastic voorwerp en vul het voor de rest met warm water. Schud krachtig enkele seconden met het plastic voorwerp en laat het dan ten minste 40 minuten staan. Nadat je het mengsel hebt laten weken giet je het uit het voorwerp en ruik je aan het plastic om te zien of de geur verdwenen is. Als het plastic bijzonder sterk ruikt, dan kun je het zuiveringszout langer in laten trekken. Deze methode werkt bijzonder goed om een plasticgeur uit plastic flessen te krijgen. 4. **Maak het plastic schoon met citroensap om het een frisse geur te geven.** Giet enkele lepels citroensap in het plastic voorwerp en schrob het oppervlak dan met een doek of spons. Als je een directere aanpak wilt, snijd dan een citroen doormidden en wrijf met een helft over het stinkende plastic. Spoel nadat je het oppervlak schoongemaakt hebt alle resten citroensap weg en laat het plastic enkele uren luchten. Gebruik citroensap om je opbergdozen, bakken en andere opbergartikelen schoon te maken. 5. **Gebruik gemalen koffie om de vieze geur tegen te gaan.** Pak een handje droge gemalen koffie en doe het in het plastic voorwerp. Laat het voorwerp enkele uren of dagen op een open plek staan, afhankelijk van hoe sterk het voorwerp ruikt. Controleer af en toe of het voorwerp beter ruikt en haal de koffie er dan uit. Als het voorwerp na enkele dagen nog steeds naar plastic ruikt, dan kun je het beste iets anders proberen. Dit is vooral een handige truc voor plastic bakken. 6. **Stop het plastic voorwerp vol met krantenpapier als je een eenvoudige, praktische oplossing wilt.** Vul het voorwerp met proppen krantenpapier en doe het deksel of de dop erop. Laat het krantenpapier een nacht in het voorwerp liggen zodat het de vieze geur op kan nemen. Haal de volgende dag de proppen uit voorwerp en kijk of het plastic beter ruikt. 7. **Doe een stuk houtskool in het voorwerp van plastic als je een snelle oplossing wilt.** Doe het deksel of de dop op het voorwerp en laat het houtskool erin liggen. Controleer de volgende paar dagen om het uur of dagelijks of de plasticgeur verdwenen is. Dit werkt goed bij plastic voorwerpen met een deksel. 8. **Neem contact op met de fabrikant als je de plasticgeur niet wegkrijgt.** Als je een nieuwe fles, bak of ander voorwerp van plastic gebruikt, kijk dan op de website om het telefoonnummer van de klantenservice te vinden. Als de plasticgeur maar niet verdwijnt, bel het bedrijf dan en kijk of je je geld terug kunt krijgen of een nieuw voorwerp kunt krijgen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Afkomen-van-de-geur-van-plastic", "language": "nl"}
Aardappelen koken in een snelkookpan
Aardappelen koken in een snelkookpan kan de kooktijd ervan een stuk inkorten. Hieronder vindt je verschillende manieren om aardappelen te bereiden, samen met de kooktijden. Zorg ervoor dat je de handleiding van je snelkookpan gebruikt voor de juiste kookprocedures en veiligheidscontroles. De volgende aanwijzingen zijn voor een 6 tot 8 liter Mirro snelkookpan. 1. **Schil of schrob de aardappelen naar wens.** 2. **Verwijder de ogen en eventuele slechte plekken.** 3. **Breng de snelkookpan op volledige druk en kook de aardappelen vervolgens volgens de vermelde tijd.** 4. **Plaats het stoommandje.** Volg de handleiding van je snelkookpan voor het gebruik van het stoommandje. 5. **Doe de aardappelen in de snelkoker.** 6. **Doe de vereiste hoeveelheid water in je snelkookpan zoals aangegeven in de handleiding.** Het boekje van Mirro vermeldt 4 kopjes water om toe te voegen aan de snelkookpan. 7. **Kook de hele aardappelen van gemiddelde grootte gedurende 15 minuten onder een druk van 10 pond.** 8. **Zet de snelkookpan direct onder koud water om de druk omlaag te krijgen.** 9. **Giet de aardappelen af en dien ze op.** 10. **Plaats het stoommandje.** Volg de handleiding van je snelkookpan voor het gebruik van het stoommandje. 11. **Doe de aardappelen in de snelkoker.** 12. **Voeg 4 koppen water toe aan de snelkoker.** Voeg er een snufje zout aan toe en een klein beetje suiker, om er zeker van te zijn dat de aardappelen snel en gelijkmatig koken. 13. **Kook de halve aardappelen 8 minuten bij een druk van 15 pond.** 14. **Zet de snelkookpan direct onder koud water om de druk omlaag te krijgen.** 15. **Giet de aardappelen af en dien ze op.** 16. **Doe de aardappelen in de snelkookpan.** 17. **Voeg er 2 1/2 koppen water aan toe.** 18. **Kook de aardappelen 2 1/2 minuten, bij een druk van 15 pond.** 19. **Zet de snelkookpan direct onder koud water om de druk omlaag te krijgen.** 20. **Giet de aardappelen af en dien ze op.** 21. **Maak aardappelpuree van de hele of halve aardappels.** 22. **Serveer de hele of halve aardappels met verse dille en gesmolten boter.** 23. **Koel de gekookte hele of halve aardappelen.** Snijd de gekoelde aardappelen in kwarten en gebruik deze in een aardappelsalade. 24. **Serveer de gekoelde aardappelen met een favoriete kaassaus.** 25. **Snijd de gekoelde of in kwarten gesneden aardappelen en maak rösti.** 26. **Maak rul gebakken gehakt met gekookte, gekoelde en in kwarten gesneden aardappelen.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Aardappelen-koken-in-een-snelkookpan", "language": "nl"}
Een snelkoppeling maken op je bureaublad voor een Google Documenten‐bestand
Deze wikiHow laat je zien hoe je een nieuw snelkoppelingspictogram voor een Google Docs-bestand van je Docs-account kunt maken en op het bureaublad van je computer kunt plaatsen. Je kunt de Google Chrome-browser gebruiken om een snelkoppeling op het bureaublad te maken op de pc. Met Google Chrome kun je echter geen snelkoppelingen voor het bureaublad maken op de Mac. Je kunt echter wel een webpagina als een webloc-bestand op de Mac opslaan met een webbrowser naar je voorkeur. 1. **Open Google Chrome.** Deze app is te herkennen aan een pictogram met een rood, groen en geel wiel met een blauwe stip in het midden. Google is de enige webbrowser waarmee je een snelkoppeling voor het bureaublad kunt maken vanaf een webpagina. 2. **Typ https://docs.google.com/ in de adresbalk en druk op ↵ Enter.** De adresbalk vind je bovenin Google Chrome, onder de tabs van het hoofdmenu. Je wordt nu meegenomen naar de website van Google Docs. Docs opent een lijst met je recente documenten. Als je niet automatisch wordt ingelogd, voer dan je e-mailadres of telefoonnummer in, en het wachtwoord dat je hebt gekoppeld aan je Google-account, om in te loggen. 3. **Klik op het document waarvoor je een snelkoppeling wilt maken.** Dit opent het document in de webbrowser. Als je liever een snelkoppeling op het bureaublad maakt voor je Google Docs-lijst, sla deze stap dan over en blijf op de pagina 'Recente documenten'. 4. **Klik op ⋮.** Deze optie staat in de rechterbovenhoek van Google Chrome, naast de adresbalk. Dit geeft een vervolgkeuzemenu voor opties weer. 5. **Zweef boven Meer gereedschappen.** Deze vind je iets verder dan halverwege het vervolgkeuzemenu. Er wordt een uitschuifmenu aan de zijkant geopend. 6. **Klik op Snelkoppeling maken.** Dit is de tweede optie in het menu 'Meer gereedschappen'. Dit toont een dialoogvenster voor het maken van een nieuwe snelkoppeling. 7. **Typ een naam voor de snelkoppeling.** Gebruik het tekstvak naast het pictogram van een blauw vel papier om een naam voor de snelkoppeling te typen. Je kunt het naar je document vernoemen, of het gewoon 'Google Docs' noemen. 8. **Klik op Maken.** Het is de blauwe knop in het dialoogvenster 'Snelkoppeling maken'. Dit creëert een snelkoppeling voor de geselecteerde Google Doc, en slaat deze op het bureaublad van je computer op. 9. **Open een webbrowser.** Je kunt elke webbrowser in MacOS gebruiken. Safari is de standaard webbrowser. Dit is het icoontje dat op een blauw kompas lijkt. Je kunt ook Google Chrome, Firefox of een andere webbrowser gebruiken. 10. **Typ https://docs.google.com/ in de adresbalk en druk op ↵ Enter.** De adresbalk vind je bovenin Google Chrome, onder de tabbladen bovenaan. De website van Google Docs wordt geopend. Docs zal een lijst van je recente documenten openen. Als je niet automatisch bent ingelogd, voer dan je e-mailadres of telefoonnummer in, samen met het wachtwoord van je Google-account, om in te loggen. 11. **Klik op het document waar je een snelkoppeling voor wilt maken.** Dit opent het document in de webbrowser. Als je liever een snelkoppeling op het bureaublad maakt voor je Google Docs-lijst, sla deze stap dan over en blijf op de pagina 'Recente documenten'. 12. **Sleep de webbrowser zodat je bureaublad zichtbaar is.** Als de webbrowser in volledig scherm staat, klik je op de groene knop in de linkerbovenhoek om uit de volledig scherm-modus te gaan. Klik vervolgens op een zwarte ruimte in de tabsbalk boven aan de webbrowser en sleep deze naar beneden, zodat je het bureaublad kunt zien. Je kunt ook de linker- of rechterkant naar binnen slepen, zodat het venster van de webbrowser kleiner is. 13. **Klik op de URL.** De URL staat in de adresbalk bovenaan de webbrowser. Als je op de URL klikt, wordt de hele URL gemarkeerd. Als de URL niet volledig gemarkeerd is, klik je op het einde van de URL en sleept je de muiscursor over de volledige URL om het volledige webadres te selecteren. 14. **Klik en sleep de URL naar je bureaublad.** Klik en sleep de URL naar je bureaublad terwijl de hele URL is gemarkeerd. Dit creëert een snelkoppeling op je bureaublad als een webloc-bestand. Als je op het webloc-bestand klikt, wordt de URL geopend met je standaard webbrowser. Let op dat de URL wel geselecteerd blijft als je erop klikt en sleept.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-snelkoppeling-maken-op-je-bureaublad-voor-een-Google-Documenten%E2%80%90bestand", "language": "nl"}
Een vogel vangen
In Nederland (en de rest van de EU) is het strafbaar om wilde vogels te vangen of te doden. Er zijn echter situaties waarin je gedwongen bent voor een vogel te zorgen. Gedomesticeerde vogels moeten dagelijks worden overgehaald om hun kooi in te gaan. Wilde vogels hebben daarentegen mogelijk wat aanmoediging nodig om het huis dat ze in zijn gevlogen weer te verlaten. 1. **Kijk zowel omhoog als omlaag.** Vogels kunnen moeilijk te vinden zijn, omdat ze klein genoeg zijn om zich onder huishoudelijke artikelen te verstoppen en ze omhoog, uit het zicht kunnen vliegen. Je moet mogelijk een uitgebreide zoekactie opzetten voordat je de vogel vindt. Begin door te verzekeren dat de vogel niet op een gevaarlijke plek zit. Gevaarlijke plekken zijn onder andere waterglazen, badkamers, deurposten, ramen, fornuizen en banken. Moeilijk te vinden verstopplekken zijn onder andere gordijnroedes, planten, lampen, haarden, plafondventilatoren, fotolijsten en onder meubels. Vogels kunnen zich ook verstoppen in dingen als wasmanden, dozen en lades. 2. **Blijf rustig.** Vogels begrijpen lichaamstaal, dus schreeuwen en plotselinge bewegingen zullen ervoor zorgen dat je vogel net zo angstig wordt als jij. Om hem rustig te houden, moet je zachtjes praten en je op een normale snelheid bewegen. 3. **Maak de kooi aantrekkelijk.** Het is waarschijnlijker dat je vogel zelf terug in de kooi vliegt als hij het leuk vindt om daar te zijn. De kooi moet ergens staan waar mensen samenkomen, zodat hij geïnteresseerd blijft, maar moet tevens uit de buurt van ramen staan omdat vogels denken dat ze daardoor in gevaar blootgesteld zijn. Plaats wat speelgoed in de kooi om deze uitnodigend te maken. Geef je vogel verder een speciale beloning wanneer hij uit zichzelf terug te kooi in vliegt. Geef de vogel de beloning niet op andere gelegenheden dan het terugkeren naar de kooi, anders kan het terugkeren naar de kooi minder speciaal worden. Gebruik de tijd in de kooi nooit als straf; dit zal negatieve associaties met de kooi opleveren. 4. **Maak de ruimte buiten de kooi minder aantrekkelijk.** Het is een slecht idee om je vogel buiten zijn kooi te voeren, omdat dit hem doet denken dat hij nooit meer naar de kooi hoeft voor iets dat hij nodig heeft. Reserveer de favoriete speeltjes van je vogels tevens voor in de kooi. Laat je vogel tevens ook niet denken dat hij altijd naar buiten mag. In plaats van hem één keer per week de hele dag naar buiten te laten, is het beter om een consistente dagelijkse hoeveelheid tijd buiten de kooi te bieden, om de verwachtingen in toom te houden. Hoewel je de ruimte buiten de kooi niet te aantrekkelijk moet maken, moet je er wel voor zorgen dat je vogel voldoende beweging krijgt buiten de kooi. Dat is goed voor zijn gezondheid en een vogel die moe is zal makkelijker terug de kooi in gaan. Een regelmatig slaapschema kan ook helpen in de tijd buiten de kooi te reguleren. Dat betekent dat je hem elke avond voor het slapen gaan terug in zijn kooi zet. Naarmate de lampen uitgaan, zal hij begrijpen dat het tijd is om te rusten. 5. **Roep de vogel terwijl hij wegvliegt.** Als je erbij bent wanneer je vogel ontsnapt, roep hem dan met een kalme, maar luide stem. Als hij zich realiseert dat hij ineens in het wild is en daar niet wil zijn, dan zal hij meteen naar je terug kunnen komen door het geluid van je stem te volgen. Het zien van zijn kooi kan de vogel aansporen om meteen naar jou toe te vliegen, omdat dit een bekend object in een onbekende wereld is. 6. **Houd je ogen op je vogel gericht.** Je vogel zal waarschijnlijk niet heel ver weg vliegen, omdat vogels die de meeste tijd in een kooi doorbrengen niet zulke sterke vliegers zijn. Houd je ogen op je vogel totdat hij uit het zicht is. Let op hoe hij vloog en hoe moe hij leek; deze dingen kunnen aangeven dat hij mogelijk ergens buiten je gezichtsveld geland is. 7. **Ga naar de plek waar je hem voor het laatst in de lucht zag.** Vraag vrienden en familie om met met je mee te gaan, omdat een groep mensen die naar een vogel zoekt effectiever is. Wanneer je in heb gebied bent waar je je vogel voor het laatst zag, verspreid jullie dan door het gebied. 8. **Neem een andere vogel mee.** Als je nog een vogel als huisdier hebt die de ontsnapte vogel aardig vindt, neem deze vogel dan in zijn kooi mee. Plaats de kooi waar je hem kunt zien. De vogel in de kooi zal waarschijnlijk beginnen met naar jou te roepen, wat de verdwaalde vogel kan aansporen om ook te roepen. Luister of je de roep van je verloren vogel hoort. 9. **Roep je vogel.** Als je geen tweede vogel hebt, moet je de verdwaalde vogel zelf roepen. Gebruik woorden en tonen die je vogel kent of nabootst, om hem te laten weten dat jij het bent. Hij roept mogelijk naar je terug, als hij in het gebied is. 10. **Houd de zoektocht in het begin binnen een straal van 1,5 km.** Vogels die huisdieren zijn, zullen doorgaans niet ver weg vliegen als ze eenmaal uit huis zijn ontsnapt. Kijk in bomen, op gazons en in struiken. Wees je ervan bewust dat je vogel jou tijdens de zoektocht mogelijk eerder ziet dan jij hem. Soms zal een vogel stil worden wanneer hun eigenaar in de buurt is, omdat ze zich dan meer op hun gemak voelen. 11. **Breng de kooi van de vogel naar het gebied waar je hem hebt gevonden.** Als je je vogel eenmaal hebt gevonden, moet je hem naar je toe lokken. Probeer niet om je vogel te grijpen, hoe blij je ook bent om hem te zien. Je moet kalm blijven, anders kun je je vogel laten schrikken waardoor hij weer kan wegvliegen. 12. **Breng het favoriete speelgoed van je vogel mee.** Om je vogel zijn kooi in te lokken, moet je zijn favoriete speelgoed en lekkers meenemen. Als de vogel bijzonder gesteld is op een bepaald persoon, probeer dan om die persoon ook mee te brengen. Al deze dingen kunnen gebruikt worden om je vogel terug te lokken. 13. **Roep je vogel.** Als je je vogel hebt getraind om op je vinger te stappen, roep dan “op.” Als hij goed getraind is, zou hij uit zichzelf naar je toe moeten komen. 14. **Vang hem.** Als er een tuinslang beschikbaar is, bespuit je vogel dan in een korte periode met veel water. Dit zal hem zwaar maken, zodat hij niet kan wegvliegen. Pak hem vast op een manier dat hij veilig in je handen zit, zonder te veel druk uit te oefenen; vogels zijn fragiel. Als jij of je vrienden geen ervaring hebben met het vasthouden van een vogel, probeer dan een kussensloop over hem heen te gooien. Het is belangrijk om niet te voorzichtig te zijn met de slang. Als je de vogel niet snel genoeg nat genoeg krijgt, zal hij alleen maar bang worden. Laat vrienden in de buurt staan om te kijken in welke richting hij vliegt als de vogel ontsnapt. Als ze een hoge positie kunnen vinden met een goed uitzicht, dan is dat beter. De nacht kan een goed moment zijn om vogels te vangen. Ze zijn dan vaak moe. Daarnaast kan je ze tijdelijk verblinden door een sterke zaklamp op ze te schijnen, terwijl een ander de vogel vastpakt. 15. **Houd de vogel voorzichtig vast om te voorkomen dat je hem pijn doet.** Als de vogel weerstand biedt, begin dan door een kussensloop over hem heen te gooien, om te voorkomen dat hij wegvliegt. Als de vogel eenmaal in je handen zit, moet je zijn vleugels, pootjes en kop vasthouden zonder deze in vreemde posities te duwen of de ademhaling van de vogel te beperken. Een handdoek kan je helpen om de vogel goed vast te pakken zonder te veel druk toe te passen. Het bedekken van zijn kop zal helpen om het risico dat de vogel iets ziet dat hem stress bezorgt te verminderen. Echter, zorg er wel voor dat de handdoek van ademende stof is die de zuurstoftoevoer naar de vogel niet beperkt. 16. **Zet eventuele andere vogels in hun kooien nabij een open raam.** Vogels die niet veel tijd buiten doorbrengen, zullen hun huis waarschijnlijk niet herkennen. Je vogel kan tot je huis aangetrokken worden door zijn kooi en veel van zijn favoriete voedsel op je gazon of voor je deur te zetten. Je vogel zal aangetrokken worden door de bekende kooi en zijn favoriete eten. 17. **Zet een val.** Koop indien mogelijk een val bij de dierenwinkel en zet deze buiten met voedsel erin. Dit zal de vogel aantrekken. Je kunt ook proberen om een extra kooi met voedsel erin op het dak te plaatsen en af te wachten of je je vogel ziet. Beide moeten zo hoog mogelijk worden neergezet, omdat vogels liever hoog blijven. Controleer regelmatig, omdat je vogel waarschijnlijk in paniek zal raken als hij gevangen is. Je moet een levende val gebruiken, die de vogel vangt zonder hem te verwonden. Dit is doorgaans een kooi die elke vogel die erin loopt vangt. 18. **Ga langs bij een dierenarts nadat je de vogel hebt gevangen.** Het is zeer waarschijnlijk dat een gedomesticeerde vogel die een tijdje in het wild heeft doorgebracht een ziekte heeft opgelopen of ondervoed is. Breng je vogel zo snel mogelijk naar de dierenarts voor controle. Raak niet ontmoedigd als je vogel niet meteen verschijnt. Sommige vogels kunnen jarenlang in het wild leven. 19. **Blijf rustig.** Het is belangrijk om te onthouden dat hoewel jij waarschijnlijk van slag bent dat er een vogel in je huis zit, die vogel waarschijnlijk zeer bang is. Het ergste wat je kunt doen, is gaan schreeuwen en dingen naar de vogel gooien – dit zal er alleen voor zorgen dat hij in paniek raakt en hectisch door je huis zal gaan fladderen. Blijf rustig en onthoud dat de vogel veel banger is dan jij bent. 20. **Houd je huisdieren uit de buurt van de vogel.** Als er een vogel je huis binnen komt, moet je je huisdieren in een aparte kamer zetten en de deur sluiten, zodat de vogel er niet in kan (en je huisdieren er niet uit kunnen). Met name katten vinden het heerlijk om vogels op te jagen. 21. **Sluit alle deuren naar andere kamers.** Je moet de beweging van de vogel beperken door hem te dwingen om in één kamer te blijven. Om dit te doen, moet je alle deuren die naar andere kamers leiden sluiten, zodat de vogel geen keuze heeft en in de huidige kamer moet blijven. Als de deurposten die de kamers in leiden geen deuren hebben, kun je handdoeken of dekens ophangen, zodat ze geblokkeerd zijn. Gebruik punaises om de handdoek of deken op te hangen. 22. **Trek de luxaflex omlaag en doe lampen uit.** Het sluiten van luxaflex zal voorkomen dat de vogel per ongeluk tegen een gesloten raam aanvliegt, denkend dat het een uitgang is. Als je dan verder alle lichtbronnen uitschakelt, met uitzondering van één open raam, zal de vogel tot het raam aangetrokken worden en zou hij moeten proberen zelf naar buiten te vliegen. 23. **Open een raam.** Als je één raam open laat staan en alle andere lichtbronnen elimineert, zal de vogel doorgaans naar dat raam worden getrokken. Blijf rustig, ander trek jij de aandacht van de vogel. Geef de vogel ca. 30 minuten voordat je iets anders gaat proberen. 24. **Gebruik een laken om de vogel aan te moedigen om naar buiten te vliegen.** Neem een groot laken en strek je armen zo hoog en breed mogelijk uit, zodat jij bedekt wordt. Loop dan richting de vogel en schud met het laken, om de vogel op te schrikken in de richting van het raam. Pas op dat je de vogel niet ruw aanraakt. Vogels zijn fragiel en ontvankelijk voor verwonding door zelfs relatief lichte aanraking. 25. **Bel een professional.** Sommige vogels willen gewoon in je huis blijven zitten ondanks alle aanmoediging, en bepaalde grote roofvogels zijn te gevaarlijk om zelf mee aan de slag te gaan. Als je tegen problemen aanloopt, zoek dan op internet naar een professional die wilde dieren kan verwijderen en bel deze voor hulp. 26. **Neem contact op met de lokale dierencontroledienst.** Er zijn regels die beperken wat jij kan doen tegen plaagvogels. Er zijn echter wel stappen die ondernomen kunnen worden als de vogels je eigendom beschadigen, hun uitwerpselen een gevaar voor de gezondheid zijn of als ze het gebruik van goten belemmeren. De dierencontroledienst kan je mogelijk speciale toestemming geven om de vogels te vangen of je suggesties geven om de vogels af te weren. Onthoud dat trekvogels er slechts tijdelijk zijn, het kan dus het beste zijn om gewoon te wachten tot ze vertrekken. 27. **Installeer vogelafweermiddelen.** Er zijn verschillende apparaten die legaal gebruikt mogen worden om vogels af te weren. Deze apparaten maken geluiden die vogels afschrikken wanneer ze in een bepaald gebied komen. Producten zoals de Prowler Owl zijn bedoeld om vogels te laten denken dat er roofvogels in de buurt zijn. Je kunt ook chemische polybutyleen afweermiddelen gebruiken op oppervlakken waar de vogels tot aangetrokken zijn. Voordat je deze dingen gebruikt, moet je de uitwerpselen van de oppervlakken verwijderen. Ultrasonische emitters schijnen niet effectief te zijn. Apparaten die vogels zouden afweren met luide geluiden en felle visuele effecten zijn verder minder effectief in stedelijke omgevingen, waar vogels doorgaans gewend zijn aan zulke afleidingen. 28. **Maak fysieke belemmeringen.** Als je weet waar de vogel graag nestelen, kun je obstructies maken die voorkomen dat de vogels daar komen. Installeer een blok hout op richels, in een hoek van 45 graden zodat ze daar niet kunnen nestelen. Je kunt ook vogelnetten over externe oppervlakken plaatsen. 29. **Train je vogel.** Je moet je vogel trainen om op je wijsvinger te stappen. Plaats je wijsvinger voor hem en zeg “op,” en geef hem elke keer dat hij het doet wat lekkers. Oefen dit ook wanneer je hem niet terug in de kooi doet, zodat hij het trucje niet associeert met terug in de kooi gaan. Daarbij is het goed om hem soms in de kooi te zetten en hem er vervolgens weer uit te laten, zodat hij niet denkt dat het terug gaan in de kooi betekent dat hij langdurig opgesloten wordt. Je kunt proberen om te oefenen met andere dingen dan je vinger, waaronder stokjes. Ladders kunnen bijzonder handig zijn, omdat vogels het van nature leuk vinden om hierop te lopen. Je vogel trainen om dit te doen, kan een snelle manier om hem terug in zijn kooi te zetten opleveren. Omdat vogels graag omhoog bewegen, zal je vogel het trucje leuker vinden als je je vinger langzaam omhoog brengt nadat hij erop is gestapt. Sommige mensen raden aan om deze procedure elke keer dat je de vogel terug in zijn kooi zet uit te voeren. Het idee is dat als je hem uit zichzelf laat terugvliegen, kan hij gaan geloven dat hij zijn eigen schema heeft gemaakt voor tijd buiten de kooi. 30. **Houd je vogel zo vast dat hij niet weg kan vliegen.** Als je hem eenmaal op je wijsvinger hebt, moet je je vogel zo vastnemen dat hij niet weg kan vliegen, maar dat hij wel nog comfortabel is. Een manier om dit te doen is door je duim lichtjes tegen je wijsvinger te duwen, waardoor de poten van de vogel aan je vinger worden geklemd. Je kunt tevens je andere hand zachtjes over zijn rug leggen, zodat hij zijn vleugels niet kan uitstrekken. Je kunt deze posities oefenen tijdens de algemene training, zodat je vogel eraan gewend raakt en niet anticipeert dat hij terug te kooi in moet. Verder, als je het eenmaal automatisch doet, is het minder waarschijnlijk dat je het vergeet te doen waardoor je vogel per ongeluk kan wegvliegen als hij op een vreemde of gevaarlijke plek is. 31. **Vraag de dierenarts over het knippen van de vleugels.** Als je moeite hebt met het onder controle houden van je vogel, kun je zijn vleugels laten knippen, waardoor hij slechts een beetje of helemaal niet kan vliegen, afhankelijk van hoe kort ze worden geknipt. Dit kan echter het tegenovergestelde effect hebben, omdat je vogel zichzelf dan niet moe kan maken buiten de kooi en dan juist minder gewillig is om weer de kooi in te gaan.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-vogel-vangen", "language": "nl"}
Vacuümzakken gebruiken
Vacuümzakken zijn een uitstekende manier om spullen op te bergen zonder al te veel ruimte in beslag te nemen. Met een vacuümzak gebruik je wel tot 50% minder opbergruimte. Stop de vacuümzak gewoon vol met geschikte spullen, maak hem dicht, zuig de zak vacuüm met een stofzuiger en berg de zak dan op op een veilige en koele plek. 1. **Kies een type vacuümzak uit.** Er zijn vacuümzakken te koop in verschillende vormen en maten. De bekendste zijn de platte opbergzak, de kubusvormige zak met een platte bodem en de vormeloze opbergzak. Welke vacuümzak je kiest hangt af van de spullen die je wilt opbergen. Platte zakken zijn bijvoorbeeld erg geschikt voor kleding, terwijl kubusvormige zakken en vormeloze zakken geschikter zijn voor grotere spullen als dekens. 2. **Open de zak.** Pak de rits aan beide kanten vast om de zak open te maken. Houd je ene hand aan de ene kant van de rits en je andere hand aan de andere kant. Trek de kanten dan uit elkaar. Probeer om niet zo hard te trekken dat de rits loskomt. 3. **Zet de zak met de open kant naar boven op een plat oppervlak neer.** Leg de zak op een bed, bank, vloer of tafel neer om hem in te kunnen pakken. Zorg dat de zak rechtop staat met de vulstreep naar boven toe. 4. **Kies welke spullen je op wilt bergen.** In vacuümzakken kun je verschillende zachte spullen opbergen, maar ze worden het meest gebruikt voor kleding en beddengoed. Berg geen eten, leer en bont op in deze zakken. Stop geen voorwerpen met scherpe hoeken en randen in de zak, want daardoor kunnen er gaatjes ontstaan. Zorg dat alle spullen droog zijn voordat je ze in vacuümzakken doet. 5. **Stop de spullen in de zak.** Zorg dat je de zak niet te vol stopt. Vul de zak tot aan de vulstreep. Je kunt de spullen opvouwen zodat je meer in de zak kunt stoppen. 6. **Maak de zak dicht.** Pak de rits vast met je duim en wijsvinger en trek hem langs de bovenkant van de zak. Zorg dat je de rits ten minste twee keer heen en weer schuift. Oefen iets meer druk uit om te zorgen dat de zak goed afgesloten wordt en er geen lucht uit kan ontsnappen. Als de rits loskomt bij het dichtmaken van de zak, schuif hem dan weer op de zak. Duw hem weer op de ritssluiting bovenaan de zak. Je zou twee keer een klik moeten horen. 7. **Strijk met je vingers langs de ritssluiting.** Ga met je vingers over de ritssluiting en oefen druk uit om te zorgen dat de zak volledig afgesloten is. Je zou het moeten voelen als er plekken zijn waar de zak niet goed dicht is. 8. **Draai de dop van het ventiel.** Vacuümzakken hebben bovenaan de zak een ventiel. Houd je ene hand rondom het onderste deel van het ventiel en gebruik je andere hand om de ventieldop open te draaien. Als je te hard aan de dop trekt, kan hij loskomen. Je kunt hem weer op het ventiel plaatsen door de rubberen flap onderin het ventiel te drukken. Druk de dop dan weer vast. 9. **Steek de stofzuigerslang in het ventiel.** Haal alle opzetstukken van de stofzuiger en steek de slang in het ventiel. Zorg dat je de slang in het midden van het ventiel steekt. Het ronde uiteinde van de slang zou het ventiel volledig af moeten dekken. Je kunt hiervoor geen kruimeldief gebruiken. 10. **Schakel de stofzuiger in.** Wanneer de stofzuiger ingeschakeld is zul je zien dat de zak begint te krimpen omdat de lucht eruit wordt gehaald. Je zult het weten wanneer je klaar bent, want dan krimpt de zak niet meer. Je kunt de stofzuiger dan uitschakelen. Als je donskussens en donsdekbedden in de zak gestopt hebt, haal dan niet alle lucht uit de zak. Haal slechts genoeg lucht uit de zak om hem met vijftig procent te laten krimpen, want het dons beschadigt als je meer lucht uit de zak haalt. 11. **Haal de slang uit het ventiel en doe de dop erop.** Haal wanneer je alle lucht uit de zak gezogen hebt de stofzuigerslang uit het ventiel en doe de ventieldop dicht. Zo kan er geen lucht uit de zak ontsnappen. 12. **Leg de zak op een glad oppervlak.** Vacuümzakken kun je op een glad en plat oppervlak opbergen, zoals in een kast of onder een bed. Op deze manier is de kans kleiner dat er gaatjes in de zak komen en hij verpest wordt. Zorg dat er zich geen scherpe voorwerpen in de buurt van de zak bevinden. 13. **Berg de zak niet op in de buurt van een warmtebron.** Door warmte kunnen de plastic zak en het ventiel smelten. Zelfs als de zak niet volledig smelt kan de warmte het plastic verzwakken, waardoor er sneller gaatjes in komen. Berg de zakken dus niet buiten op, in de buurt van ventilatieopeningen en stopcontacten die gebruikt worden. 14. **Berg de zak op op een plek waar er geen kinderen bij kunnen komen.** Vacuümzakken zijn gemaakt van plastic en kunnen gevaarlijk voor kinderen zijn als je ze opbergt op een plek waar kinderen er bij kunnen komen. Zorg dat je de zak op een hoge plek opbergt zodat jonge kinderen er niet bij kunnen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Vacu%C3%BCmzakken-gebruiken", "language": "nl"}
Koffie op het fornuis zetten
Of je nu te maken hebt met een stroomstoring, je koffiezetapparaat kapot is of je gewoon met nieuwe koffiezetmethoden wilt experimenteren, het kan handig zijn om te weten hoe je koffie op een fornuis zet. Er zijn verschillende manieren om heerlijke koffie op je fornuis te maken, of je nu een steelpan, een kleine kan of een mokkapot gebruikt. Hieronder worden deze drie manieren beschreven. Dus laat je koffiezetapparaat, Senseo en de om de hoek links liggen en probeer een of meerdere methoden uit. 1. **Verwarm water op je fornuis.** Een kleine pan is prima, maar je kunt ook je waterkoker gebruiken. Gebruik 250-300 ml water per kopje koffie dat je wilt zetten. Verwarm het water totdat het net kookt. Het water moet een klein beetje borrelen, maar niet krachtig. 2. **Voeg een of twee onafgestreken eetlepels (afhankelijk van de smaak) gemalen koffie toe per 250 ml.** Roer net genoeg om de koffie door het water te helpen verspreiden. Gebruik gewone filterkoffie. Probeer eerst twee eetlepels per mok. Het is gemakkelijker om te sterke koffie slapper te maken door hem te verdunnen dan het is om te slappe koffie sterker te maken. Je kunt als je dat wilt ook instantkoffie maken. Je gebruikt dan een tot twee theelepels per mok (bekijk de verpakking voor de exacte hoeveelheid). 3. **Haal het mengsel van het fornuis en dek het af.** Laat het twee tot drie minuten staan. Sommige mensen geven er de voorkeur aan om het mengsel weer even kort aan de kook te brengen, of dit zelfs twee minuten te doen. De koffie wordt daardoor bitterder, dus weet wat je lekker vindt voordat je een beslissing neemt. 4. **Roer de koffie en laat hem nog eens twee tot drie minuten afgedekt staan.** Daardoor laat je de koffie ook niet alleen trekken (hoe langer je wacht, hoe sterker de koffie wordt), maar kan de koffieprut ook naar de bodem van de pan zakken. Door aan het eind wat koud water in de pan te spetteren zakt de koffieprut naar de bodem. Als je een enkele mok koffie maakt, zou het genoeg moeten zijn om met je natte vingertoppen wat druppels water in de koffie te spetteren. 5. **Giet de koffie voorzichtig in de mok(ken).** Giet langzaam, want de koffie is nog vrij heet en de koffieprut moet op de bodem van de pan blijven liggen. Laat het laatste restje koffie in de pan zitten zodat de koffieprut er grotendeels in blijft liggen. Als je een theezeefje of een soortgelijk filter hebt, dan kun je dat op je mok leggen om nog meer koffieprut en andere resten tegen te houden. 6. **Begrijp hoe een mokkapot werkt.** Het is een metalen apparaat van Italiaanse origine dat uit drie onderdelen bestaat en stoomdruk gebruikt om koffie te zetten. Kijk hier voor een uitleg en afbeeldingen, en lees onderstaande beschrijving van een mokkapot: Een mokkapot heeft drie reservoirs: een voor water, een voor gemalen koffie en een voor de gezette koffie. Het onderste reservoir is voor het water. Het heeft meestal ook een drukventiel. Het middelste reservoir is voor fijngemalen koffie. Doe de koffie er losjes in. Het bovenste reservoir is de plek waar de gezette espresso/koffie zich verzamelt. 7. **Verwarm in je waterkoker of een pan genoeg water voor het onderste reservoir van de mokkapot.** Wanneer het water kookt haal je het van de warmtebron. Deze stap is niet verplicht, maar wordt aangeraden om te voorkomen dat de metalen mokkapot te warm wordt en de koffie een metalige smaak geeft. 8. **Vul het onderste reservoir van de mokkapot met water, bijna tot aan de rubberen ring.** Er kan een streepje in het reservoir staan. Leg de filterhouder erop. 9. **Vul de houder met koffie en strijk hem glad met je vingers.** Zorg dat er geen losse koffie op de bovenrand van de filterhouder ligt, want daardoor wordt de mokkapot niet goed afgesloten. Gebruik gewone filterkoffie die ongeveer zo fijn is als tafelzout. 10. **Schroef de bovenkant en onderkant van de mokapot op elkaar.** Zorg dat ze goed op elkaar zitten, maar draai de onderdelen niet zo stevig vast dat je ze later niet meer uit elkaar kunt halen. Wees voorzichtig, zodat de koffie niet in het water of het bovenste reservoir terechtkomt. Zorg dat de ingrediënten gescheiden van elkaar blijven. 11. **Zet de mokkapot op het fornuis en verwarm hem op een matig vuur.** Laat het bovenste deksel open. Wanneer er stoom begint te ontstaan stijgt de koffie op naar het bovenste reservoir. Je zult een puffend geluid horen terwijl de stoom ontstaat. De koffie komt als een krachtige bruine straal uit de pot en zal op den duur lichter worden. Wacht totdat de straal de kleur van gele honing heeft en haal de pot dan van het fornuis. Laat de pan niet te lang op het fornuis staan of de koffie zal aanbranden. De meeste mensen houden niet van de smaak van verbrande koffie. 12. **Wikkel een koude vaatdoek om de pot of houd hem onder de koude kraan.** Dit is niet strikt noodzakelijk, maar wordt aangeraden om te voorkomen dat de koffie een metalige smaak krijgt. 13. **Giet de gezette koffie in kopjes of een kan.** Als je deze semi-espresso te sterk vindt, dan kun je hem verdunnen met water. 14. **Verzamel je benodigdheden.** Voor deze methode kun je geen gewone koffiepot en filterkoffie gebruiken. Je hebt een ibrik nodig (ook wel cezve, briki, mbiki of toorka genoemd), een kleine metalen kan (traditioneel van messing gemaakt) die bij de hals smaller is en meestal een lang handvat heeft. Daarnaast heb je water en suiker nodig (of een minder traditionele suikervervanger). Voor deze methode heb je Turkse koffie nodig, wat erg fijngemalen koffie is. Deze koffie kun je kopen bij speciaalzaken, koffiebranders, toko's en verschillende koffiewebshops. Als je supermarkt een koffiemolen bij het koffieschap heeft, kijk dan of die een stand voor Turkse koffie heeft. Als je zelf de koffiebonen maalt, maal ze dan zo fijn mogelijk. 15. **Doe suiker in de ibrik.** Dit is niet verplicht maar wel de traditie. Voeg suiker naar smaak toe. Twee theelepels voor een ibrik met een inhoud van 250 ml is waarschijnlijk een goede richtlijn. In plaats van suiker kun je ook een kunstmatige zoetstof als aspartaam gebruiken. 16. **Vul de ibrik tot aan de hals met water.** Doe hem niet te vol. Laat in de hals wat ruimte over zodat de koffie kan schuimen, anders maak je er een troep van op je fornuis. Als je minder koffie wilt maken, heb je een kleine ibrik nodig. Hij moet tot onderaan de hals gevuld worden om goede koffie te krijgen. Een kleine ibrik heeft meestal een inhoud van 250 ml, wat genoeg is voor twee kleine koffiekopjes van 90 ml. 17. **Doe koffie bij het water, maar roer nog niet door de koffie.** Laat de koffie bovenop het water drijven. Deze drijvende koffie fungeert als barrière tussen het water en de lucht, zodat alles kan gaan schuimen. Afhankelijk van hoe sterk je je koffie wilt, gebruik je een tot twee afgestreken theelepels koffie per kopje of ongeveer drie afgestreken theelepels (of een afgeronde eetlepel) voor een ibrik van 250 ml. 18. **Verwarm de ibrik op het fornuis.** Sommige mensen raden aan om de ibrik op een laag vuur te verwarmen, maar een matig tot hoog vuur werkt ook. Je zult dan wel beter op de ibrik moeten letten om te voorkomen dat hij overkookt. De koffie schuimt. Schuimen is niet hetzelfde als koken. Laat de koffie niet koken en laat hem echt niet overkoken, tenzij je het fijn vindt om je aangebrande kookplaat krachtig te moeten schrobben om hem schoon te krijgen. 19. **Haal de ibrik van het vuur wanneer de koffie tot aan de bovenrand schuimt.** Laat het schuim zakken en roer dan door de koffie. Dit proces wordt traditioneel tot wel drie keer herhaald. Zet de ibrik weer op het vuur, wacht totdat de koffie schuimt tot bovenaan de hals, laat het schuim zakken en roer door de koffie. 20. **Giet de koffie in speciale kleine kopjes voor Turkse koffie.** Laat de koffie een tot twee minuten staan voordat je hem opdrinkt zodat de koffieprut naar de bodem kan zakken. Laat bij het gieten het laatste beetje koffie in de ibrik zitten zodat de koffieprut erin blijft zitten. Laat om dezelfde reden ook het laatste beetje koffie in je kopje zitten. Bij Turkse koffie krijg je traditioneel een glas water om de smaak weg te spoelen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Koffie-op-het-fornuis-zetten", "language": "nl"}
Je vriendje zover krijgen dat hij wil knuffelen
Sommige jongens houden ervan om te knuffelen, maar een verlegen of gereserveerde vriend kan soms wat meer aanmoediging gebruiken. Als de relatie net begonnen is, kan het even duren voordat het intiemer wordt. In welk stadium de relatie zich ook bevindt, vergeet niet om met respect en eerlijkheid met elkaar te communiceren. 1. **Kies je moment.** Een rustig moment naast elkaar zitten is een goed moment om te knuffelen. Probeer een filmavond bij kaarslicht te regelen en neem een deken mee om onder te kruipen als het koud is. Je kunt ook een moment proberen na een date die bijzonder goed is gegaan, wanneer je je extra hecht en gelukkig voelt. 2. **Leg je hoofd op de schouder van je vriendje.** Schuif naar hem toe en leun tegen hem aan. Hopelijk begrijpt hij de hint en reageert hij positief. 3. **Leg je hand op hem.** Leg je hand op zijn knie, of sla je arm om zijn schouder en trek hem tegen je aan. 4. **Kijk in zijn ogen.** Als hij nog niet dichterbij is gekomen, draai je dan naar hem toe, kijk naar zijn gezicht en glimlach. Als je wilt, dan kun je voor een kus gaan. 5. **Vraag hem om je te knuffelen.** Sommige jongens zijn verlegen en zenuwachtig over het verkeerd interpreteren van signalen. Zeg hem dat je wilt knuffelen, en laat hem in zijn eigen tempo reageren. Als hij nog steeds niet reageert, praat er dan over, zoals beschreven in het volgende deel. 6. **Praat met je vriendje.** Open, eerlijke communicatie is essentieel voor een relatie. Niet-seksuele fysieke intimiteit is misschien niet zo belangrijk voor je vriendje als voor jou. Wees duidelijk over wat je wilt en waarom, anders realiseert hij zich misschien niet hoe belangrijk dit is. Druk je gevoelens uit met zinnen die beginnen met 'ik'. Dit is effectiever dan hem te beschuldigen of te klagen over zijn gedrag. 7. **Luister naar zijn reactie.** Geef hem je volledige aandacht en moedig hem aan om feedback te geven over wat je hebt gezegd. Hoe meer je luistert zonder oordeel of boosheid, hoe gemakkelijker het zal zijn voor hem om zich voor je open te stellen. Besteed ook aandacht aan zijn lichaamshouding en de toon van zijn stem. Als hij stug of niet communicatief overkomt, dan zit hem mogelijk iets dwars. Het kan een aantal geduldige pogingen vergen voordat hij het bespreekt. 8. **Begrijp mannelijke perspectieven.** Veel mannen zijn geconditioneerd om te denken dat het tonen van emotie een zwakte is. Je vriendje kan zich kwetsbaar of onzeker voelen bij het knuffelen, of het gevoel hebben dat het niet past bij een stoer, macho persoon. Als je denkt dat dit het geval is, wees dan geduldig en laat hem zich langzaam aanpassen. Het kost hem tijd om uit zijn schulp te kruipen en een zachtere kant te laten zien. Zelfs mannen die niet macho lijken aan de oppervlakte, zijn vaak langzamer in het tonen van genegenheid dan vrouwen. Veel mannen willen het tonen van genegenheid liever privé houden. Vraag hem of er bepaalde vormen van genegenheid zijn die hij liever niet in het openbaar wil tonen, althans voor nu. 9. **Realiseer je dat mensen verschillende behoeften hebben.** Misschien vindt je vriendje intimiteit geen probleem, maar niet zo vaak als jij zou willen. In dit geval heeft hij waarschijnlijk minder intimiteit nodig dan jij zou willen. Sommige mensen zijn het gelukkigst met het een paar keer per week delen van fysieke intimiteit, of geven de voorkeur aan kleine gedeelde momenten boven uren doorbrengen in een innige omhelzing. Respecteer zijn verlangen om alleen te zijn of om zich te ontspannen, en vraag hem om ook je verlangen om meer tijd vrij te maken voor lichamelijk contact te respecteren. 10. **Plaats dit in de context van jullie intimiteit.** Respecteer dat je vriendje anders over deze activiteiten denkt dan jij. Hier zijn een paar gesprekspunten die jullie zou kunnen bespreken, afhankelijk van de status van jullie relatie: Als je niet seksueel intiem bent, is je vriendje misschien niet klaar voor hetzelfde niveau van intimiteit als jij. Je moet misschien even op de rem trappen en hem de relatie in zijn eigen tempo laten verkennen. Als jullie wel seksueel contact hebben, kan je vriendje dit zien als alle fysieke intimiteit die je nodig hebt. Leg uit dat niet-seksuele intimiteit verschillende behoeften voor je vervult. 11. **Verken geduldig jullie intimiteit.** Zoek uit waar je vriendje zich in dit stadium prettig bij voelt. Probeer zijn hand vast te houden en zachtjes te strelen met je duim, te knuffelen of een kus te stelen als je over straat loopt. Als hij zich wegtrekt of er niet van lijkt te genieten, probeer dan iets subtielers te vinden. Als hij het echter wel leuk lijkt te vinden, maak dan langzaam en geleidelijk aan je pogingen tot genegenheid duidelijker en vaker. Denk er altijd aan dat je, zodra hij zich ergens ongemakkelijk bij voelt, de missie afbreekt en terugkeert naar een niveau dat hij als prettig ervaart. Na verloop van tijd zou hij de hint moeten begrijpen en meer moeten gaan reageren. Werk hier geleidelijk naar toe en uiteindelijk komen jullie wel aan bij het knuffelmoment. Haasten is een grote fout in deze. Als je hem onder druk zet om iets te doen waar hij zich niet prettig bij voelt, dan kan hij zich hiertegen verzetten en minder erin meegaan. 12. **Praat over gebrek aan intimiteit als dit aanhoudt.** Ja, geduld en compromissen zijn de sleutel tot een relatie, maar dit is een tweerichtingsverkeer. Als je partner niet naar je luistert of deze discussie niet serieus neemt, dan voldoet hij niet aan zijn rol binnen de relatie. Maak hem duidelijk dat je verwacht dat hij je gevoelens respecteert en een eerlijke poging doet om een compromis te vinden. Als je een ernstig tekort aan genegenheid ervaart en geen poging tot verbetering ziet, dan kan het tijd zijn om de relatie te beëindigen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-vriendje-zover-krijgen-dat-hij-wil-knuffelen", "language": "nl"}
Een Trojaans paard verwijderen
Een Trojaans paard is een virus dat zich hecht aan een onschadelijk bestand en zich insluit in je systeem. Deze bestanden komen vaak mee met spam of scam e-mails, of door op onbekende links te klikken. Een Trojanvirus kan je dag volledig verknoeien, maar gelukkig ze zijn vrij gemakkelijk te verwijderen. Volg deze gids om die ongewenste Trojans uit je systeem te verwijderen. 1. **Systeemherstel uitschakelen.** Trojans hebben de nare gewoonte om zich in herstelpunten te nestelen, wat ervoor kan zorgen dat je computer continue geïnfecteerd blijft, zelfs nadat je het virus hebt verwijderd. Open je System properties (Systeem eigenschappen). Je kunt deze vinden door te rechtsklikken op Computer en Properties te selecteren. In Windows 8, druk je op Windows key + X en selecteer je System. Klik op System protection. Klik de Configure. Schakel de systeembeveiliging uit en verwijder alle herstelpunten van je. Hierdoor ben je er zeker van dat het virus zich niet kan kopiëren via System Restore. Je kunt System Restore weer inschakelen zodra het virus is verwijderd. 2. **Installeer een antivirus programma, mocht je deze nog niet hebben.** Er zijn verscheidene goede, gratis opties beschikbaar, waaronder Malwarebytes of Avast!. Het kan zijn dat een betaalde versie betere resultaten geeft, om die over het algemeen meer definities hebben waar de virussen mee kunnen worden ontdekt. 3. **Herstart in Safe Mode (Veilige modus).** Herstart je computer en druk meerdere malen op F8 tot het Advanced Boot menu verschijnt. Selecteer Safe Mode, of Safe Mode with Networking als je in staat wilt zijn om bestanden te downloaden tijdens het verwijderen van het virus. 4. **Verwijder onbekende programma's.** Trojans installeren vaak programma's waar je geen goedkeuring aan hebt gegeven. Ben je eenmaal in Safe mode, open dan het Control Panel (Configuratiescherm) en selecteer Add/Remove Programs of Programs and Features. Blader door de lijst met programma's waar je geen goedkeuring aan hebt gegeven en verwijder deze. 5. **Start een scan met je antivirus programma.** Afhankelijk van het aantal bestanden op je computer, kan dit enkele uren in beslag nemen. Afhankelijk van het virus krijg je verschillende resultaten: Je scan ontdekt nu misschien een virus en kan dit succesvol verwijderen. Als dit gebeurt, draai de scan dan nogmaals, maar dan in Safe Mode. Als er niets wordt ontdekt, herstart dan je computer en draai de scan nogmaals na een gewone start. Als het virus niet wordt ontdekt, dan is je computer waarschijnlijk schoon. Het kan zijn dat je scan een virus ontdekt, maar niet in staat is het te verwijderen. Als dit gebeurt, zoek dan onder de exacte naam van het virus bij de belangrijkste antivirus bedrijven, zoals Norton of Kaspersky. Je zou aldaar instructies moeten kunnen aantreffen, specifiek voor het virus waar je mee te maken hebt. Het kan zijn dat je scan niet alles detecteert. Als dit gebeurt, installeer dan een ander antivirus programma en probeer het nogmaals. Als het tweede antivirus programma geen resultaten oplevert, en je bent zeker dat je computer is geïnfecteerd met een virus, maak dan een back-up van je data en formatteer je systeem nogmaals.De grote antivirus bedrijven zijn misschien bereid om je direct te helpen het virus te identificeren en verwijderen, mocht hun programma het niet kunnen detecteren. 6. **Open je antivirus programma.** Doe een volledige scan. 7. **Download rkill.exe.** Draai deze tot het stopt. 8. **Download tdsskiller.** Draai deze tot het stopt. Volg de aanwijzingen. 9. **Herstart de computer niet na de vorige stappen.** 10. **Download een gratis versie van Malwarebytes.** Draai 2 keer een scan 2. 11. **Start opnieuw op.** 12. **Download Rogue Killer.** Start de scan. 13. **Start opnieuw op.** 14. **Open je antivirus programma nogmaals.** Doe een andere volledige scan. Het virus zou nu moeten zijn verwijderd.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-Trojaans-paard-verwijderen", "language": "nl"}
Welke soorten empowerment zijn er?
Het woord empowerment is inmiddels in het Nederlands ook behoorlijk goed ingeburgerd. Empowerment is in feite een vorm van emancipatie waarmee je jezelf, een ander, of een bepaalde groep mensen innerlijke kracht geeft en daardoor mondiger maakt. Empowerment houdt in dat mensen meer controle over hun leven krijgen en daardoor op een bepaalde manier meer macht. Meestal spreken we over empowerment met betrekking tot mensen die op de een of andere manier benadeeld zijn. Het spreekt daarom voor zich dat er meerdere soorten empowerment bestaan. In dit artikel hebben we een aantal verschillende soorten empowerment voor je beschreven, met voorbeelden van ieder type. Denk terwijl je leest eens na over de manieren waarop ook jij jezelf en anderen meer kracht zou kunnen geven. 1. **Je gelooft dat je de macht hebt om je eigen omstandigheden te veranderen.** Stel jezelf om je eigen macht en kracht te vergroten haalbare doelen en houd jezelf verantwoordelijk voor je daden. Verdeel je uiteindelijke doel in meetbare stappen en beloon jezelf voor het bereiken van iedere mijlpaal. Naarmate je merkt dat je vooruitgang boekt zul je je steeds krachtiger gaan voelen. Denk na over wat je allemaal al gedaan hebt in je leven en wat je bereikt hebt. Op die manier zul je makkelijker kunnen beslissen wat je nog meer wilt gaan doen en hoe je kunt voortbouwen op je al behaalde succes. Als je bijvoorbeeld een jaar geleden bent begonnen met hardlopen, kunt je besluiten dat je eerstvolgende doel het meedoen aan een wedstrijd van vijf of tien kilometer is. Aarzel niet om hulp te vragen aan anderen! Het is heel normaal dat je het eng vindt om om hulp te vragen, omdat je het als een teken van zwakte ziet of omdat je bang bent afgewezen te worden. Maar als je hulp nodig hebt en hem kunt krijgen, geeft dat je kracht om vervolgens nog beter je best te doen. 2. **Alle genderidentiteiten zouden moeten kunnen bijdragen aan de maatschappij.** Traditioneel hebben mannen helaas meer macht en kansen dan vrouwen. Maar ook vrouwen die als vrouw geboren zijn hebben vaak meer macht en mogelijkheden dan non-binaire of transgender personen. Bij empowerment voor genders gaat het erom iedereen op te beuren en ervoor te zorgen dat elk individu een plaats aan tafel heeft, zonder dat er onderscheid gemaakt wordt op basis van geslacht of identiteit. Het normaliseren van bijvoorbeeld genderneutrale voornaamwoorden is een eenvoudige manier om alle genderidentiteiten te versterken. Je kunt bijvoorbeeld je voornaamwoorden vermelden in je profiel op sociale media (ook als je denkt dat ze vanzelfsprekend zijn), of er een gewoonte van maken mensen even naar hun voornaam te vragen, in plaats van te blijven gissen. Respecteer en onthoud de namen en voornaamwoorden van mensen, ook als ze veranderd zijn en iemand nu liever op een andere manier aangesproken wil worden. Als je een fout maakt, bied dan snel je excuses aan, verbeter jezelf en ga verder. Als je een groepsdiscussie of project leidt, nodig dan mensen van alle geslachten uit om een bijdrage te leveren en zorg ervoor dat iedereen aan het woord komt. 3. **Sociale empowerment of emancipatie houdt in dat je gelooft dat je een verschil kunt maken in de samenleving.** Empowerment op sociaal gebied helpt mensen hun stem te vinden om zich uit te spreken tegen negatieve of schadelijke aspecten van de maatschappij waarin ze leven. Iemand die zich sterk voelt en mondig is, gelooft dat hij of zij de samenleving echt ten goede kan veranderen, in de vorm van ofwel individuele ofwel collectieve daden. Door deel te nemen aan een demonstratie voor mensenrechten kun je de maatschappij bijvoorbeeld meer macht geven. Je gelooft in de kracht van jouw stem om als collectief jullie samenleving te veranderen. Ook het zien van anderen die net als jij hun stem laten horen, kan kracht geven. Greta Thunberg heeft bijvoorbeeld een generatie jonge vrouwelijke mlieuactivisten geïnspireerd die zich gesterkt voelden door te zien dat een meisje dat op een bepaalde manier op hen lijkt haar mond opendoet over klimaatverandering. 4. **Werk mee aan gratis toegang tot hoogwaardige vormen van onderwijs.** Als mensen de mogelijkheid hebben om iets te leren, hebben ze het gevoel dat ze meer controle hebben over dat onderdeel van hun leven. Voorbeelden hiervan zijn het wegnemen van financiële barrières voor onderwijs en het aanbieden van meer gratis cursussen, training en informatie. Mensen die bij een steunpunt voor juridisch advies werken machtigen bijvoorbeeld hun cliënten om zelfstandig juridische problemen op te lossen door ze kennis te verschaffen op het gebied van juridische terminologie en gerechtelijke processen. Een ander voorbeeld van educatieve emancipatie is de missie van wikiHow om iedereen op de wereld te leren hoe je wat dan ook kunt doen . Door je te laten leiden door je nieuwsgierigheid en te proberen zoveel mogelijk te weten te komen, kun je jezelf mee macht en kracht geven op het gebied van onderwijs. Volg daarom je nieuwsgierigheid om nieuwe dingen te leren en nieuwe gaven en talenten in jezelf te ontdekken. Door inheemse of buitenlandse studenten les te geven in hun eigen taal kunnen ze mondiger worden op zowel educatief als cultureel gebied. 5. **Werk aan financiële emancipatie door mensen financiële middelen te geven.** Veel mensen zijn in feite een beetje bang voor geld, investeren en zakendoen omdat ze het niet goed begrijpen en niet de middelen hebben om het allemaal zelf te beheren. Intuïtieve, gebruiksvriendelijke gereedschappen kunnen bij mensen de angst voor de financiële wereld wegnemen en helpen bij het nemen van betere beslissingen op geldgebied. Zo kunnen mensen bijvoorbeeld door middel van budgetterings- of beleggingsclubs of -cursussen een begin leren maken met het plannen van hun toekomst. Een ander voorbeeld zijn programma’s gericht op het verlenen van microkrediet door non-profitorganisaties die zorgen voor empowerment op economisch gebied in ontwikkelingslanden. Deze programma's verstrekken startkapitaal aan plaatselijke ondernemers of ambachtslieden die daarmee hun eigen bedrijfje kunnen starten. In bredere zin zorgt empowerment op financieel gebied ervoor dat mensen verder kunnen denken, in plaats van alleen maar bezig te zijn met overleven, zodat ze hun financiële toekomst en algehele economische welzijn in eigen hand kunnen nemen. 6. **Zorg voor een grotere diversiteit bij het stemmen en voor meer mogelijkheden in de politiek als geheel.** Mensen voelen zich op politiek gebied sterker als ze zien dat personen met wie ze iets gemeen hebben, machtsposities bekleden in de politiek, of zich verkiesbaar stellen. Het steunen van vrouwen, gehandicapten en kandidaten met een andere huidskleur of een migratieachtergrond helpt volgende generaties mondiger te maken. Als je bijvoorbeeld de eerste burgemeester van je stad in een rolstoel helpt kiezen, vergroot je daarmee de kans dat andere gehandicapten zich in de toekomst verkiesbaar zullen stellen. Ervoor zorgen dat mensen zich inschrijven om te gaan stemmen, en op de dag van de verkiezingen mensen naar de stembus begeleiden is een andere manier om iedereen op politiek gebied mee te laten doen. 7. **Moedig mensen aan om empathie ofwel begrip voor anderen te tonen en gebruik dit vervolgens om psychologische emancipatie te vergroten.** Je wordt psychologisch mondig als je de impact begint te begrijpen van allerlei bestaande vooroordelen en sociale normen en waarden, op je eigen gedrag en dat van anderen. Psychologische empowerment is belangrijk om systemische vooroordelen te doorbreken, waaronder structurele vormen van racisme in verschillende westerse landen. Door te luisteren naar de ervaringen van mensen van verschillende rassen of sociaaleconomische achtergronden en hun verhalen te delen werk je mee aan het opbouwen van empathie en bewustzijn, wat je psychologisch krachtiger maakt. Praten met andere mensen die dezelfde dingen meemaken als jij kan je ook kracht geven, omdat het je helpt beseffen dat je niet de enige bent. Zien dat iemand anders hetzelfde probleem heeft gehad als jij en het heeft kunnen oplossen, geeft je hoop. 8. **Zorg voor goede gezondheidszorg om mensen lichamelijk sterker te maken.** Niemand zal een leven leiden zonder ooit gewond te raken of ziek te worden, maar het geeft je kracht als je weet dat als je ziek wordt of gewond raakt, er voor je gezorgd zal worden en dat je beter zult worden. Voor gehandicapten en chronisch zieken kan lichamelijke zelfstandigheid inhouden dat deze mensen toegang hebben tot bepaalde aanpassingen waardoor ze dezelfde dingen kunnen doen en er in dezelfde mate toegang toe hebben, als mensen zonder lichamelijke beperkingen. Lichamelijke zelfstandigheid is ook een belangrijke vorm van empowerment. Om je krachtig te voelen, zul je het gevoel moeten hebben dat je controle hebt over je eigen lichaam en het recht om andere mensen ervan te weerhouden je aan te raken op een manier die jij niet prettig vindt. Wees blij met je uniekheid en houd van je lichaam zoals het is; probeer jezelf niet met anderen te vergelijken voor wat betreft je uiterlijk of je mogelijkheden. Zorg goed voor jezelf. 9. **Seksuele emancipatie houdt in dat mensen zich vrij voelen om zonder angst hun seksualiteit te uiten.** Iemand die seksueel mondig is, omarmt zijn of haar seksualiteit en is er blij mee, en ziet het allemaal niet als een grote bron van verlegenheid of schaamte. Je kunt mensen seksueel mondiger maken door ze niet te veroordelen of te schande te maken vanwege hun seksuele voorkeuren en door open te staan voor verschillende vormen en uitingen van seksualiteit. Veel mensen voelen zich seksueel zekerder als ze omringd worden door mensen met een seksualiteit die vergelijkbaar is met die van henzelf. Als je bijvoorbeeld onlangs uit de kast bent gekomen als homo, kun je je seksueel sterker voelen door naar homobars te gaan of door speciaal voor homoseksuele mannen bedoelde datingapps te gebruiken. Naar LGBTQ+ en Pride-festivals gaan is een geweldige manier om je eigen seksuele empowerment te vergroten. Sommige vrouwen gaan zich seksueel sterker voelen door bijvoorbeeld paaldansles te nemen. 10. **Leer mensen hoe ze hun gemeenschap effectief kunnen organiseren en verbeteren.** Een gemeenschap macht en kracht geven is vooral belangrijk bij de wederopbouw na een ramp. Maar wanneer een gemeenschap geconfronteerd wordt met een of ander probleem, zullen de leden ervan eerder bij elkaar komen als ze geloven dat ze het probleem samen kunnen oplossen. De bewoners van een bepaalde straat of buurt kunnen bijvoorbeeld bij elkaar komen en in groepsverband zwerfvuil oprapen om zo te helpen hun buurt schoon te houden. Vervolgens kan de schone buurt de bewoners in staat stellen weer andere stappen te zetten om de gezondheid en de veiligheid van hun gemeenschap te verbeteren. Ook het aanleggen van een gemeenschappelijke tuin of het oprichten van groepen waar alle leden van de gemeenschap iets aan kunnen hebben, zoals een fietsclub of een boekenclub, zijn manieren om een gemeenschap machtiger en onafhankelijker te maken. 11. **Organisatorische emancipatie of empowerment houdt in dat mensen het gevoel hebben dat ze meer macht en invloed hebben binnen hun organisatie.** Dit type empowerment speelt vaak een rol binnen de werkomgeving, maar het kan ook van toepassing zijn op scholen, vrijwilligersorganisaties of verenigingen. Zelfs mensen die zelf geen manager zijn of autoriteit hebben binnen de organisatie kunnen zich toch empowered voelen zijn als ze weten dat het bestuur zal reageren als ze problemen aankaarten. Als een manager bijvoorbeeld een ideeënbus op zijn bureau heeft staan en maandelijks op alle suggesties ingaat, zullen de werknemers zich waarschijnlijk een stuk sterker voelen staan. Op een school kan de leerlingenraad bijvoorbeeld een vorm van organisatorische kracht zijn voor studenten. Jongeren die in de leerlingenraad zitten hebben meestal het gevoel dat ze meer macht hebben om een verschil te maken op het gebied van de organisatie van de school en het onderwijs. 12. **Dit houdt in dat mensen worden aangemoedigd om hun culturele gebruiken en tradities te behouden en er uitdrukking aan te geven.** Mensen praten meestal over culturele emancipatie in verband met minderheden of inheemse culturen die zich bedreigd voelen door invasie en kolonisatie. Culturele empowerment heeft ook gevolgen voor immigranten in een land die onder druk kunnen worden gezet om hun inheemse cultuur op te geven en zich aan te passen aan de cultuur van hun nieuwe land. Het erkennen van en leren over culturele feestdagen versterkt die culturen bijvoorbeeld. Mensen leren om culturele tradities te respecteren, zelfs als ze ze niet delen, geeft die culturen de kracht om hun tradities in stand te houden en de waarde ervan in te zien. Het onderwijzen en gebruiken van inheemse talen bevordert empowerment op cultureel gebied. Op bestuurlijk niveau kunnen deze culturen ook gesterkt worden door het veranderen van plaats- of straatnamen zodat ze meer in overeenstemming zijn met de oorspronkelijke inheemse naam.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Empowerment-defini%C3%ABren", "language": "nl"}
Een hond helpen om een verstopping in de darm op te lossen
Als je hond iets heeft gegeten dat slecht voor hem is, kan dat zijn verteringssysteem blokkeren. In sommige gevallen kun je helpen om de verstopping natuurlijk op te lossen. Er zijn echter gevallen waarbij een gastro-intestinale verstopping door een dierenarts verwijderd moet worden. Als hondeneigenaar moet jij besluiten of jij je hond kan helpen of hem naar de dierenarts moet brengen. Met jouw hulp kunnen sommige mogelijke verstoppingen door het lichaam van je hond bewegen zonder het dier te schaden en zonder dat er hulp van een dierenarts nodig is. Het beste resultaat voor je huisdier wordt echter altijd bereikt door je hond direct naar de dierenarts te brengen als je doorhebt dat hij iets verkeerds heeft doorgeslikt. 1. **Controleer je hond op veel voorkomende symptomen van een verstopping.** Als je hond iets verkeerds gegeten heeft, maar verder gewoon gezond lijkt, kun je ervoor kiezen om een mogelijke verstopping thuis te behandelen. Echter, als je hond ziek gedrag vertoont, is er directe behandeling nodig. Enkele symptomen die aanduiden dat je hond direct behandeld moet worden zijn: Overgeven Zwakte Diarree Verlies van eetlust Tekenen van pijn Uitdroging Opgeblazenheid 2. **Bepaal of het mogelijk is dat de hond de verstopping uitpoept.** Als je hond iets verkeerds heeft gegeten is het mogelijk dat het zonder problemen door het verteringssysteem van de hond beweegt. Er zijn echter dingen die een hond fysiek niet kan uitpoepen, omdat ze te groot, te ruw of te gevaarlijk zijn. Het is het beste om je hond te laten nakijken door een dierenarts, deze kan bepalen of je hond geopereerd moet worden. Kleine dingen, zoals kleine stukjes krijt of papier, kunnen doorgaan zonder problemen door het verteringssysteem bewegen. Als je hond een ruw of scherp ding heeft ingenomen, moet je hem meteen naar de dierenarts brengen. Je weet niet altijd wat je hond heeft gegeten als hij een verstopping in zijn darmen heeft. Echter, als je het wél weet, kun je de situatie beter evalueren. 3. **Denk aan bijkomende risico's.** Een volledige verstopping is niet het enige gevaar voor de gezondheid van je hond als hij iets verkeerds eet. Dingen die geen voedsel zijn, kunnen bijvoorbeeld een vergiftiging of interne verwondingen opleveren. Als je hond bijvoorbeeld touw eet, dan zou dat touw in de darmen kunnen snijden terwijl het door spierbeweging in de buik wordt verplaatst. 4. **Houd de vitale functies van je hond in de gaten.** Als je besluit om de verstopping natuurlijk op te lossen, dan moet je de gezondheid en vitale functies van je hond goed in de gaten houden. Houd de ademhaling, hartslag, eetlust, stoelgang ritme en algemene houding in de gaten. Als een van deze dingen verslechtert, moet je de hond direct naar de dierenarts brengen. Een verstopt verteringssysteem kan levensbedreigend zijn. Als je vermoedt dat je hond de verstopping niet uitpoept en als zijn situatie niet snel verbetert, moet je de hond door een dierenarts laten behandelen. Als je hond niet eet vanwege de verstopping, of als hij overgeeft of lethargisch is, moet je je huisdier direct naar de dierenarts brengen. 5. **Let op overgeven.** Als je hond iets verkeerds heeft gegeten, dan geeft hij het mogelijk weer over. Grote dingen kunnen lang in de maag blijven, en de hond kan het dan uiteindelijk overgeven zonder nadelige effecten op de gezondheid van het dier. Het overgeven zelf is een symptoom van veel verschillende gezondheidsproblemen bij huisdieren. Als je hond heeft overgegeven, is dat dus niet direct een teken van een gastro-intestinale verstopping. 6. **Zoek naar bewijs dat hetgeen dat de verstopping veroorzaakte het verteringssysteem uit is gekomen.** Als je zeker weet dat je hond iets verkeerds heeft gegeten, zoek dan naar bewijs dat het uit het lichaam van je hond is. Bekijk steeds de uitwerpselen van je hond om hetgeen dat hij heeft doorgeslikt te zoeken. Dingen die je hond eet kunnen lang in het lichaam blijven zitten of juist snel worden uitgeworpen. Hoe lang het duurt voordat een verstopping is opgelost, kan per object verschillen. 7. **Breng je hond naar de dierenarts.** Als je hond zich ziek gedraagt en je denkt dat hij iets heeft gegeten dat zijn verteringssysteem blokkeert, dan is het een goed idee om het dier door een dierenarts te laten nakijken. De dierenarts kan een röntgenfoto, echo of endoscopie doen om te bepalen of er het verteringssysteem van je hond inderdaad verstopt is. Een endoscopie is een procedure waarbij de dierenarts een camera in de keel van de hond, naar zijn verteringssysteem brengt om te zoeken naar een verstopping. Bij een endoscopie kan de dierenarts kleine verstoppingen mogelijk direct verhelpen, middels hulpstukken die aan de scoop bevestigd worden. 8. **Bespreek behandelingsopties.** Als je hond inderdaad een verstopping heeft en het hem ziek maakt, dan is directe behandeling door de dierenarts nodig. Overleg met de dierenarts wat de behandelingsopties zijn. Doorgaans omvatten die ook endoscopische ingrepen en/of chirurgische ingrepen. De dierenarts zal je hond vloeistoffen en medicatie moeten geven, om zijn systeem te stabiliseren voordat hij opereert. 9. **Geef nazorg.** Nadat je hond is geopereerd, moet hij thuis speciale verzorging krijgen. Deze verzorging bestaat doorgaans uit het verzorgen van de incisielocatie, het voeren van een aangepast dieet en het geven van heel veel liefde en aandacht. Nadat je hond is hersteld, moet je proberen te voorkomen dat hij in de toekomst weer vreemde en onverteerbare dingen eet.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-hond-helpen-om-een-verstopping-in-de-darm-op-te-lossen", "language": "nl"}
Je beste vrienden op Snapchat bekijken
Dit artikel zal je leren hoe je een lijst kan bekijken van de contactpersonen die je op Snapchat het vaakst hebt gecontacteerd. 1. **Open de Snapchat-app.** Dit lijkt op een wit spook op een gele achtergrond. Als je niet ingelogd bent bij Snapchat, klik dan op en voer je gebruikersnaam (of e-mailadres) en wachtwoord in. 2. **Veeg naar beneden op het camerascherm.** Hierdoor zal je profielpagina geopend worden. 3. **Klik op Mijn vrienden.** Dit is de laatste optie onderaan deze pagina. 4. **Bekijk de sectie ‘Beste vrienden’.** Deze sectie bevindt zich bovenaan de pagina ‘Mijn Vrienden’, vlak boven de kop ‘Mijn vrienden’. Iedereen onder de kop ‘Beste vrienden’ en voor de kop ‘Mijn vrienden’ is een van jouw Beste vrienden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-beste-vrienden-op-Snapchat-bekijken", "language": "nl"}
Knuffelen
Knuffelen is een goede manier om genegenheid te tonen. Door te knuffelen laat je merken dat je om de ander geeft en dat je in goede en slechte tijden voor hem of haar klaarstaat. Maar jouw geliefde of de persoon op wie je 'een oogje' hebt, wil je natuurlijk op een andere manier omhelzen dan dat je bij een vriend of familielid doet. Lees verder voor enkele tips over de beste manieren om te knuffelen met de personen waar je heel veel van houdt. 1. **Benader je hem of haar voorzichtig.** Glimlach, zeg wat lieve woordjes of geef een compliment. Wees er zeker van dat de ander een knuffel verwacht! Het kan namelijk ongemakkelijk aanvoelen als je vanuit het niets de ander ineens een knuffel geeft (zeker als je in de stad bent). Knuffels zijn gebruikelijk bij feestelijke gebeurtenissen zoals verjaardagen en bij het afstuderen, maar bijvoorbeeld ook wanneer men herenigd wordt na elkaar lang niet gezien te hebben. 2. **Buig voorover en vouw je armen om de ander heen, terwijl je hem of haar tegen je aandrukt en een warme knuffel geeft.** Als je een jongen bent, dan zouden haar armen om jouw nek gevouwen moeten zijn en jij zou haar dan om haar middel moeten vasthouden. Hou haar voor enkele seconden in deze positie vast en laat haar los zodra zij loslaat. Kijk haar, terwijl jullie loslaten, in haar ogen aan en ga op een natuurlijke manier verder met jullie gesprek. Als je een meisje bent, wikkel je armen dan om zijn nek en druk je borst licht tegen de zijne. Laat hem los zodra hij jou loslaat. Blijf niet aan hem hangen, dit komt wanhopig over. 3. **Loop naar je vriend toe.** Geef hem of haar een oprechte glimlach. 4. **Omhels je vriend.** Meiden: Sluit je ogen en bedenk hoeveel je van de ander houdt, tijdens het knuffelen. Gebruik zoveel druk als je wil, zonder je vriendin hierbij plat te drukken. Geef de ander geen klopje op de schouders. Sommige meiden kunnen namelijk denken dat je hen niet aardig vindt, als je op deze manier knuffelt. Jongens: Omhels elkaar stevig en geef elkaar een klopje op de bovenkant van de rug. Als jullie een emotioneel moment hebben, hou de knuffel dan even vast en geef elkaar geen rugklopje. 5. **Benader je geliefde en leg je handen op zijn of haar schouders.** Dit is een romantische ervaring voor beiden, ongeacht wie met knuffelen begint. 6. **Kijk je lief in de ogen aan en zeg:** "Ik hou van jou." Als je wil, vertel de ander dan hoeveel je om hem of haar geeft en hoe heerlijk het is om iedere seconde samen te zijn. 7. **Val in elkaars armen en knuffel de ander zo lang je wil.** Jongens: Laat beide handen voorzichtig vanaf haar schouders naar beneden glijden, plaats ze op haar taille en laat je handen dan naar haar onderrug glijden. Leg je hoofd op haar schouder en knuffel haar zo lang als je wil. Als je wil, kun je haar een korte massage geven om haar zo op te warmen. Je kan haar ook optillen en dan naar je toetrekken. Deze knuffel valt erg in de smaak bij de meiden. Als jullie elkaar loslaten kun je haar blik vangen, oprecht glimlachen en (als het gepast is) kun je haar welgemeend zoenen. Meiden: Strek je armen naar hem uit en wikkel ze om zijn nek en schouders. Leun met je lichaam zo dicht mogelijk tegen hem aan, waarbij je jouw bovenlijf tegen de zijne drukt. Als het een hele intieme situatie is, is het gepast om jouw been om die van hem te wikkelen. Hou je armen niet onder zijn schouders en zorg dat je hem niet te stevig omhelst (zelfs niet als jullie ongeveer dezelfde lengte hebben). 8. **Loop naar je familielid toe en benader hem of haar met vriendelijke gevoelens.** Natuurlijk is dit een ander soort vriendelijkheid dan hetgeen je voelt voor een geliefde, iemand waar je een 'oogje' op hebt of een goede vriend (tenzij jij en je familielid ook vrienden zijn). 9. **Omhels je familielid.** Praten tijdens het omhelzen is OK. Het is niet belangrijk waar je jouw handen plaatst, omdat de persoon die je omhelst er niet meer bij denkt. Druk niet te hard. In deze situatie is een stevige omhelzing niet zozeer nodig. Wrijf je handen snel over de bovenrug van de ander en glimlach wanneer je loslaat. 10. **Knuffel alleen als de ander zijn of haar armen naar je uitstrekt.** Ga niet knuffelen als deze persoon laat merken dat hij of zij niet van plan is om je knuffelen. 11. **Zorg voor een warm onthaal als je knuffelt.** Als één van beiden om een knuffel heeft gevraagd, laat de ander zich dan veilig voelen door jouw knuffel. Doe alsof jullie op dat moment de twee enige mensen zijn die ertoe doen. 12. **Vermijdt te stevige knuffels.** De beste manier om te bepalen hoe stevig je moet knuffelen, is door op de stevigheid van de knuffel van de ander te letten. Hierdoor kun je bepalen hoe stevig jouw knuffel moet zijn. Als ze zacht zijn, knuffel dan zacht terug. Als het grote, stevige knuffels zijn, knuffel op dezelfde manier terug. 13. **Hou de knuffel even vast voordat je loslaat.** Een knuffel is een krachtig middel om te laten zien dat je om de ander geeft, aangezien het erg fijn aanvoelt en het de ander kan opvrolijken. Als je te snel stopt met knuffelen, kan dit voor beiden ongemakkelijk aanvoelen. 14. **Weet wanneer je een lange, liefdevolle knuffel kan geven, zeker als de ander zich neerslachtig voelt.** Als je je hierbij comfortabel voelt, ga je door met knuffelen totdat de ander los laat of zijn of haar grip verzwakt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Knuffelen", "language": "nl"}
Schilderen met olieverf
Wil jij prachtige, expressieve schilderijen met olieverf kunnen schilderen? Hier zijn wat basisprincipes om je in de wondere wereld van de olieverf te begeleiden. Als je eenmaal de basistechnieken onder de knie hebt, is de hele wereld je schildersdoek! 1. **Kies je verf.** Voordat je gaat beginnen met schilderen moet je de verf kopen. Er zijn talloze merken olieverf op de markt, maar laat je niet verleiden om goedkope verf te kopen. Goedkope verf en hulpmiddelen maken het schilderen moeilijker waardoor je gefrustreerd kunt raken. Voor een paar euro meer koop je verf waarvan je maar een laagje aan hoeft te brengen in plaats van twee of drie om dezelfde levendige kleuren te krijgen. De minimale basisvoorraad die je in huis moet halen bestaat uit de volgende kleuren: cadmiumgeel, okergeel, cadmiumrood, karmozijnrood, ultramarijnblauw, titaniumwit en marszwart. Door het mengen van deze kleuren kun je alle kleuren van het kleurenwiel maken. Je zult merken dat de witte verf het snelst op gaat, dus koop daar een grote tube van, en van de rest kleine of middelgrote tubes. Koop geen pakketjes olieverf van bijvoorbeeld Blokker of Kruidvat, want die zijn van slechte kwaliteit. Koop ook geen sets waar al penselen bijzitten, want die zijn vaak ook niet best. 2. **Koop de rest van je materialen.** Beginnende schilders zijn geneigd bepaalde materialen niet te kopen om geld te besparen. Dat is natuurlijk prima, maar er zijn wat essentiële benodigdheden die het schilderen met olieverf een stuk leuker en makkelijker maken. Koop een paar goede kwasten en penselen. Je hoeft niet heel veel penselen te hebben in het begin, maar neem er een paar van elke soort. Begin met verschillende maten ronde en platte penselen en kwasten. Synthetische penselen zijn van heel zachte fijne haartjes gemaakt, terwijl kwasten van echt haar wat ruwer zijn. Neem beide soorten voor verschillende schildertechnieken. Je hebt ook een paletmes nodig om verf te mengen, een verfpalet, doeken, wat oude lappen en potten om je kwasten schoon te maken. Olieverf is heel dik als het in de tube zit, dus je moet het verdunnen voor de eerste lagen met spiritus of terpentine, en met een medium als lijnzaad- of maanzaadolie voor de latere lagen. De regel is "Dik op dun", wat later scheuren of loslaten van de lagen voorkomt. Optionele materialen zijn een schildersezel of tekentafel, een schort, een laken en een kist voor al je materialen. 3. **Maak je werkplek klaar.** Omdat je veel spullen nodig hebt bij het schilderen met olieverf moet je een grote ruimte tot je beschikking hebben. Zet je ezel of tafel op een plek waar niet veel gelopen wordt en in direct zonlicht als dat kan. Als je het hebt kun je een oud laken op de vloer leggen om die tegen spetters verf te beschermen. Olieverf geeft vieze dampen af, dus zorg dat de ruimte goed geventileerd is, met een open raam of deur. Als je een ezel gebruikt moet je hem op de juiste hoogte en hoek instellen. Zorg dat het zo staat dat je in een prettige houding kunt werken. Doe oude kleding aan zodat je huid of goede kleren niet vies worden. Olieverf gaat er moeilijk af, dus zorg dat je het niet op je krijgt. Als je lang haar hebt, doe het dan in een staart of knot zodat het niet in de verf kan vallen. Doe ringen en armbanden af. 4. **Maak een ruwe schets.** Gebruik een hard potlood om een lichte schets van je onderwerp te maken. Je kunt dit direct op het doek doen, of op een kladpapier om het daarna met carbonpapier over te brengen op het doek. Als je je onderwerp tekent, denk dan goed na over de compositie en het gebruik van negatieve ruimte. Compositie is het plaatsen van het onderwerp op het doek. Kies de beste plaatsing zodat het oog over het hele doek wordt getrokken, en niet ergens op een plek blijft hangen. Negatieve ruimte is de ruimte om het onderwerp heen. Als je een concreet object op je doek tekent, teken moeilijke delen dan door meer naar de ruimte eromheen te kijken en minder naar het object zelf. Bedenk hoe je de negatieve ruimte gaat opvullen als je gaat schilderen zodat je onderwerp eruit gaat springen. Let op overlappende objecten, want die voegen diepte toe aan je schilderij. Als je onderwerp zelf geen overlappende vormen heeft, overweeg dan om het opnieuw te schikken tot het dat wel heeft. Dat draagt bij aan het realisme van je schilderij. 5. **Zoek de lichtbron.** Om een realistisch schilderij te maken moet je verschillende lichte en donkere delen hebben. Kijk naar je onderwerp en bepaal uit welke hoek het licht komt en waar de schaduwen en highlights zich bevinden. Iedere lichtbron geeft schaduwen, maar als de lichtbron direct boven het onderwerp is kunnen schaduwen moeilijk zichtbaar zijn. Beweeg je lichtbron of je onderwerp zo dat schaduwen en highlights beter zichtbaar worden. Misschien heb je niet heel donkere schaduwen of felle highlights. Waarschijnlijk liggen alle kleurtonen vrij dicht bij elkaar. Maak je geen zorgen als jouw lichtbron geen sterke contrasten van schaduwen en highlights geeft. 6. **Bedenk welke kleuren je gaat gebruiken.** Voor beginnende schilders is het vaak moeilijk om de kleuren van hun onderwerp overeen te stemmen met de kleuren verf die ze hebben. Dat komt omdat de hersenen de kleurwaarden idealiseren; je ziet dat de lucht blauw is, dus je mengt blauwe verf, maar dan realiseer je je dat jouw verf veel feller is dan de echte lucht. De truc is om voorbij te gaan aan de symbolen die onze hersenen gebruiken en de echte kleuren te leren zien. Dat zul je minder felle verf mengen. Een schilderij dat je 's avonds maakt zal veel donkerder en rijker van kleur zijn dan een schilderij dat je overdag maakt, wat veel lichter zal worden. Kijk naar de kleur van de lichtbron; op een lichte, zonnige dag heeft je onderwerp een gouden gloed. Op een grijze dag is het licht gefilterd door de wolken waardoor je onderwerp een grijstint krijgt. Je hebt ook gekleurde lampen - neonborden of gekleurde gloeilampen bijvoorbeeld - die de kleuren van het onderwerp kunnen beïnvloeden. 7. **Kijk naar de beweging van je onderwerp.** Schilder je een stilleven of iets met weinig beweging? Of staat je figuur in een veld op een winderige dag, waardoor veel beweging ontstaat? Door te letten op de beweging van je onderwerp kun je je penseelstreken gaan plannen. Met penseelstreken kun je beweging of een gebrek daaraan creëren zodat je schilderij realistisch wordt. 8. **Meng je verf.** Het makkelijke van olieverf is dat het pas na een paar dagen zal drogen. Het is echter bijna onmogelijk om dezelfde kleur twee keer precies hetzelfde te mengen, dus maak voldoende voor meerdere schildersessies en bewaar het zodat je genoeg van dezelfde kleur hebt. Gebruik een kleurenwiel om de kleuren op de juiste manier te mengen. Op het kleurenwiel staan primaire, secundaire en tertiaire kleuren en het laat zien hoe je ze moet maken. Pure tinten zijn kleuren die niet met wit of zwart zijn vermengd. Je kunt primaire kleuren met elkaar mengen om secundaire kleuren te krijgen. Om een lichtere tint te maken voeg je wit toe aan je verf. Dat maakt de kleur lichter. Om een donkerdere tint te maken voeg je zwart toe aan je verf. Om een nuance te maken voeg je wit toe aan een tint (elke kleur die met wit of zwart is vermengd). Nuances worden het meest gebruikt, want die vertegenwoordigen het grootste gedeelte van de alledaagse kleuren die we zien. 9. **Begin met schilderen.** Je kunt elke techniek kiezen die je wilt, of je nu alle delen in een keer afmaakt of laag over laag aanbrengt over het hele doek. Als je met olieverf schildert moet je de "dik over dun"-methode gebruiken, waarbij je begint met dunne verf voordat je dikkere verf aanbrengt. Probeer de basisvormen te schilderen. Alle figuren bestaan uit een paar basisvormen: de kubus, kegel, cilinder en ring. Schilder deze in de vorm van echte objecten, zoals een doos met sinaasappels, of schilder ze als platte vormen. Om je verf te verdunnen kun je een medium gebruiken (lijnzaadolie of terpentine) gemengd met verf. Gebruik niet te veel ineens, maar voeg steeds wat toe tot je de consistentie hebt die je wilt. Het duurt drie dagen voordat een laag verf droog genoeg is om over te schilderen, dus heb geduld. 10. **Probeer verschillende technieken.** Er zijn allerlei manieren om je schilderij te perfectioneren, maar om dat onder de knie te krijgen kan erg overweldigend zijn als beginner. Probeer daarom een techniek tegelijk aan te leren. Laat de verf in elkaar overlopen. Hierbij laat je twee of meer kleuren verf in elkaar vervagen (denk aan een zonsondergang). Om dit te doen breng je de lagen verf zo aan dat ze tegen elkaar aanliggen op het doek. Neem dan een platte kwast en veeg de verf voorzichtig door elkaar heen. Probeer een glans te creëren. Dit lukt door een oplossing van 1/3 deel lijnzaadolie, 1/3 deel terpentine en 1/3 deel vernis te maken, zodat je een transparante kleur krijgt. Dit kun je met elke kleur verf mengen zodat je een doorzichtige kleur krijgt als de verf is opgedroogd. Gebruik kleine puntjes. Gebruik een (liefst droge) kwast met echte haren en tamponneer daarmee verticaal op je doek. Je kunt deze stipjes gebruiken om wat vagere objecten te creëren. Probeer eens te schilderen met een paletmes. Deze techniek werkt goed bij landschappen of om beweging in je schilderij te krijgen. Schep wat verf op met je paletmes en smeer het over je doek om een dikke laag verf te creëren. 11. **Herstel foutjes.** Je hebt ongeveer drie dagen (omdat de verf dan nog nat is) om foutjes te verbeteren of stukken van je schildering weg te halen met een natte doek. Voordat je beslist dat je schilderij klaar is, zet je een stap naar achteren en bekijk je het in zijn totaliteit om te zien of er nog veranderingen moeten worden aangebracht. 12. **Bewaar ongebruikte verf.** Als je veel verf overhebt op je palet, bewaar dat dan voor de volgende keer. Doe het in kleine potjes of maak er hoopjes van op je palet en bedek het met krimpfolie. 13. **Maak je kwasten schoon.** Olieverf kan je kwasten verpesten als je het op laat drogen, dus maak ze meteen goed schoon. Gebruik terpentine en een oude doek om zoveel mogelijk verf af te poetsen en spoel ze daarna uit met warm water en een beetje afwasmiddel. Je kunt de borstels langs je handpalm strijken zodat alle verf eruit komt. Zet de schone borstels met de stelen naar beneden in een pot om te drogen. Zorg dat de kwasten genoeg luchtcirculatie krijgen tot ze droog zijn: Zet ze ergens buiten -- onder een afdakje bijvoorbeeld, of op je bureau -- maar niet in een afgesloten kast of lade. 14. **Wacht.** Het kan 3 maanden of langer duren voordat olieverf helemaal droog is, afhankelijk van hoe dik de lagen zijn. Zet je schilderij ergens waar het ongestoord kan drogen. 15. **Voeg een laag vernis toe.** Als je schilderij helemaal droog is kun je een laag vernis aanbrengen om de verf en de kleuren te beschermen. Als de vernis droog is ben je klaar! Hang je mooie kunstwerk ergens waar iedereen het kan zien!
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Schilderen-met-olieverf", "language": "nl"}
Je gebit schoonmaken nadat je verstandskiezen getrokken zijn
Als je je verstandskiezen hebt laten trekken door een tandarts of een kaakchirurg, dan moet je je gebit en mond na de ingreep goed verzorgen zodat de plekken in kwestie volledig en snel genezen. Als je je gebit en mond niet goed schoonmaakt, dan kun je een infectie krijgen of een pijnlijke ontsteking die ook wel alveolitis wordt genoemd. Bij het verwijderen van de onderste verstandskiezen is er in 20% van de gevallen sprake van alveolitis, dus je kunt na de ingreep het beste extra voorzorgsmaatregelen nemen. Je zult na het laten trekken van je verstandskiezen je mond tenminste een week lang moeten verzorgen met enkele eenvoudige technieken die niet veel tijd of moeite kosten. 1. **Vervang de gaasjes aan de hand van de instructies van de tandarts.** Na de ingreep zal de tandarts gaasjes in je mond leggen over de plek in kwestie heen. Je kunt de gaasjes na ongeveer een uur vervangen, als dat nodig is. Als de plek blijft bloeden, leg dan om de 30 tot 45 minuten nieuwe gaasjes op de plek en oefen lichte druk uit. Na de ingreep zou de plek niet langer dan enkele uren moeten bloeden. Neem contact op met je tandarts of kaakchirurg als de plek veel langer dan enkele uren blijft bloeden. Het is normaal dat er na de ingreep 24 tot 48 uur lang een beetje bloed uit de plek 'lekt'. Dit zou voor het grootste deel speeksel moeten zijn met daarin wat bloedresten. Als er aanzienlijk meer vocht uit de plek komt, dan is er sprake van overmatig bloeden en moet je je tandarts bellen. 2. **Poets je tanden niet op de eerste dag na de ingreep.** Poets de eerste dag na de ingreep je tanden niet, spuug niet en spoel je mond ook niet met een mondspoelmiddel. Daardoor kan het genezingsproces onderbroken worden en kun je infecties of alveolitis krijgen. De eerste 24 uur na de ingreep zijn erg belangrijk wat betreft het genezingsproces. Door je tanden te poetsen of je gebit op een andere manier te reinigen kunnen de hechtingen losraken of kan het stollen van het bloed verstoord worden. Daardoor kan het genezingsproces vertraagd worden of kun je een infectie krijgen. 3. **Poets de plek in kwestie 3 dagen lang niet.** Je moet de plekken waar je verstandskiezen verwijderd zijn na de ingreep drie dagen lang niet poetsen. In plaats daarvan kun je je mond spoelen met 250 ml warm water waar je een snufje zout in hebt gedaan. Je kunt hier de dag na de ingreep mee beginnen. Spuug de zoutoplossing niet uit. Kantel in plaats daarvan je hoofd van de ene naar de andere kant zodat het water de plek schoon kan spoelen. Buig je hoofd dan opzij om het water uit je mond te laten lopen. 4. **Poets je andere tanden erg langzaam en voorzichtig.** Begin er op de dag van de ingreep mee om je tanden erg voorzichtig te poetsen. Vermijd de plekken waar de verstandskiezen getrokken zijn zodat je ze niet irriteert of het stollen van het bloed verstoort. De bloedstolsels beschermen namelijk de lege tandkassen. Gebruik een zachte tandenborstel om je tanden langzaam en voorzichtig te poetsen. Maak daarbij kleine cirkelvormige bewegingen. Spuug de tandpasta de eerste paar dagen na de ingreep niet uit. Door te spugen kun je het bloedstolsel verstoren dat zich op het gewonde tandvlees vormt. In plaats daarvan spoel je je mond voorzichtig met een zoutoplossing of een antiseptisch mondspoelmiddel en laat je de spoeling uit je mond lopen door je hoofd opzij te buigen. 5. **Poets en flos je tanden op de derde dag na de ingreep weer op de normale manier.** Op de derde dag na de ingreep kun je je gebit weer op de gewone manier poetsen en flossen. Ga voorzichtig om met de plekken waar je kiezen getrokken zijn zodat je ze niet irriteert. Bij het poetsen van je tanden moet je niet vergeten om ook je tong te poetsen om zo voedselresten en bacteriën te verwijderen die in het gewonde tandvlees terecht zouden kunnen komen en een infectie zouden kunnen veroorzaken. 6. **Let op een infectie.** Het risico op een infectie zal kleiner zijn als je de instructies van de tandarts opvolgt en je mond en gebit schoonhoudt. Het is echter wel belangrijk om op de tekenen van een infectie te letten en contact op te nemen met je tandarts als je deze tekenen opmerkt. Op deze manier kun je complicaties na de ingreep voorkomen. Ga direct naar je arts als je problemen hebt met slikken of ademen, koorts hebt, pus ziet in de buurt van de lege tandkas of in je neus, of zwellingen hebt die erger worden. 7. **Spoel je mond met een zoutoplossing.** De dag na de ingreep begin je met het gebruiken van een eenvoudige zoutoplossing om je tanden en mond tussen de poetsbeurten door schoon te houden. Hiermee zul je niet alleen je mond schoon kunnen houden, maar ook ontstekingen helpen verminderen. Maak een zoutoplossing door een halve theelepel zout op te lossen in een glas met 240 ml warm water. Spoel 30 seconden lang voorzichtig een slok zoutoplossing in je mond rond. Spuug de zoutoplossing niet uit. Kantel in plaats daarvan je hoofd opzij en laat het water weglopen. Op deze manier irriteer je de lege tandkas niet. Spoel na elke maaltijd met de zoutoplossing om de voedselresten in je mond te kunnen verwijderen. Je kunt tevens een mondspoelmiddel zonder alcohol gebruiken om je mond mee te spoelen. Gebruik echter geen middel dat alcohol bevat, want alcohol kan de plek in kwestie irriteren. 8. **Gebruik een irrigatiespuit om je mond te spoelen.** Je tandarts kan je een klein plastic irrigatiespuitje geven om je mond uit te spoelen. Als je tandarts deze behandeling aanraadt, gebruik het spuitje dan na maaltijden en voordat je gaat slapen. Je tandarts schrijft de irrigatiespuit wellicht alleen voor als je onderste verstandskiezen getrokken zijn. Zorg ervoor dat je de instructies van je arts opvolgt. Je kunt bovenstaande eenvoudige zoutoplossing gebruiken om het spuitje mee te vullen. Zorg ervoor dat je het uiteinde van de spuit dicht bij de lege tandkas houdt om de wond schoon te spoelen. Je kunt de spuit tevens gebruiken om je tanden schoon te spoelen. Dit kan een beetje pijn doen, maar door je mond en de plek in kwestie schoon te houden is de kans kleiner dat je een infectie of alveolitis krijgt. 9. **Gebruik geen waterflosser of monddouche.** De waterstraal die uit deze hulpmiddelen komt is te krachtig om direct na de ingreep te gebruiken en kan je tandkas irriteren en zo het genezingsproces vertragen. Tenzij je tandarts je uitdrukkelijk anders adviseert, moet je een week lang nadat je verstandskiezen getrokken zijn geen waterflosser of monddouche gebruiken. 10. **Gebruik geen drinkrietjes.** De eerste dagen na de ingreep moet je geen rietje gebruiken om drankjes of voedingsmiddelen als smoothies mee te drinken. De zuiging kan het genezingsproces verstoren. 11. **Drink veel water.** Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat je na de ingreep veel water drinkt. Hierdoor blijft je mond vochtig en voorkom je infecties en alveolitis. Drink tijdens de eerste dag geen cafeïnehoudende en koolzuurhoudende dranken. Drink na de ingreep tenminste een week lang geen alcohol. 12. **Vermijd hete dranken.** Hete dranken zoals thee, koffie en chocolademelk kunnen de bloedstolsels losmaken die zich in de lege tandkas van je verstandskies gevormd hebben. Deze bloedstolsels zijn nodig bij het genezingsproces. 13. **Eet zachte of vloeibare voedingsmiddelen.** Eet geen voedingsmiddelen die vast kunnen komen te zitten in de lege tandkassen of het stollen van het bloed kunnen verstoren. Gebruik je andere tanden om mee te kauwen, als je op je eten moet kauwen. Zo komen er zo weinig mogelijk voedselresten tussen je tanden te zitten die een infectie zouden kunnen veroorzaken. Tijdens de eerste dag na de ingreep moet je voedingsmiddelen als yoghurt en appelmoes eten. Deze voedingsmiddelen zullen je mond niet irriteren of tussen je tanden vast komen te zitten, waardoor er een infectie kan ontstaan. Zachte havermout en griesmeelpap zijn andere goede opties. Vermijd harde, taaie, brosse, erg hete en pittige voedingsmiddelen die de plek in kwestie kunnen irriteren of vast kunnen komen te zitten tussen je tanden. Daardoor creëer je namelijk de ideale omstandigheden voor een infectie. Spoel de eerste week na de ingreep je mond na elke maaltijd met een warme zoutoplossing. 14. **Vermijd tabak.** Gebruik zo lang mogelijk geen tabak, of je nu tabak rookt of pruimtabak gebruikt. Hierdoor zorg je ervoor dat de plek volledig en snel geneest en voorkom je infecties en ontstekingen. Door tabak te gebruiken na een ingreep aan het gebit kun je het genezingsproces vertragen en vergroot je je risico op complicaties als een infectie. Als je rookt, wacht dan tenminste 72 uur voordat je een sigaret gaat roken. Als je pruimtabak gebruikt, stop dan tenminste een week lang met het gebruiken ervan. 15. **Neem pijnstillers.** Het is normaal om enkele dagen na het laten trekken van je verstandskiezen last van pijn te hebben. Gebruik vrij verkrijgbare of receptplichtige pijnstillers om de pijn te helpen verzachten, evenals een deel van de zwelling. Neem NSAID's (niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen) zoals ibuprofen of naproxen. Deze middelen zullen een deel van de zwelling die door de ingreep ontstaan is verzachten. Je kunt tevens paracetamol nemen, maar dit middel heeft geen ontstekingsremmende werking. Je arts kan je een recept voor pijnstillers geven als vrij verkrijgbare pijnstillers niet helpen om de pijn te verzachten. 16. **Gebruik een ijszak tegen de zwelling en de pijn.** Je zult enkele dagen na de ingreep waarschijnlijk last van wat zwellingen hebben. Dit is normaal en door een ijszak op je wangen te leggen zul je de zwelling en de pijn kunnen verzachten, ook op de plek rondom je tanden. De zwelling gaat meestal na 2 tot 3 dagen weg. Probeer te ontspannen en fysiek inspannende activiteiten en sport te vermijden totdat de zwelling verdwenen is.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-gebit-schoonmaken-nadat-je-verstandskiezen-getrokken-zijn", "language": "nl"}
Zus zeggen in het Japans
Japans is een complexe taal die Nederlandstaligen maar moeilijk kunnen leren. De uitspraak is moeilijk, maar wanneer het wordt opgesplitst dan is het een beetje makkelijker om onder de knie te krijgen. Dit artikel zal de uitspraak behandelen van elke Japanse vorm van ‘zus’. 1. **Leer de verschillende vormen van het Nederlandse woord ‘zus’ in het Japans.** Elke vorm wordt hieronder afzonderlijk besproken. 2. **Leer het meest respectvolle woord voor oudere zus.** Dit is ’oneesama’. Het wordt vertaald als ‘oudere zus’. Oneesama is echter niet bepaald een woord dat in het dagelijkse leven wordt gebruikt. Misschien wil je je bij je oudere zus excuseren voor een grote misstap, heb je bewondering voor haar of is ze gewoon in elke situatie extreem beleefd – alleen dan wordt dit woord gebruikt. 3. **Splits het op.** Het woord heeft bepaalde elementen om rekening mee te houden. In het Japans zijn eretitels (achtervoegsels die wijzen op status en respect) zeer belangrijk. Doe je best om ze te begrijpen. ‘O-‘ Dit voorvoegsel duidt op respect. Bij andere vormen van zus is het optioneel, maar je kan het niet laten vallen bij de vorm ‘oneesama’, want... ‘-sama’ is de meest respectvolle eretitel in het gangbare Japans. Het duidt erop dat de spreker een lagere status heeft dan de persoon die aangesproken wordt. In vertalingen van het Japans naar het Nederlands wordt dit vaak vertaald als ‘Heer’, ’Dame’ of ’Meneer’. (Het wordt voor beide geslachten gebruikt) De ‘o-‘ laten vallen terwijl je ‘-sama’ gebruikt, zou iets zijn zoals zeggen ‘zijne Hoogheid, mijn beroemde makker’. ‘Ne’ of ‘nee’ komt terug in elk Japans woord voor ‘oudere zus’. 4. **Laat de ‘o’ klinken als de ‘o’ in kok.** Je moet er echter voor zorgen dat het een ‘zuivere’ o-klank is. De o-klank mag niet in een andere klank uitmonden. 5. **’-nee-‘ is een beetje moeilijker.** Instinctief zal je misschien iets zoals het Engelse woord ‘knee’ willen zeggen, maar de uitspraak is meer als ‘neigh’. Alleen ‘i’ zorgt voor een lange e-klank in het Japans. Wederom moet je zorgen voor een zuivere ‘e’-klank. Zorg ervoor dat er geen andere klank aan te pas komt. Weet dat ‘nee’ eigenlijk bestaat uit twee lettergrepen. Dit is een moeilijk iets om als Nederlandstalige uit te spreken; probeer bij elke lettergreep te klappen terwijl je ze langzaam uitspreekt om er een gevoel voor te ontwikkelen. 6. **-sama’ is makkelijker.** Het lijkt waarschijnlijk op wat je reeds in je hoofd hoort. De Japanse ‘a’ wordt uitgesproken zoals in ‘vader’. Zorg er weer voor dat er geen andere klank aan te pas komt. Hou het kort. ‘Sa-ma’. 7. **Voeg het samen.** Het Japans wordt gesproken met zo weinig mogelijk intonatie, dus probeer om niet op elke lettergreep de nadruk te leggen. Probeer indien mogelijk om alles monotoon uit te spreken. 8. **Splits deze twee op.** "Oneesan" is beleefder vanwege de ‘o-‘. ‘-san’ is respectvol. Je gebruikt dit bij mensen die sociaal gelijkwaardig zijn aan jou of voor mensen die je niet heel goed kent. 9. **Spreek ‘o-‘ en ‘-nee-‘ uit zoals hierboven beschreven.** 10. **Spreek ‘sa’ uit.** De ‘-sa-‘ in ‘-san’ wordt hetzelfde uitspreken als in ‘-sama’. Dit is een voordeel van het Japans: klanken zijn consistent en veranderen niet tussen woorden, behalve enkele uitzonderingen dan. De Japanse klank ‘n’ klinkt zoals de ‘n’ in het Nederlands. Bij sommige mensen kan het echter ook een beetje als ‘m’ klinken. 11. **Voeg het samen.** 12. **Splits het op.** ‘-chan’ is een eretitel die bijna uitsluitend voor vrouwen wordt gebruikt. Dit is een informele, vriendelijke en zelfs aandoenlijke eretitel die gebruikt kan worden wanneer je met een klein kind praat of een schoolmeisje kan het gebruiken bij haar goede vriendinnen. De respectvolle ‘o-‘ in combinatie met het vriendelijke ‘-chan’ wijst op een formeel gevoel van bewondering. 13. **Spreek het woord uit.** De uitspraak voor ‘o-‘, ‘-nee-‘, ‘n’ en ‘a’ is dezelfde als hierboven. De klank ‘ch’ is hetzelfde als in het Nederlands. 14. **Voeg het samen.** 15. **Leer het woord voor oudere zus:** ‘Ane’. Dit wordt is een beetje anders. De vormen die tot hiertoe werden besproken, worden gebruikt om je zus aan te spreken. ‘Ane’ wordt gebruikt wanneer je ‘over’ je oudere zus praat. Weet dat de ‘-ne-‘ vaak gebruikt wordt in woorden voor ‘oudere zus’. 16. **De uitspraak is hetzelfde als hierboven.** 17. **Gebruik deze vorm voor zeer informele gesprekken.** Het is ook straattaal voor een vrouwelijk lid van een straatbende, maar dat is een ander verhaal. ’Ane’ wordt hetzelfde uitgesproken zoals hierboven. ’ki’ klinkt zoals het Engelse ‘key’. Rek de klank ‘ey’ echter niet uit. Hoe het kort, zoals hierboven reeds aangegeven. 18. **Voeg het samen.** Zeg Aneki. 19. **Gebruik "Imouto" als het woord voor ‘kleine zus’.** Gewoonlijk spreken oudere broers of zussen de jongere zus aan met deze naam, dus er is geen behoefte aan nog meer woorden voor ‘kleine zus’. Voeg de eretitels ‘-chan’ en ‘-kun’ niet toe aan het einde. Deze worden uitsluitend gebruikt bij ‘imouto’ wanneer je brutaal bent en neerkijkt op je zus. Voeg ‘-san’ toe wanneer je het over de kleine zus van iemand anders hebt. ’-ou-‘ wijst op de dubbele ‘o’-klank, net zoals hierboven de ‘e’-klank in ‘nee’. ’i’ en ‘o’ worden uitgesproken zoals hierboven. De klanken ‘m’ en ‘t’ zijn hetzelfde zoals in het Nederlands. 20. **Voeg het samen.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Zus-zeggen-in-het-Japans", "language": "nl"}
Je Shih Tzu trainen
De shih tzu is een erg vriendelijke en actieve hond, maar ook een koppige hond. Het trainen van een shih tzu vereist tijd en toewijding op de lange termijn, maar is het zeker waard omdat je hierdoor een gezonde, gelukkige relatie opbouwt met je huisdier. 1. **Leer je shih tzu om in een bench te kunnen.** Dit is niet alleen belangrijk voor de zindelijkheidstraining, maar als je shih tzu bekend is met de bench helpt dat ook tijdens reisjes naar de dierenarts, of andere reisjes waarbij je hond tijdelijk opgesloten moet worden. Kies een kleine bench voor je shih tzu. Er is slechts zo veel ruimte nodig dat je hond kan zitten, staan en omdraaien. Een bench moet verder aan alle kanten ventilatie hebben. Het is geen slecht idee om de bench ergens in huis te plaatsen waar jij vaak bent. Op die manier kan je hond af en toe de bench in terwijl hij zich wel nog onderdeel van de familie voelt. Het in de bench gaan moet een beloning zijn, geen straf. Plaats een waterkom, voedsel, speelgoed en beloningen in de bench. Zorg ervoor dat het speelgoed veilig is voor honden en dat het groot genoeg is om te voorkomen dat je hond het per ongeluk inslikt. Houd je shih tzu in de bench wanneer je slaapt, weg gaat of bezig bent met een huishoudelijk klusje waardoor je je hond niet in de gaten hond houden. Doe dit totdat je shih tzu zindelijk is en je zeker weet dat hij geen ongelukjes binnenshuis zal hebben. Het is belangrijk om de bench niet als een kooi of cel te zien en om het gebruik ervan tot een minimum te beperken. Indien nodig kun je de hond in huis aan een lijn doen, zodat je hem in de gaten kunt houden en met hem naar buiten kan zodra je ziet dat hij zijn behoefte moet doen. 2. **Besluit of je je hond binnen of buiten zijn behoefte laat doen.** De meeste hondeneigenaren kiezen ervoor om hun shih tzu buiten te laten toiletteren, omdat het kleinere huisdieren zijn en hun eigenaren doorgaans in een appartement wonen. Als je geen toegang hebt tot de straat of een tuin, kun je de hond echter trainen om zijn behoefte binnen te doen, op een krant of hygiënische pad. Het grootste voordeel van krantentraining, is het gemak. Voor mensen die om welke reden dan ook moeite hebben met het uitlaten van hun hond, bijvoorbeeld door een te druk schema of een fysieke beperking, is een krantentraining een alternatieve oplossing. Naast kranten en hygiënische pads kun je ook kiezen voor een hondenbak, die in veel dierenwinkels te koop zijn. Het grootste nadeel van krantentraining is dat het geurtjes achterlaat en mogelijk niet de beste optie is voor je hond. Een shih tzu zit vol met energie en heeft tijd buitenshuis nodig. Wat je ook kiest, het is belangrijk om consistent te zijn. Shih tzu's raken in de war als ze soms op een pad mogen, maar soms naar buiten moeten om hun behoefte te doen. Ze hebben een strikt trainingsschema nodig, waardoor je één van de opties moet kiezen. 3. **Stel een wandelschema op.** Wanneer je begint met de zindelijkheidstraining van je shih tzu, moet je je aan een strikt wandelschema houden om te verzekeren dat je huisdier zijn behoefte niet binnenshuis doet. Snuffelen, rondjes draaien en hurken zijn tekenen dat een shih tzu zijn behoefte moet doen. Als je dit gedrag opmerkt, neem je hond dan direct mee naar buiten of de aangewezen plek in huis. Wanneer je net begonnen bent met de zindelijkheidstraining, moet je je shih tzu puppy elke 1,5 tot 2 uur, gedurende 20-30 minuten, mee naar buiten nemen. Ga met hem naar buiten wanneer je wakker wordt, voordat je gaat slapen en nadat hij gegeten of gedronken heeft. Prijs je shih tzu direct nadat hij zijn behoefte heeft gedaan, buiten of op de aangewezen plaats in huis. Shih tzu's reageren beter op positieve terugkoppeling, waardoor een beloning bij successen beter werkt dan straffen bij mislukkingen. 4. **Wees geduldig.** Shih tzu's zijn bijzonder moeilijk zindelijk te maken. Het kan wel 8 maanden duren voordat een shih tzu volledig begrijpt waar hij zijn behoefte moet doen. Raak niet ontmoedigt. Zelfs als er na een paar maanden nog ongelukjes gebeuren, moet je je strikt aan het trainingsschema houden en doorzetten. Je shih tzu zal de regels uiteindelijk begrijpen en volgen. 5. **Leer je shih tzu om alleen te zijn.** Shih tzu's zijn zeer sociale honden die graag zo veel mogelijk bij hun eigenaar zijn. Verlatingsangst is een veel voorkomend probleem bij shih tzu's en aangezien je je hond niet overal mee naartoe kunt nemen, is het nodig om je shih tzu te leren wennen aan het alleen zijn. Een bench kan een grote hulp zijn bij het verminderen van verlatingsangst. Shih tzu's zijn doorgaans minder nerveus over het alleen zijn, als ze een eigen plekje hebben om zich in terug te trekken. Zorg ervoor dat de bench van je shih tzu comfortabel is, met een bed en speelgoed, en laat de deur open wanneer je thuis bent. Dit zorgt ervoor dat de hond de bench niet als een gedwongen ervaring ziet, maar juist als zijn persoonlijke toevluchtsoord. Sommige mensen laten hun hond liever niet in een bench achter, met name als ze overdag langdurig afwezig zijn. Als dit het geval is bij jou, dat kun je proberen om je shih tzu toegang te geven tot je slaapkamer, studeerkamer of een andere, afgesloten ruimte van het huis waar hij zich veilig voelt. 6. **Stel je shih tzu bloot aan verschillende geluiden en ervaringen.** Shih tzu's kunnen nerveus worden als ze te veel verwent. Dit resulteren in verlegenheid en zelfs agressie. Stel je shih tzu dus bloot aan verschillende geluiden en ervaringen. Geluiden zoals fluitjes, grasmaaiers, sirenes, stofzuigers, wasmachines en andere dagelijkse geluiden moeten bekend worden voor je shih tzu. Omdat verlatingsangst een probleem is, wil je natuurlijk niet dat hij een onschuldig geluid hoort en in paniek raakt terwijl je weg bent. Je hond blootstellen aan verschillende stimuli houdt in dat je hem eenvoudigweg meeneemt naar verschillende plekken en je zelf rustig blijft bij het horen van luide of plotselinge geluiden. Honden kunnen je lichaamstaal goed lezen. Als jij bang wordt of verwacht dat je hond zich slecht zal gedragen, dan is het waarschijnlijker dat het gebeurt. Blijf kalm bij plotselinge geluiden en in de aanwezigheid van andere honden en andere mensen, dit helpt je hond om ook kalm te blijven. Behandel hem niet anders, zodat hij herkent dat dit een normale gebeurtenis is en er geen reden is om bang te zijn. Als hij timide gedrag vertoont, zoals piepen of verstoppen, dan kun je gerust iets kalmerends tegen hem zeggen of hem een koekje geven om het moment positief en blij te maken. Verwijder hem echter niet uit de situatie, til hem niet op en overreageer niet, dit produceert namelijk een overreactie bij de hond. Eigenaren van kleine honden zijn vaak erg beschermend, wat leidt tot wat bekend staat als het kleine hond syndroom. Eigenaren negeren agressief gedrag, zoals bijten, en proberen om kleinere honden tegen grotere dieren te beschermen door ze op te tillen of in paniek te raken wanneer er interactie is met grotere soorten. De combinatie van het gebrek aan discipline en het verwennen, zorgt ervoor dat kleinere honden angstiger en ietwat agressief worden. Laat je shih tzu gerust omgaan met grotere hondensoorten en corrigeer hem wanneer hij bijt, of leidt het bijten om naar een stuk speelgoed. 7. **Leer je shih tzu om op commando naar je toe te komen.** Het is zeer belangrijk om je hond te leren om te komen wanneer hij wordt geroepen. Dit kan niet alleen ongelukken voorkomen, maar zorgt ook voor een sterkere band tussen jou en je hond. Zorg dat het naar je toe komen altijd een positieve ervaring is. Je shih tzu moet het gevoel hebben dat het komen wanneer hij wordt geroepen het beste voor hem is. Beloon hem met prijzing, aandacht, koekjes of speelgoed wanneer hij gehoorzaamt. Het kan in het begin helpen als je van je shih tzu wegrent wanneer je hem roept. Honden zien rennen als een spelletje, waardoor ze het moeilijk vinden om niet achter je aan te komen. Prijs je shih tzu zodra hij op je commando reageert. Als hij geprezen wordt, zal hij je graag willen bereiken en dus minder snel afgeleid raken door geluiden, andere dieren of andere mensen. Als je shih-tzu niet komt wanneer je hem roept, blijf zijn naam of het commando dan niet steeds opnieuw herhalen. Dit leert hem alleen dat het geen probleem is als hij je commando negeert. Als hij niet reageert, probeer dan om te rennen of om met een zakje beloningen te schudden terwijl je kom, of zijn naam, zegt, in plaats van het commando steeds maar te herhalen zonder resultaat. 8. **Train je shih tzu om aan de lijn te kopen.** Omdat shih tzu's kleine honden zijn, is het bijzonder belangrijk om ze te leren aan de lijn te lopen, om te voorkomen dat hun nek en ledematen te veel worden belast tijdens het wandelen. Totdat je shih tzu leert om niet aan de lijn te trekken, moet je slechts korte wandelingen maken. Zoek alternatieve manieren om hem de nodig beweging te geven, aangezien wandelingen alleen trainingssessies zullen zijn totdat hij leert om goed aan de lijn te lopen. Beloon het niet aan de lijn trekken met koekjes en prijzing. Uitfoeteren werkt niet bij shih tzu's. Ze reageren het beste op positieve terugkoppelingen. Prijs hem dus voor wat hij goed doet, in plaats van te bestraffen wat hij verkeerd doet. Als je shih tzu opgewonden raakt voor de wandeling, is het waarschijnlijker dat hij zich tijdens de wandeling misdraagt. Wanneer je de lijn gaat halen, negeer je shih tzu dan als hij begint te springen. Wacht totdat hij gaat zitten en bevestig de lijn dan aan de halsband. Als hij weer begint te springen als je lijn wilt bevestigen, sta dan op en wacht tot hij weer kalmeert. Bevestig de lijn niet totdat hij niet meer springt, ook als dat een tijdje duurt. Als je hond trekt, trek dan niet terug. Stop. Als hij leert om het trekken te associëren met iets negatiefs, het stoppen, dan zal hij uiteindelijk leren om niet te trekken. Dit werkt veel beter dan uitfoeteren of terug trekken, wat de hond alleen maar meer opgewonden maakt. Als je shih tzu veel problemen heeft met aan de lijn te lopen, overweeg dan om te investeren in een harnas totdat hij kalmeert. Een hondenharnas kan in de dierenwinkel worden gekocht en zal voorkomen dat je shih tzu zijn nek te veel belast als hij aan de lijn trekt. 9. **Train je shih tzu om te zitten en liggen.** Zitten en liggen zijn belangrijke commando's, omdat zitten of liggen vereist is in veel situaties. Deze commando's zijn de basis van een goede training. Om je shih tzu te leren om te zitten, ga je eerst voor hem staan en zeg je zit. Neem dan een koekje en beweeg deze in een boog over de kop van je puppy, zo dat zijn hurken omlaag gaan terwijl zijn kop omhoog gaat. Prijs hem zodra hij de grond raakt. Naarmate de training vordert, kun je het fysieke meebewegen vervangen met handgebaren. Hij zou met wat aanhouding moeten begrijpen wat de gebaren betekenen. Na een tijdje kun je ook de handbeweging stoppen en alleen het commando gebruiken om je hond te laten zitten. Wees consistent en oefen de commando's 10-15 keer per dag totdat hij het helemaal doorheeft. Zit is een belangrijk commando om de controle over je shih tzu te behouden. Hij moet zitten wanneer er mensen aan de deur komen, voordat je met hem gaat wandelen en in andere situaties waarin hij kalm moet blijven. Idealiter gaat hij elke keer op commando zitten, ongeacht eventuele andere stimuli. Als je shih tzu het eenmaal doorheeft, kun je hem leren om te gaan liggen. Begin op dezelfde manier als bij het zitten. Laat hem zitten en gebruik dan een koekje om hem in een liggende positie te krijgen. Laat het zitten en houdt het koekje op grondniveau, maar trek het langzaam bij hem weg, zodat hij gaat liggen terwijl hij het koekje probeert te bereiken. Prijs hem met koekjes en aandacht zodra hij ligt. Ga geleidelijk over op handgebaren en gebruik uiteindelijk alleen het verbale commando. Zitten en liggen kunnen de basis vormen voor andere trucjes, zoal omrollen, pootje geven en dood liggen. Deze trucjes kunnen allemaal met dezelfde basisformule worden aangeleerd. Laat je hond zitten of liggen en laat hem dan fysiek het gewenste gedrag zien terwijl je hem beloont voor het uitvoeren ervan. Stap dan over op handgebaren en uiteindelijk alleen het verbale commando. 10. **Wees flexibel.** Shih tzu's houden van hun mensen, maar streven niet zo veel naar goedkeuring als andere rassen. Ze zijn doorgaans koppig en volgen de regels mogelijk niet consistent. Het humeur van een shih tzu is dynamisch. Hij is de ene dag mogelijk bereid om te zitten en blijven in ruil voor een koekje, maar heeft de volgende dag mogelijk helemaal geen interesse in het koekje. Je kunt niet steeds dezelfde trainingstactiek gebruiken bij een shih tzu. Je zult je manier van belonen waarschijnlijk moeten variëren. Als je shih tzu de ene dag voedsel negeert, probeert dan verbale prijzing, speelgoed of een wandeling. Shih tzu's zijn zeer intelligent en verwachten een beloning voor goed gedrag. Zorg dus dat je verschillende beloningen paraat hebt om je hond te kunnen belonen voor goed gedrag. 11. **Gebruik tijdens de training alleen positieve terugkoppeling.** Shih tzu's kunnen zeer moeilijk te trainen zijn, vanwege hun koppigheid, waardoor de meest effectieve trainingsmethode bestaat uit een strenge training zonder uit te foeteren of te disciplineren. Als je shih tzu zich misdraagt, is het beter om dat gedrag eenvoudigweg te negeren. Zwicht niet onder springen, bijten of ander gedrag dat je aandacht probeert te trekken. Maak geen oogcontact met je shih tzu als hij zich misdraagt, praat ook niet tegen hem en raakt hem niet aan. Als je shih tzu zich realiseert dat bepaald gedrag niet in aandacht resulteert, zal hij stoppen zich zo te gedragen. Prijs een shih tzu altijd voor goed gedrag. Shih tzu's genieten van interactie met mensen en van affectie, waardoor ze bereid zijn om te werken voor de prijzing. Positieve terugkoppeling bij goed gedrag en het negeren van slecht gedrag is een goede manier om je shih tzu te leren zich te gedragen. 12. **Laat je shih tzu niet in de buurt van jonge kinderen.** Shih tzu's zijn heerlijke huisdieren, maar hechten zich meestal aan één persoon en leven liever in een huishouden met volwassenen en oudere kinderen. Kinderen jonger dan 3 jaar gaan waarschijnlijk niet goed samen met shih tzu's, omdat zij de grenzen van de honden niet kunnen begrijpen. Als je jonge kinderen hebt, overweeg dan om een ander hondenras te kiezen of om je kinderen en hond van elkaar te scheiden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-Shih-Tzu-trainen", "language": "nl"}
Een auto opfrissen
Een auto kan naar verloop van tijd naar eten, huisdieren, afval en andere zaken gaan ruiken. Gelukkig kun je een auto met enkele eenvoudige stappen gemakkelijk opfrissen. Maak je auto grondig schoon en gebruik dan middelen om de geur te neutraliseren of te verhullen. Als je iets ruikt wat op een gevaarlijk probleem zou kunnen duiden, zoals een benzinelucht, roep dan direct professionele hulp in. De meeste geuren kun je echter zelf aanpakken zonder de hulp van een monteur of schoonmaker. 1. **Zoek naar geurbronnen.** Als je merkt dat je auto onaangenaam ruikt, zoek in je auto dan naar de mogelijke oorzaak. Zoek op de bodem van je auto naar iets wat stinkt, zoals kledingstukken, gemorste vloeistoffen en etenswaren. Vergeet niet om onder en tussen de stoelen, in alle opbergvakken en bekerhouders en in de kofferbak te zoeken. 2. **Gooi alle dingen weg die de vieze geur veroorzaken.** Pak een grote vuilniszak en gooi alle dingen weg die stinken, zoals verpakkingen van eten, oude servetten en al het andere afval. Zelfs tijdschriften kunnen muf gaan ruiken als ze vochtig worden. Door alle overbodige spullen uit je auto te halen kun je ervoor zorgen dat je auto minder stinkt. 3. **Maak de binnenkant van je auto schoon met een stofzuiger.** Stofzuig alle oppervlakken in je auto, waaronder de plekken onder vloermatten, bekleding en stoelen. Stofzuig tevens de stoelen. Zorg dat je de zuigmond van de stofzuiger in alle hoekjes en kiertjes van de stoelen steekt zodat je al het vuil en stof dat tussen de stoelen vastzit op kunt zuigen. Je kunt een handstofzuiger gebruiken, als je die in huis hebt. Meestal is het echter een beter idee om naar een autowasstraat te gaan. Je kunt de stofzuiger die ze daar hebben gebruiken. Met deze stofzuiger zou je al het vuil en stof uit je auto moeten kunnen halen dat je auto laat stinken. 4. **Haal alle gemorste vloeistoffen en vlekken uit de vloerbekleding.** Als je tijdens het schoonmaken vlekken ziet, gebruik dan een tapijtreiniger of tapijtshampoo uit de winkel. Breng de reiniger op de bodem aan volgens de aanwijzingen op de verpakking. Wrijf de reiniger dan met een zachte doek of spons in de vlekken, waarna je de resten reiniger met water uit de bekleding spoelt. De meeste reinigers zul je voor gebruik met water moeten verdunnen. Vergeet niet om de reiniger van tevoren uit te testen op een klein, onopvallend gedeelte van de vloerbekleding, zodat je zeker weet dat je het middel veilig in je auto kunt gebruiken. 5. **Neem alle oppervlakken zonder bekleding af.** Maak niet alleen de vloerbekleding schoon, maar neem ook alle niet-beklede oppervlakken af als het dashboard. Verwijder alle gemorste vloeistoffen en vlekken van de oppervlakken met behulp van een allesreiniger. Test de reinigers die je gebruikt eerst uit op een kleine, onopvallende plek in de auto zodat je zeker weet dat het middel geen schade toebrengt aan je auto. 6. **Spuit een reinigingsmiddel voor autoairco’s in de ventilatiegaten van je airco.** Na verloop van tijd hoopt er zich vuil en stof in de ventilatiegaten van je autoairco op, waardoor je auto vies kan gaan ruiken. Vergeet dus niet om de airco ook aan te pakken wanneer je je auto opfrist. Koop bij een bouwmarkt een speciaal reinigingsmiddel voor autoairco’s. Spuit het middel in de ventilatiegaten van je autoairco. Dit helpt om van vieze luchtjes af te komen. 7. **Zet een bakje wasdrogerdoekjes in de auto.** Vul gewoon een bakje met wasdrogerdoekjes en zet het ergens in je auto neer. Wasdrogerdoekjes kunnen vieze geuren helpen absorberen en verspreiden tevens een aangename geur. Na het schoonmaken van je auto kun je de vieze luchtjes die zijn blijven hangen wegkrijgen door wasdrogerdoekjes te gebruiken. 8. **Behandel je auto met witte azijn.** Meng gelijke delen witte azijn en water. Spuit dit mengsel op alle stinkende plekken in je auto. Doorweek de plekken en laat de azijn in je auto trekken. Schrob het azijnmengsel dan met een borstel of een ander hulpmiddel uit je auto. Je auto zou hierdoor aanzienlijk frisser moeten gaan ruiken. 9. **Gebruik een enzymspray tegen geuren van huisdieren.** Een dergelijk middel bevat bepaalde enzymen die luchtjes van huisdieren neutraliseren en verwijderen. Hoe je het middel moet gebruiken verschilt per merk, maar de meeste middelen spuit je op een vlek en laat je bepaalde tijd intrekken. Daarna spoel je het middel weg. Zorg ervoor dat je de spray die je gebruikt eerst uittest op een kleine, onopvallende plek in je auto zodat je zeker weet dat het middel geen vlekken maakt en schade toebrengt aan je auto. 10. **Strooi zuiveringszout op de stoelen en vloerbekleding.** Zuiveringszout kan helpen om veel verschillende geuren te verwijderen omdat het van nature vieze luchtjes absorbeert. Je hoeft alleen maar zuiveringszout op de stinkende plekken in je auto te strooien. Laat het zuiveringszout enkele uren of een nacht liggen en zuig het dan op met een stofzuiger. 11. **Laat een bakje koffiebonen in je auto staan.** Doe 200 gram koffiebonen in een bakje en zet het bakje in je auto. Als je het bakje in je auto laat staan zouden de koffiebonen de geur deels op moeten nemen. Je kunt tevens gemalen koffie gebruiken, maar als het bakje omvalt mors je koffie en moet je de troep opruimen. 12. **Herken geuren die op een probleem duiden.** Een visachtig luchtje kan betekenen dat er antivries in je auto lekt. Geuren die uit de verwarming of airco komen kunnen op mechanische problemen duiden. Deze problemen kunnen gevaarlijk zijn en betekenen dat je je auto moet laten repareren. Ga dus met je auto naar een garage als je dergelijke geuren ruikt. 13. **Bel een monteur als je benzine ruikt.** Als je auto naar benzine ruikt, probeer dan niet om het probleem zelf op te lossen. Dit kan erg gevaarlijk zijn, omdat er waarschijnlijk ergens een lek in je auto zit. Rijd niet in je auto, maar bel direct een monteur op om om advies te vragen. 14. **Roep professionele hulp in als je auto naar tabak ruikt.** Een tabakslucht kan in de bekleding van je auto trekken en kan meestal niet zonder professionele hulp verwijderd worden. Zelfs met grondig schoonmaken raak je een tabakslucht niet altijd kwijt. Als je auto naar tabak ruikt zul je je auto door een professional schoon moeten laten maken om van de geur af te komen. Onthoud dat zelfs met een professionele reiniging een tabakslucht niet altijd verwijderd wordt, vooral als er jaren een kettingroker in de auto heeft gereden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-auto-opfrissen", "language": "nl"}
Een toets van een Dell laptop weer bevestigen
Het is maar al te gemakkelijk om de toetsen van een laptop te verwijderen, en bijna onmogelijk om ze er weer op te krijgen zonder de bijna microscopische onderdelen kwijt te raken of stuk te maken. Als je voorzichtig bent en de nodige voorzichtigheid in acht neemt, kun je een toets op je Dell-toetsenbord terugplaatsen en ervoor zorgen dat hij weer zo goed als nieuw werkt. Alles wat je nodig hebt is een goed oog en een paar zeer vaste handen. 1. **Begin met alle onderdelen.** Bestudeer ze zorgvuldig. Let op waar de kleine lipjes zitten. Zet ze in de juiste volgorde volgens het diagram. 2. **Noteer de oriëntaties van de lipjes op het U-vormige stuk.** Schuif de lipjes onder de metalen lussen op de laptop zoals afgebeeld. 3. **Steek het tweede O-vormige stuk door het midden van het U-stuk.** 4. **Haak de lipjes van het O-stuk onder de haken van de laptop.** 5. **Klik de lipjes in het O-stuk in de inkepingen in het U-stuk.** 6. **Zorg ervoor dat de lipjes omhoog staan.** Op dit punt worden de twee stukken voorzichtig aan elkaar vergrendeld. Als het goed is, zullen ze plat liggen. Ze zullen iets boven het oppervlak van de laptop uitsteken. 7. **Plaats de toets met de goede kant naar boven over de U en O-stukken.** Klik dus eerst op de rechterkant (je hoort een klik!) en druk vervolgens de linkerkant van de toets naar beneden. 8. **Klik hem op zijn plaats.** Als dit niet werkt, controleer dan of de kleine stukjes niet gebroken zijn -- in dat geval zal je de toets moeten vervangen. 9. **Voila!** De toets zit er weer op.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-toets-van-een-Dell-laptop-weer-bevestigen", "language": "nl"}
Yoghurt maken
Natuurlijk is het makkelijker om naar de supermarkt te gaan en een pak yoghurt in je karretje te gooien, maar heb je ooit het idee gehad om zelf yoghurt te 'maken' in je eigen keuken? Door zelf natuurlijke yoghurt te maken met probiotische yoghurtculturen profiteer je van een betere spijsvertering, een hogere weerstand en heb je minder kans op voedselallergieën! Volg deze stappen om te leren hoe je zelf yoghurt maakt. 1. **Verhit de melk tot 85ºC.** Gebruik twee pannen of potten die in elkaar passen zodat je 'au bain-marie' kunt opwarmen, dan brandt de melk niet aan en hoef je maar af en toe te roeren. Als dat niet kan en je verhit de melk direct op het vuur, zorg dan dat je er constant bij blijft en blijf roeren. Als je geen thermometer hebt, 85ºC is de temperatuur dat de melk begint te schuimen. Het is wel ten zeerste aan te raden een thermometer te kopen die van 37 tot 100ºC gaat, zeker als je van plan bent vaker zelf yoghurt te maken. Je kunt elke soort melk gebruiken, zoals volle melk, halfvolle melk, magere melk, biologische melk, gepasteuriseerde melk, gehomogeniseerde melk, rauwe melk, poedermelk, koemelk, geitenmelk, sojamelk etc. UHT-gepasteuriseerde melk is op hogere temperatuur verhit, wat bepaalde proteïnen die voor het maken van yoghurt nodig zijn afbreekt. Sommige mensen hebben laten weten dat het moeilijker is om yoghurt te maken van UHT-gepasteuriseerde melk. 2. **Laat de melk afkoelen tot 43ºC.** Dit gaat het best als je de pan in een bak met koud water zet. De temperatuur daalt dan sneller en gelijkmatiger, en je hoeft maar af en toe te roeren. Als je het bij kamertemperatuur of in de koelkast laat afkoelen, moet je vaker roeren. Ga pas verder als de melk onder de 49ºC, maar laat het niet verder afkoelen dan 32ºC; 43ºC is de optimale temperatuur. 3. **Verwarm de starter.** Zet de starter alvast op kamertemperatuur terwijl je wacht tot de melk is afgekoeld. Dan is het niet te koud wanneer je het erbij doet. Elke yoghurt heeft 'goede' bacteriën nodig. De makkelijkste manier om die toe te voegen is door bestaande yoghurt te gebruiken. Als je voor het eerst zelf yoghurt maakt, gebruik dan yoghurt uit de winkel (zonder smaakje). Zorg er voor dat er wel op de verpakking staat dat het 'actieve yoghurtculturen' bevat. Proef verschillende soorten gewone yoghurt voor je begint. Je zult zien dat ze allemaal een beetje anders smaken. Neem er één die je lekker vindt als jouw starter. Je kunt ook gevriesdroogde culturen gebruiken in plaats van bestaande yoghurt. Deze zijn bijvoorbeeld verkrijgbaar online onder de naam Yoghurtferment Bifidus Lactoferm, en zijn wat betrouwbaarder als starter. In noodgevallen kun je ook yoghurt met een smaakje gebruiken, maar de smaak zal niet hetzelfde zijn als wanneer je gewone yoghurt gebruikt. Je kunt ook lekkere zure room gebruiken, zeker als je niet houdt van draderige of sliertige bifidus (dit zit vaak in commerciële dikke yoghurt omdat dit het productieproces goed kan doorstaan en toch nog goed voor je spijsvertering is). Als je bifidus culturen gebruikt, gebruik dan een steriele mixer zodat je het goed met de melkproteïnen vermengt. Als je dan nog steeds draderige slierten hebt betekent dit misschien dat je het te snel of te hoog verwarmt. Probeer het dan 'au bain-marie'. 4. **Voeg mager melkpoeder toe, als je dat wilt.** 20 tot 30 gram mager melkpoeder verhoogt de voedingswaarde van de yoghurt. De yoghurt wordt hierdoor ook wat dikker. Dat is vooral handig als je magere melk gebruikt. 5. **Voeg de starter toe.** Voeg 2 eetlepels bestaande yoghurt toe, of de gevriesdroogde bacteriën. Roer het erdoor heen, of beter, gebruik een mixer om de miljoenen bacteriën goed gelijkmatig door de melk te verdelen. 6. **Doe het mengsel in bakjes.** Giet de melk in schone bakjes. Sluit ze goed af met een deksel of met folie. Je kunt ook een glazen stolp gebruiken als je wilt, maar dat is niet echt nodig. 7. **Laat de yoghurtbacteriën incuberen.** Bewaar de yoghurt op een warme en rustige plek zodat de bacteriën zich kunnen vermenigvuldigen, het liefst zo tegen de 38ºC. Hoe langer je het mengsel laat incuberen, hoe dikker en sterker van smaak de yoghurt zal worden. Hou de yoghurt stil tijdens het incuberen. Schudden zal het niet doen mislukken, maar het duurt daardoor veel langer. Na zeven uur heb je een vla-achtige textuur, ruikt het een beetje naar kaas en ligt er misschien wat groenige vloeistof bovenop. Dat is precies wat je wilt. Hoe langer je het hierna laat staan, hoe dikker en pittiger het wordt. 8. **Kies een methode om de yoghurt te laten incuberen.** Er bestaan verschillende methodes om yoghurt te laten incuberen. Gebruik een thermometer zodat je zeker weet dat de temperatuur gelijk blijft. Kies de methode die je het makkelijkst vindt. De meest gebruikte methode is met een yoghurtmaker. Hoe je een yoghurtmaker op de juiste manier gebruikt wordt uitgelegd in de volgende stappen. Je kunt ook de oven op het waakvlammetje zetten (als je oven die heeft), of de oven voorverwarmen tot de gewenste temperatuur, en hem dan alleen op de waakvlam op temperatuur houden. Of zet je oven af en toe even aan en dan weer uit, om op de juiste temperatuur te blijven. Deze methode is een beetje gevaarlijk; zorg dat het niet te warm wordt. Andere methoden zijn met een voedseldroger, een rijstkoker, een warmhoudplaatje op de lage stand, of een Crock-Pot op de laagste temperatuur. Als je dit allemaal niet hebt kun je zelfs een zonnige vensterbank of je auto die in de zon geparkeerd staat gebruiken. Let op dat de voedingsstoffen in de melk door blootstelling aan licht kunnen afnemen. Het beste is om een temperatuur van onder de 49ºC aan te houden, maar laat het niet kouder worden dan 32ºC; 43ºC is de optimale temperatuur. Daarnaast kun je de bak met yoghurt ook in warm water in de wasbak zetten, of in een kleine koelbox. 9. **Kies een yoghurtmaker.** Er zijn tegenwoordig verschillende soorten yoghurtmakers op de markt. Met een yoghurtmaker kun je yoghurtbacteriën het veiligst en snelst laten incuberen. De warmtebestendige yoghurtmakers zonder thermostaat vormen de eerste categorie en zijn erg populair vanwege de lage kosten. Ze zijn goedkoper omdat zo zijn gemaakt dat het niet nodig is de temperatuur te beheersen om de bacteriën goed te laten groeien. Ze worden meestal met kleine bakjes geleverd, dus dat kan onpraktisch zijn als je een groot gezin hebt. Yoghurtmakers met regelbare temperatuur zijn duurder omdat er meer elektronische elementen inzitten om de temperatuur constant te houden. Er zijn twee typen in deze categorie: Een ander type heeft een (optimale) fabrieksinstelling die wordt aangehouden, ongeacht de omgeving. Je kunt de temperatuur dus niet zelf instellen bij dit type. Er zijn nu ook yoghurtmakers die de functies uit bovenstaande categorieën combineren. Bijvoorbeeld, één yoghurtmaker heeft een fabrieksingestelde temperatuur met een display waarop je de tijd kunt zien en een automatische stop. Dit apparaat maakt binnen 2 uur heerlijke yoghurt omdat de temperatuur een stuk hoger ligt dan bij de meeste ander huismethoden. Er kunnen bakjes in van meer dan 250 ml, al worden er verschillende maten bijgeleverd. Je kunt er bakken van 3 tot 4 liter inzetten, of 4 bakken van een liter per stuk. Maar bij de grotere bakken is het wel nodig om een groter deksel te gebruiken of handdoeken over het gat te leggen dat ontstaat tussen de onderkant en het bijgeleverde deksel. 10. **Ken de voordelen van een yoghurtmaker.** De gebruiker kan de temperatuur van de yoghurtmaker instellen zodat de juiste temperatuur om de bacteriën te vermenigvuldigen blijft behouden. Eenmaal ingesteld blijft het dezelfde temperatuur, hoe warm of koud het in je keuken ook is. Er zijn yoghurtmakers waarbij de gebruiker zelf kan instellen hoe lang het apparaat de bakjes verhit. Hoewel het handig kan zijn de tijd in te stellen als je weggaat en de yoghurtmaker alleen laat, is het toch aan te raden in de buurt te blijven, zodat, als er iets mis gaat (stel dat het apparaat niet afslaat) - al zal dat niet vaak voorkomen - je de boel nog kunt redden. 11. **Zet de bakjes met afgekoelde melk en starter in de yoghurtmaker.** Zorg dat ze gelijkmatig verdeeld zijn en rechtop staan (je wilt niet dat ze omvallen waardoor de yoghurt eruit kan lopen). 12. **Doe het deksel erop om de warmte binnen te houden.** Zo blijven de bakjes op de juiste temperatuur waardoor de bacteriën kunnen groeien en er yoghurt ontstaat. 13. **Controleer of de yoghurt al steviger wordt.** Na verloop van tijd - afhankelijk van welke bacteriën er worden gebruikt, de temperatuur en voedingsstoffen die aanwezig zijn in de melk - zal de melk opstijven tot de consistentie van yoghurt. Dit kan tussen de 2 en 12 uur in beslag nemen. Kortere tijd zal resulteren in minder stevige yoghurt en langere tijd doet de bacteriën optimaal groeien. Voor mensen die last hebben van lactose-intolerantie zal de langer gerijpte yoghurt beter te verteren zijn. 14. **Haal de bakjes eruit.** Als de yoghurt eenmaal de juiste dikte heeft haal je de bakjes uit de yoghurtmaker en zet je ze in de koelkast om ze te bewaren tot je ze wilt gebruiken. De bakjes, die waarschijnlijk bij de yoghurtmaker geleverd zullen zijn, kunnen zo klein zijn dat ze meteen als schaaltje kunnen worden gebruikt om uit te eten. Er zijn ook containers van een paar liter te koop, ideaal voor wie regelmatig grote hoeveelheden yoghurt nodig heeft. 15. **Kijk of de yoghurt klaar is.** Schud zachtjes met één van de bakjes. Als de yoghurt klaar is zal het niet bewegen en dan kun je het uit de yoghurtmaker halen en in de koelkast zetten. Of je laat het er nog 12 uur in zitten en laat het steviger worden. 16. **Zeef de yoghurt door een kaasdoek voor een dikkere consistentie.** Leg de kaasdoek in een vergiet, zet het vergiet in een grote schaal om de wei op te vangen, doe de yoghurt in het vergiet, dek af met een bord en zet in de koelkast. Laat het een paar uur staan voor 'Griekse' yoghurt. Laat het een nacht staan voor een heel dikke yoghurt, haast roomkaas. 17. **Zet de yoghurt koud.** Zet de yoghurt meerdere uren in de koelkast voordat je het serveert. Je kunt het 1 tot 2 weken goedhouden. Als je een deel ervan als starter wilt gebruiken, doe dat dan binnen 5 tot 7 dagen, zodat de bacteriën nog genoeg kracht hebben om te kunnen vermenigvuldigen. Er zal zich aan de oppervlakte wat wei vormen. Dat kun je afgieten, of doorroeren voordat je je yoghurt eet. Veel yoghurt uit de winkel bevat een verdikkingsmiddel, zoals pectine, zetmeel, gom of gelatine. Wees dus niet verrast als jouw zelfgemaakte yoghurt wat dunner uitvalt. Als je je yoghurt in de vriezer zet voordat je het in de koelkast doet zal het een gladdere consistentie krijgen. Je kunt het ook roeren of schudden om klontjes te verminderen. 18. **Voeg eventueel smaakjes toe.** Experimenteer totdat je de perfecte smaak hebt ontdekt. Jam, ahornsiroop of appelstroop zijn heerlijke smaakjes om toe te voegen. Als je het wat gezonder wilt doen gebruik je vers fruit, met of zonder een beetje honing. 19. **Gebruik een beetje yoghurt van deze lading als starter voor de volgende lading.** 20. **Klaar.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Yoghurt-maken", "language": "nl"}
Afkomen van een beknelde zenuw in je nek
De term 'beknelde zenuw' wordt vaak gebruikt wordt voor het beschrijven van intens, scherpe pijn in de hals of andere delen van de wervelkolom. In werkelijkheid echter raken spinale zenuwen slechts zelden fysiek bekneld. Het is eerder het geval dat ze door chemische stofjes geïrriteerd raken, ingedrukt of iets uitgerekt worden, wat de typische pijn produceert, ook wel omschreven als branderig, elektrisch, tintelend en/of schietend van aard. Wat de meeste mensen beschrijven als een beknelde zenuw is meestal een stijf, geïrriteerd of ontstoken spinaal facetgewricht, wat intens pijnlijk kan zijn en de bewegingsvrijheid zwaar kan beperken, maar over het algemeen niet beschouwd wordt als een ernstige medische aandoening. Er zijn vele mogelijke methoden voor het wegwerken van een beknelde zenuw in je nek, met inbegrip van bepaalde zelfzorgtechnieken en behandelingen door gezondheidsprofessionals. 1. **Wacht en wees geduldig.** Beknelde zenuwen in de cervicale wervelkolom treden meestal plotseling op en zijn gerelateerd aan complexe nekbewegingen of een trauma, zoals een whiplash. Indien het veroorzaakt is door een ongebruikelijke beweging, kan de nekpijn snel en vanzelf verdwijnen, zonder enige behandeling. Wees wat dat betreft dus geduldig (een paar uur tot een paar dagen) en hoop er het beste van. Het risico van een verwonding aan de nek is groter als de spieren afgekoeld en stijf zijn. Beweeg je nek dus niet te krachtig totdat de spieren zijn opgewarmd via de normale bloedstroom of door ze te bedekken met een sjaal of coltrui (als de omgevingstemperatuur koel is). Door verder te gaan met normale halsbewegingen, ondanks de pijn, kan een beknelde zenuw op natuurlijke wijze herstellen. 2. **Wijzig je werk of trainingsschema.** Als je nekprobleem wordt veroorzaakt door omstandigheden op je werk, praat dan met je baas over het omschakelen naar een andere activiteit of het wijzigen van je werkplek, zodat je nek niet nog verder belast wordt. Bij blauwe-boorden banen zoals lassen en de bouw komt nekpijn relatief vaak voor, maar dit geldt ook voor kantoorbanen, als de hals voortdurend in een gedraaide of gebogen positie staat. Als de nekpijn veroorzaakt wordt door sport, dan kan het zijn dat je te agressief traint of geen goede techniek hanteert — raadpleeg in dat geval een personal trainer. Volledige inactiviteit (zoals bedrust) wordt niet aanbevolen bij nekpijn — spieren en gewrichten moeten in beweging blijven en hebben voldoende bloedtoevoer nodig om te genezen. Zorg voor een betere houding op je werk en thuis. Zorg ervoor dat je computermonitor op ooghoogte staat, omdat dit een verrekte/verstuikte nek helpt voorkomen. Onderzoek je slaapomstandigheden. Kussens die te dik zijn kunnen bijdragen aan nekproblemen. Slaap liever niet op de buik omdat dit ervoor kan zorgen dat je hoofd en nek zich verdraaien. 3. **Neem vrij verkrijgbare medicatie.** Niet-steroïdale ontstekingsremmers (NSAID's) zoals ibuprofen, naproxen en aspirine kunnen op korte termijn een oplossing bieden bij pijn of ontsteking in de nek. Houd er wel rekening mee dat deze medicijnen belastend kunnen zijn voor de maag, de nieren en de lever, dus is beter om ze niet langer dan twee weken aan een stuk te gebruiken. Neem nooit meer dan de aanbevolen dosering. De dosering voor volwassenen is meestal 200-400 mg, oraal in te nemen, elke vier tot zes uur. Als alternatief kun je vrij verkrijgbare pijnstillers gebruiken, zoals paracetamol (Tylenol) of spierverslappers (zoals cyclobenzaprine) tegen de pijn in je nek, maar neem ze nooit gelijktijdig met NSAID's. Wees voorzichtig dat je geen medicatie neemt op een lege maag, omdat ze het slijmvlies van de maag kunnen irriteren en daarmee het risico op een maagzweer verhogen. 4. **Pas koudetherapie toe.** De toepassing van ijs is een effectieve behandeling bij zo ongeveer alle kleine blessures van het spierskelet, inclusief nekpijn. Koudetherapie moet worden toegepast op het zachtste deel van je nek om de zwelling en pijn te verminderen. IJs moet 20 minuten worden toegepast, elke twee tot drie uur en een paar dagen lang, waarna je deze frequentie vermindert zodra de pijn en zwelling verdwijnen. Druk het ijs tegen je nek met een rekverband helpt ook bij het bestrijden van ontsteking. Wikkel het ijs of bevroren gel packs altijd in een dunne handdoek om bevriezing van de huid te voorkomen. 5. **Neem eventueel een Epsom-zoutbad.** Het weken van je bovenrug en nek in een warm Epsom-zoutbad kan pijn en zwelling aanzienlijk verminderen, vooral als de pijn wordt veroorzaakt door overbelaste spieren. De magnesium in het zout helpen de spieren om te ontspannen. Maak het bad niet te warm (ter voorkoming van brandwonden) en blijf niet langer dan 30 minuten in het bad weken, omdat het zoute water vocht aan je lichaam onttrekt en je mogelijk kan uitdrogen. Als zwelling een bijzonder probleem in je nek is, neem dan na het warme zoutbad een koude therapie tot je nek gevoelloos aanvoelt (ongeveer 15 minuten). 6. **Probeer zachtjes je nek uit te rekken.** Stretchen van je nek kan wellicht de toestand van je nek verbeteren (door het wegnemen van de druk op de zenuw of het losmaken van het cervicale facetgewricht), vooral als je het probleem in een vroeg stadium aanpakt. Gebruik langzame, gestage bewegingen en haal diep adem tijdens het oprekken. In het algemeen houd je de stretch ongeveer 30 seconden vast, en herhaal dit drie tot vijf keer per dag. Terwijl je staat kijk je recht vooruit en buig je langzaam je nek naar de zijkant, waarbij je oor zo dicht mogelijk bij je schouder komt. Na een paar seconden rust strek je naar de andere kant. Het is aanbevolen om direct na een warme douche of het aanbrengen van vochtige warmte te strekken, omdat je nekspieren dan buigzamer zullen zijn. 7. **Zoek een medisch specialist.** Medisch specialisten zoals een orthopedist, neuroloog of reumatoloog zijn wellicht nodig om ernstigste oorzaken van je nekpijn uit te kunnen sluiten, zoals een infectie (osteomyelitis), hernia, osteoporose, spinale fractuur, reumatoïde artritis of kanker. Deze aandoeningen zijn geen gebruikelijke oorzaken van nekpijn, maar als zelfzorg en conservatieve therapieën niet effectief zijn, dan moeten meer ernstige problemen worden overwogen. Röntgenstralen, botscans, MRI, CT-scan en onderzoek van zenuwgeleiding zijn methoden die specialisten kunnen gebruiken om te helpen bij het diagnosticeren van je nekpijn. Je huisarts kan je ook een bloedonderzoek laten doen voor het uitsluiten van reumatoïde artritis of een spinale infectie, zoals hersenvliesontsteking. 8. **Overweeg een injectie in het facetgewricht.** Je nekpijn kan worden veroorzaakt door chronische gewrichtsontsteking. Een injectie in het facetgewricht bestaat uit real-time fluoroscopische (röntgenfoto) begeleiding van een naald door de nekspieren in het ontstoken of geïrriteerde spinale gewricht, gevolgd door een verdoving en een corticosteroïd mengsel, dat snel zowel de pijn als de ontsteking ter plekke verlicht. Een injectie in het facetgewricht vergt ongeveer 20-30 minuten om uit te voeren en de resultaten kunnen een paar weken tot een paar maanden aanhouden. Je mag niet meer dan 3 injecties in het facetgewricht krijgen, binnen een tijdsbestek van zes maanden. De verlichting van de pijn bij deze injecties beginnen meestal op de tweede of derde dag na de behandeling. Tot die tijd kan je nekpijn wat erger worden. Potentiële complicaties van injecties in het facetgewricht zijn infecties, bloedingen, lokale spieratrofie en zenuwirritatie/schade. 9. **Praat met je arts of fysiotherapeut over tractie.** Tractie is een techniek om de ruimten tussen de wervels te openen. Tractie is er in vele vormen, van een therapeut die handmatig je nek behandelt, tot een tractietafel. Er zijn ook zelfgemaakte tractieapparaten. Vergeet nooit om de nek langzaam te behandelen. Als er wat voor pijn of gevoelloosheid dan ook naar de armen uitstraalt, stop dan meteen en raadpleeg een arts. Voordat je thuis gebruik gaat maken van een tractieapparaat, is het het beste om advies in te winnen van je arts, chiropractor of fysiotherapeut, zodat hij je kan helpen om de juiste uit te kiezen. 10. **Overweeg chirurgie.** Chirurgie bij nekpijn is het laatste redmiddel en zou alleen moeten worden overwogen nadat alle andere meer conservatieve therapieën bewezen ineffectief zijn gebleken en als de oorzaak een dergelijke ingrijpende procedure rechtvaardigt. Een aantal redenen voor een nekoperatie zijn het herstellen of stabiliseren van een fractuur (door trauma of osteoporose), het verwijderen van een tumor of het herstellen van een hernia. Als de zenuwen in je nek er echt bij betrokken zijn, dan merk je ook dat er sprake is van pijnscheuten, gevoelloosheid en/of spierzwakte of verminderde kracht in je armen en/of handen. Spinale chirurgie kan inhouden dat er gebruik gemaakt wordt van metalen staven, pennen of andere apparaten voor structurele steun. De reparatie van een hernia behelst vaak het samensmelten van twee of meer botten (wervels), wat meestal resultaat in een vermindert bewegingsbereik. Mogelijke complicaties van een rugoperatie zijn lokale infectie, een allergische reactie op de verdoving, schade aan de zenuwen, verlamming en chronische zwelling/pijn. 11. **Laat je nek masseren.** Een verrekte spier ontstaat wanneer afzonderlijke spiervezels uitgerekt worden voorbij hun rekbare limiet en vervolgens scheuren, wat lijdt tot pijn, ontstekingen en soms enige mate van spierspasmen om verdere schade te voorkomen. Als zodanig kan dat wat je een 'beknelde zenuw' noemt eigenlijk wel eens een verrekte nekspier zijn. Een diepe weefselmassage is nuttig voor een lichte tot matige verrekking omdat het spierspasmen vermindert, ontstekingen tegengaat en ontspanning bevordert. Begin met een massage van 30 minuten, gericht op je nek en het bovenste deel van de rug. Laat de therapeut zo diep masseren als mogelijk is zonder dat je een krimp geeft. Drink altijd veel water direct na een massage om de bijproducten van de ontsteking (melkzuur en gifstoffen) uit je lichaam te spoelen. Doe je dit niet dan kun je last krijgen van hoofdpijn of lichte misselijkheid. Als alternatief voor een professionele massagetherapie kun je een tennisbal of een trilapparaat gebruiken op je nekspieren — of beter nog, vraag een vriend(in) om dit te doen. Rol de bal 10-15 minuten langzaam rond het zacht deel van je nek, een paar keer per dag, tot de pijn wegtrekt. 12. **Ga naar een chiropractor of osteopaat.** Chiropractors en osteopaten zijn spinale specialisten die zich richten op het creëren van de normale beweging en functie van de kleine spinale gewrichten die verbinding maken met de wervels (de facetgewrichten). Manuele manipulatie van de gewrichten, ook wel een aanpassing genoemd, kan worden gebruikt om de cervicale facetgewrichten die niet uitgelijnd zijn (en wat ontstekingen en scherpe pijn veroorzaakt, vooral tijdens beweging) los te maken of te herpositioneren. Het trekken aan de nek kan ook helpen om je pijn te verlichten. Hoewel een enkele spinale aanpassing soms kan zorgen voor het volledig losmaken van de beknelde zenuw, is het waarschijnlijker dat er 3-5 behandelingen nodig zijn voor er significante resultaten optreden. Chiropractors en osteopaten gebruiken ook allerlei therapieën die meer toegesneden zijn op spierverrekkingen, welke eerder geschikt kunnen zijn voor nekproblemen. 13. **Probeer kinesitherapie (fysiotherapie).** Als je nek problemen blijft geven (chronisch) en veroorzaakt wordt door zwakke spieren, een slechte houding of degeneratieve aandoeningen zoals artrose, dan moet je een vorm van revalidatie overwegen. Een fysiotherapeut kan je specifieke en op maat gesneden trajecten laten zien, en versterkende oefeningen voor je nek voorschrijven. Fysiotherapie duurt meestal 4-6 weken, 2-3 x per week, voor er een positief resultaat te zien is bij chronische rugproblemen. Indien nodig kan een fysiotherapeut je pijnlijke nekspieren met elektrotherapie behandelen, zoals therapeutische echografie of elektronische spierstimulatie. Goede oefeningen voor je nek zijn zwemmen, bepaalde yogahoudingen en krachttraining, maar zorg ervoor dat de kwetsuur eerst is opgelost. 14. **Overweeg acupunctuur.** Bij acupunctuur worden er zeer dunne naalden in specifieke energiepunten binnen de huid/spier gestoken in een poging pijn en ontstekingen te verminderen. Acupunctuur kan effectief zijn bij nekpijn, vooral als het wordt uitgevoerd wanneer de symptomen voor het eerst merkbaar zijn. Acupunctuur is gebaseerd op de principes van traditionele Chinese geneeskunde en werkt door het vrijgeven van een aantal stoffen, met inbegrip van endorfine en serotonine, die pijn kunnen verminderen. Er wordt ook wel beweerd dat acupunctuur de stroom van energie (chi) stimuleert. Acupunctuur wordt beoefend door een verscheidenheid van gezondheidswerkers, met inbegrip van sommige artsen, chiropractors, natuurgenezers, fysiotherapeuten en masseurs.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Afkomen-van-een-beknelde-zenuw-in-je-nek", "language": "nl"}
Stoppen met aan je hoofd krabben
Heb je te maken met een constante neiging om aan je hoofdhuid te krabben? Zo ja, dan kun je te maken hebben met een dwangneurose. Je kunt hiermee omgaan middels ontspanningstechnieken, zintuiglijke vervangingen en afleidende activiteiten. Als je hoofdhuid altijd jeukt, probeer dan wat te doen aan de onderliggende aandoening. Roos is de meest voorkomende oorzaak van jeuk aan de hoofdhuid; andere mogelijkheden zijn psoriasis, ringworm en hoofdluis. Gelukkig zijn deze aandoeningen behandelbaar, dus ligt een oplossing of verbetering binnen handbereik. 1. **Ga na of het krabben echt dwangmatig gedrag is.** Een excoriatiestoornis, waarbij je de drang voelt om voortdurend aan je huid te pulken, is een vorm van obsessief-compulsieve stoornis. Dwangmatig plukken is meer dan alleen een sterke drang om aan je huid te krabben. Het terugkerende krabben kan leiden tot open wonden, laesies of andere medische klachten, en een drang zo overweldigend, dat je niet kunt stoppen met krabben, hoezeer je ook je best doet. Een excoriatiestoornis is een dwangmatige drang die niet wordt veroorzaakt door verboden middelen of medicijnen. Als iets wat je neemt de oorzaak is van je dwangneurose, kijk dan of je dat kunt aanpassen voordat je een behandeling ondergaat om van het krabben af te komen. Krabben aan de huid kan ook een neveneffect zijn van andere mentale gezondheidsproblemen. Als je een ander geestelijk of psychiatrisch probleem hebt, praat dan met je arts of therapeut om te zien of dat verband houdt met het krabben, of dat het een echte neurose is. 2. **Probeer stressoren aan te wijzen die het krabben aan de hoofdhuid uitlokken.** Let op eventuele angstige gedachten of stressvolle situaties die kunnen leiden tot de aandrang om je hoofdhuid te krabben. Let op of de aandrang vaker voorkomt op specifieke plaatsen of momenten van de dag. Hoewel je niet alle triggers kunt vermijden, kan het feit dat je je ervan bewust bent, je helpen om het krabben aan je hoofdhuid te verminderen. Als je bijvoorbeeld op je werk of op school gestrest raakt, kun je niet zomaar je baan opzeggen of stoppen met naar school gaan om de spanningsfactor weg te halen. Je kunt echter wel strategieën ontwikkelen om de drang te beheersen, zoals ademhalingsoefeningen en afleidende activiteiten. Veel mensen hebben vooral 's nachts de neiging om aan hun huid of hoofdhuid krabben, evenals wanneer ze zich gestrest of angstig voelen. 3. **Haal diep adem** Als je je gestrest voelt of merkt dat je onbewust aan het krabben bent, doe dan je ogen even dicht en ontspan je wat. Adem diep in en vul je buik met lucht. Tel tot vier terwijl je inademt, houd je adem dan zeven tellen in, en tel tot acht terwijl je langzaam uitademt. Terwijl je ademhaalt, stel je je voor dat je in een rustige, prettige omgeving bent. Denk positieve bevestigingen, zoals: 'Alles is oké. Deze angstige gevoelens zullen voorbijgaan. Ik heb de kracht om de drang te weerstaan om aan mijn huid te krabben.' 4. **Knijp in een stressbal of speel met een friemelig speelgoedje.** Hou je handen bezig tot de drang om je hoofdhuid te plukken voorbij is. Probeer wat te spelen met voorwerpen, zoals een stressbal, silly putty of een speeltje. Zoek uit welke objecten zintuiglijke afleiding bieden en je drang om te krabben bevredigen. Het aanraken van het haar en het hoofd van een pop kan ook helpen. Probeer een verscheidenheid aan objecten, en zie wat het beste voor je werkt. 5. **Houd een motivatiedagboek bij om je vooruitgang te volgen.** Als je een drang overwint, of een dag doorbrengt zonder aan je hoofd te krabben, maak er dan een aantekening van in je dagboek. Plak eventueel een sticker bij je dagboekaantekeningen om kleine successen te vieren. Als het bijna onmogelijk lijkt om de drang om te krabben tegen te gaan, lees dan de aantekeningen over je eerdere successen. Een herinnering aan het feit dat je de aandrang al eens eerder hebt overwonnen, kan je helpen om op koers te blijven. Je kunt ook een app of apparaat gebruiken om je bewust te worden van dergelijke gewoonten en te helpen het krabben te onderbreken. 6. **Bel een vriend om jezelf af te leiden als je de drang voelt om te krabben.** Als je in een stressvolle situatie zit of angstige gedachten ervaart, praat er dan over met een goede vriend of familielid. Zelfs als je niet bezorgd bent over een specifieke stressfactor, dan nog kan je contact opnemen met een geliefde voor een afleidend gesprek wanneer je wilt gaan krabben. Je uitlaten over je stress kan een uitlaatklep zijn voor de onderliggende oorzaak van je drang om te krabben. Een vriendelijk gesprek kan je geest van de drang afhouden wanneer die zich voordoet. 7. **Ga naar een therapeut als je moeite hebt met het in je eentje weerstaan van deze aandrang.** Cognitieve gedragstherapie en andere vormen van gesprekstherapie zijn effectieve behandelingen voor dwangmatig krabben. Een professional in de geestelijke gezondheidszorg die gespecialiseerd is in lichaamsgerichte, herhalende gedragingen, kan je helpen de denkpatronen die leiden tot dwangmatig gedrag te herkennen en aan te pakken. Indien nodig, kan diegene je wellicht ook medicatie voorschrijven tegen angst, of antidepressiva. Wees niet bang of beschaamd om naar een professional in de geestelijke gezondheidszorg te gaan. Er is geen verschil tussen het zorgen voor je fysieke gezondheid en je mentale welzijn. Vertrouw op je therapeut, volg zijn advies op en maak het 'huiswerk' dat hij je geeft, zoals bevestigingen en gedragsoefeningen. Je therapeut is er om je te helpen, dus doe je best om een positieve mentaliteit te behouden. 8. **Koop een antiroosshampoo.** Kijk voor roosshampoos bij je plaatselijke apotheek of supermarkt. Kijk voor producten die salicylzuur, koolteer, zink, resorcine, ketoconazol of seleniumsulfide bevatten. Lees het etiket op de verpakking zorgvuldig, en gebruik het zoals aangegeven. Sommige producten gebruik je gewoon als shampoo (schuimen en uitspoelen). Anderen raden aan om de shampoo vijf minuten in je haar te laten trekken. 9. **Probeer een ander actief ingrediënt als een shampoo niet effectief is.** Als het eerste product dat je probeert na 3-4 weken geen resultaat oplevert, schakel dan over op een product met een andere werkzame stof. Bijvoorbeeld: als een shampoo met het actieve ingrediënt salicylzuur niet werkte, probeer dan een met pyrithion-zink. Als een shampoo je haar en je hoofdhuid droog laat aanvoelen, probeer dan eens een ander product. Salicylzuur heeft bijvoorbeeld de neiging om de hoofdhuid uit te drogen, dus een 2-in-1 shampoo/conditioner met pyrithionzink kan een betere optie zijn. Wees voorzichtig met shampoos die koolteer en seleniumsulfide bevatten -- die kunnen blond, grijs of geverfd haar doen verkleuren. De duurdere ketoconazol-shampoos zijn sterker en kunnen wel resultaat opleveren als andere niet effectief zijn. 10. **Gebruik een natuurlijk middel als je geen chemische shampoos wilt gebruiken.** Tea tree-olie kan een effectieve thuisbehandeling voor roos zijn. Je kunt natuurlijke shampoos kopen met tea tree-olie, of een druppel ervan mengen met 30 ml Castilia-zeep. Als je haar en hoofdhuid droog zijn, kun je ook wat kokosolie in je hoofdhuid masseren. Laat het vijf of 10 minuten intrekken en spoel dan je haar goed uit. Je haar besproeien met een mengsel van gelijke delen water en appelciderazijn zou ook kunnen werken. Besproei je haar, laat het vijf of 10 minuten intrekken en spoel dan je haar uit. 11. **Raadpleeg een huisarts als je klachten ernstig of hardnekkig zijn.** Als je schilferende vlekken, gele korstjes of ontstoken rode gebieden hebt opgemerkt, kan het zijn dat je hoofdhuid een medische behandeling nodig heeft. Ga naar je arts als je deze symptomen ervaart, of als de schilfers en jeuk aanhouden ondanks je pogingen om het probleem thuis te behandelen. Je huisarts of dermatoloog kan je misschien een op recept verkrijgbare roosshampoo aanbevelen. Wordt er een andere medische aandoening gediagnosticeerd, dan kan je huisarts die behandelen – denk hierbij aan allergieën voor cosmetica, psoriasis of ringworm. 12. **Ga naar een dermatoloog als je denkt dat je psoriasis hebt.** Psoriasis kan jeuk en schilfers veroorzaken en is gemakkelijk te verwarren met roos. Roos heeft de neiging om een geelwitte tint te hebben, terwijl schilfers die geassocieerd worden met psoriasis zilverwit zijn. In geval van psoriasis kunnen er zich plaques, of rode, ontstoken plekken met droge schilfers ontwikkelen op de hoofdhuid, nek en achter de oren. Om een nauwkeurige diagnose te kunnen stellen, zal een dermatoloog een lichamelijk onderzoek uitvoeren. Die kan ook een klein huidmonster nemen en dit opsturen naar een lab om te laten testen. Psoriasis wordt behandeld met medicinale shampoos en corticosteroïde zalven. In ernstige gevallen kan je medicatie voorgeschreven worden om in te nemen. Je dermatoloog komt met het juiste behandelplan voor je specifieke aandoening. 13. **Houd ringworm binnen de perken met orale medicatie en medicinale shampoo.** Tekenen van ringworm zijn jeuk, ronde, rode vlekken van geïrriteerde huid, en ronde of ovale gebieden van haaruitval. Zie je arts voor een nauwkeurige diagnose, en behandel ringworm met een orale antischimmelmedicatie en antischimmelshampoo. Wanneer je de behandeling begint, was je de handdoeken, het beddengoed en de kleding in de wasmachine en droog je deze af op de warmste stand van je droger. Ringworm wordt verspreid door direct contact met geïnfecteerde huid of besmette voorwerpen, zoals kleding, kammen, hoeden of beddengoed. Laat je kammen en borstels een uur per dag weken in een oplossing van een deel bleekmiddel en 10 delen water, gedurende de eerste drie dagen van de behandeling. Bij de behandeling van ringworm mag je geen hygiëneproducten, hoeden, kussenslopen of iets dat je hoofd raakt, delen. 14. **Maak indien nodig een insectendodende shampoo aan tegen hoofdluis.** Als je jeukende hoofdhuid niet te wijten is aan roos, psoriasis of ringworm, dan kan het zijn dat hoofdluizen de schuld zijn. Luizen zijn kleine, bruine insecten die witte eieren leggen. Voor de behandeling van hoofdluis, gebruik je een vrij verkrijgbare shampoo met permethrine, en verwijder je de insecten en eieren met een fijne kam. Zoals met ringworm, moet je handdoeken, beddengoed en kleding tijdens de behandeling in de machine wassen en drogen. Vermijd het delen van hoeden, helmen, kussens en andere zaken die je hoofd raken. In hardnekkige gevallen heb je misschien een insectendodende shampoo op recept nodig. 15. **Vraag je arts naar medicijnen tegen jeuk veroorzaakt door zenuwschade.** Aandoeningen zoals diabetes en nieraandoeningen kunnen neuropathische jeuk veroorzaken, of jeuk als gevolg van zenuwschade. Dit kan de bron zijn als je jeuk hebt, maar geen tekenen van een huidaandoening. Ga naar je huisarts voor een nauwkeurige diagnose, en overleg over medicijnen die verlichting kunnen bieden. Orale of uitwendige corticosteroïden en zenuwblokkers kunnen verlichting bieden. Mogelijke bijwerkingen variëren, maar kunnen onder meer zijn: vermoeidheid, slaperigheid, gewichtstoename en een verzwakt immuunsysteem. Neem alle medicijnen in volgens de instructies van je arts. Raadpleeg je arts voordat je stopt met het innemen van voorgeschreven medicijnen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Stoppen-met-aan-je-hoofd-krabben", "language": "nl"}
Je uurloon berekenen
Voor veel mensen is het vinden van hun uurloon gewoon een kwestie van kijken naar hun laatste loonstrook. Maar als je in loondienst bent of als zelfstandige werkt, kan het wat lastiger zijn om je uurloon te berekenen. Je kunt je uurloon berekenen op basis van een project, een periode, of een uitbetaling. Als je per uitbetaling rekent, kun je bepaalde variabelen meenemen om een nauwkeuriger resultaat te krijgen. 1. **Houd bij hoeveel uren je werkt.** Om deze methode te laten werken, moet je bepalen wat de tijdsperiode is waarover je gaat rekenen. Je kunt je uurloon berekenen op basis van een jaarinkomen voor een nauwkeuriger resultaat, of je kunt het berekenen op basis van een bepaald project of een bepaalde periode. Als je bijvoorbeeld per opdracht of project betaald krijgt, kun je misschien het beste de uren van dat project bijhouden om je uurloon voor dat project te bepalen. Je kunt je uurloon ook voor een kortere periode uitrekenen, zoals een maand of een paar weken. 2. **Bereken je inkomen.** Bewaar je loonstrookjes. Zorg ervoor dat je dezelfde periode gebruikt die je voor je uren hebt gekozen. Dit kan dus voor een project zijn, of voor meerdere uitbetalingen. Je kunt ervoor kiezen om belastingen wel of niet mee te rekenen. Onthoud wel dat als je de belastingen niet meerekent, je uurloon hoger zal uitkomen. 3. **Deel je inkomen door het aantal gewerkte uren.** Zo vind je je uurloon, gebaseerd op het project of de periode die je hebt gekozen. Inkomen / Aantal uren = Uurloon Bijvoorbeeld: € 15.000 / 2.114 = € 7,10 per uur Je kunt je resultaten controleren met deze online tool, waarmee je ook nog extra variabelen kunt toevoegen aan je berekening. 4. **Bereken je inkomen per jaar.** Veel mensen weten hun jaarsalaris al, maar als je dit nog niet weet, bekijk dan je laatste loonstrook. Gebruik je brutoloon–dit is het bedrag zonder belastingen–en vermenigvuldig dit met het aantal betalingen per jaar. Als je tweewekelijks betaald krijgt, vermenigvuldig je het bedrag met 26. Als je bedrijf twee keer per maand uitbetaalt – bijvoorbeeld op de 15e en de 30e/31e van de maand – dan vermenigvuldig je het bedrag met 24. 5. **Bereken hoeveel uur je werkt in een jaar.** Voor een snelle en makkelijke berekening kun je een standaardformule gebruiken, zoals: 7,5 uur per dag x 5 dagen per week x 52 weken per jaar = 1.950 gewerkte uren per jaar. 8,0 uur per dag x 5 dagen per week x 52 weken per jaar = 2.080 gewerkte uren per jaar. 6. **Bereken je uurloon.** Zodra je je inkomen en gewerkte uren hebt, deel je je jaarinkomen door het jaarlijkse aantal gewerkte uren. Je komt dan uit op een schatting van je uurloon. Bijvoorbeeld: als je totale inkomen € 15.000 was, en het aantal gewerkte uren 2.080, dan kom je uit op 15.000 / 2.080 = ongeveer € 7,21 per uur. 7. **Stel je jaarinkomen bij.** Voeg, indien van toepassing, alle extra geldstromen van je werk toe aan je salaris. Dit kan gaan om fooien, bonussen, werkstimulansen, enz. Alle verwachte bonussen en extra stimulansen moeten ook worden toegevoegd aan je jaarlijkse totaalbedrag. Als je in loondienst werkt en fooi ontvangt, wordt de berekening iets ingewikkelder. Houd dan je fooien een paar weken of zelfs maanden lang bij, en deel het totaal door het aantal weken dat je hebt bijgehouden. Dit geeft je een gemiddelde van fooi-inkomsten per week. Vermenigvuldig dit bedrag door het aantal weken waarin je fooi gaat ontvangen, en laat de weken waarin je geen fooi ontvangt (als je bijvoorbeeld op vakantie bent) weg. Hoe langer je je fooien bijhoudt, hoe nauwkeuriger je schatting zal zijn. 8. **Voeg werkuren toe als je overuren maakt.** Zo bereken je je overuren: vermenigvuldig het aantal gewerkte overuren met het loon dat je krijgt voor die overuren, en voeg het totaal toe aan je jaarsalaris. Afhankelijk van je positie kunnen overuren betaald of onbetaald zijn. Voeg de gewerkte uren sowieso toe aan je urentotaal. Bijvoorbeeld: je werkt gemiddeld twee uur per week over, behalve de twee weken per jaar dat je met verlof bent. Je extra uren zijn dan 2 uur x 50 weken = 100 uur per jaar. In dit voorbeeld is je bijgestelde urentotaal dus 2080 + 100 = 2180. 9. **Trek uren af van je berekening als je betaald verlof hebt gekregen.** Tel het aantal uren dat je vrij hebt gekregen op, en trek dit af van het totale aantal gewerkte uren. Neem ook vakantiedagen, ziekteverlof, bijzonder verlof en dagen waarop je te vroeg of te laat was mee. Neem alleen betaald verlof mee dat je ook daadwerkelijk gaat gebruiken. Je hebt misschien wel twee weken ziekteverlof opgespaard, maar de kans is groot dat je dit niet allemaal gaat gebruiken. Bijvoorbeeld: je neemt twee weken betaalde vakantie per jaar, je bent nooit ziek, en je gaat altijd een uur eerder weg op vrijdagmiddag. Je uren in mindering zijn dan (8 uur x 10 dagen) + (1 uur x 50 weken) = 130 uur per jaar. Je bijgestelde werkuren per jaar zijn dan 2180 - 130 = 2050.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-uurloon-berekenen", "language": "nl"}
Middeltjes maken om spinnen mee te weren
Je kunt gemakkelijk zelf thuis natuurlijke middelen maken om spinnen te weren die net zo goed werken als insecticiden uit de winkel. Het voordeel van zelfgemaakte middelen is dat ze geen chemische stoffen en gifstoffen bevatten die slecht zijn voor je gezondheid en die van je huisdieren. Bij het maken van veel van deze natuurlijke afweermiddelen gebruik je ingrediënten die onaangenaam voor spinnen zijn, zoals etherische oliën en ammonia. Op die manier voorkom je dat spinnen je huis binnenkomen en moedig je ze aan om weg te gaan. Door te spuiten met sprays en afweermiddelen neer te leggen op plekken waar spinnen je huis binnenkomen, zoals kieren en spleten rondom ramen en deuren, kun je spinnen erg goed weren zonder dat dit gevolgen heeft voor je gezondheid. 1. **Meng etherische oliën met water.** Giet zeven druppels etherische olie in een lege glazen verstuiver met een inhoud van 500 ml. Vul de verstuiver dan tot 2 tot 3 centimeter onder de rand met warm water. Gebruik pepermuntolie, tea tree olie, citrusolie, lavendelolie of neemolie, want het is bewezen dat deze oliën spinnen weren. Probeer om een verstuiver van glas te gebruiken, want etherische oliën kunnen soms reageren met plastic. 2. **Voeg afwasmiddel toe en schud de verstuiver.** Doe een klein kneepje vloeibaar afwasmiddel in de verstuiver, draai de dop erop en schud met de verstuiver om de ingrediënten te mengen. Olie en water kun je niet mengen, en daarom heb je afwasmiddel nodig om de moleculen in de olie af te breken zodat ze met water gemengd kunnen worden. 3. **Spuit de spray op plekken waar spinnen je huis binnenkomen.** Spuit met de spray met etherische olie op alle plekken waar spinnen je huis binnenkomen, waaronder de raamkozijnen, kieren onder deuren en andere kieren of spleten die je wellicht in je huis ontdekt hebt. Spuit ook in alle hoeken waar spinnen zich verzamelen. Als je op meubels en vloerbedekking spuit, houd er dan rekening mee dat de olie vlekken kan maken. Test de spray op een onopvallende plek in de bekleding of vloerbedekking uit om te kijken of het middel de stof niet laat verkleuren. Als er niets gebeurt kun je het middel veilig gebruiken. 4. **Spuit alle plekken een keer per week opnieuw in.** Natuurlijke afweermiddelen moet je vaker gebruiken dan chemische middelen, dus vergeet niet om een keer per week met de spray te spuiten. 5. **Maak een afwerende spray met ammonia.** Doe 1 deel ammonia en 1 deel water in een verstuiver, draai de dop op de verstuiver en schud ermee om alles te mengen. Spuit de ammonia op plekken waar spinnen je huis binnenkomen en op andere plekken waar ze zich verzamelen. Spuit elke week opnieuw met het middel. In plaats van een spray te maken kun je ook een doekje in het mengsel dompelen en de plekken waar de spinnen je huis binnenkomen daarmee insmeren. Je kunt het middel zo geconcentreerder aanbrengen. 6. **Maak een spray met azijn.** Giet een deel azijn en twee delen water in een verstuiver en schud de verstuiver om de ingrediënten te mengen. Spuit met de azijnspray in de buurt van deuropeningen, raamkozijnen en andere plekken waar spinnen je huis binnenkomen. Voor het beste resultaat spuit je elke week opnieuw met de spray. 7. **Maak een zoutoplossing om mee te spuiten.** Strooi 15 gram zout in 2 liter warm water en meng totdat het zout opgelost is. Giet de oplossing vervolgens in een verstuiver. Spuit de spray op plekken waar spinnen je huis binnenkomen om ze zo af te weren. Spuit een keer per week met de spray. Je kunt een spin doden door er zout water op te spuiten. 8. **Maak een spray met tabak.** Vul een verstuiver bijna tot aan de rand met heet water en doe er vervolgens een snufje tabak in. Laat de tabak ongeveer een uur in het water weken en trekken, en spuit dan met het mengsel in de buurt van plekken waar spinnen je huis binnenkomen. De sterke geur van tabak zal ongewenste spinnen afweren. 9. **Strooi cederhoutschaafsel.** Strooi cederhoutschaafsel in de buurt van plekken waar spinnen je huis binnenkomen en plekken waar zich veel spinnen bevinden. Je kunt tevens blokken cederhout op die plekken neerleggen of mulch van cederhout in je tuin en rondom je huis neerleggen. De sterke geur van cederhout zal spinnen wegjagen. 10. **Gebruik diatomeeënaarde.** Strooi een dun laagje pure, voedselveilige diatomeeënaarde op alle plekken waar spinnen je huis binnenkomen, zoals vensterbanken en deuren. Vergeet niet dat de diatomeeënaarde de spinnen zal doden, dus gebruik iets anders als je ze alleen wilt afweren. De diatomeeënaarde blijft aan de pootjes en het onderlichaam van de spinnen plakken, waarna de deeltjes de spinnen langzaam uitdrogen totdat ze doodgaan. Diatomeeënaarde doodt spinnen en insecten, maar is wel veilig voor jou en je huisdieren. 11. **Gebruik zuiveringszout.** Strooi zuiveringszout op plekken waar spinnen je huis binnenkomen en op plekken waar je de meeste spinnen ziet. De geur van zuiveringszout zal spinnen afweren en uit je huis verjagen. 12. **Weer spinnen af met kastanjes.** Leg kastanjes zonder bolster op de verschillende plekken in huis waar spinnen binnenkomen, evenals de plekken waar spinnen de voorkeur aan geven. Men is het er niet helemaal over eens of kastanjes wel een goed afweermiddel zijn. Sommige mensen noemen dit oudewijvenpraat, terwijl andere mensen erbij zweren. 13. **Smeer de plekken waar spinnen je huis binnenkomen in met citrus.** Smeer de plekken waar spinnen je huis binnenkomen, zoals vensterbanken, deuropeningen en kieren, in met schillen van citrusvruchten. Je kunt zelfs schillen van citrusvruchten op onopvallende plekken in je huis neerleggen, zodat je spinnen nog beter af kunt weren. 14. **Strooi tabak in je huis.** Spinnen hebben een hekel aan de geur van tabak, dus je kunt kleine hoeveelheden tabak op plekken in je huis strooien om die vervelende spinnen weg te jagen. 15. **Gebruik kruiden en specerijen.** Strooi laurierbladeren, hele kruidnagels, kurkuma of gemalen zwarte peper rondom je huis of op de plekken waar spinnen je huis binnenkomen om de spinnen zo af te weren.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Middeltjes-maken-om-spinnen-mee-te-weren", "language": "nl"}
Respectvol zijn
Als je respectvol wilt zijn, probeer je dan in iemand anders te verplaatsen, en gedraag je op een manier waaruit blijkt dat je de ander serieus neemt. Respectvol zijn betekent in essentie dat je de mening, tijd en ruimte van anderen waardeert. 1. **Wees vriendelijk en beleefd.** Respectvol zijn begint met het serieus nemen van de gevoelens van anderen. Vraag jezelf af hoe jij behandeld zou willen worden in bepaalde situaties, en doe moeite om andere mensen dusdanig te behandelen. Behandel iedereen die je tegenkomt - vreemden op straat, klasgenoten en familieleden - op een beleefde manier en met respect. Bied mensen voedsel, water, of iets anders aan als je ziet dat iemand iets dergelijks nodig heeft waar jij in kan voorzien. 2. **Wees beleefd** Het hele idee van etiquette en goede manieren lijkt zinloos als je kind bent, maar als je opgroeit dan realiseer je je dat zulke gebruiken bestaan omdat de maatschappij dan op een prettige manier kan functioneren. Als je laat zien dat je goede manieren hebt, dan is dat een goede manier om te laten zien dat je de tijd en ruimte van anderen respecteert. Als niemand namelijk goede manieren zou hebben, dan zouden alledaagse gebeurtenissen, zoals het eten in een restaurant, in de rij staan bij het postkantoor, of omgaan met lastige verkeerssituaties, uit de hand lopen. Hier volgen enkele voorbeelden van beleefd zijn in het openbaar: Ga niet bellen als je je in een winkel, restaurant, of een andere openbare ruimte bevindt waar andere mensen last van je zouden kunnen hebben. Dring niet voor als je in de rij staat, behalve bij noodgevallen zoals wanneer je met spoed naar het ziekenhuis moet. Snijd mensen niet af als je je in het verkeer begeeft. Zeg altijd alsjeblieft en dankjewel! Volg regels op die bedoeld zijn om het leven voor iedereen wat aangenamer te maken, zoals een computer in een openbare ruimte niet te lang te gebruiken, zodat anderen niet te lang op hun beurt hoeven te wachten. Eet en drink niet op plekken waar regels gelden die dat verbieden. Houd op met praten als de lichten in de bioscoop uitgaan. Doe je afval netjes in een vuilnisbak of recycle-container zodat anderen jouw rommel niet hoeven op te ruimen. 3. **Discrimineer niet.** Wees tegen iedereen respectvol - niet alleen de mensen die je kent, of mensen van wie jij denkt dat ze in hoger aanzien verkeren dan jijzelf. Veel mensen zijn namelijk alleen respectvol tegen mensen bij wie ze een goede indruk willen maken, en zijn onbeschoft tegen de mensen die daar niet onder vallen. Er zit wijsheid in het gezegde 'Beoordeel mensen op basis van hoe zij mensen behandelen die niets voor hen kunnen betekenen.' Dit betekent dat je net zo vriendelijk zou moeten zijn tegen mensen die niet zo 'cool' zijn, als tegen de wat meer populaire mensen die je kent. Wees vriendelijk tegen mensen die je gedurende de dag tegenkomt, en die niet altijd met respect bejegend worden. Bijvoorbeeld, dakloze mensen worden vaak genegeerd of slecht behandeld, maar ze verdienen hetzelfde respect en hoffelijkheid als alle andere mensen. 4. **Respecteer verschillen.** Wees respectvol tegen mensen die anders zijn dan jijzelf, ook al begrijp je ze niet helemaal. De verschillen tussen mensen zorgen ervoor dat het leven interessant blijft, en, je hebt waarschijnlijk meer gemeen met mensen die je niet kent dan je denkt. Maar ook als je niets van een ander begrijpt, blijf dan toch hoffelijk en beleefd. Dat betekent niet dat je iedereen die je tegenkomt leuk moet vinden, en je hoeft het zeker niet met iedereen eens te zijn, maar je kunt wel respectvol blijven. Toon respect voor mensen met een andere culturele achtergrond. Toon respect voor mensen met een andere geloofsovertuiging. Toon respect voor mensen met een andere politieke voorkeur. Toon respect voor tegenspelers en hun fans als je een sport beoefent. 5. **Respecteer de ruimte die je deelt met anderen.** Elke ruimte die je deelt met anderen zou met respect behandeld moeten worden. Je huis (als je samenwoont met anderen), de school waar je op zit, de straat waar je woont, de bus die je neemt - deze ruimtes zijn niet alleen voor jou vertrouwde plekken maar ook voor anderen. Je zou het niet fijn vinden als andere mensen de plekken waar je elke dag komt zouden bevuilen, dus zorg ervoor dat je je rommel niet laat slingeren, en doe je best om de ruimte leefbaar voor anderen te houden. Laat geen verpakkingsmateriaal rondslingeren - raap het op en doe het in een vuilnisbak. Als je er een rommeltje van gemaakt hebt, ruim alles dan op. Spuit geen graffiti in openbare ruimtes (tenzij je een kunstenaar bent en er toestemming voor hebt). 6. **Respecteer de aarde en iedereen die er leeft.** Respectvol zijn gaat verder dan gewoon aardig tegen andere mensen zijn. Denk eraan om respect voor dieren, planten en de aarde te tonen. We leven hier allemaal samen, en ieder van ons verdient het om met respect behandeld te worden. Behandel elk levend wezen als een individu dat recht heeft op een respectvolle behandeling. Zorg ervoor dat je geen aandeel hebt in de vervuiling van het milieu. Wees je ervan bewust welke effecten jouw daden op de rest van de wereld hebben. Bijvoorbeeld, als jij pesticiden voor je grasveld gebruikt, dan kunnen die het grondwater vervuilen en een negatief effect op het milieu hebben. Probeer bewust keuzes te maken in de manier waarop je leeft. 7. **Respecteer de bezittingen van anderen.** Het wordt over het algemeen onbeschoft en asociaal gevonden als je achteloos met spullen omgaat die niet van jou zijn. Vraag om toestemming voordat je gebruik maakt van iemand anders zijn bezit. Als je dat nalaat, dan kun je beschuldigd worden van diefstal. 8. **Respecteer de persoonlijke ruimte van anderen.** Hoe groot de persoonlijke ruimte van mensen is, hangt af van de situatie. Je kunt mensen die je niet kent (zoals mensen in de metro) het beste een halve meter ruimte geven indien mogelijk, en je kunt beter geen gesprek beginnen tenzij de ander signalen afgeeft waaruit blijkt dat hij of zij open staat voor een gesprek. Bij vrienden en familie is het meer gebruikelijk om elkaar aan te raken, maar het is toch nog belangrijk dat je zeker weet dat degene in kwestie zich er prettig bij voelt. Als je iemand wilt omhelzen of begroeten met een kus, zorg dan dat de ander het aan ziet komen, zodat diegene zich nog tijdig terug kan trekken als hij of zij het om een of andere reden niet wil. Vraag om toestemming als je iemand wat langer aanraakt, zoals wanneer je met iemands haar speelt of over iemands rug wrijft. Behandel hulpstukken van gehandicapte mensen (zoals een stok of rolstoel) en blindengeleidehonden alsof het verlengstukken van iemands lichaam zijn. Raak ze niet aan zonder toestemming van de eigenaar. 9. **Luister als iemand anders aan het woord is.** Als je een gesprek voert, dan is goed luisteren naar de ander een uiting van respect. Als je er verveeld uitziet, of je onderbreekt de ander, dan laat je hiermee zien dat je het niet echt belangrijk vindt wat hij of zij te zeggen heeft. Oefen met aandachtig luisteren naar anderen, en wacht tot de ander uitgepraat is voordat je erop reageert. Oogcontact maken is een goede manier om te laten zien dat je respecteert wat de ander zegt. Andere signalen die je via lichaamstaal geeft, kunnen die functie ook hebben. Kijk degene met wie je praat aan, en probeer niet te frunniken als de ander aan het woord is. Parafraseer wat de ander zegt, in plaats van alleen maar afwezig te knikken. 10. **Denk na voordat je iets zegt.** Als het jouw beurt is om iets te zeggen, probeer dan een respectvolle reactie te geven op de woorden van de ander. Houd rekening met wat de ander gezegd heeft, en uit je mening zonder die van de ander te ondermijnen. Probeer te voorkomen dat je de ander beledigt door iets onbeleefds of hardvochtigs te zeggen. Neem geen neerbuigende houding aan. Leg bijvoorbeeld geen dingen uit aan iemand die het overduidelijk allang begrijpt. Bijvoorbeeld, leg een voetballer niet uit hoe hij een bal moet raken. Betuttel een ander niet. Net zoals neerbuigend zijn naar iemand toe, kan het betuttelen van een ander diegene het gevoel geven dat hij of zij niet gerespecteerd wordt. Vermijd zinnen als, 'Zorg maar dat je je in dat kleine koppie geen zorgen maakt' of 'Dit is een jongensonderwerp, daar zou jij niets van begrijpen.' Let erop dat je over sommige dingen beter niet kunt praten. Als je iemand bijvoorbeeld nog niet zo goed kent, dan zijn er bepaalde vragen die je beter niet kunt stellen. Bijvoorbeeld, als je iemand net leert kennen, dan vraag je niet hoe hij aan dat litteken van 7 cm op zijn voorhoofd komt. 11. **Wees helder als je iets wilt.** Mensen zijn over het algemeen bereid om anderen te helpen, maar ze kunnen je niet helpen als ze niet goed weten wat je nodig hebt. Praat over je behoeften (fysiek of emotioneel), zodat anderen mensen weten wat er aan de hand is. 12. **Blijf beleefd, ook als je het oneens met iemand bent.** Je kunt iemand respecteren terwijl je het misschien helemaal niet met diegene eens bent. Het gaat erom dat je het oneens bent met de ander, zonder de waardigheid van de ander te ondermijnen. Bijvoorbeeld, je bent het misschien erg oneens met iemands politieke overtuigingen, maar je waardeert die persoon wel als mens; dat zou dan merkbaar moeten zijn in de manier waarop je met de ander discussieert. Zorg dat je tijdens een discussie de ander nooit beledigt. Laat je houding 'Ik ben het daar niet over eens met je' niet escaleren tot 'Je bent een idioot.' Als het nodig is dan kun je het gesprek beter beëindigen, voordat het uit de hand loopt en voordat je dingen zegt waar je later spijt van krijgt. Je bereikt er niets mee als je een ander niet respecteert. Het enige wat je dan bereikt is dat je er dan een nieuwe vijand bij hebt. 13. **Probeer geduld te betrachten en probeer vertrouwen in de ander te hebben.** Communiceren kan soms lastig zijn, en mensen drukken zich soms verkeerd uit, of ze kunnen de juiste woorden niet vinden. Geef anderen de tijd om zich uit te drukken, en als je niet zeker weet wat iemand bedoelt, ga er dan vanuit dat de ander zijn of haar best doet om aardig en begripvol te zijn. 14. **Probeer om geen vooroordelen te hebben over anderen.** Begin geen gesprek met allerlei vooroordelen over iemand of over iemands achtergrond, zoals vooroordelen over iemands ras, geslacht, religie, nationaliteit, of andere factoren. Want alle mensen zijn uniek, met een specifieke levenservaring en wijsheid. Denk niet dat je iemand al kent voordat je de moeite genomen hebt om meer over hem of haar als individu te weten te komen, want daarmee ga je de fout in en toon je geen respect voor de ander. 15. **Roddel niet.** Roddelen is een uiting van een gebrek aan respect, en toch komen mensen er meestal makkelijk mee weg. Dat neemt niet weg dat het een slechte gewoonte is. Want door te roddelen doe je mensen tekort; ze worden dan immers gedegradeerd tot gespreksonderwerp, in plaats van mensen met gevoelens die zich gekwetst kunnen voelen. Zelfs over de raarste, meest irritante of macho mensen zou niet gepraat moeten worden op een manier waarop deze gedegradeerd worden tot een lage vorm van entertainment voor anderen. Als je niets zinvols te zeggen hebt, dan is het beter om helemaal niets te zeggen. Geef op een beleefde manier te kennen dat het je beter lijkt om de discussie te beëindigen, of dat het je geen goed idee lijkt om dit soort gesprekken te beginnen, ook als degene over wie geroddeld wordt, jou op een eerder moment benadeeld heeft. Bedenk dat je zal oogsten wat je zaait, en weersta de verleiding dus om in slechte gewoontes te vervallen. Dit is in je eigen belang en ook in het belang van anderen. Houd in gedachten dat je daden, zowel de goede als de slechte, op de lange termijn een effect zullen hebben op jou en je omgeving. 16. **Verontschuldig je** Hoezeer je ook je best doet, je zal op een bepaald punt toch op iemands teentjes trappen. De fout die je maakte en waardoor je iemand gekwetst hebt, is minder belangrijk dan hoe je daar vervolgens op reageert. Als je je realiseert dat je iets onaardigs gedaan hebt, of iemand van streek gemaakt hebt, praat dan met diegene en bied je excuses aan. Probeer jezelf niet vrij te pleiten van je daden door 'maar' te zeggen. Als je de behoefte voelt om uit te leggen waarom je bepaald gedrag vertoond hebt, probeer dan 'en' te zeggen in plaats van 'maar'. Bijvoorbeeld, 'Sorry dat ik je beledigde toen ik je een autist noemde, en ik was me er niet goed genoeg van bewust wat autisme eigenlijk is. Sorry dat ik je van streek gemaakt heb, en ik accepteer je hoe je bent.' Op deze manier verklaar je je gedrag, zonder het goed te praten. 17. **Probeer respect te tonen aan anderen, zelfs als die mensen jou niet respecteren.** Hoe moeilijk dat ook is, probeer om geduld en bescheidenheid te tonen. De ander kan dan wellicht iets van je leren. Als iemand overduidelijk onbeschoft of gemeen tegen je is, probeer jezelf dan te verdedigen zonder dat je je tot het niveau van de ander verlaagt. 18. **Toon eerbied voor mensen met een wettelijke autoriteit.** Sommige mensen verdienen extra respect vanwege de positie die ze bekleden. Bijvoorbeeld, het hoofd van de school, de baas, de dominee, de burgemeester, de koningin van Engeland - dit zijn mensen die leiderschapsposities bekleden vanwege hun uitzonderlijke kwaliteiten, en die door de maatschappij in het algemeen gerespecteerd worden. Toon je respect aan personen met gezag, volgens de etiquette die in dat geval geldt, of dat nu betekent dat je het schoolhoofd 'Mijnheer' noemt of dat je buigt voor de koningin. Ouderen verdienen ook extra respect. Respecteer je ouders, je grootouders, en andere ouderen in de gemeenschap, want ze hebben waardevolle wijsheid in zich die zij kunnen delen met anderen. Het is belangrijk dat je je realiseert in welke gevallen een figuur met gezag geen extra respect en eerbied verdient. Als iemand je vertrouwen beschaamd heeft en je voelt geen respect meer voor die persoon, dan heb je het recht om die persoonlijke keuze te maken. In sommige gevallen betekent het opkomen voor jezelf, dat je jezelf en anderen respecteert die benadeeld worden door de gezagsfiguur. 19. **Maak geen misbruik van je eigen macht.** Als je in een positie verkeert waarin je macht over anderen hebt, respecteer dan de mensen die jou vertrouwen, door hoffelijk en vriendelijk tegen ze te zijn. Verwacht nooit van ze dat ze jou gehoorzamen 'omdat jij het zegt'. Wees de leider die mensen willen volgen, in plaats van de leider voor wie ze bang zijn, en die ze uit angst volgen. 20. **Respecteer jezelf** Je bent belangrijk, en je verdient het om goed behandeld te worden. Probeer jezelf meer en meer op dezelfde manier te behandelen als de manier waarop je een vriend zou behandelen. Elke keer dat je een negatieve gedachte over jezelf hebt, of als je iets doet waarbij je jezelf benadeelt, vraag jezelf dan af of je ook op die manier tegen een vriend zou praten. Probeer je eigen beste vriend te zijn. Als je anderen steeds belangrijker vindt dan jezelf, dan ben je goed voor anderen, maar het is niet realistisch om dat altijd te willen doen. Zet je eigen basisbehoeften (eten, slaap, je geestelijke gezondheid) voorop. Als je in je eigen behoeften voorziet, dan kun je anderen beter helpen. 21. **Probeer empathisch te zijn en mededogen te hebben voor anderen.** Om echt te begrijpen hoe je anderen kunt respecteren, is het nodig dat je je in de ander verplaatst, en werkelijk probeert te begrijpen wat er aan de hand is. Je kunt best beleefd zijn zonder echt iets om de ander te geven, maar echt respect komt voort uit een gevoel van mededogen en een diep gevoel van wederzijds begrip voor elkaar. Probeer de dingen te zien waardoor we allemaal met elkaar verbonden zijn, en wees je ervan bewust dat we allemaal samen inwoners van deze aarde zijn. Elkaar respecteren is een manier van omgaan met elkaar, waardoor we de wereld leefbaarder en prettiger voor iedereen maken.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Respectvol-zijn", "language": "nl"}
Je leven weer oppakken als je door iemand bent afgewezen
Je hebt al heel lang van iemand gehouden, alleen maar om afgewezen te worden. Of diegene het nu gezegd heeft of niet, het doet in beide gevallen zeer. Je hebt er genoeg van om afgewezen te worden, maar je houdt zoveel van deze persoon dat je niet weet hoe je ooit verder kunt gaan zonder hem of haar. Maar de waarheid is dat je zoveel beter verdient. Je bent sterk en best in staat om iemand te vinden die jou respecteert om wie je bent en van je houdt, juist vanwege al je eigenaardigheden. Als je vaarwel wilt zeggen tegen iemand die niet meer van jou houdt, lees dan verder om te weten hoe je dat doet! 1. **Huil, en huil veel.** Huilen zorgt ervoor dat je emoties naar buiten komen in plaats van ze op te kroppen. Dit heet "catharsis." Onderzoek toont aan dat huilen helpt om spanning los te laten en maakt je daadwerkelijk gezonder. Denk er maar eens over. Stel je vult de badkuip met water en de telefoon gaat. Je denkt iets als "dit gaat tijden duren voor het vol is, ik kan wel even praten en ben zo weer terug." Je praat 10 minuten over de telefoon en vergeet helemaal dat je het water hebt laten lopen in de badkamer. Tegen de tijd dat je klaar bent met het gesprek en weer in de badkamer komt, is het water al overgelopen en staat de vloer blank. Je haast je om de kraan dicht te draaien, maar dan is het al te laat. Dat is wat er gebeurt als je niet huilt. Uiteindelijk zullen je emoties eruit knallen en je overstelpen. Het beste wat je kunt doen is alles eruit gooien. Wees niet bang om te huilen. Als je dit liever even alleen doet, ga dan naar de badkamer of je eigen kamer. Zoek een goede plek om te huilen. Afhankelijk van de mate waarin je emotioneel met de ander verbonden was zal je vaak van die speciale plek gebruik maken om te huilen. 2. **Denk na over alle negatieve dingen die je met die persoon waar je van houdt associeert.** Misschien denk je dat die persoon geen fouten heeft en perfect is, maar dat is waarschijnlijk niet waar. Het al oude gezegde is echt waar: niemand is perfect. Maak een lijst met alle dingen die je aan een ander niet bevielen en tekortkomingen van die persoon. Hoe meer dingen je kunt opnoemen over de ander die je helemaal niet aanstaan, des te gemakkelijker zal het zijn om je hart ervan te overtuigen dat diegene niet de juiste persoon voor jou is. Misschien was hij of zij bot tegen je beste vriend of heeft diegene vreselijke vrienden. Misschien haalt die persoon je voortdurend naar beneden, en zorgt ervoor dat je zelfachting schade wordt berokkend. Misschien heeft diegene moeite om eerlijk te zijn, zegt dingen te zullen doen zonder ze daadwerkelijk uit te voeren. Wat het ook is, schrijf het op en neem deze lijst door wanneer die oude gevoelens je weer beginnen te bekruipen. Probeer ook na te denken over alle negatieve gevoelens die je hebt gehad terwijl jullie met elkaar een interactie aangingen. Negatieve gevoelens verschillen van slechte eigenschappen: die gaan over wat voor gevoel die persoon je heeft gegeven, niet wat die persoon heeft gedaan. Heb je het gevoel dat je familierelaties onder druk zijn komen te staan omdat je ouders vonden dat dit niet de juiste persoon voor je was? Ben je daardoor minder zeker geworden over je beslissingen? Raak je vaak door die persoon in de put? Dit zijn slechts een paar dingen die je kunt overwegen. 3. **Stel je een aantal van de negatieve consequenties voor van de omgang met deze persoon.** Misschien waren er niet veel negatieve consequenties als gevolg van jullie relatie. Maar de kans is groot dat je wel een paar kunt bedenken, als je het probeert: Heeft hij/zij een ongezonde fixatie op het verleden veroorzaakt? Heeft hij/zij je gemanipuleerd om te krijgen wat hij/zij wil? Heeft hij/zij je ervan weerhouden om je dromen te realiseren in het voordeel van die van hem/haar? Heeft hij/zij je doen geloven dat je alleen tijd met hem/haar door zou moeten brengen, en niet met je vrienden of familie? Heeft hij/zij ervoor gezorgd dat je slechte stressmanagement- of conflictbeheersingsvaardigheden aan hebt geleerd, door constant ruzie te maken of spelletjes met je te spelen? 4. **Probeer weg te komen van alles wat je aan hem of haar herinnert, tot je over die persoon hen bent.** Dit betekent dat je niet naar plaatsen toegaat waar je een memorabele tijd met hem/haar hebt doorgebracht, oude foto's wegbergt en misschien zelf contactgegevens van die persoon verwijdert uit je telefoon of van Facebook. Dit kan hard overkomen maar je zal moeten begrijpen dat je verder "moet" gaan in het leven. Je kunt het ook als volgt opvatten. Als je voor het rode licht bent gestopt en plotseling gaat het op groen, dan gaat iedereen verder met zijn of haar leven, terwijl jij stil blijft staan. Uiteindelijk zal je geraakt worden door een andere auto of een bekeuring krijgen omdat je midden op de weg blijft staan. Je kunt bewegen, maar het kost moeite om je voet op het gaspedaal te zetten. Rij door. Je wil niet langer die persoon zijn die blijft staan voor het rode licht. Als het zien van die persoon op Facebook of op je telefoon herinneringen aanwakkert of jou in verleiding brengt om contact op te nemen, dan zal je die meldingen moeten verwijderen. Als je nog iets hebt van de ander, dan is het nu een goed moment om het terug te geven als er herinneringen aan kleven of als het belangrijk voor diegene is. Als je de ander niet wilt zien, dan kun je aan een vriend vragen om het af te leveren, of het opsturen via de post. Afkomen van spullen die je aan die persoon herinneren is "niet hetzelfde" als het vernietigen van spullen. Het is misschien niet zo'n geweldig idee om al de eigendommen van de ander op een grote brandstapel te gooien. Beter is het om de spullen op te slaan, of op te bergen, in plaats van ze te vernietigen. Je wilt tijdelijk af van de herinneringen, niet ze allemaal vernietigen. 5. **Ga op een minivakantie.** Dit kan betekenen dat je lekker thuis blijft als je dat wilt (iemand zin in een pyamafeestje?) of het kan een uitgebreide vakantie zijn naar een exotische vakantiebestemming. Wat het ook is, je hebt het verdiend. Je hebt hier veel werk in gestoken, evenals in andere relaties, wat inhoudt dat je wel een rustpauze hebt verdiend. Op vakantie gaan hoeft niet te betekenen dat je naar een verre bestemming gaat. In feite kun je nog steeds op vakantie gaan, ook al blijf je in dezelfde stad. De truc is om je brein ervan te overtuigen om alles los te laten en te doen alsof je op een totaal vreemde plek bent. Dus zoek de plaatselijke bevolking op, ga naar een museum waar je nog nooit geweest bent en neem het allemaal als een spons in je op. 6. **Probeer niet meer aan hem/haar te denken.** Afspreken met vrienden, je aansluiten bij een vereniging (theatergroep, creatief schrijven of een boekclub, etc.) helpt enorm. Doe wat je kunt om niet aan de ander te denken. Schrijf songteksten of verhalen, doe je huiswerk, hang rond met vrienden in de stad, kijk films; dit werkt allemaal. Zorg dat je niet aan hem/haar denkt en dat er geen enkele reden is waarom je die persoon tegen zou moeten komen of aan diegene gaat denken. Bijvoorbeeld, als die persoon bij een supermarkt werkt en je vrienden willen daar naartoe, ga dan niet. Blijf thuis en doe iets anders. Het hele punt is om het achter je te laten, maar voor de meeste mensen die verliefd zijn geldt dat zodra ze de ander zien of weer met die persoon omgaan, dat de oude gevoelens weer terugkeren. Dus zorg dat je diegene helemaal niet meer ziet. Probeer een hobby te vinden waarin je geïnteresseerd bent, zoals kunst, muziek, schrijven, boeken, dansen, etc. Je slaat twee vliegen in een klap door een aantal zaken voor elkaar te krijgen terwijl je bezig bent om de ander te vergeten, zoals afvallen, studeren of je huiswerk doen, oefenen voor het houden van een toespraak of toneelstuk, of geld verdienen. 7. **Als je er klaar voor bent, probeer dan iemand te vinden om weer van te kunnen houden.** Deze persoon kun je tegenkomen in een boekwinkel of een café, online of midden op straat. Geef de hoop nooit op in het vinden van je ware liefde. Het is duidelijk niets geworden tussen jouw en de vorige persoon waar je van houdt of hebt gehouden, anders zou je nu niet op dit punt zijn aanbeland. Als het niets geworden is tussen jullie twee, dan waren jullie niet voor elkaar bestemd. In de grote lijn der gebeurtenissen gebeurt alles met een reden. Weet dat er betere dingen op je wachten en wees blij dat je liefdesgeschiedenis nog voor je ligt en niet in het verleden. Motiveer jezelf voor die toekomst en geef de zoektocht naar je ware liefde nooit op, want ergens daarbuiten in de wijde wereld wacht hij of zij op je. 8. **Wanneer je op zoek bent naar die speciale persoon, vergeet dan niet om te leren van de fouten die je in voorgaande relaties hebt gemaakt.** Je zal waarschijnlijk op zoek gaan naar een nieuwe liefde, wat inhoudt dat je jezelf bloot gaat stellen aan nieuwe situaties en personen. Vergeet hierbij niet om te leren van je relaties uit het verleden in plaats van die nog een keer overnieuw te begaan. Op die manier hoef je hopelijk maar een keer opnieuw verder te gaan en dit achter je te laten. Duimen maar! Bijvoorbeeld, als je een relatie hebt met een manipulatief iemand, ga dan op zoek naar aanwijzingen in de volgende relatie die erop kunnen duiden dat ook die relatie de manipulatieve kant opgaat. Blijf uit de buurt van mensen die je een vervelend gevoel geven omdat zij niet krijgen wat ze willen. Blijf weg uit de buurt van mensen die nooit kunnen toegeven dat ze iets verkeerd hebben gedaan. Misschien voel je je aangetrokken tot de valkuilen van de andere persoon en ben je actief op zoek naar die eigenschappen in een nieuwe liefde. Maar dat is alleen maar omdat die persoon je niet het voordeel heeft gegeven van een gezonde, actieve relatie waarbij er sprake is van wederzijds respect. Heb je eindelijk wel zo'n gezonde relatie, dan zal je je beginnen te realiseren dat alle dingen waarvan je dacht ze nodig te hebben in een relatie, in feite dingen waren die je ervan weerhielden om het ware geluk te vinden. 9. **Probeer er zo over na te denken dat het goed is dat je het hebt meegemaakt, maar dat aan alles op een gegeven moment een einde komt.** Wees blij over de herinneringen die jullie delen. Waarschijnlijk zijn er aardig wat lessen die je hebt geleerd. Wens niet dat het nooit zou zijn gebeurd— wens dat je verder gaat met je leven. Soms kan verder gaan ook een blijde gebeurtenis zijn. Probeer gewoon om het goede te zien in dat wat deze ervaring je heeft laten getoond. 10. **Laat nu meteen alle valse hoop varen.** Ergens in je hoofd blijft een stemmetje zeggen "Ik kan ervoor zorgen dat hij/zij van me gaat houden. Misschien bedoelde diegene het niet zo, maar wist gewoon niet wat te zeggen. Misschien komt het op een dag allemaal wel goed." Nee. Laat al die gedachten varen. Om verder te kunnen gaan zal je moeten weten dat er nu geen hoop meer is voor jullie twee. Als hij of zij jou heeft afgewezen, dan was dat waarschijnlijk serieus bedoeld. Vast blijven houden aan valse hoop zal je op geen enkele manier gaan helpen. Weet dat als ze jouw zouden willen, dat ze bij je terug zouden komen. Als dat nu niet al gebeurd is, dan zal je het achter je moeten laten en de valse hoop dat er iets zou kunnen zijn tussen jullie laten varen. Je kunt er iemand niet dwingen om van je te houden en als je wel op die manier denkt, dan kun je daar maar beter meteen mee ophouden. Iedereen doet dit - jij denkt dat het je een beter gevoel zal geven. Maar in werkelijkheid zal het de situatie alleen maar erger maken, omdat je wederom niet verder gaat met je leven.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-leven-weer-oppakken-als-je-door-iemand-bent-afgewezen", "language": "nl"}
Volle melk afromen
Magere melk bevat veel eiwitten en koolhydraten en weinig vet. Magere melk uit de winkel kan verwaterd zijn met additieven of vulstoffen. Als je zelf thuis magere melk wilt maken, zorg er dan voor dat je rauwe koemelk hebt of niet-gehomogeniseerde volle melk, wat melk is die nog het grootste deel van zijn vet bevat. Je kunt het vet afscheiden door de melk te koken of door de melk gedurende 24 uur in de koelkast te laten staan. 1. **Zorg ervoor dat de melk niet gehomogeniseerd is.** Gehomogeniseerde melk heeft zijn vetmoleculen al afgebroken voordat het naar de winkel wordt gestuurd. Als de melk rechtstreeks van de koe komt, weet je dat het nog niet gehomogeniseerd is. Kijk op het etiket van de in de winkel gekochte melk of er 'niet-gehomogeniseerde' melk op staat. Je kunt niet-gehomogeniseerde melk kopen bij veel natuurwinkels of boerenmarkten. 2. **Giet de melk in een doorzichtige en luchtdicht reservoir, zoals een pot met een deksel.** Kies een pot die je luchtdicht kunt maken. Jampotten, trommels, of zelfs bekers met plasticfolie erop zijn ook geschikt. Giet de hoeveelheid melk die je wilt afromen in de pot. Je kunt bij de meeste supermarkten glazen potten in bulk kopen voor een lage prijs. Gebruik een doorzichtig reservoir om de scheidingslijn tussen de melk en het vet beter te kunnen zien. 3. **Laat de melk 24 uur in de koelkast staan.** Bewaar de melk in de daarvoor bestemde pot in de koelkast. Het vet stijgt vanzelf naar de oppervlakte als de melk onberoerd blijft staan. Let op dat je de melk niet schudt of beweegt zolang die staat. Koude melk doet er langer over om te scheiden, maar melk op kamertemperatuur laten staan kan de melk doen bederven. 4. **Kijk naar de 'roomlijn' in de melk.** Als de melk zich heeft afgescheiden, zie je een laagje room, of vet, drijven aan de bovenkant van de melkpot. De room is iets lichter van kleur en er kunnen kleine luchtbelletjes in zitten. Zodra je de 'roomlijn' hebt gevonden, weet je hoeveel room je moet afromen. 5. **Open de melkpot en schep de room er met een lepel uit.** Schraap voorzichtig met een lepel het laagje room van de oppervlakte van de melk. Je kunt de room bewaren om in een recept te gebruiken of door de gootsteen spoelen. Let op dat je de room niet weer in de melk mengt. 6. **Bewaar de magere melk in de koelkast en consumeer deze binnen de zeven dagen.** De magere melk kan bewaard worden in de pot die je gebruikt hebt of in een andere pot. Bewaar de magere melk koud in de koelkast. Gebruik de magere melk in recepten als gezonder alternatief voor volle melk. 7. **Kook de rauwe, niet-gehomogeniseerde volle melk gedurende zes minuten in een steelpan.** Giet de gewenste hoeveelheid melk in een steelpan en breng het aan de kook. Laat de melk gedurende zes minuten koken op middelhoog vuur. Roer het lichtjes om zodat het onderste van de melk niet aanbrandt. Deze aanpak werkt het best voor rauwe melk die warm is en rechtstreeks van de koe komt. 8. **Haal de pan van het vuur en laat de melk gedurende twee minuten afkoelen.** Je zult zien dat de room, of het vet, naar de oppervlakte begint te stijgen naarmate de melk afkoelt. Roer of schudt de melk niet door elkaar als die eenmaal van het vuur is, anders meng je het vet weer in de melk. 9. **Schep met een lepel de room van de melk.** Schraap de melk voorzichtig van de top met een grote lepel. Je kunt de room gebruiken voor een recept of door de afvoer spoelen. Let op dat je de room niet terug in de melk mengt of roert. Als je de room wilt bewaren voor een recept, doe hem dan in een luchtdicht reservoir en bewaar hem gedurende maximaal vijf dagen in de koelkast. 10. **Dek de steelpan af met een deksel en zet de melk gedurende acht uur in de koelkast.** Naarmate de melk afkoelt, scheidt deze zich verder en komt het vet naar boven. Zorg ervoor dat het deksel van de steelpan zo goed als luchtdicht is. Zet de pan op een plaats waar niemand ermee kan schuiven of eraan kan komen. 11. **Schep de room uit de steelpan met een lepel.** Er zal een dikke laag room op het oppervlak van de melk drijven. Gebruik een lepel om de rest van de room voorzichtig van de melk af te scheppen, en let op dat je het niet terug in de steelpan mengt. Deze room zal dikker zijn dan de room die je afschepte voor je de melk liet afkoelen. 12. **Bewaar de magere melk in de koelkast en consumeer deze binnen zeven dagen.** Breng de magere melk uit de steelpan over in een andere pot, bijvoorbeeld een pot met een deksel. Gebruik de magere melk in recepten of drink het gewoon binnen de week nadat je het hebt afgeroomd.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Volle-melk-afromen", "language": "nl"}
Roest verwijderen van potten en pannen
Roestige potten en pannen hoef je niet direct in de vuilnisbak te gooien. De meeste kun je met een beetje geduld en moeite gemakkelijk redden. Als de pan in kwestie echter vervormd of gebarsten is, is het waarschijnlijk niet de moeite waard om de roest aan te pakken en kun je de pan beter weggooien. 1. **Pak tafelzout en een bruine papieren zak.** Het zout is een licht schuurmiddel waarmee je de roest gemakkelijk weg kunt schrapen zonder de pan te beschadigen. 2. **Doe het zout in de verroeste pan.** Gebruik genoeg om de plek die je aan wilt pakken met een dun laagje te bedekken. 3. **Schuur de plek met de bruine papieren zak.** Als het zout erg roestig wordt, gooi het dan weg en doe nieuw zout in de pan. 4. **Brand de pan in om nieuwe roestplekken te voorkomen.** Het is vooral belangrijk om gietijzeren pannen te behandelen, want daardoor worden ze beschermd en kun je ze gemakkelijker gebruiken en schoonmaken. Om de pan in te branden doe je een tot twee eetlepels (15-30 ml) plantaardige olie of gesmolten gehard bakvet in de pan en verspreid je de olie dan met een vel keukenpapier om de hele pan met een laagje te bedekken. Als de pan in de oven mag, bak hem dan een uur lang op een temperatuur van 190 °C. Als de pan niet in de oven mag, verwarm de olie in de pan dan op het fornuis totdat hij rookt. Wanneer de olie afgekoeld is wrijf je hem in de pan met een schoon vel keukenpapier. 5. **Gebruik staalwol om dunne lagen roest uit de meeste pannen te schuren.** Als je pan niet van roestvrij staal is, probeer de roest dan weg te schuren met fijn staalwol. Gebruik bij het schuren een beetje afwasmiddel. Zo kun je voorkomen dat er diepe krassen in je pan komen. 6. **Gebruik een mild schuurmiddel voor roestvrij staal.** Als je geen staalwol hebt of je pan van roestvrij staal is, probeer de roest dan weg te schuren met een mild schuurmiddel en een plastic schuurspons. 7. **Gebruik een volledig natuurlijk schuurmiddel voor alle pannen en wrijf hard om de roest te verwijderen.** Als je een natuurlijke of milieuvriendelijke methode wilt, probeer dan de volgende schuurmethoden die onze voorouders gebruikten om roest te verwijderen: Schaafstro, ook wel schuurbies genoemd Een pasta van gelijke delen citroensap en wijnsteen Fijnkorrelig zand (niet geschikt voor roestvrij staal) 8. **Snijd een aardappel doormidden.** Het maakt niet uit welke soort aardappel je gebruikt. Dit is een milde methode waarmee je alleen dunne, oppervlakkige roestplekken kunt verwijderen. 9. **Bedek de aardappel met zuiveringszout.** Leg de aardappel met het snijvlak naar beneden in wat zuiveringszout om de platte kant met een dunne laag zuiveringszout te bedekken. Je kunt een beetje zuiveringszout op een bord strooien om de aardappel in te dompelen als je meer zuiveringszout nodig hebt. Volgens sommige mensen kun je ook gewoon alleen een aardappel gebruiken als je geen zuiveringszout hebt. Je kunt tevens een beetje afwasmiddel op de aardappel doen. 10. **Wrijf met het snijvlak van de aardappel over de roestplekken om ze te verwijderen.** Spoel de pan af om de losgekomen roest te verwijderen. 11. **Snijd een dunne plak van de aardappel en begin weer bij Stap 2 als de aardappel te glad is geworden om nog meer roest te verwijderen.** 12. **Herhaal indien nodig stappen 2-5 om alle roest te verwijderen.** Deze methode is alleen geschikt voor dunne lagen roest. Als de pan grote roestplekken heeft, probeer dan een van de vorige methoden. 13. **Gebruik milde zuren om roest te verwijderen.** Je kunt potten en pannen een nacht in een zuuroplossing laten weken om de roest te verzwakken en later te verwijderen. Enkele opties zijn: Zuiveringszout en water Azijn Citroensap 14. **Laat de pan een nacht in de zuuroplossing weken.** Je kunt tevens een beetje water toevoegen om de vloeistof minder zuur te maken. Voeg een of twee eetlepels zout toe voor een nog beter resultaat. 15. **Schuur de roest ‘s ochtends weg.** Je kunt staalwol gebruiken voor grotere roestplekken, maar een citroenschil is een van de beste middelen die je kunt gebruiken om de roest zachtjes te verwijderen. 16. **Herhaal het proces als er nog meer roest is.** Vergeet niet om de pan na het weken steeds af te spoelen, want de azijn kan de beschermlaag aantasten als hij te lang in de pan kan trekken.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Roest-verwijderen-van-potten-en-pannen", "language": "nl"}
Je nummerweergave uitzetten op Android
Deze wikiHow leert je hoe je de nummerweergave uitzet op je Android telefoon zodat je telefoonnummer niet op het scherm van anderen verschijnt. 1. **Open de instellingen van je Android.** Dit is het versnellingssymbool die je tussen je apps vindt. Je kunt deze ook vinden door de meldingsbalk vanaf de bovenkant van het scherm naar beneden te trekken. Bij sommige mobiele providers kun je je nummerweergave niet uitzetten. Zorg ervoor dat je een test-telefoongesprek voert voordat je op deze instellingen vertrouwt. 2. **Scrol naar beneden en tik op Oproepinstellingen.** Dit vind je onder het kopje “Apparaat”. 3. **Tik op Spraakoproep.** 4. **Tik op Aanvullende instellingen.** 5. **Tik op Beller-ID.** Er verschijnt een pop-upvenster. 6. **Tik op Verberg nummer.** Je telefoonnummer is nu verborgen door middel van nummerherkenning wanneer je iemand belt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-nummerweergave-uitzetten-op-Android", "language": "nl"}
Pompoenpitten drogen
Veel tuinliefhebbers oogsten graag pompoenpitten uit de pompoenen die ze in hun tuin of volkstuin kweken. Met deze eenvoudige taak verzamel je pitten die je kunt planten om volgend jaar weer pompoenen te hebben of die je als snack op kunt eten. Gelukkig is de pompoen een van de gemakkelijkste gewassen om de pitten uit te halen, want de pitten zijn groot en iedere pompoen bevat een grote hoeveelheid pitten. Voordat je de pompoenpitten echter kunt planten of roosteren moet je ze goed schoonmaken en laten drogen. 1. **Snijd de pompoen open om bij de pitten te kunnen komen.** Zet de pompoen rechtop neer op een plat oppervlak. Steek de punt van een groot keukenmes bovenin de pompoen. Duw het mes langzaam in de pompoen terwijl je neerwaartse druk uitoefent en het mes heen en weer wiebelt om de snee breder te maken. Werk bij de zijkant van de pompoen naar beneden. Wanneer je de helft van de pompoen hebt doorgesneden herhaal je het proces aan de andere kant. Nadat je de hele pompoen rondom ingesneden hebt snijd je nog een laatste keer door de hele pompoen heen. Trek de stukken dan van elkaar met je handen. Houd de pompoen stevig vast met je niet-dominante hand. Wees echter erg voorzichtig dat je je hand nooit voor het mes houdt. 2. **Lepel de pitten uit de pompoen met een grote opscheplepel.** De meeste pitten kun je zo gemakkelijk verwijderen. In het geval van hardnekkigere pitten ga je met de lepel langs de zijkanten van de pompoen om de pitten los te maken. Als je het niet erg vindt als je handen vies worden, gebruik dan je handen om de pitten te verwijderen waar je met je lepel niet bij kunt komen. Gebruik een ijslepel als je er eentje hebt en ga ermee langs de zijkanten van de pompoen. 3. **Haal het vruchtvlees van de pitten.** De gemakkelijkste manier om het vruchtvlees te verwijderen is door het los te scheuren met je handen. Als je de pitten wilt drogen om ze te roosteren en wat meer smaak wilt, dan hoef je niet al het vruchtvlees te verwijderen. Als je de pitten echter wilt planten, zorg dan dat je al het vruchtvlees verwijdert. Dompel de hardnekkige pitten in een kom met water om het vruchtvlees nat te maken, zodat je het gemakkelijker los kunt scheuren. 4. **Spoel de pitten in een vergiet af onder de koude kraan.** Zet een vergiet in de gootsteen en doe alle pitten erin. Laat koud water in het vergiet stromen en beweeg hem in cirkels zodat alle pitten afgespoeld worden. Na afloop zet je het vergiet neer en ga je met je handen door de pitten terwijl de kraan stroomt om de pitten aan alle kanten af te spoelen. Verwijder alle resten vruchtvlees die nog aan de pitten vastzitten. Maak je geen zorgen als de pitten slijmerig aanvoelen, want dat betekent niet dat ze niet schoon zijn. 5. **Dep de pitten vijf tot tien minuten droog met keukenpapier.** Leg twee of drie vellen keukenpapier op een plat oppervlak. Dep de pitten nu droog door er met het keukenpapier op te duwen. Na vijf tot tien minuten doe je de pitten in een schone kom, waarbij je oppast dat je niet in het keukenpapier knijpt. Zorg ook dat je alle resten vruchtvlees en vuildeeltjes van de pitten verwijdert, als je nog wat ziet zitten. 6. **Verspreid de pompoenpitten over een bakplaat.** Gooi de kom met schone pitten leeg op de bakplaat en leg de pitten in een enkele laag neer. Zorg dat de pitten elkaar niet aanraken en niet op elkaar liggen. Als de pitten niet allemaal op een enkele bakplaat passen, gebruik dan meerdere bakplaten. 7. **Laat de pitten ten minste een maand lang aan de lucht drogen op een koele, donkere plek.** Zoek een plek die niet vochtig wordt. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een plek binnenshuis zoals een schuur of hooizolder, of een schaduwrijke plek buiten. Kies niet voor een plek met weinig luchtcirculatie, zoals een garage, en droog de pitten nooit in de kelder. Controleer de drogende pompoenpitten dagelijks en draai ze om zodat ze aan beide kanten gelijkmatig drogen. Laat de pitten niet in hoopjes op de bakplaat liggen. Ze drogen dan niet grondig en kunnen gaan schimmelen. Aan de lucht drogen is de best werkende en veiligste droogmethode, maar kost ook het meeste tijd. 8. **Bewaar de gedroogde pitten in een papieren zak of envelop totdat je ze gaat roosteren of planten.** Doe alle pitten in een envelop op papieren zak en berg ze op op een koele, droge plek. Als je geen geschikte plek kunt vinden, leg ze dan in de koelkast. Gooi alle beschimmelde pitten weg. 9. **Leg de pitten in een enkele laag op een droogrooster.** Zorg dat de pitten elkaar niet overlappen. Als het rooster van de voedseldroger gaatjes heeft, knip dan enkele stukken bakpapier klein genoeg om op het rooster te passen en bekleed het rooster ermee om te voorkomen dat de pitten door de gaatjes vallen. Gebruik slechts een enkel rooster per keer om de pitten te drogen zodat ze niet ongelijkmatig drogen. 10. **Droog de pitten een tot twee uur op een temperatuur van 45-50 °C.** Stel de voedseldroger in op een temperatuur van 45-50 °C en wacht. Roer om de 20 minuten door de pitten zodat ze gelijkmatig drogen. Bij een voedseldroger is de kans groter dat de pitten beschadigd raken dan bij aan de lucht drogen, maar het is veiliger dan bakken. 11. **Bewaar de gedroogde pitten in een papieren zak of envelop op een koele, droge plek.** Bewaar ze niet op een vochtige plek om te voorkomen dat ze weer vochtig worden. Als je geen geschikte plek kunt vinden, leg ze dan in de koelkast. Gebruik de pitten wanneer je klaar bent om ze te roosteren of planten. Gooi beschimmelde pitten weg voordat je de pitten opbergt. 12. **Verwarm de oven voor op de laagst mogelijke temperatuur.** Bij de meeste ovens is dit 90 °C. Als je een elektrische oven gebruikt, moet je wellicht 10-15 minuten wachten totdat de oven warm is. Bij een gasoven duurt dit ongeveer vijf tot tien minuten. Schuif het ovenrooster op de laagste positie in de oven. Om nog nauwkeuriger te werken gebruik je een oventhermometer om de temperatuur bij te houden. 13. **Bak de pitten drie tot vier uur in de oven.** Leg de pompoenpitten op een bakplaat. Zorg dat je ze in een enkele laag op de bakplaat legt en dat ze elkaar niet overlappen. Schuif het ovenrooster op de laagste positie in de oven en zet de bakplaat erop. Stel je oven in op de laagste temperatuur (meestal is dit 90 °C) en wacht drie tot vier uur. Roer om de 20-30 minuten met een lepel door de pitten om te voorkomen dat ze verbranden. Als je de pitten wilt planten, pas dan op dat ze niet aanbranden. Ze groeien namelijk niet als ze beschadigd raken door de warmte. Het bakken van de pitten is de riskantste droogmethode, want de kans is groter dat de pitten beschadigd raken. 14. **Stop de gedroogde pitten in een envelop of papieren zak totdat je ze gaat planten of roosteren.** Doe alle gedroogde pitten in een envelop. Je kunt dan wachten om ze volgende jaar te planten of ze roosteren wanneer je er zin in hebt. Als je beschimmelde pitten ziet, gooi ze dan weg voordat je de pitten opbergt. Bewaar gedroogde pompoenpitten altijd op een koele en droge plek. Je kunt ze als je dat wilt in de koelkast of vriezer bewaren totdat het tijd is om ze te planten.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Pompoenpitten-drogen", "language": "nl"}
Zwarte bonen bereiden
Zwarte bonen zijn niet alleen super lekker, maar ook nog eens heel gezond! Ze zijn een bron van antioxidanten. Wil je inspiratie om ze te bereiden? Lees dan verder! 1. **Spoel de bonen af.** Doe de bonen in het vergiet en spoel ze af onder koud stromend water. Door de bonen af te spoelen worden viezigheid en loszittende schillen verwijderd. 2. **Doe de bonen in een pan met koud water.** Zorg dat ze volledig bedekt zijn met water. Doe de pan niet zó vol dat de pan overloopt wanneer je deze verhit. Doe de deksel op de pan. 3. **Breng het water aan de kook.** Zet de pan op een middelhoog vuur en breng het water met de bonen aan de kook. Laat het 2 tot 3 minuten koken. De meeste bonensoorten worden in koud water geweld, maar zwarte bonen kun je in heet water laten weken om het wellen te versnellen. Je hoeft zwarte bonen niet per se te wellen, als je bijvoorbeeld maar weinig tijd hebt, maar ze worden hierdoor wel lekker zacht en dus makkelijker te verteren. 4. **Laat de bonen wellen.** Laat de bonen 60 tot 90 minuten in het warme water wellen. 5. **Giet en spoel de bonen af.** Giet de bonen af met een vergiet. Spoel de bonen daarna nog eens af met koud water. 6. **Selecteer een goede ham.** Het lekkerst in dit gerecht is een licht gezouten ham. Je kunt zwarte bonen bereiden met slechts water en zout, maar dit is een beetje saai. Het lekkerst zijn ze bij varkensvlees en bepaalde groenten. Gerookte ham is een lekker alternatief om zwarte bonen mee te bereiden als je een slowcooker gebruikt. Beenham is ook geschikt. Heb je liever een zoetige smaak, dan kies je voor een gezoete ham, gebakken in honing. Ook bacon of pancetta worden vaak gebruikt voor het bereiden van zwarte bonen. 7. **Snijd de groenten.** Snijd de groenten met een scherp mes in stukjes. Hak de uien in stukken van ongeveer 1,5 centimeter. Gebruik een witte of gele ui voor een stevige smaak en een rode ui voor een mildere, zachtere variant. Heb je niet veel tijd, dan kun je in plaats van verse ui 1/4 kopje gedroogde, gehakte uitjes toevoegen. Snijd de tomaten in blokjes van 1,5 centimeter. Bewaar het sap. Om tijd te besparen kun je tomatenblokjes uit blik (375 ml) gebruiken. Voor een kruidige variant voeg je een in kleine stukjes gesneden groene peper toe aan de tomaat. Leg de teen knoflook op een snijplank. Sla een keer krachtig op de teen met de brede, stompe kant van een scherp mes om de schil los te maken. Pel de teen knoflook. Je kunt de teen heel laten, of deze in kleine stukjes hakken met een scherp mes. Een alternatief is om 1/4 theelepel (1,25 ml) knoflookpoeder te gebruiken. 8. **Warm de ham op in een pan met wat olie.** Zet de pan op een middelhoog vuur en kook de ham gedurende 4 minuten. Bak de ham tot de randjes beginnen te krullen. Roer regelmatig. Deze stap is optioneel. Je kunt de bonen bereiden zonder de ham eerst in een pan te bakken. 9. **Roer de bonen door de ham.** Voeg de gewelde bonen bij de ham. Roer de bonen goed door de ham zodat de sappen goed met elkaar vermengd worden. 10. **Voeg de ui, tomaten, knoflook en laurierbladeren toe.** Roer de ingrediënten totdat ze goed met elkaar vermengd zijn. 11. **Meet een liter water af of pak vier kopjes water.** Gebruik koud water. Gebruik genoeg water om de bonen en de groenten onder water te zetten, maar doe de pan niet voller dan driekwart. De liter water is een schatting. Kijk even hoe het uitkomt. Heb je de bonen niet van tevoren geweld, dan gebruik je twee keer zoveel water. 12. **Doe de deksel erop en breng het aan de kook.** Zet de pan op een middelhoog vuur en breng het aan de kook. Laat het 10 minuten koken. Laat een kier open met de deksel zodat stoom langzaam kan ontsnappen. Hierdoor wordt de druk in de pan niet te hoog en verdampt er niet te veel water met als resultaat dat het te veel inkookt. 13. **Zet het vuur laag en laat het zachtjes koken.** Voeg water toe als dit nodig is. Zet de pit lager en laat het zachtjes sudderen. Laat de pan op het vuur gedurende 1 tot 2 uren. Kijk of je water toe moet voegen tussendoor. Als de bonen met water bedekt blijven, dan is dit niet nodig. Als het waterniveau onder de bonen komt, voeg dan een kopje warm water (250 ml) toe. Bonen die gaar zijn, zijn zacht geworden en hebben een zachte, romige smaak. Ze horen niet waterig te zijn. Bonen die te lang doorkoken verliezen hun vorm. Proef de bonen na een uur. Zijn ze nog niet gaar, dan proef je daarna om het half uur. 14. **Voeg naar smaak zout en peper toe.** Als de bonen gaar zijn, haal je de pan van het vuur. Breng de bonen naar wens op smaak met zout en peper. Roer het zout en de peper goed door de bonen. Grof gezegd zal een 1/4 theelepel genoeg zijn. Dit hangt uiteraard van jouw smaak af! Heb je gezouten ham gebruikt, dan is meer zout misschien niet nodig. Heb je andere ham door de bonen gedaan dan kan zout wel lekker zijn. Neem 1/4 theelepel; dit komt overeen met 1,25 ml. 15. **Haal de laurierbladeren eruit en serveer.** Vis de bladeren uit de pan en dien de bonen op met een opscheplepel. 16. **Bereid de ingrediënten voor.** Laat de bonen wellen en snijd de groenten. 17. **Voeg de ingrediënten toe aan een slowcooker.** Doe de bonen, tomaten, ui, knoflook en laurierbladeren in de slowcooker. Breng op smaak met zout en peper. Doe het deksel dicht, zet de slowcooker op de hoogste stand en laat het 90 minuten koken. Gebruik je de laagste stand, dan kook je het gerecht 3 uur. 18. **Haal de laurierbladeren eruit en serveer.** Zet de slowcooker uit en haal de laurierbladeren uit het gerecht. Serveer terwijl het nog heet is.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Zwarte-bonen-bereiden", "language": "nl"}
De oproepgeschiedenis op Android verwijderen
Deze wikiHow laat zien hoe je de oproepgeschiedenis op verschillende Android-telefoons opnieuw kunt instellen. Staat jouw merk telefoon er niet tussen, dan is het is mogelijk om deze methodes als een algemene handleiding te gebruiken. 1. **Open het Telefoon-pictogram.** Het Telefoon-pictogram is groen en staat meestal in de linkerbenedenhoek van het startscherm. 2. **Tik op ⁝ of Meer.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. 3. **Tik op Wissen.** Er staat een vakje naast elke oproep in de lijst. 4. **Selecteer de oproepen die je wilt verwijderen.** Tik op het vakje om de oproep te verwijderen, of tik op het vakje om alle oproepen te selecteren. 5. **Tik op Wissen.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. De oproepgeschiedenis is nu verwijderd. 6. **Open het Telefoon-pictogram.** Dit is de blauwe cirkel met daarin een witte telefoonhoorn. Het staat meestal onderaan het startscherm. 7. **Tik op het Klok-pictogram.** Dit laat je meest recente oproepen zien. 8. **Tik op ⁝.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. 9. **Tik op Oproepgeschiedenis.** Dit laat alle inkomende- en uitgaande gesprekken zien. 10. **Tik op ⁝.** 11. **Tik op Oproepgeschiedenis wissen.** 12. **Tik op OK om te bevestigen.** 13. **Open het Telefoon-pictogram.** Dit is het pictogram met de telefoonhoorn er in. Het staat meestal onderaan het startscherm. 14. **Tik op ⁝.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. 15. **Tik op Oproeplogboek beheren.** 16. **Tik op Oproeplogboek wissen.** Je ziet nu een lijst met oproepen. 17. **Tik op het vakje naast 'Alles selecteren'.** Dit is het eerste vakje in de rechterbovenhoek van het scherm. Hiermee selecteer je elke oproep in het oproeplogboek. 18. **Tik op het Prullenbak-pictogram.** Dit staat in de rechterbovenhoek van het scherm. 19. **Tik op OK om te bevestigen.** 20. **Open het Telefoon-pictogram.** Dit is het pictogram met een telefoonhoorn en staat meestal onderaan het startscherm. 21. **Tik op Oproeplogboek.** 22. **Tik op ☰.** Als je een ouder model gebruikt, druk dan op de menuknop onderaan het scherm. 23. **Tik op Alles wissen.** 24. **Tik op Ja om te bevestigen.** 25. **Open het Telefoon-pictogram.** Dit is het pictogram met een telefoonhoorn op je startscherm. 26. **Veeg naar het tabblad Oproepgeschiedenis.** 27. **Tik op ⁝.** 28. **Tik op Oproepgeschiedenis wissen.** Er staan nu vakjes naast elke oproep in je geschiedenis. 29. **Selecteer de te wissen oproepen.** Je kan de vakjes naast de oproepen allemaal apart aanvinken of je kan op tikken. 30. **Tik op Wissen.**
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/De-oproepgeschiedenis-op-Android-verwijderen", "language": "nl"}
Een Endportaal bouwen in Minecraft
Dit wikiHow-artikel leert je hoe je een portaal naar de Einde bouwt in de computerversie, Pocket Edition en consoleversie van Minecraft. In de Overlevingsmodus zal je Endportalen moeten zoeken. Je moet de Creatieve modus van Minecraft gebruiken om een Endportaal te maken. 1. **Open Minecraft.** Dubbelklik (of klik, op een Mac) op het snelkoppelingsicoontje van Minecraft, dat eruitziet als een met gras begroeid blok aarde. Klik vervolgens op , onderin het startscherm van Minecraft. 2. **Klik op Singleplayer.** Deze knop bevindt zich bovenin het menu van Minecraft. 3. **Start een spel in de Creatieve modus.** Klik op rechtsonder in het tabje ‘Wereld selecteren’, vul de naam van de wereld in, klik op de knop om over te schakelen naar de Creatieve modus en klik dan op , in de linkeronderhoek van het tabje. Je kunt ook gewoon een al bestaande wereld, die zich in de Creatieve modus bevindt, selecteren in het tabje ‘Wereld selecteren’ (indien mogelijk) en dan op klikken. 4. **Zoek een plat oppervlak.** Om een Endportaal te kunnen bouwen heb je een plat oppervlak van 5 bij 5 blokken nodig. 5. **Open het menu van de Creatieve modus.** Druk hiervoor op E. Je krijgt een scherm te zien met een lijst van materialen. Als je de toets-toewijzing van je computer in Minecraft veranderd hebt, kan het zijn dat je op een andere toets moet drukken. 6. **Klik op het tabje ‘Zoeken’.** Je kunt het herkennen aan het icoontje, dat de vorm heeft van een kompas en in de rechterbovenhoek van het scherm staat. 7. **Typ end in de zoekbalk in.** De zoekbalk vind je rechtsboven in het gedeelte ‘zoeken’. Hierdoor krijg je een lijst te zien van alle ingrediënten die met ‘End’ te maken hebben, waaronder die welke je nodig hebt voor het maken van het Endportaal. 8. **Voeg de ingrediënten voor een Endportaal toe aan je inventaris.** Klik op het blauwwitte ‘Endportaal’-icoontje, klik vervolgens op een leeg vak in je inventarisbalk onderin het scherm en herhaal met het oogvormige ‘Enderoog’-icoontje. 9. **Creër het frame voor het Endportaal.** Scrol door je inventarisbalk totdat je het ‘Endportaal’-blok geselecteerd hebt. Bouw vervolgens het frame voor het portaal door met rechts op de grond te klikken. Denk hierbij aan het volgende: Het Endportaal bestaat uit vier rijen van drie blokken, rond een vierkant van drie bij drie blokken. De hoeken van het Endportaal zullen uit lege ruimte bestaan. Je moet in het Endportaal staan terwijl je het maakt. Daarnaast moet je recht voor elk blok staan dat je plaatst, terwijl je het plaatst. 10. **Voeg een Enderoog toe aan elk blok voor het frame.** Selecteer het Enderoog via je inventarisbalk en klik vervolgens, met rechts, op de bovenkant van elk blok van het Endportaal (in totaal 12). 11. **Wacht totdat het Endportaal zich opent.** Zodra je het laatste Enderoog hebt geplaatst, zou het paarse, schitterende portaal zich moeten openen in het midden van het gebied omsloten door het frame. Dit is het portaal naar de Einde. Je kunt door dit portaal springen om naar de Einde te teleporteren, waar je de Enderdraak zal bevechten. Als het portaal niet verschijnt zijn je blokken waarschijnlijk niet goed geplaatst. Let erop dat je, elke keer dat je een Endportaal-blok plaatst, er naartoe gericht staat zó dat je van binnen het portaal naar buiten kijkt. 12. **Open Minecraft.** Tik op het app-icoontje van Minecraft, dat er uitziet als een blok aarde met gras erop. 13. **Tik op Spelen.** Dit staat bovenin het menu. 14. **Start een spel in de Creatieve modus.** Tik op , tik op , tik op het drop-down-vak ‘Standaard spelmodus’, tik op , tik op zodra hierom wordt gevraagd en tik vervolgens aan de linkerkant van het scherm op . Je kunt ook een bestaande wereld in de Creatieve modus kiezen in het tabje ‘Werelden’, indien mogelijk. 15. **Zoek een plat oppervlak.** Voor het bouwen van een Endportaal heb je een stuk vlak grond nodig van vijf bij vijf blokken. 16. **Open het menu van de Creatieve modus.** Tik op ⋯ rechtsonder in het scherm om dit te doen. Vervolgens verschijnt je inventaris en een aantal tabjes. 17. **Tik op het tabje ‘Zoeken’.** Dit tabje kun je herkennen aan het icoontje in de vorm van een vergrootglas, in de linker bovenhoek van het scherm. 18. **Zoek de ingrediënten bij elkaar voor je Endportaal.** Tik op de zoekbalk boven in het scherm. Typ vervolgens end. Er zal een lijst verschijnen van alle ingrediënten die met ‘End’ te maken hebben, waaronder die welke je nodig hebt om een Endportaal te maken. 19. **Voeg de ingrediënten voor het Endportaal toe aan je inventaris.** Tik op het ‘Endportaal’-icoontje (dit ziet er uit als een blauwwitte doos in het midden van de lijst met resultaten), tik vervolgens op een lege ruimte in je inventarisbalk en doe hetzelfde wat betreft het ’Eye of Ender’-icoontje. Als je een item in je inventarisbalk hebt staan, kun je dit verwisselen met een ingrediënt voor het Endportaal door eerst op het ingrediënt te tikken en dan op het item. 20. **Creër een frame voor het Endportaal.** Selecteer het ‘Endportaal’-blok in je inventarisbalk en bouw vervolgens het Endportaal van drie bij drie blokken door op de grond te tikken. Bedenk hierbij het volgende: Het Endportaal bestaat uit vier rijen van drie blokken rondom een vierkant van drie bij drie blokken. De hoeken van het Endportaal zullen bestaan uit lege ruimte. Je moet in het gebied staan dat binnenin het Endportaal zal zijn, terwijl je het maakt. Daarnaast moet je direct voor elk blok staan terwijl je het plaatst. 21. **Voeg een Enderoog toe aan elk blok van het frame.** Selecteer een Enderoog in je inventaris en tik vervolgens op de bovenkant van elk blok van het Endportaal (in totaal 12). 22. **Laat het Endportaal zich openen.** Zodra je het laatste Enderoog hebt geplaatst, zou het paarse, schitterende portaal zich moeten openen in het centrum van het gebied binnen het frame. Dit is het portaal naar de Einde. Je kunt door dit portaal springen om naar de Einde te teleporteren, waar je de Enderdraak zal bevechten. Als het portaal niet verschijnt zijn je blokken waarschijnlijk niet goed geplaatst. Let erop dat je toegekeerd bent naar elk Endportaal-blok dat je plaatst, waarbij je van binnen het portaal naar buiten kijkt. 23. **Open Minecraft.** Selecteer het icoontje van de Minecraft-app, dat er uitziet als een met gras begroeid blok aarde, via de spelbibliotheek of het dashboard van je console. Als je Minecraft op cd-rom hebt moet je deze nu in je console doen. 24. **Selecteer Spel spelen.** Dit staat bovenaan het menu. 25. **Start een spel in de Creatieve modus.** Druk eenmaal op de rechter actieknop op je controller om het ‘Creëer’-tabje te openen, selecteer , geef je wereld een naam, selecteer de ‘Spelmodus’-slider en sleep deze naar . Selecteer vervolgens . Je kunt ook, als je dat wilt, een al bestaande wereld in de Creatieve modus selecteren. 26. **Zoek een plat oppervlak.** Om een Endportaal te kunnen bouwen heb je een stuk vlakke grond nodig van vijf bij vijf blokken. 27. **Open het menu van de Creatieve modus.** Dit doe je door op de -knop (Xbox One/360) of de -knop (PlayStation 4/3) te drukken. Vervolgens verschijnt er een lijst van materialen op het scherm. 28. **Scrol naar het tabje ‘Diversen’.** Het is het tabje met het icoontje van een lava-emmer in de rechter bovenhoek van het venster. 29. **Sleep de items voor het Endportaal naar je inventarisbalk.** Selecteer het ‘Endportaalframe’-icoontje (de blauwwitte doos) aan de rechterkant van het menu en druk op (Xbox) of (PlayStation), scrol vervolgens naar beneden en doe hetzelfde bij het oogvormige ‘Enderoog’-icoontje. Je zou beide items in je inventarisbalk onderaan het scherm moeten zien staan. 30. **Maak het frame voor het Endportaal.** Selecteer het ‘Endportaal’-blok in je inventarisbalk en bouw vervolgens het Endportaal van drie bij drie blokken, door op de linker actieknop te klikken terwijl je naar de grond kijkt. Houd hierbij het volgende in gedachten: Het Endportaal bestaat uit vier rijen van drie blokken rondom een vierkant van drie bij drie blokken. De hoeken van het Endportaal bestaan uit lege ruimte. Terwijl je het Endportaal maakt moet je in het Endportaal staan. Daarnaast moet je recht voor elk blok staan terwijl je het plaatst. 31. **Voeg een Enderoog toe aan elk blok van het frame.** Selecteer het Enderoog in je inventaris en klik vervolgens met de linker actieknop op de bovenkant van elk blok van het Endportaal (in totaal 12). 32. **Wacht totdat het Endportaal zich heeft geopend.** Zodra je eenmaal het laatste Enderoog hebt geplaatst, zal het paarse, schitterende portaal zich openen in het midden van de ruimte binnen het frame. Dit is het portaal naar de Einde. Je kunt door dit portaal springen om naar de Einde te teleporteren, waar je de Enderdraak zal bevechten. Als het portaal niet verschijnt heb je de blokken waarschijnlijk niet goed geplaatst. Let erop dat je toegekeerd bent naar de blokken van het Endportaal terwijl je ze plaatst, waarbij je naar buiten gericht staat.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-Endportaal-bouwen-in-Minecraft", "language": "nl"}
Een aanval van een ratelslang voorkomen
Ratelslangen zijn groefkopadders, en komen voor in verschillende delen van de Verenigde Staten, Canada en Mexico. In Midden- en Zuid-Amerika zijn ze bijna overal waar er wildernis is. In tegenstelling tot het populaire idee, jagen ratelslangen niet opzettelijk op mensen — hun natuurlijke dieet bestaat uit ratten en muizen, grondeekhoorns, kleine vogels, kikkers en zelfs af en toe een vlezig insect. Tegelijkertijd heeft een slang het instinct om zichzelf te beschermen — als je erover nadenkt is een slang een zeer kwetsbaar wezen zonder poten, oren of een grote omvang. Dus is gif haar voornaamste afweermechanisme geworden, geïnjecteerd via scherpe giftanden zodra een prooi of bedreigingen in de buurt komen. Als zodanig rust de plicht echt op jezelf om je op een verantwoorde manier en alert te gedragen. Wees op je hoede, zeker en veilig. 1. **Ken je slang.** Is het een ratelslang of een ander soort slang? Als je het niet weet, dan kun je maar beter niet blijven rondhangen om erachter te komen, en als je niets kunt zien zonder dichterbij te komen, overweeg dan zelfs niet om dichterbij te komen. Maar als je weet hoe de slang eruit ziet zou dat nuttig kunnen zijn, om een aantal redenen, waarvan de belangrijkste is dat je weet wat je moet doen als jij of iemand in je groep gebeten wordt. Let vanaf een veilige afstand op het volgende: Een plat, driehoekige kop (hoewel dit niet toereikend is om de slang te determineren) — breder aan de basis van de kop dan aan de voorkant. Een zwaar lichaam. Openingen tussen de neusgaten en ogen — dit zijn de warmtegevoelige groeforganen. Bedekte ogen en elliptische pupillen — deze zijn wellicht niet overduidelijk en je zult vrij dichtbij moeten komen om ze te zien. Kleuring — Over het algemeen bruin gevlekt; de Mohave-ratelslang is echter groen, met lichte banden over zijn staart. Als je deze banden met het blote oog kunt zien, dan ben je waarschijnlijk te dicht bij. Een ratel aan het einde van de staart (bestaand uit aangepaste schubben). Jonge ratelslangen hebben vaak alleen maar een paar delen van de ratel — wees extra op je hoede, want de beten van pasgeborenen zijn reeds giftig. Een ratel kan ook afgebroken zijn, misvormd of stil. Vertrouw niet op de ratel als enige vorm van identificatie. Luister naar het geluid van de ratel middels deze opname van de San Diego Zoo: Rattlesnake Sound Byte. 2. **Houd rekening met het moment dat je het meest waarschijnlijk een ratelslang kunt tegenkomen.** Je kunt ratelslangen tegenkomen wanneer je gaat wandelen, klimmen, kamperen, of zelfs als je een toeristisch monument gaat bekijken. De meeste ratelslangen houden van een hete omgeving, waarbij sommige woestijnklimaten prefereren en anderen, zoals de oostelijke diamantratelslang, vertoeven liever in een vochtig klimaat. De meeste leven in de zuidelijke Verenigde Staten en Mexico, hoewel sommige zijn aangetroffen in het woestijngebied van Canada's Badlands in Alberta, en in British Columbia rond Hedley, Keremeos en Osoyoos. Ratelslangen houden het meest van zomeravonden, net als de zon daalt en na zonsondergang – zij zijn het meest actief tijdens zomeravonden en -nachten. Dit valt toevallig samen met het verminderde zicht van de mens als de zon ondergaat, dus opgepast. Gebruik een zaklamp bij het rondlopen en draag goed schoeisel. Ratelslangen houden van warme dagen, punt. Ongeacht het seizoen, zelfs in de winter, kan een ratelslang zich naar buiten wagen op zoek naar warmte — een prettige luchttemperatuur voor ratelslangen is ongeveer 21° tot 32°C). De meeste ratelslangen zullen niet lang op een open plek blijven — als ze op een open plek zijn, zullen ze het grootste deel van de tijd in beweging zijn. Ratelslangen willen het contact met roofdieren voorkomen, met inbegrip van de mens en grote dieren, die hen gemakkelijk kunnen zien op een open plek. Als zodanig zal je ze waarschijnlijk in de buurt van rotsen, struiken en andere lage begroeiing vinden, of daar waar er hoekjes voor hen zijn om zich onder te verbergen. Op zonnige dagen kun je echter ratelslangen aantreffen die zichzelf opwarmen op warme stenen of asfalt. 3. **Kleed je op de juiste manier.** Wanneer je in het land van de ratelslang bent, wees dan niet blasé over kleding — de meeste beten doen zich voor op de handen, voeten en enkels. Dus afgezien van het feit dat je je handen niet moet houden waar ze niet horen te zijn, vormt kleding een belangrijke bescherming: Laat de sandalen maar thuis — dit is tijd voor zware wandellaarzen van goede kwaliteit en fatsoenlijke sokken. Enkellaarzen zijn het beste, want enkelbeten komen veelvuldig voor. Draag geen sandalen, schoenen met open tenen of blote voeten tijdens het wandelen in de woestijn. Er zijn meer dingen dan ratelslangen waar een dwaze wandelaar het slachtoffer van kan worden. Draag een lange, wijde broek. Gebruik eventueel beenkappen, vooral als je ervoor kiest om geen lange broek te dragen. 4. **Gedraag je op passende wijze tijdens het wandelen, klimmen of tijdens trektochten.** Wanneer je op het grondgebied bent van de ratelslang, denk dan als een ratelslang, om er rekening mee te houden hoe ze zich kunnen gedragen, zodat je dienovereenkomstig kunt handelen: Wandel altijd met ten minste één ander persoon. Als je alleen bent en gebeten wordt, zit je echt diep in de problemen. Neem een mobiele telefoon mee die werkt en breng familie of vrienden op de hoogte van je voorgenomen wandeling, welke route je neemt en hoe lang die duurt. Blijf uit de buurt van de slang. De gemakkelijkste manier om ratelslangen te voorkomen is door uit hun buurt te blijven. Blijf alert tijdens het wandelen, lopen en klimmen. Blijf veel gebruikte routes volgen en dwaal niet af in kreupelhout, hoog gras en onkruid waar ratelslangen verstopt kunnen zitten. Houd je handen uit de buurt van de verkeerde plaatsen. Grijp tijdens het wandelen niet met je handen in gaten, rond of onder rotsen en richels, en zelfs niet in struikgewas. Dit zijn de belangrijkste schuilplaatsen voor ratelslangen. Bij het wandelen kun je het best een stevige staf meenemen, of ten minste een lange, stevige en lichte stok, om te voorkomen dat je met je handen op plekken komt waar slangen zich kunnen verbergen. Ga niet op een boomstronk of een omgevallen boomstam zitten zonder eerst de binnenkant te controleren. Voor je het weet ga je op een ratelslang zitten... Stap op hindernissen en niet er overheen. Wanneer je boomstammen en rotsten op je weg vindt, is het verstandig om op de hindernis te stappen in plaats van er meteen overheen. Op deze manier kun je een ratelslang ontdekken die eronder beschutting heeft gezocht, en snel zorgen dat je uit diens buurt komt. Kijk voordat je springt. Let op waar je met je voeten landt. Een voet vlak naast, of bovenop een slang zetten is vragen om gebeten te worden. Slangen zijn afhankelijk van trillingen om te horen en hoewel ze kunnen weten dat je eraan komt als je maar luid genoeg hebt gestampt, kunnen ze niet snel genoeg uit de weg gaan als je snel langs een pad loopt en weinig waarschuwingen geeft dat je eraan komt. Draag tijdens het lopen een stok en sla wat tegen struiken en kreupelhout voordat je op of in de buurt ervan gaat lopen, om slangen weg te jagen. Ze zullen zich onmiddellijk onder struiken of dicht gras verschuilen, dus zet je voeten niet in of op die plaatsen! Als je dergelijke schuilplaatsen moet betreden, por er dan eerst wat in met je stok, zodat de slang de kans heeft om weg te komen. Ga uit de weg. Als je binnen het bereik van een ratelslang loopt, keer dan zo rustig en zo snel mogelijk op je schreden terug als je kunt. Wees op je hoede rond water. Ratelslangen kunnen zwemmen. Alles dat lijkt op een lange stok zou een ratelslang kunnen zijn. Probeer een ratelslang niet te provoceren. Een slang boos maken zal resulteren in één reactie — je wordt het doelwit van de slang. Onthoud het volgende — een slang zal zich in een dergelijk geval verdedigen tegen een aanval, en als je het dier port met stokken, met stenen gooit, schopt of domme dingen eromheen doet, dan vraag je om problemen. En erger nog, er is misschien zelfs verschil in het gif van een boze ratelslang en een die verrast reageert uit zelfverdediging — de toxiciteit kan worden verhoogd, terwijl een geschrokken ratelslang wellicht alleen bijt zonder gif te injecteren (mogelijk, maar niet zeker). Ongeacht de sterkte van het gif zal een boze ratelslang eerder geneigd zijn om te blijven aanvallen. Laat de slang met rust. Veel mensen worden gebeten tijdens een 'heldhaftige' poging om de wereld een lastige slang armer te maken. Afgezien van het feit dat een slang niet lastig is, zal de slang bijten om zich te verdedigen. Leven en laten leven — houd afstand en geef het dier de ruimte om weg te glijden. En wees gewaarschuwd — er is een reden voor het gezegde 'Zo gek als een gesneden slang' — een gewonde slang is een zeer, zeer gevaarlijke vijand. 5. **Wees waakzaam tijdens het kamperen.** Er zijn risico's tijdens het kamperen waar je rekening mee moet houden. Controleer de kampeerplek voordat je gaat kamperen. Arriveer bij daglicht en zet alles op bij daglicht. Op warme nachten kunnen ratelslangen nog steeds rondhangen en als je niet kunt zien wat je doet, ben je in gevaar. Sluit de flap van de tent nachts als je gaat kamperen in ratelslangterrein, want anders kan je wel eens wakker worden met een zeer ongewenste verrassing. Controleer altijd voordat je naar bed of er zich geen ongewenste gast(en) hebben genesteld, aangetrokken door de warmte of interessante mogelijkheden om zich in een tent te verbergen. Zorg ervoor dat iedereen die de tent gebruikt de flap constant dichthoudt bij het naar binnen en weer naar buitengaan. Schud slaapzakken uit voor je erin gaat kruipen. Veel onoplettende slapers zijn onaangenaam ontwaakt. Wees oplettend bij het verzamelen van brandhout. Stapels hout zijn een ideale schuilplaats voor ratelslangen. Gebruik te allen tijde een zaklamp tijdens nachtelijke wandelingen. 6. **Weet dat je verantwoordelijk bent voor alle kinderen om je heen.** Kinderen zijn van nature nieuwsgierig en spontaan. Hoewel dit nuttig is in een veilige omgeving, kunnen deze eigenschappen leiden tot letsel in een gevaarlijke omgeving. Zorg ervoor dat jonge kinderen de gevaren van ratelslangen begrijpen, weten wat ze niet moeten doen en hoe ze zich dienen te gedragen, om een ratelslangontmoeting te voorkomen én hoe zich moeten gedragen als ze wel een ratelslang tegenkomen. In een groep wandelaars met kinderen, dient een volwassene altijd voorop te lopen en bij voorkeur dient een andere volwassene de achterhoede te vormen. 7. **Gehoorzaam de waarschuwingssignalen!** Dit betekent die van de slang en die van de mensen die belast zijn met het geven van een waarschuwing voor de aanwezigheid van ratelslangen: Herken de signalen dat een ratelslang zal gaan toeslaan. Dit zijn algemene signalen, en soms kan er een aanval zijn zonder deze signalen, omdat een ratelslang vanuit elke positie kan bijten: Een ratelslang in opgerolde toestand — de spiraal geeft de ratelslang het vermogen om het meest effectief toe te slaan De voorkant van zijn lichaam (de kop) wordt opgetild Zijn ratel schudt en maakt een ratelend geluid Alleen maar om leven een beetje moeilijker te maken, is het belangrijk om je te beseffen dat ratelslangen niet, of niet altijd, hun ratel gebruiken om te waarschuwen voor een naderende aanval. Bijvoorbeeld: als je erop stapt voordat het dier tijd heeft om te ratelen, zal het eerst bijten en dan pas gaan ratelen. En soms zal het dier gewoon niet ratelen, als extra verdediging tijdens het vervellen, tijdens de paring en geboorte. Of ze verkiezen om te vertrouwen op hun kleur als camouflage, alleen om zich te beseffen dat dit niet gaat werken om zich te beschermen tegen naderende menselijke voeten. Ook ratelen natte ratelslangen niet. Er moet ten minste twee segmenten zijn om een ratelend geluid te kunnen maken, waardoor jonge ratelslangen geen ratelgeluid kunnen laten horen totdat de segmenten zijn gegroeid, maar ze blijven net zo giftig. Wees je bewust van deze mogelijkheden. Hoor je echter het geratel, dan ben je duidelijk gewaarschuwd -- dus houd afstand. Geef gehoor aan de borden van park rangers en andere wildparkautoriteiten. Zoals het bord op de foto geldt dat wanneer je worden gewaarschuwd door de lokale parkautoriteiten dat er ratelslangen in het gebied zijn, dat je de juiste voorzorgsmaatregelen zoals hierboven uiteengezet dient te nemen. 8. **Weet wat het aanvalsbereik is van een ratelslang.** De aanval van een ratelslang kan een afstand overbruggen van één derde tot de helft van zijn totale lengte. Je kunt beter niet de lengte van een ratelslang onderschatten, en een ratelslang kan een groter bereik hebben dan je zou verwachten. De aanval van een ratelslang is sneller dan het menselijk oog kan volgen. 9. **Blijf kalm als jij of iemand anders wordt gebeten.** Als je toch gebeten wordt door een ratelslang, dan is het belangrijkste ding toch echt om kalm te blijven — wild gaan rond bewegen zal het gif sneller door je lichaam verspreiden. De kern is dat je kalm blijft, zo weinig mogelijk beweegt en zo snel mogelijk naar het ziekenhuis gaat. Dit voorkomt de verspreiding van het gif. Houd de beet lager dan het hart van het slachtoffer (dus houd de beet niet hoog; anders zal de bloedcirculatie versnellen en daarmee ook de verspreiding van het gif), was het getroffen gebied en verwijder mogelijke beperkingen, zoals ringen (die bij zwelling kunnen leiden tot verminderde doorbloeding en afsterven van weefsels). Zie voor meer informatie over de procedure van het omgaan met de beet van een ratelslang, het artikel [Een-slangenbeet-behandelen| Een slangenbeet behandelen]. 10. **Doorloop deze stappen voor elke reis door het terrein van ratelslangen.** Deel de informatie met degenen die samen met je reizen, om hen te wijzen op de noodzaak voorzichtig, kalm en alert te blijven op wat er kan liggen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-aanval-van-een-ratelslang-voorkomen", "language": "nl"}
Een pruik van menselijk haar verven
Pruiken van menselijk haar kunnen, tegenovergesteld aan synthetische pruiken, relatief makkelijk worden geverfd. Je kunt dezelfde haarverf, developer, en zelfs dezelfde tools gebruiken om de pruik te verven die je zou gebruiken voor normaal haar. Meng simpelweg je verf voor je het voorzichtig aanbrengt op de pruik. Was de pruik na het verven om hem schoon en mooi te houden. Houd in gedachten dat haarverf niet bij synthetische pruiken zal werken. 1. **Kies voor een normale haarverf.** Je kunt elke haarkleuring gebruiken die te koop is bij de drogisterij. Houd echter wel in gedachten dat het beter is om pruiken van menselijk haar alleen donkerder te maken. Probeer het haar niet lichter te maken, omdat het blondeermiddel dat in lichtere haarkleuringen wordt gebruikt de pruik kan verzwakken. Gebruik geen stofkleuring op pruiken van menselijk haar. Gebruik alleen haarverf. 2. **Vind een developer van volume 20.** Een lagere volume kan te zwak zijn. Een developer van volume 20 zal je de kleur van het haar één of twee tinten laten veranderen terwijl een developer van volume 30 het haar nog donkerder kan maken. In de meeste gevallen zal een developer van volume 20 goed genoeg zijn. 3. **Doe rubberen handschoenen aan.** Handschoenen zullen je huid tegen irritatie en vlekken dankzij de verf beschermen. Gebruik rubberen handschoenen die je naderhand weg kunt gooien. 4. **Vermeng de verf en developer in een plastic kom.** Lees de instructies op je haarverfdoosje om erachter te komen hoeveel verf je met de developer moet combineren. Meng met een plastic lepel. Als je haarverf er een beetje licht uitziet, wees dan niet bang. Het zal met de tijd donkerder worden. Als je pruik verder dan je schouders komt zul je mogelijk twee doosjes haarverf nodig hebben. Gebruik geen metalen kom of lepel om je haarverf te vermengen. Het metaal kan de verf laten oxideren, waardoor de kleur ervan kan veranderen. 5. **Test de verf op een paar plukjes haar uit.** Gebruik je vingers of een kleine verfkwast om de verf op een klein stukje haar aan te brengen. Kies voor een plekje dat niet makkelijk kan worden gezien. Wacht 30-40 minuten. Als je de kleur mooi vindt, breng het dan op de rest van de pruik aan. Als je de kleur niet mooi vindt, kies dan voor een andere tint haarverf. 6. **Week de pruik in de verf.** Leg de pruik in de kom met haarverf. Gebruik je handen om voorzichtig de verf over en door de lagen van de pruik heen te verspreiden. Doe dit zachtjes en probeer de verf niet te ruig de pruik in te werken. 7. **Zet de pruik op een pruikenstandaard.** Een pruikenstandaard zal de stijl en vorm van je pruik in stand houden nadat je hem hebt geverfd. Plaats de pruik op de standaard zoals je hem op je eigen hoofd zou plaatsen. Gebruik T-spelden om de pruik aan de standaard vast te maken. De verf kan van de pruik afdruppelen. Je kunt een handdoek of plastic zeil rond de standaard heen leggen om je meubelen tegen vlekken te beschermen. 8. **Borstel het haar.** Gebruik een kam of pruikenborstel om de verf evenredig door de pruik heen te werken. Zorg ervoor dat de verf op de hele pruik evenredig is aangebracht. Dit zal het geverfde haar helpen om er natuurlijker uit te zien. 9. **Laat de pruik staan om de kleur in te laten werken.** Lees de verpakking van de verf om te zien hoe lang je moet wachten. In de meeste gevallen zal dit 30-40 minuten zijn. Als je deze informatie niet kunt vinden, controleer de pruik dan elke 10 minuten. Je kunt de pruik wassen wanneer het de juiste kleur heeft bereikt. Als je geen pruikenstandaard hebt, laat de pruik dan in de kom met verf zitten terwijl de kleur inwerkt. Bedek de kom met plasticfolie. 10. **Shampoo de pruik.** Gebruik een kleurveilige shampoo of speciale pruikshampoo. Houd de pruik onder een kraan met warm water om overtollig haarverf te verwijderen voor je shampoo in de pruik werkt. Spoel de pruik uit tot er geen shampoo meer in zit wanneer je klaar bent. 11. **Breng conditioner op de puntjes van de pruik aan.** Dit zal je pruik extra glans geven. Vermijd het gebruiken van conditioner bij de wortels van je pruik, omdat het haar dan misschien uit kan vallen. Spoel de conditioner met koel of lauwwarm water uit. 12. **Dep het haar met een handdoek droog.** Knijp voorzichtig in de pruik met de handdoek om overtollig water uit te laten lopen. Leg de pruik opnieuw op de pruikenstandaard om hem te laten drogen. 13. **Laat de pruik drogen.** Je kunt hem in de lucht laten drogen of een föhn op een lage stand gebruiken. Laat de pruik als je hem natuurlijk laat drogen op de pruikenstandaard zitten tot hij compleet droog is. Als je hem föhnt, ga dan op en neer door het haar met de föhn heen. Zorg ervoor dat de pruik niet te heet wordt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-pruik-van-menselijk-haar-verven", "language": "nl"}
Stoppen met overgeven
Ook al is het soms nodig om over te geven -- bijvoorbeeld wanneer je last hebt van voedselvergiftiging -- vaak is het onaangenaam en naar om over te geven wanneer daar niet een goede reden voor is. Helaas is het zo dat als je andere mensen ziet overgeven, je hersenen hier intrappen zodat je zelf ook wilt overgeven. De oorzaak hiervan is een bepaald mechanisme, namelijk het spiegelneuronsysteem. Als je wilt voorkomen dat je gaat overgeven, of dit nu vanwege maagpijn is of gewoon omdat je misselijk bent, dan kun je in dit artikel lezen over enkele simpele methoden om van het gevoel dat je moet overgeven af te komen en ervoor te zorgen dat je je binnen de kortste keren beter voelt. 1. **Leg een koude, vochtige doek op je voorhoofd of achter in je nek.** Deze techniek kan overgeven voorkomen, vooral als je hoofd klopt en je het plotseling warm krijgt. 2. **Ga naar buiten om wat frisse lucht in te ademen.** Maak een korte wandeling door je tuin of over de stoep, maar ga niet te ver van huis. Adem een stukje dieper dan dat je normaal doet, maar doe geen aparte dingen. Frisse lucht kan kalmerend aanvoelen in je longen en op je lichaam. 3. **Leg je voeten hoger neer dan de rest van je lichaam.** Plaats kussens onder je voeten om ze omhoog te leggen. 4. **Schakel je tastzin in.** Als je dingen in je omgeving aanraakt, helpt dit echt. Het kan zijn dat het je lichaam afleidt zodat het zich niet steeds op de misselijkheid richt, of misschien is er een heel andere reden voor. Doe jezelf een klein beetje pijn -- geen erge dingen. Knijp in je arm. Sla zachtjes met een gebalde vuist op je bovenbeen. Trek aan een paar van je haren. Bijt op je onderlip. Zet je nagels in je onderarm. 5. **Gebruik acupressuur.** Bij acupressuur worden de drukpunten op je lichaam gemanipuleerd om zo de pijn te verlichten. In het geval van misselijkheid en overgeven richt men zich bij acupressuur vaak op de polsen. Houd je handpalm omhoog naar je gezicht toe. Plaats dan je duim voorzichtig in het midden van je pols en druk erop om voorzichtig de plek te masseren. Als je langzaam op dit drukpunt duwt zal dit je misselijkheid verminderen. Leg de binnenkanten van beide polsen tegen elkaar en druk ze tegen elkaar aan. Je activeert nu dezelfde drukpunten als in het voorbeeld hierboven. 6. **Probeer iets te eten dat flauw is.** Kleine hoeveelheden droge crackers kunnen je misselijkheid verminderen. Dat komt omdat etenswaren die veel zetmeel bevatten, zoals crackers of geroosterd brood, kunnen helpen om maagzuur op te nemen. Als het eten van crackers werkt, dan had je misschien alleen maar honger en was je niet ziek. 7. **Begin eenvoudig en ga dan steeds meer eten.** Denk eraan dat wanneer je weer gaat eten, je moet beginnen met wat simpele koolhydraten, zoals gelatine. Ga dan langzaam steeds een stapje verder totdat je eiwitten kunt eten, zoals kippensoep met noedels. Bewaar vetten voor het laatst. Deze zijn het moeilijkst te verteren en kunnen de balans in je al verzwakte maag verstoren. 8. **Zuig op een pepermuntje of een stuk kauwgum om je darmen een vliegende start te geven in de juiste richting.** Met pepermuntjes met een frisse smaak kun je je gehemelte goed schoonmaken en je misselijkheid verminderen. Zoals al eerder werd gezegd, is gekonfijte gember ook een goede oplossing om het gevoel dat je moet overgeven te onderdrukken. 9. **Vermijd zure, kruidige, vette of vezelrijke etenswaren.** Deze etenswaren zorgen ervoor dat je maag overuren moet maken. Dit betekent dat de kans groter is dat je het gevoel krijgt dat je moet overgeven. De reden dat je geen zure, kruidige of vette etenswaren tot je moet nemen mag duidelijk zijn. Vezelrijke etenswaren zijn onder andere veel groenten, vleessoorten en grof gemalen granen. Als je naast overgeven tevens last hebt van diarree, vermijd dan ook zuivelproducten. Zoals de andere hierboven vermelde etenswaren, kan zuivel erg moeilijk te verwerken zijn voor je maag. Eet geen erg warm of erg koud voedsel. Je maag moet overuren draaien om erg koud voedsel warm genoeg te maken om het te kunnen verwerken, en erg warm voedsel koud genoeg om het te kunnen verwerken. 10. **Drink in het begin alleen water.** Als je de laatste tijd veel overgegeven hebt, drink dan maar kleine hoeveelheden water per keer. Wanneer je lichaam te veel water te snel moet verwerken, kan dit er voor zorgen dat je gaat overgeven. Als je wilt kun je op een ijsklontje zuigen. Het koude water voelt goed aan wanneer het door je keel naar beneden glijdt, en het is bijna onmogelijk om te veel water te drinken door een ijsklontje in je mond te laten smelten. 11. **Drink alleen heldere vloeistoffen nadat je water hebt gehad.** Drink bij voorkeur iets dat elektrolyten bevat. Heldere vloeistoffen, behalve water, helpen om je lichaam weer te voorzien van belangrijke vitaminen die je eerder tijdens het overgeven misschien verloren hebt. Probeer als je dat kunt vloeistoffen te drinken met een hoog gehalte aan kalium en natrium. Deze stoffen behoren tot de belangrijkste elektrolyten in je lichaam. Ze gaan vaak verloren wanneer het lichaam door het proces van overgeven gaat. Heldere vloeistoffen die geschikt zijn om te drinken, zijn: Slappe thee Bouillon Appelsap Sportdrankjes 12. **Drink siroop en tonic om je maag te kalmeren.** Cola (dat je ook in frisdrankautomaten kunt vinden) kan werken om je maagpijn te verzachten, evenals siropen die zonder recept verkrijgbaar zijn. Kinderen moeten 1 tot 2 theelepels innemen en volwassenen 1 tot 2 eetlepels. Ook al is er weinig wetenschappelijk bewijs dat cola echt werkt, het wordt al generaties lang gebruikt om maagpijn te verzachten. Het werd oorspronkelijk zelfs gebruikt als versterkend middel voor je maag. 13. **Vermijd dranken die cafeïne, koolzuur en grote hoeveelheden zuur bevatten.** Veel frisdranken vallen hieronder, evenals koffie en vruchtensappen als sinaasappelsap, grapefruitsap of limonade. 14. **Probeer een beetje gemberthee te drinken om je misselijkheid te onderdrukken.** Gember staat er al enige tijd om bekend dat het misselijkheid onderdrukt. Het werkt volgens een bijzonder opmerkelijk wetenschappelijk onderzoek zelfs effectiever dan sommige medicijnen tegen misselijkheid. Je kunt theezakjes met gemberthee kopen of je eigen gemberthee met honing klaarmaken. Dit laatste wordt ook wel tisane genoemd. Als je geen warme thee wilt drinken maar wel wilt profiteren van de verzachtende voordelen van gember, probeer dan om gemberbier te drinken. Maak een blikje open en laat het koolzuur eerst helemaal verdampen. Denk eraan dat koolzuur klachten kan veroorzaken als je maag al gevoelig is, zodat je gaat overgeven. Gekonfijte gember is een andere optie om te proberen als je graag gember wilt eten maar geen vloeistoffen binnen kunt houden. Knabbel elke 45 minuten op een kleine hoeveelheid gekonfijte gember. 15. **Probeer domperidon als je moet overgeven omdat je misselijk bent.** Domperidon wordt gebruikt om misselijkheid, maagklachten en overgeven te stoppen. Dit middel is op recept verkrijgbaar als zetpil, tablet en drankje. 16. **Neem paracetamol als je naast je ziekte of het overgeven ook pijn hebt.** In tegenstelling tot NSAID's (niet-hormonale ontstekingsremmende pijnstillers) zoals aspirine of ibuprofen, zal paracetamol je pijn verlichten zonder je misselijkheid te verergeren. 17. **Vraag om een recept voor een pleister met scopolamine.** Deze pleisters voorkomen misselijkheid en overgeven. Je plakt de pleister gewoon op je huid, direct achter je oor. Weet wel dat deze pleisters een hoop bijwerkingen hebben die misschien niet opwegen tot het hinderlijke maar te verdragen gevoel van misselijkheid. 18. **Ga naar je huisarts als je na een dag (voor kinderen) of na twee dagen (voor volwassenen) nog steeds moet overgeven.** Het kan zijn dat je gevaarlijk uitgedroogd bent en dat je een vochtinbrengend infuus nodig hebt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Stoppen-met-overgeven", "language": "nl"}
Een video roteren in Adobe Premiere Pro
In dit artikel laten we je zien hoe je een videoclip roteert in Adobe Premiere Pro in de richting en aantal graden naar wens. 1. **Begin een nieuw project of open een bestaand project in Adobe Premiere Pro.** Dit doe je door dubbel te klikken op het paarse programma-icoontje met de letters en vervolgens te klikken op in de menubalk bovenaan het scherm. Klik op om een nieuw project te openen of op om een bestaand project te openen. Als de video die je wilt roteren niet al in het project zit kun je deze importeren door te klikken op en vervolgens op . 2. **Selecteer en sleep de video die je wilt roteren van het tabblad Project naar je tijdlijn.** 3. **Klik op de video om deze te selecteren.** 4. **Klik op Toegepaste effecten.** Dit is een tabblad in de linkerbovenhoek van het venster. 5. **Klik op Beweging.** Dit is een van de bovenste opties in het menu 'Toegepaste effecten'. 6. **Klik op Rotatie.** Dit staat in het midden van het menu. 7. **Vul het aantal graden in waarmee je wilt roteren.** In het veld aan de rechterkant van kun je het aantal graden invoeren. Om een video die ondersteboven staat om te draaien typ je '180'. Om een video te roteren van portretmodus naar landschapsmodus typ je '90' als je met de klok mee wilt roteren of '270' als je tegen de klok in wilt roteren. Door dit type rotatie uit te voeren zal een gedeelte van het beeld verdwijnen en er zullen zwarte balken verschijnen. Om dit op te lossen hoef je alleen maar de beeldverhouding aan te passen: Klik op in de menubalk en dan op bovenaan het menu. Verwissel de getallen die te zien zijn in het gedeelte 'Schermgrootte' van de sectie 'Video'. Als er bijvoorbeeld staat '1080 horizontaal' en '1920 verticaal', dan verwissel je de getallen naar '1920 horizontaal' en '1080 verticaal'. Klik op , en klik vervolgens weer op . Je video is nu geroteerd en kan worden bewerkt of samengevoegd met andere video’s.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-video-roteren-in-Adobe-Premiere-Pro", "language": "nl"}
Omgaan met overspel
Denk je (of weet je) dat een zogezegd monogame partner je heeft bedrogen? Je bent niet de enige. Tussen 25-50% van alle partners zal ooit vreemdgaan of is ooit vreemdgegaan. Het is geen pleister op de wonde om andere mensen te kennen die hetzelfde hebben meegemaakt. Bekijk deze stappen eens en gebruik ze om je trauma te overwinnen. Dit kan een bijzonder pijnlijk ervaring zijn en de emoties zullen hoog oplopen, dus gebruik deze controlelijst om jezelf erdoorheen te helpen. 1. **Eerst en vooral – haal eens diep adem en doe niets overhaast.** Denk na! Dit is bijzonder belangrijk in het geval van een langdurige relatie. Abrupt reageren kan gevolgen hebben die je je misschien zal beklagen. Geef jezelf wat mentale ruimte voordat je actie onderneemt. 2. **Praat met iemand.** Je bent niet alleen. De statistieken zijn betwistbaar en variëren aanzienlijk, maar enquêtes over vreemdgaan tonen aan dat 25-50% van alle getrouwde mensen ooit vreemd zijn gegaan of dat nog zullen doen. 3. **Geef jezelf de schuld niet.** Het is makkelijk voor mensen om naar zichzelf te kijken en redenen te zoeken waarom hun partner hen bedrogen heeft... maar daar is nooit iets goeds van voortgekomen. Problemen die leiden tot vreemdgaan hebben meestal betrekking op beide partners, maar dat is zeker niet altijd het geval. In de toekomst kan het echter van pas komen om even aan introspectie te doen en te zoeken naar een reden waarom je partner elders genegenheid heeft gezocht. Er kunnen grijze zones in je gedrag zijn die tot dit soort acties hebben geleid. Je mag niet vergeten dat de meeste mensen een monogaam leven verkiezen omdat het zoveel geluk & zekerheid biedt. Er zijn echter ook mensen die hier niet mee akkoord gaan. 4. **Bepaal of je echt bedrogen bent.** Stel jezelf de volgende vragen: Waren jullie officieel een stel toen het ‘vreemdgaan’ plaatsvond? Was jij officieel monogaam? Indien niet, dan kan je niet zeker weten dat je partner wist dat hij jou zou kwetsen. In dat geval is het misschien beter om een minder confronterende houding op te stellen. 5. **Praat met je partner.** Maak je twijfels en angsten duidelijk. Mogelijk blijkt dat er helemaal niets is gebeurd. Of misschien is er wel iets gebeurd maar was er een vorm van dwang in het spel (seksuele intimidatie op het werk moet bijvoorbeeld onmiddellijk en openlijk besproken worden om mogelijke herhalingen ervan in de toekomst te kunnen voorkomen). Er kunnen verdovende middelen of een psychologisch probleem meespelen die moeten worden aangepakt (seksverslaving is geen verzinsel). Als hulp aangewezen is dan kan je je partner steunen om die hulp te zoeken – dit zou voor jullie allebei therapeutisch kunnen zijn. Verdovende middelen zijn echter geen geldig ‘excuus’ voor ongepast gedrag, dus het argument ‘ja, maar ik was dronken, dus het maakt niet uit’ mag je nooit zomaar aanvaarden – wees daar heel vastberaden in. 6. **Stel jezelf de vraag of je je partner ooit nog op dezelfde manier zal kunnen bekijken.** Ontrouw betekent voor sommige mensen niet zoveel. Sommige mensen hebben meer dan één fysieke relatie en voor hen wijst dit misschien niet op een tekort in de relatie met hun vaste partner, maar dit is zeldzaam. Ontrouw wijst vaak op verveling en ontevredenheid met de huidige relatie. Omgaan met een partner die jou toch niet wilt, of een partner die het niet erg vindt om jou te kwetsen, is belachelijk. Dump hem of haar indien dit het geval is. 7. **Als je beslist dat dit onomkeerbaar is, maak het dan niet uit met je partner om hem of haar later terug te nemen.** Dit zal slechts voor nog meer emotionele stress zorgen. Als je het uitmaakt, maak het dan definitief uit. Een tijdelijke pauze kan echter ook een geldige optie zijn. Als je beslist om een of andere pauze te nemen, wacht dan even om na het uitmaken weer met je ex te praten. Gun jezelf eerst wat tijd om af te koelen. Als er kinderen of financiële zaken in spel zijn, dan is dit misschien onmogelijk. In dat geval moet je specifieke regels opstellen (tijdschema’s, ontmoetingsplaatsen, enz.). Dit kan moeilijk zijn, maar het is noodzakelijk. 8. **Als je getrouwd bent en zeker weet dat er meer aan de hand is dan een gewone vriendschappelijke relatie van je partner, dan kan je overwegen om een advocaat of een privédetective met een goede reputatie in dienst te nemen die zich specialiseert in dergelijke zaken.** Controleer hun referenties. 9. **Als je een onderzoeker inhuurt, weet dan dat je je partner niet mag confronteren of beschuldigen.** Laat de onderzoeker zijn of haar werk eerst uitvoeren. Als je je partner confronteert, dan kan die op een voorzichtigere manier verder doen, waardoor het onderzoek mogelijk duurder zal worden). 10. **Laat je zo snel mogelijk testen op SOA’s.** Onwetendheid zal extreme stress veroorzaken. Het is cruciaal om je zo vroeg mogelijk te laten behandelen. 11. **Als het mogelijk is moet je proberen om bewijzen (bestelbonnen, e-mails, foto’s, enz.** ) van het overspel te verzamelen. Bewaar deze informatie bij een vriend of familielid thuis. Hierdoor zal de onderzoeker later minder werk moeten verrichten, waardoor je geld zal uitsparen. 12. **Begin niet te roddelen.** Als je jouw verdenkingen deelt met meer dan één goede vriend, dan zal je waarschijnlijk roddels in het leven roepen die op allerlei vlakken heel negatieve gevolgen kunnen hebben. Als er een onderzoek loopt, weet dan dat roddels de gang ervan kunnen dwarsbomen. 13. **Kijk ook eens naar jouw persoonlijke acties.** Als je ook vreemdgaat dan is het misschien tijd om een open gesprek te hebben met je partner en de zaken uit te praten. Misschien kan therapie voor koppels helpen. Als jullie ervoor kiezen om te scheiden, dan mag je niet vergeten dat dit heel snel heel lelijk kan worden en dat jouw fouten ook terug naar boven zullen worden gehaald. 14. **De zaken omdraaien is ‘niet’ eerlijk.** Begin geen nieuwe relatie alleen maar omdat je partner dat heeft gedaan. Dit is niets dan wraak en er zal niets goeds uit voortkomen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Omgaan-met-overspel", "language": "nl"}
Pichu evolueren
Hieronder staan de verschillende Generaties van Pokémon-games waar Pichu in voorkomt:Generatie II - Gold, Silver, CrystalGeneratie III - Ruby, Sapphire, Emerald, FireRed, LeafGreenGeneratie IV - Diamond, Pearl, Platinum, HeartGold, SoulSilverGeneratie V - Black, White, Black 2, White 2 Generatie VI - X, Y, Omega Ruby, Alpha Sapphire Pichu is de niet-geëvolueerde versie van Pikachu, en werd voor het eerst geïntroduceerd in de Generatie II Pokémon-spellen. In tegenstelling tot de meeste Pokémon evolueert Pichu niet op basis van zijn level. In plaats daarvan evolueert Pichu zodra zijn Friendship-beoordeling op 220 van de 255 zit. Er zijn verschillende manieren waarop je je Friendship kunt verhogen. Gebruik de knop rechts van je om direct naar jouw spel te gaan. 1. **Probeer Pichu te vangen met een Friend Ball.** Dit is een speciale Pokébal die de standaard-Friendship van de Pokémon die erin gevangen zit instelt op 200, in plaats van de gebruikelijke 70. Aangezien Pichu evolueert wanneer Friendship op 220 zit, hoef je, als je de Pichu met een Friend Ball vangt, niet veel te doen om hem op dat niveau te krijgen. Je kunt Friend Balls van Kurt krijgen in Azalea Town, als je hem Green Apricorns brengt. 2. **Houd Pichu in je team.** Elke keer dat je 512 stappen neemt in het spel krijg je er 1 Friendship-punt bij. Dit is een van de makkelijkere manieren om passief Friendship te verdienen. 3. **Laat Pichu kappen door de Haircut Brothers.** Je kunt de Haircut Brothers in Goldenrod Tunnel vinden. De jongste broer geeft de grootste boost (tot wel 10 Friendship per kapbeurt). Je kunt een kapbeurt maar ééns in de 24 uur krijgen. 4. **Laat Pichu verzorgen door Daisy.** Je kunt Daisy Oak in Pallet Town vinden tussen 3 en 4 PM. Door Pichu door Daisy te laten verzorgen krijg je 3 Friendship erbij. 5. **Geef je Pichu ‘Vitamins’.** Er zijn meerdere spullen in het spel die worden gezien als Vitamins. Elke keer dat je Pichu een van deze dingen te eten geeft krijg je 3 tot 5 Friendship erbij: HP Up Protein Iron Calcium Carbos PP Up Rare Candy 6. **Verhoog het level van Pichu.** Pichu zal, elke keer dat hij een level omhoog gaat, Friendship erbij krijgen. Als Pichu minder dan 100 Friendship heeft krijgt hij er 5 bij per level. Als hij tussen de 100 en 200 inzit zal hij er elke keer 3 bij krijgen. Boven de 200 krijg je er, per level, 2 Friendship bij. 7. **Daag een Gym Leader uit met Pichu in je team.** Door een Gym Leader of lid van de Elite Four uit te dagen terwijl Pichu in je team zit, krijgt Pichu een kleine boost van 1-3 Friendship. 8. **Voorkom flauwvallen.** Als Pichu tijdens een gevecht flauwvalt verlies je 1 Friendship. Let erop dat je Pichu wisselt met een andere Pokémon, als het erop lijkt dat hij op het punt staat om flauw te vallen. Gebruik echter geen geneesmiddelen (meer daarover bij de volgende stap). 9. **Geef Pichu geen geneesmiddelen.** Als Pichu’s leven laag is moet je proberen te voorkomen dat je hem geneesmiddelen geeft, waaronder Energy Powder (-5 Friendship), Heal Powder (-5 Friendship), Energy Root (-10 Friendship), of Revival Herb (-15 Friendship). Doe al het genezen en herstellen in een Pokémon Center, wat geen effect zal hebben op je Friendship. 10. **Check Pichu's Friendship-level.** Er is geen getal dat Pichu's Friendship aangeeft. Zorg ervoor dat Pichu de eerste Pokémon in je team is. Je kunt de vrouw die kan zien hoe hoog het Friendship-level is, ten oosten van Goldenrod City Department Store vinden. Wat ze zegt hangt af van het level van Pichu’s Friendship: 50 - 99: ‘You should treat it better. It's not used to you.’ 100 - 149: ‘It's quite cute.’ 150 - 199: ‘It's friendly toward you. Sort of happy.’ 200 - 249: ‘I get the feeling it really trusts you.’ 250 - 255: ‘It looks really happy! It must love you a lot.’ 11. **Verhoog het level van Pichu zodra je vermoedt dat zijn Friendship ongeveer 220 is.** Pichu's Friendship moet 220 of hoger zijn voordat hij kan evolueren. De Friendship-onderzoekster zal je niet zeggen wanneer je de 220 hebt bereikt, dus zal je een beetje moeten gokken. Je kunt het level van Pichu laten stijgen door te vechten of door hem Rare Candy te geven. Als Pichu niet evolueert zit zijn Friendship nog niet op de 220. Onthoud dat de Friendship-onderzoekster dezelfde zin zegt tussen de 200 – 249. Daarom zal je een klein beetje moeten raden naar je werkelijke Friendship-level. 12. **Vang Pichu in een Luxury Ball.** Een Luxury Ball geeft een extra bonuspunt bij elke activiteit die een boost geeft aan Friendship. Je kunt Luxury Balls in de meeste winkels kopen. 13. **Geef Pichu een Soothe Bell.** Wanneer Pichu dit item vasthoudt krijgt hij, bij elke activiteit die Friendship boost, een extra Friend-punt. Dit telt op bij het effect van de Luxury Ball, wat betekent dat als je beide gebruikt Pichu er, elke keer dat je een activiteit doet die Friendship boost, 2 extra punten bij krijgt. Je kunt een Soothe Bell in de Pokémon Fan Club vinden. 14. **Doe 256 stappen met Pichu in je team.** De loopvereisten voor het opdoen van Friendship werden gehalveerd voor Generatie III, wat betekent dat je een punt krijgt na elke 256 stappen. Dit compenseert het gebrek aan verzorgingsopties in de Generatie III-spellen. 15. **Gebruik Vitamin-items om een boost te krijgen.** Vitamin-items geven je een boost van 2 - 5 punten, afhankelijk van je huidige Friendship-level (hoe hoger Friendship is, hoe lager de boost). Onder vitaminen vallen alle vitaminen van Generatie II, evenals de volgende toevoegingen: Zinc PP Max 16. **Verhoog het level van Pichu om Friendship erbij te krijgen.** Als Pichu minder dan 100 Friendship heeft krijgt hij, elke keer dat hij een level hoger gaat, een boost van 5 punten. Dit wordt verlaagd naar een boost van 3 punten boven de 100 en een boost van 2 punten boven de 200. 17. **Geef Pichu wat EV-verlagende bessen.** Als je intensief bezig bent met EV-training gebruik je EV-bessen mogelijk regelmatig. Alle EV-verlagende bessen zullen je een boost geven van 2 punten. Hieronder vallen: Pomeg Kelpsy Qualot Hondew Grepa Tamato 18. **Probeer uitschakeling te voorkomen.** Als Pichu tijdens het gevecht flauwvalt verliest hij een Friendship-punt. Verwissel Pichu met een andere Pokémon als het erop lijkt dat Pichu binnenkort zal worden uitgeschakeld. Gebruik ook geen geneesmiddelen (zie de volgende stap). 19. **Geef Pichu geen geneesmiddelen.** Geneesmiddelen hebben het grootste negatieve effect op Friendship van het hele spel. Doe al het genezen en herstellen in een Pokémon Center. Energy Powder: -5 punten Heal Powder: -5 punten Energy Root: -10 punten Revival Herb: -15 punten 20. **Check Pichu's Friendship-level.** Alhoewel je niet een exact getal kunt zien dat het Friendship-level aangeeft, kan je wel praten met een speciaal personage dat je Friendship kan nagaan. Zo krijg je een globaal idee van je huidige niveau. Je kunt haar vinden in Verdanturf Town, in het huis in de linkeronderhoek. Als je erop let dat Pichu de eerste Pokémon in jouw team is zal ze, afhankelijk van je Friendship-level, een bepaalde zin zeggen. 50 - 99: ‘It's not very used to you yet. It neither loves nor hates you.’ 100 - 149: ‘It's getting used to you. It seems to believe in you.’ 150 - 199: ‘It likes you quite a lot. It seems to want to be babied a little.’ 200 - 254: ‘It seems to be very happy. It obviously likes you a whole lot.’ 255: ‘It adores you. It can't possibly love you any more. I even feel happy seeing it.’ 21. **Verhoog het level van Pichu zodra je denkt dat zijn Friendship op 220 zit.** Als Pichu's Friendship 220 of hoger is zal hij, wanneer hij een level omhoog gaat, evolueren tot Pikachu. Als Pichu niet evolueert, betekent dat dat zijn Friendship nog niet een level heeft bereikt dat hoog genoeg is. 22. **Vang Pichu in een Luxury Ball en geef hem een Soothe Bell.** Net zoals in Generatie III zullen deze dingen je Pichu een Friendship-boost geven. Ze werken echter op een iets andere manier bij Generatie IV. De Luxury Ball geeft alleen een bonus bij levelverhoging, en de Soothe Bell zal een boost van 50% geven aan alle Friendship-activiteiten. 23. **Loop met Pichu in je team.** Je krijgt, net zoals in Generatie III, 1 Friendship per 256 stappen. Je krijgt een bonus als je Pichu in een Luxury Ball zit. 24. **Laat je Pichu masseren.** Er zijn een aantal verschillende masseerlocaties die jou een Friendship-boost kunnen opleveren. Je kunt maar ééns in de 24 uur een massage krijgen. Diamond, Pearl, Platinum – De masseuse in Veilstone City levert je een boost van 3 punten op. Diamond, Pearl, Platinum – Een massage in de Ribbon Syndicate levert je een boost van 20(!) punten op, als je Friendship minder dan 100 is. Black en White – Een massage van de vrouw in Castelia Street kan je maximaal 30 Friendship-punten opleveren. Black 2 en White 2 – De masseuse is in de Medal Office en geeft dezelfde bonussen als die in Black en White. 25. **Gebruik Vitamins om Friendship erbij te krijgen.** Net zoals in de voorgaande Generaties leveren Vitamin-items je een flinke Friendship-boost op. Er werden geen nieuwe Vitamins geïntroduceerd in Generatie IV of V. 26. **Verhoog het level van Pichu voor een Friendship-boost.** Je krijgt elke keer dat Pichu een level omhoog gaat een paar Friendship-punten erbij. 27. **Gebruik EV-verlagende bessen.** EV-verlagende bessen geven je een grote Friendship-boost. Geef je Pichu Pomeg, Kelpsy, Qualot, Hondew, Grepa, of Tamato bessen voor een boost van maximaal 10 Friendship, afhankelijk van het huidige Friendship-level. 28. **Zorg ervoor dat Pichu niet wordt uitgeschakeld.** Net zoals in alle andere Generaties zal uitschakeling ertoe leiden dat Pichu’s Friendship 1 punt daalt. Vervang Pichu door een andere Pokémon als het ernaar uitziet dat hij flauw gaat vallen. 29. **Geef Pichu geen geneesmiddelen.** Geneesmiddelen hebben een groot negatief effect op je Friendship en het kan een tijdje duren om het verlies goed te maken. Vermijd de volgende middelen en doe al het genezen in plaats daarvan in een Pokémon Center: Energy Powder: -5 punten Heal Powder: -5 punten Energy Root: -10 punten Revival Herb: -15 punten 30. **Check de Friendship van je Pichu (Generatie IV).** Als je de Generatie IV-spellen speelt, kan je Pichu’s tevredenheid controleren door de Pokémon Fan Club in Hearthome City te bezoeken. Let erop dat Pichu de eerste Pokémon in je team is. Welke zin de controlepersoon zegt zal afhangen van Pichu’s Friendship-level, en de zinnen zijn anders in Platinum. 50 - 99: ‘You should treat it better. It's not used to you.’ (D,P) ‘It's feeling neutral toward you. It's up to you to change that.’ (Plat) 100 - 149: ‘It's quite cute.’ (D,P) ‘It's warming up to you. That's my impression.’ (Plat) 150 - 199: ‘It's friendly towards you. It looks sort of happy.’ (D,P) ‘It's quite friendly to you. It must be happy being with you.’ (Plat) 200 - 254: ‘I get the feeling that it really trusts you.’ (D,P) ‘It's very friendly toward you. I can tell you treat it kindly.’ (Plat) 255: ‘It looks really happy! It must love you a lot.’ (D,P) ‘It simply adores you! Why, I feel like I am intruding!’ (Plat) 31. **Check de Friendship van je Pichu (Generatie V).** Als je de Generatie V-spellen speelt, kan je de Friendship-checker in de Pokémon Fan Club in Icirrus City vinden. De zin zal veranderen op basis van Pichu’s Friendship-level: 70 - 99: ‘The relationship is neither good nor bad… It looks neutral.’ 100 - 149: ‘It is a little friendly to you… That's what I'm getting.’ 150 - 194: ‘It is friendly to you. It must be happy with you.’ 195 - 254: ‘It is quite friendly to you! You must be a kind person!’ 255: ‘It is super friendly to you! I'm a bit jealous!’ 32. **Verhoog het level van Pichu zodra je vermoedt dat zijn Friendship-level 220 of hoger is.** Aangezien je het exacte getal niet zult weten zonder dit, elke keer nadat je je Friendship verhoogt hebt, na te gaan, zal je op basis van de zin en de activiteiten die je doet een gok moeten wagen. Als je Pichu’s level verhoogt wanneer zijn Friendship op 220 of hoger zit, zal hij meteen evolueren tot Pikachu. Als Pichu niet evolueert wanneer zijn level wordt verhoogd, betekent dat dat zijn Friendship nog niet de 220 heeft bereikt. 33. **Vang de Pichu in een Luxury Ball.** Net zoals in alle voorgaande Generaties, geeft een Luxury Ball bonuswaarde aan Friendship die je krijgt voor bepaalde activiteiten. 34. **Doe Friendship-verhogende activiteiten op de plek waar je Pichu ving.** Een nieuwe toevoeging aan de Friendship van Generatie VI, is de bonus die je krijgt voor het doen van Friendship-verhogende activiteiten op dezelfde plek als waar je Pichu ving. Dit geldt voor het gebruik van Vitamins, Rare Soda’s en EV-verlagende bessen. 35. **Loop met Pichu in je team.** Je kunt 2 Friendship-punten krijgen door 128 stappen te nemen. In Generatie VI-spellen krijg je deze punten echter minder dan 50% van de tijd. 36. **Neem je Pichu mee voor een Massage.** In X en Y kan je de masseuse vinden in het huis links van het Pokémon Center in Cyllage City. In Omega Ruby en Alpha Sapphire kan je een verzorger vinden ten noorden van de Poke Miles-winkel in Mauville City. Er is 6% kans dat massages je een boost van 30 punten opleveren. 37. **Gebruik Vitamins.** Zoals in alle Pokémon-spellen geven Vitamins een boost van maximaal 5 punten (plus mogelijke bonussen) aan je Friendship. Er zijn geen nieuwe Vitamins geïntroduceerd sinds Generatie III. 38. **Gebruik Wings om een kleine boost te krijgen.** Wings zijn items die lijken op Vitamins maar die iets minder krachtig zijn. Ze kunnen willekeurig waar op de Driftveil Drawbridge en de Marvelous Bridge worden gevonden. Wings kunnen je maximaal 3 Friendship opleveren. 39. **Verhoog het level van Pichu door te vechten.** Als Pichu’s level stijgt in het gevecht krijg je er maximaal 5 Friendship bij. In Generatie VI worden levels die verkregen zijn met Rare Candy niet beloond met een Friendship Bonus. 40. **Geef Pichu Super Training.** Gebruik de functie Super Training in Generatie VI om Pichu’s Friendship een boost te geven. Je zult een aantal Regimens moeten voltooien om de Soothing Bag vrij te spelen, die een boost van 20 punten aan je Friendship kan geven. 41. **Drink vruchtensappen van de Juice Shoppe.** De Juice Shoppe in Lumiose City verkoopt een verscheidenheid aan verschillende vruchtensappen, en een paar van deze zullen je Friendship verhogen. Je zult bessen nodig hebben om de vruchtensappen te maken. Rare Soda - 1 Lansat en 1 Starf Berry Colorful Shake – Twee willekeurige bessen Ultra Rare Soda - 1 Roseli en 1 Enigma Een willekeurige soort gekleurd vruchtensap 42. **Voorkom dat Pichu wordt uitgeschakeld.** Uitschakeling zal je Friendship met 1 punt verlagen, dus let erop dat je Pichu terugtrekt als hij op het punt staat om flauw te vallen. Geef Pichu geen geneesmiddelen. 43. **Vermijd geneesmiddelen.** De geneesmiddelen in het spel kunnen een grote negatieve uitwerking hebben op je Friendship. Doe al het genezen in het Pokémon Center. De tweede waarde hieronder is van toepassing als je Friendship boven de 200 zit. Energy Powder: -5/-10 punten Heal Powder: -5/-10 punten Energy Root: -10/-15 punten Revival Herb: -15/-20 punten 44. **Check het level van je Friendship.** Je kunt een schatting krijgen van het Friendship-level van je Pichu, door de controlepersoon in de Pokémon Fan Club in Laverre City te bezoeken. Zorg ervoor dat Pichu de eerste Pokémon is in je team. Lees de Generatie III-instructies als je Omega Ruby of Alpha Sapphire speelt. 50 - 99: ‘Hmm…I think you have a lot of time ahead of you to get to know one another better.’ 100 - 149: ‘It's a little bit friendly to you… Something like that.’ 150 - 199: ‘Well, I think you and Pichu will be an even greater combo someday!’ 200 - 254: ‘You must really like your Pichu and always keep it by your side!’ 255: ‘It's amazingly friendly toward you! It must be so happy spending every day with you!’ 45. **Verhoog Pichu’s level zodra je vermoedt dat hij 220 Friendship heeft bereikt.** Je zult moeten gokken aangezien de controlepersoon je alleen maar vertelt in welke categorie je zit. Je kunt Pichu’s level verhogen met vechten, of door Rare Candy, Rare Soda, of Ultra Rare Soda te gebruiken. Als Pichu niet evolueert heeft zijn Friendship de 220 nog niet bereikt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Pichu-evolueren", "language": "nl"}
Foto's verwijderen van Instagram
Soms merk je dat bepaalde foto’s die je op Instagram gezet hebt eigenlijk niet zo goed zijn, waardoor ze ervoor zouden kunnen zorgen dat je volgers kwijtraakt. Om die reden wil je misschien wat foto’s verwijderen, terwijl je niet weet hoe dat moet. In dit artikel lees je hoe je een willekeurige post op Instagram vanaf je smartphone met Android, een iPhone of je iPad kunt verwijderen. 1. **Tik om Instagram te openen op het Instagram-icoontje.** 2. **Tik op het icoontje van je profiel.** 3. **Bekijk je foto’s.** Je kunt de manier waarop je foto’s worden weergeven omzetten van het 'rasterformaat' naar het 'lijstformaat' (waarbinnen je foto’s allemaal achter elkaar worden weergegeven), afhankelijk van wat je prettiger vindt bladeren. 4. **Tik op een foto die je wilt verwijderen.** 5. **Tik op de knop 'Opties'.** 6. **Tik op de optie 'Verwijderen'.** 7. **Tik op 'Verwijderen' in het menu 'Foto verwijderen?'.** 8. **Herhaal dit proces voor iedere foto die je wilt verwijderen.** Nu weet je hoe je foto’s van Instagram moet verwijderen! 9. **Open Instagram door op het Instagram-icoontje te tikken.** 10. **Ga naar je profiel door op het bijbehorende icoontje te tikken.** 11. **Tik op het icoontje 'Foto’s van mij'.** 12. **Tik op de foto waarvan je de tag wilt verwijderen.** Je kun ook op het icoontje 'Tags' tikken helemaal rechts op de taakbalk van je galerij om alle foto’s met tags te zien te krijgen. 13. **Tik op een willekeurige plek op de foto.** Er verschijnt dan een lijst met de namen van alle mensen die in de foto getagd zijn. 14. **Tik op je naam.** 15. **Tik op 'Meer opties'.** 16. **Tik op de knop 'Verwijder mij van de foto'.** 17. **Tik op 'Verwijderen' in het bevestigingsvenster dat je te zien krijgt.** 18. **Tik op 'Klaar' om de wijzigingen op te slaan.** Als het goed is, is deze foto nu niet meer zichtbaar op je profiel! Tik om meerdere foto’s tegelijk te verwijderen op de drie stipje rechtsboven in de hoek van het menu 'Tags' en tik vervolgens op 'Foto’s verbergen'.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Foto%27s-verwijderen-van-Instagram", "language": "nl"}
Een bengaal identificeren
Bengalen zijn actieve, speelse katten die van oorsprong een kruising zijn tussen een gedomesticeerde kat en een Aziatische nevelpanter. Deze energieke katten hebben een prachtige, onderscheidende gevlekte vacht, die in verschillende kleurpatronen voorkomt. De vacht is echter niet altijd gevlekt, maar kan ook gemarmerd zijn. Dit ziet eruit als golvende strepen en vlekken in de vacht, in plaats van duidelijke vlekken. Als je wilt weten of jouw kat een bengaal is, kun je uitkijken naar de volgende fysieke karakteristieken of contact opnemen met een erkende bengaalfokker. 1. **Controleer op een gevlekte vacht.** De meest onderscheidende fysieke eigenschappen van het bengaalse ras is de gevlekte vacht, hoewel de vacht ook gemarmerd kan zijn. Deze katten hebben hun vlekken geërfd van hun panter-voorouders. Alle bengalen, zonder uitzondering, hebben een gevlekte vacht. De vacht van een bengaal glanst of glimt doorgaans, wat het beste te zien in direct zonlicht. Fokkers noemen dit het “glitter-effect”. 2. **Zoek naar het juiste kleurenpatroon.** Alle bengalen hebben vlekken, maar deze kunnen in verschillende kleuren voorkomen. Het meest voorkomende kleurenpatroon is een bruine of goude achtergrondkleur. Maar het patroon kan ook kaneel/zuring, grijs/beige, koolzwart, zilver of blauw van kleur zijn. Soms raken de vlekken elkaar zo aan dat het meer lijkt op een gestreept patroon, maar deze katten zijn wel bengalen. Deze variatie wordt vaak een gemarmerde patroonvariatie genoemd. Bengalen hebben tevens een gestreepte staart met zwart puntje. 3. **Let op de grote, atletische bouw.** Bengalen zijn doorgaans vrij groot en slank. Ze zijn atletisch gebouwd en ontwikkelen bijna nooit een hangbuikje, wat bij veel andere kattensoorten wel gebeurt als de kat wat aankomt. Bengalen wegen doorgaans 3,5 kg tot 7 kg als ze volwassen zijn. 4. **Kijk uit naar actief gedrag.** Bengalen zijn afstammelingen van wilde Aziatische panters, het zit dus in hun bloed om actief en energiek te zijn. Ze hebben een voorliefde voor spelen en het uiten van veel energie. Bengalen besteden meer tijd aan spelen en minder tijd aan dutjes dan veel andere soorten gedomesticeerde katten. Als je kat dociel of lethargisch lijkt, is het onwaarschijnlijk dat de kat een bengaal is. 5. **Let op of de kat affectie toont.** Ondanks hun wilde voorouders en verwilderde uiterlijk, zijn bengalen zeer aanhankelijk tegenover mensen – met name hun eigenaren. Ze vinden het heerlijk om met hun familieleden te knuffelen en spelen en besteden doorgaans veel tijd aan interactie met mensen. Een bengaal is niet teruggetrokken of afstandelijk. Hij besteed de meeste tijd in de buurt van de mensen en andere dieren van het huishouden. 6. **Luister naar een onderscheidende miauw.** Bengalen zijn vrij vocaal en luid, meer dan de meeste andere kattensoorten. Ze communiceren regelmatig met hun eigenaren over wat ze willen en hoe ze zich voelen. Ze aarzelen niet om hun eigenaar te laten weten dat hun kattenbak verschoond moet worden of ze meer eten willen. Hoewel bengalen zichzelf vaak uiten, is hun miauw in feite meer een kort, klein blafje dan een daadwerkelijk luide miauw. 7. **Neem contact op met een erkende fokker.** Erkende en gerespecteerde bengaalfokkers kunnen je gegarandeerd een bengaalkitten met gedocumenteerde stamboom leveren. Hij kan je mogelijk ook advies geven over een kat die je al hebt, om te bepalen of het wel of geen echte bengaal is. Om een erkende fokker te vinden, kun je bij rasclubs voor bengalen om verwijzingen vragen. De internationale kattenvereniging heeft een lijst van goedgekeurde bengaalfokkers. De meeste bengalen die verkocht worden zijn ten minste vijf generaties verwijderd van de oorspronkelijke wilde panter-voorouder. Dit komt door beperkingen op het fokken van bengalen. Een eerste generatie bengaal wordt een F1-bengaal genoemd. Zijn persoonlijkheid ligt dichterbij zijn wilde voorouder. De meeste bengalen die te koop worden aangeboden zijn echter met huiskatten van verschillende generaties gefokt, om ze de eigenschappen te geven die we van een huiskat verwachten. Je kat is wel wild en exotisch, maar het is geen wild dier. 8. **Raadpleeg een rasorganisatie voor bengalen.** Voor bijna elke kattensoort zijn er rasspecifieke organisaties die de standaarden van het ras reguleren en die informatie over het ras verstrekken aan geïnteresseerde partijen. Zoek naar een organisatie voor bengalen bij jou in de buurt en vraag ze om meer informatie over het ras. Probeer de internationale bengalenvereniging. of de bond voor bengalen 9. **Vraag het de dierenarts.** Als niets anders lukt, breng je kat dan naar de dierenarts en vraag om zijn advies. De dierenarts kan je helpen met het analyseren van de fysieke eigenschappen en persoonlijkheidseigenschappen van je kat, om tot een conclusie te komen over het ras van je kat.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-bengaal-identificeren", "language": "nl"}
Het kleinste gemene veelvoud van twee getallen vinden
Het kleinste gemene veelvoud (KGB) van een groep getallen is het kleinste getal dat een veelvoud is van alle getallen in de groep. Bijvoorbeeld, de KGV van 16 en 20 is 80; 80 is het kleinste getal dat zowel een veelvoud is van 16 als een veelvoud van 20. Je vindt de KGV van twee of meer getallen, door middel van verschillende methoden. Als je wilt weten hoe je de KGV van twee of meer getallen kunt vinden, volg dan deze stappen. 1. **Bepaal de priemfactoren van beide getallen.** Dit is een ideale methode voor grotere getallen. De eerste stap in het vinden van het kleinste gemene veelvoud van twee getallen met behulp van deze methode, is de factorisatie van beide getallen tot de priemgetallen welke zijn vermenigvuldigd om dat getal als product te krijgen. Je kunt beginnen met het maken van een lijst van twee getallen (factoren) die met elkaar vermenigvuldigd dat getal als product hebben, om deze vervolgens te factoriseren tot hun priemfactoren. Stel je wilt het kleinste gemene veelvoud vinden van en . Hier zie je hoe je deze kunt factoriseren. 20 = 2 x 2 x 542 = 2 x 3 x 7 2. **Noteer welk priemgetal het vaakst voorkomt in de priemfactoren van elke getal.** Hier is een lijst met getallen die het vaakst voorkomen voor elk priemgetal in het vorige voorbeeld 2 → 2 times 3 → 1 time5 → 1 time7 → 1 time 3. **Vermenigvuldig alle factoren met elkaar .** Dit is wat je moet doen om het KGV van het voorbeeld te vinden: 2 x 2 x 3 x 5 x 7 = 420. Het KGV van 20 en 42 is 420. 4. **Maak een lijst van een aantal veelvouden van het eerste getal in oplopende volgorde.** Dit is een ideale methode voor kleinere getallen, zeker voor getallen kleiner dan 10. Voor grotere getallen is dit niet aan te raden omdat dit lastig kan worden. Stel je wilt het KGV vinden van en . Je maakt dan eerst een lijst van de veelvouden van 55 x 1 = 55 x 2 = 105 x 3 = 15 5. **Maak nu een lijst met een aantal veelvouden van het tweede getal (8), in oplopende volgorde.** 8 x 1 = 88 x 2 = 168 x 3 = 24 6. **Probeer zo voor beide getallen een aantal mogelijkheden uit, tot je het kleinste gemene veelvoud hebt gevonden.** In sommige gevallen kun je het KGV vinden na een paar pogingen voor elk getal. Ga in dit voorbeeld door tot je een kleinste gemeenschappelijke veelvoud hebt gevonden voor 5 en 8. Dat is je kgv5 x 4 = 205 x 5 = 255 x 6 = 305 x 7 = 355 x 8 = 8 x 4 = 328 x 5 = De KGV van 5 en 8 is 40. Dit is het kleinste gemene veelvoud omdat het een eerste voorkomende factor is van hetzelfde veelvoud voor zowel 5 als 8, en daarmee dus het KGV voor deze getallen. 7. **Noteer de getallen bovenin een tabel met gemene veelvouden.** Laat aan de linkerkant van de getallen wat ruimte over, en zoveel mogelijk ruimte onder de getallen. Stel we hebben de de getallen , en . Noteer elk getal in z'n eigen kolom, bovenaan de tabel. 8. **Schrijf de kleinste gemene priemfactor van de getallen in de ruimte aan de linkerkant.** Ga op zoek naar de kleinste priemfactor (zoals 2, 3, of 5) die je uit alle getallen kunt factoriseren. Het zijn allemaal even getallen, dus 2 kan in ieder geval. 9. **Deel elk van de getallen waar je van uit gaat door de gemeenschappelijke priemfactor.** Noteer het quotiënt onder elk getal. Zo gaat dit er uit zien: 18/2 = 9, dus noteer 9 onder 18. 12/2 = 6, dus noteer 6 onder 12. 30/2 = 15, dus noteer 15 onder 30. 10. **Herhaal het proces van factoriseren en delen door de laagste priemfactor, tot er geen factoren meer over zijn.** Herhaal dit voor de getallen 9, 6 en 15. Factoriseer 3 uit deze getallen. 3 is hier de kleinste priemfactor, het kleinste priemgetal deelbaar door beide getallen. Deel alle drie de getallen door 3 en noteer het resultaat onder deze getallen. 9/3 = 3, dus noteer je een 3 onder 9; 6/3 = 2, dus noteer je een 2 onder 6; 15/3 = 5 dus noteer je een 5 onder 15. 11. **Als twee van de getallen nog steeds een gemeenschappelijk priemfactor delen, ga dan door met deze procedure tot geen enkel paar van de onderste getallen een gemeenschappelijke factor hebben.** Wat dit voorbeeld betreft ben je nu klaar. Als voorbeeld, stel dat de onderste getallen 2, 39 en 122 zijn, deel 2 en 122 dan door 2, wat resulteert in een nieuwe onderste rij: 1, 39 en 61. 12. **Vermenigvuldig alle getallen van de eerste kolom met de gemeenschappelijke priemfactoren, met de getallen onderin alle andere kolommen.** Dit is het KGV. In dit voorbeeld is het product van de kolom met gemeenschappelijke factoren, gelijk aan 6 (2 x 3). Vermenigvuldig 6 met de getallen onderin de andere kolommen: 6 x 3 x 2 x 5 = 180. De KGV van 18, 12 en 30 is 180. 13. **Gebruik het algoritme van Euclides om de grootste gemene deler (GGD) van twee getallen te vinden.** Stel dat de twee getallen in een voorbeeld en zijn. Hier vind je een voorbeeld hoe je het algoritme van Euclides gebruikt om de GGD te vinden van beide getallen: Deel het eerste getal door het tweede: 210/45 = 4 (rest 30). Dit betekent dat 210 = 4 x 45 + 30. Vervolgens deel je het tweede getal (45) door de rest (30). 45/30 = 1 (rest 15). Dus 45 = 1 x 30 + 15. Vervolgens deel je de rest uit de eerste stap (30)door de rest uit de tweede stap (15). 30/15 = 2 (rest 0). Dus 30 = 2 x 15 + 0. De GGD van 210 en 45 is 15. Je kunt deze methode om de GGD te vinden altijd gebruiken—stop gewoon met delen zodra je een rest 0 hebt bereikt. 14. **Vermenigvuldig de twee oorspronkelijk getallen.** 210 x 45 = 9,450 15. **Deel het resultaat door de GGD van beide getallen.** 9,450/15 = 630. 630 is het KGV van 210 en 45. 16. **Gebruik het algoritme van Euclides om het KGV te vinden van drie getallen.** Om dit te doen zoek je eenvoudigweg naar de GGD van twee getallen en gebruik je vervolgens die GGD om het KGV te vinden van deze twee getallen en het derde getal.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Het-kleinste-gemene-veelvoud-van-twee-getallen-vinden", "language": "nl"}
Je beste spel ooit bowlen
Zoals elke andere sport vergt bowlen tijd en oefening. Als je echter de volgende stappen beheerst en de tijd neemt om er een gewoonte van te maken, zal je snel bekwaam worden en je beste spel ooit spelen! Veel mensen kennen de simpele hulpmiddelen niet, zoals de pijlen en de stippen op de bowlingbaan, die je kunnen helpen om de kegels te raken. Als je ook leert om de bal correct te laten draaien zullen de strikes vanzelf vaak op het scorebord verschijnen. Een goede score behaal je met wijsheid, techniek en meer kegels te laten omvallen – dingen die iedereen kan verbeteren. 1. **Zorg ervoor dat je de bowlingbal kiest die comfortabel aanvoelt in je handen.** Er zijn veel verschillende modellen van bowlingballen die draaien en rollen aan verschillende snelheden. Je wil een bal die je op een comfortabele manier kan opheffen en laten zakken. Het is altijd beter om een eigen bal te gebruiken in plaats van er één te lenen of te huren, zodat deze beter past en betere resultaten garandeert. Het gemiddelde gewicht van een bowlingbal voor een volwassen man is 6,35 kg en 5,89 kg voor vrouwen of kleinere mannen. Kinderen starten meestal aan 5,44 kg. Zorg ervoor dat je vingers stevig in de gaten zitten maar dat ze niet blijven steken wanneer je ze eruit haalt. Je hoeft je vinger- of duimspieren niet samen te knijpen om de bal op je hand te houden, maar hem gewoon lichtjes vastpakken. Bowlingballen hebben modellen met een verschillende notering in ‘Flare-potentieel’ en ‘Gyratiestraal’. Dit geeft weer hoe waarschijnlijk het is dat een bal terug naar het midden draait na een worp. Hoe hoger de notering, hoe meer de bal zal afbuigen. Denk aan je worp – rechtdoor of afgebogen, en baseer daarop je aankoop. 2. **Koop goede bowlingschoenen.** Je bowlingschoenen zijn net zoals gewone schoenen – ze moeten goed verzorgd worden en het is steeds beter dat het je eigen schoenen zijn. Goede schoenen hebben een gladde, normale zool en passen comfortabel aan je voet. Kies een schoen van een halve maat groter dan je schoenmaat, zodat je voeten comfortabel zitten terwijl je bowlt. 3. **Start met een atletische en rechte houding om te bowlen.** Het belangrijkste is waar je de bal vasthoudt. Steek je vingers in de gaten en balanceer de bal op je handpalm op maag- of borsthoogte en gebruik je andere hand om het gewicht te ondersteunen. De bal moet lichtjes aan de rechterkant van je lichaam liggen, in lijn met de rechter zoom van je shirt (rechtshandige bowlers). Je knieën moeten lichtjes gebogen zijn, je schouders ontspannen en je linkervoet staat op de grote stip in het midden van de baan (rechtshandigen). Zorg ervoor dat je je kracht behoudt in je pols, zodat de bal op een natuurlijke verlenging van je arm lijkt. Je wil niet dat je pols naar de grond zakt. 4. **Zoek je markering op de baan.** Er zijn zeven pijlen op de baan. Mik niet op het midden, omdat dit meestal leidt tot een split. Wanneer je rechtshandig bent, mik op de pijl aan de rechterkant net naast de pijl in het midden. Wanner je linkshandig bent mik op de pijl aan de linkerkant net naast de pijl in het midden. Dit doelwit is het beste startpunt voor strikes. Wanneer het makkelijker is, beweeg je voeten naar rechts of naar links alvorens de baan te benaderen, zodat je voeten op dezelfde lijn staan met de juiste markering op de vloer en gooi nu gewoon rechtdoor. Bijna alle ballen zullen afwijken van hun traject, tenminste een beetje, en de banen zijn hiervoor ontworpen. Je wil dat je bal raak treft tussen de ruimte van de eerste centrale kegel en de volgende net daarachter voor een strike. Dit wordt de ‘zak’ genoemd. 5. **Bereken goed je aanloop, zodat je andere voet net vóór de baan landt.** De klassieke beweging is de 4-stappen aanloop, om te landen met de voet die van de tegengestelde kant is dan die van je werparm. Voor rechtshandigen, stap vooruit met je rechtervoet en zorg ervoor dat je linkervoet ongeveer 15 cm vóór de baan landt. Je rechtervoet zal dan uit de weg zwaaien achter je linkervoet, zodat je de bal vrij kan gooien. Oefen dit een paar keer zonder de bal tot wanneer je een goede startplek hebt gevonden die je elke keer toelaat om met je linkervoet aan de lijn van de baan toe te komen. Er zijn twee lijnen met stippen die je ziet bij de benadering naar de baan en dit zijn goede startpunten om mee te beginnen. Oefen met 4 gelijke stappen en landt op een comfortabele manier met je linkervoet voordat je je worp oefent. Je kan ook starten met een valse lijn (begin van de baan), en vier stappen achterwaarts stappen om je beste startpunt te bepalen. Doe dit omgekeerd wanneer je linkshandig bent. De tegengestelde voet van je werparm zou moeten toekomen aan de baan. Wanneer je linkshandig bent, zal je aan de baan toekomen met je rechtervoet. 6. **Duw je arm vooruit bij de eerste stap van je benadering.** Duw de bal voor je uit bij de eerste stap, zodat je arm uitgestrekt is. Gebruik je linkerhand om het gewicht van de bal te ondersteunen, terwijl je hem voor je uit houdt. De volgende stappen zijn voor een rechtshandige werper. Denk eraan om de bal aan de rechterkant te houden, niet in het midden van het lichaam. 7. **Breng de bal terug naar je been door je arm te laten zakken.** Zodra je de eerste stap neemt met je linkerbeen, zal de bal zakken, zodat je rechterarm en linkerbeen ongeveer gelijk staan. Behoud je greep op de bal en laat hem vrij vallen. Je elleboog zal lichtjes gebogen zijn, maar de zwaartekracht zal het meeste werk doen wanneer de bal naar beneden komt. 8. **Laat de bal achter je komen en op schouderhoogte.** Wanneer je de volgende stap neemt met je rechtervoet, zal de bal zich nog steeds op schouderhoogte achter je lichaam bevinden en op zijn hoogste punt wanneer je rechtervoet neerkomt op de vloer. De bal zal naar die hoogte gezwaaid worden. Zorg ervoor dat je de kracht behoudt in je pols wanneer je deze beweging uitvoert en hem niet rond zijn as laat draaien. Hoe hoger je arm gaat, des te meer kracht de worp zal hebben, ga echter niet te ver want je kan je bezeren. 9. **Zwaai de bal naar beneden wanneer je linkervoet neerkomt bij de lijn van de baan.** Laat de bal neerkomen met de bedoeling hem los te laten eens hij voorbij je been is. Je rechterbeen zou achter je linkerbeen moeten komen, zodat het uit de weg komt te staan voor je worp. Het moet niet uit de weg gaan zoals bij een professionele bowler, enkel zodat je het niet raakt met de bal. 10. **Laat de bal los door met een snelle beweging je pols en vingers naar je hoofd te brengen.** Wanneer de bal zich losmaakt van je vingers, doe dan net alsof je je handen sluit met een klap. Denk aan het kinderspel waar je een munt in je hand houdt en iemand probeert het eruit te nemen net voordat je je hand sluit. Je zou moeten loslaten wanneer de bal ter hoogte komt van je neergekomen voet, op het laagste punt. Kijk naar je markering wanneer je loslaat. Kijk niet naar de kegels of je zal je worp mislukken – de pijltjes zijn je doelwit en de bal zal de rest doen. Vergeet niet om te mikken op de eerste of tweede pijl aan de rechterkant van de pijl in het midden. 11. **Ga verder.** Om je arm te beschermen, breng hem omhoog naar je hoofd. Doe net alsof je van een blikje drinkt en breng je vinger en pols ter hoogte van je hoofd. 12. **Zorg ervoor dat je weet waar je de bal wil laten toekomen.** Een strike lukt meestal wanneer je de ‘zak’ raakt. Dit is de ruimte net tussen de eerste centrale kegel en de volgende net daarachter. Voor rechtshandige bowlers betekent dit dat de bal in zijn traject zodanig afwijkt zodat hij precies toekomt tussen de eerste kegel en de volgende net daarachter. Dit laat de eerste kegels omvallen en deze op hun beurt de kegels daarachter. Meer kracht betekent dat de kegels sneller omvallen en dat je waarschijnlijk ook meer kegels zal raken. Het traject van de bal laten afwijken is nodig om veel strikes te kunnen gooien. Vergeet niet om het klappen met je vingers en pols te verbeteren bij je vooruitgang. Linkshandigen willen de ruimte raken net tussen de eerste centrale kegel en de volgende linkse kegel net daarachter. 13. **De staat van de baan beïnvloedt het aantal strikes die je kan verwezenlijken.** Een onbekend bowling-geheim is dat elke baan anders is. Bowlingbanen worden geolied, zodat de bal recht over de baan glijdt zonder dat hij afwijkt. Wanneer de bal over minder geoliede of ‘droge’ zones glijdt, kan hij worden afgeremd en wijkt hij bij het gooien af van zijn traject. Om de zaken nog ingewikkelder te maken verandert het patroon van de baan tijdens het spel. Maar om je beste spel ooit te bowlen moet je de baan goed begrijpen en je worpen dus aanpassen zonder dezelfde worp 23 keer te gooien. Het meest voorkomende patroon is nat aan de voorkant en in het midden, droog aan de zijkanten en achteraan, zoals een grote driehoek van olie wijzend naar het midden van de baan. Dit betekent dat een worp naar de buitenkant opnieuw naar het midden zal draaien en een worp in het midden zal niet wegdraaien tot op de laatste seconde. Daarom mik je op de buitenkant en niet in het midden – de bal zal naar buiten rollen maar daarna opnieuw naar binnen draaien recht in de ‘zak’. Naarmate de dag vordert, hoopt de olie zich op door de ballen. Hierdoor wordt de baan droger en wijken de ballen af. Veel toernooien hebben ‘afwisselende’ oliepatronen die je verplichten om je worpen aan te passen om strikes te kunnen gooien. Vraag om een oliepatroon te kunnen zien of oefen vanuit verschillende hoeken en startposities, zodat je je doelwit vindt om een strike te kunnen gooien. 14. **Zoek het doelwit voor je strike tijdens de opwarming.** In het midden beginnen en op de pijl te mikken die zich net naast de middelste pijl bevindt (rechtshandigen) is een goede uitgangspositie om strikes te leren gooien, maar je moet dit bijsturen voor je persoonlijke worp. Zorg ervoor dat je naar de pijl kijkt waarnaar je gooit en niet naar de kegels. Wanneer je je doelwit raakt, maar nog steeds de ‘zak’ mist, zal je je startpositie moeten verplaatsen. Wanneer je bal te ver naar links uitwijkt, beweeg dan 2-3 plankjes naar links. Dit betekent dat je worp meer naar rechts zal afwijken, waardoor hij meer tijd heeft om opnieuw naar links af te buigen. Wanneer je bal te ver naar rechts afwijkt, beweeg je voeten dan 2-3 plankjes naar rechts. Dit zal je bal uit het oliepatroon brengen, waardoor hij opnieuw meer naar het midden kan afbuigen. Wanneer je het nog steeds moeilijk hebt of de bal wijkt teveel af, wijzig je doelwit dan naar links of rechts. Hoe dichter je doelwit bij het midden van de baan ligt, hoe minder de bal zal afwijken. Je zal echter je startpositie eerst moeten wijzigen. 15. **Wijzig je startpunt meer naar het midden van de baan wanneer deze opdroogt.** Naar het einde van het spel toe, vooral met een grote groep, zal je opmerken dat je normale worpen naar het midden afwijken en je de ‘zak’ mist. Wanneer je opmerkt dat je worpen meer naar het midden afwijken, beweeg dan 1-2 plankjes naar links (rechtshandigen) en blijf naar je normale doelwit gooien, namelijk de pijl net rechts van de middelste pijl. Blijf opnieuw aandachtig dat het midden van de bal dit doelwit raakt, kijk niet naar de kegels. Wanneer je je doelwit raakt maar nog steeds kegels mist, wijzig dan ook de startpositie van je voeten. Deze extra afwijking van het traject gebeurt omdat de bal tijdens het spel olie van de baan verwijdert en de baan hierdoor uitdroogt. Een droge baan zorgt voor meer afwijking in het traject van de bal. 16. **Je moet begrijpen hoe het puntensysteem werkt om of je worpen goed te plannen.** Eens je weet hoe je punten krijgt bij het bowlen helpt bij het beslissen welke kegels je wil raken en wanneer. De basisprincipes zijn makkelijk te begrijpen – er zijn tien kegels, en elke kegel die omvalt is een punt waard. Spares en strikes zijn echter meer waard dan 10 punten. Strikes (X) zijn 10 punten, plus alles wat omvalt tijdens de twee volgende worpen. Spares (/) zijn 10 punten, plus alles wat omvalt tijdens de volgende worp. Dit betekent dat één enkele beurt meer waard kan zijn dan 10 punten wanneer je een strike of een spare gooit. Je gooit bijvoorbeeld een strike bij je eerste beurt. Bij je tweede beurt vallen er 2 kegels om bij de eerste worp en 3 bij de tweede worp dus een totaal van 5 kegels. Voor je eerste beurt krijg je 15 punten (10 voor de strike + 2 voor de eerste worp en + 3 voor de tweede worp). Je krijgt echter ook de 5 punten van de tweede beurt. Je totaal aantal punten bedraagt dus, na twee beurten, 20 punten (15+2+3). Wanneer je drie strikes achter elkaar gooit, is je eerste beurt 30 punten waard, 10 voor de eerste strike + 10 voor de tweede strike en 10 voor de derde strike. Je kan geen punten scoren bij je tweede en derde beurt tot je nogmaals gooit. Spares worden enkel toegevoegd aan je volgende worp. Wanneer ik dus en spare gooi bij de eerste beurt en mijn bal belandt in de goot bij de tweede worp, dan is mijn spare enkel 10 punten waard (10+0), ongeacht wat ik daarna doe. Een strike gevolgd door een spare is 20 punten waard (10+10). Wanneer je een strike gooit of een spare tijdens het 10de spel krijg je een gratis worp waarmee het 10de spel het enige spel is waar drie onafgebroken beurten mogelijk zijn. Je moet dus sowieso voor een spare gaan tijdens het 10de spel. 17. **Vergeet niet dat je met snelheid makkelijker spares gooit.** Een hogere snelheid betekend dat de bal minder tijd heeft om te reageren en afwijkt van zijn lijn. Oefen op een constante spare en je zal veel mensen verslaan die telkens dezelfde worp gooien. Iedereen kan een strike gooien maar niet iedereen een spare. 18. **Hou je pols lager of ‘verzwak’ hem tijdens je worp, zodat je bal minder draait en om een rechtere worp te verkrijgen.** Op die manier krijg je een nauwkeurige worp, aangezien minder draaiingen de bal minder doen afwijken. Om je de kracht van je pols af te zwakken, begin je worp dan door je pols lichtjes nar beneden te buigen, naar de grond toe. Laat vervolgens je vingers en pols minder snel toeklappen. Dit vergt wat oefening, maar de positie van de pols is één van de belangrijkste vaardigheden van een intermediaire of gevorderde bowler. 19. **Wijzig je startpositie gebaseerd op je spare.** Door je startpositie te wijzigen kan je meestal recht op je normaal doelwit gooien en toch een spare behalen. De plankjes op de baan (fijne houten onderdelen die naar de kegels lopen) kunnen gebruikt worden als een meetsysteem om te kunnen richten. Wanneer je een kegel moet raken links van het midden, beweeg dan enkele plankjes naar rechts, en vice versa. Vervolgens gooi je naar hetzelfde doelwit naar waar je mikt voor een strike. Het systeem is eigenlijk vrij makkelijk te leren en wordt omgedraaid voor worpen in de tegengestelde richting. Wanneer je de eerste kegel wil raken links van het midden, wijzig je startpositie dan 3 plankjes naar rechts. Wanneer je de tweede kegel wil raken links van het midden, wijzig je startpositie dan 6 plankjes naar rechts. 20. **Gebruik het midden van de baan wanneer je de uiterst linkse of rechtse kegels wil raken.** De meeste banen zijn het gladst in het midden. Er wordt olie aangebracht op de banen in complexe patronen die bepalen hoeveel de bal afwijkt – meer olie betekend minder afwijking of een rechtere, nauwkeurigere worp. Omdat een rechtshandige die de uiterste kegels wil raken niet wil dat de bal afwijkt naar het midden, zal je diagonaal door het midden moeten werpen. Dit verzekert een rechter traject en slechts een lichte afwijking op het einde om te vermijden dat de bal in de goot belandt en toch alle kegels raakt. Er blijft bijvoorbeeld slechts één enkele kegel overeind aan het rechter uiteinde van de baan. Terwijl je kan proberen om dicht bij de goot te blijven, zal de bal op natuurlijk wijze naar het midden willen draaien want de buitenkant van de lijn bevat weinig olie. In plaats daarvan, begin je te wandelen vanaf het linkse uiteinde van de baan en gooi je de bal vanaf de linkse kant en diagonaal door het midden, naar de uiterst rechtse kegels. 21. **Mik op zoveel mogelijk kegels bij een spin.** Tenzij je vaardig genoeg bent om de buitenste rand van een alleenstaande kegel te raken en het als een raket te laten afspringen op een groep van drie kegels in de achterste hoek, kies je beter voor de zekerheid om de drie kegels te raken. Dit is vooral belangrijk wanneer je en strike gooide bij je vorige beurt want de kegels die je nu raakt tellen dubbel, één maal voor de strike en één maal voor deze beurt. Wanneer je geen strike gooide in de vorige beurt, kan je het risico nemen en een spare proberen te gooien en je score op te voeren voor later.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-beste-spel-ooit-bowlen", "language": "nl"}
Erachter komen of hij je leuk vindt
Je oog is op die ene leuke jongen gevallen – het kan iemand zijn die je net hebt ontmoet of een oude vriend waarbij het ineens gaat kriebelen. Wie hij ook is, je wilt er beslist achterkomen of hij denkt dat jullie gewoon maatjes zijn of dat hij iets anders van je verwacht. Als je wilt weten of een jongen je leuk vindt, moet je letten op wat hij zegt en doet als je met elkaar omgaat. Als je wilt weten wat er echt in hem omgaat, kun je deze aanwijzingen volgen. 1. **Let op hoe hij tegen je praat.** Hoe hij tegen je praat kan veel verraden over zijn echte gevoelens voor jou. Volgende keer dat jullie bij elkaar zijn moet je op zijn toon letten en de hoeveel aandacht hij voor je heeft als jij aan het woord bent. Kom erachter of hij je leuk vindt door op te letten hoe jullie gesprekken gaan: Let op of hij oogcontact maakt. Krijg je zijn hele aandacht, of kijkt hij zoekend rond of er iets beters te doen is? Wordt het oogcontact af en toe verbroken maar met een glimlach omdat hij zich in jouw buurt verlegen voelt? Kijk of hij jou zijn volledige aandacht schenkt als jullie in gesprek zijn. Gaat hij zijn telefoon checken of stopt hij om met anderen te praten? Zo ja, dan is hij misschien niet zo met jou bezig. Maar als hij met je praat alsof jullie alleen op aarde zijn, dan kon hij wel eens verliefd op je zijn. Kijk of hij probeert indruk op je te maken. Vertelt hij dingen waarin hij stoer, geestig of avontuurlijk lijkt? Dan wil hij waarschijnlijk bij jou opvallen. Kijk of hij zachter praat als hij met jou is. Het zou kunnen zijn dat hij wil dat je naar hem over buigt zodat je dichterbij hem bent. 2. **Houd in de gaten waar hij over praat.** Als de jongen jou als een gewone vriendin beschouwt, praat hij over andere dingen dan wanneer hij probeert indruk op je te maken en meer dan alleen-maar-vrienden wil zijn. Let niet alleen op HOE hij met je praat, maar ook welke onderwerpen hij kiest. Kijk of hij persoonlijke dingen vertelt. Als hij je in vertrouwen neemt over gedoe met zijn vrienden of familie, stelt hij je mening op prijs en geeft hij om je. Maar als hij je in vertrouwen neemt over een meisje waar hij gek op is, heb je een probleem. Kijk of hij het over zijn kindertijd heeft. Dat is voor de meeste jongens behoorlijk persoonlijk, en als hij jou daarover vertelt is hij beslist bezig jouw vertrouwen te winnen. Kijk of hij je complimentjes geeft. Als hij zegt dat je er leuk uitziet, of subtiel laat merken dat je interessant of geestig bent, kan het zijn dat hij bezig is verliefd op je te worden. Kijk of hij probeert op zijn manieren te letten als hij bij je is. Als je ziet dat hij tussen zijn vrienden boert, vloekt of over het algemeen een beetje ongemanierd is, maar in jouw buurt vloekt hij niet en doet hij netjes en beleefd, dan is hij beslist aan het proberen indruk op jou te maken. 3. **Kijk hoe hij over andere meisjes praat.** Als hij met jou over andere meisjes praat, is het één van tweeën: ofwel hij vindt jou leuk en wil je jaloers maken, ofwel hij wil gewoon vrienden met je zijn en heeft jouw goede raad nodig. Zo kun je uitvinden wat het betekent als hij jou vertelt over andere meisjes: Als hij altijd loopt te klagen over de meisjes waarmee hij afspreekt, of zegt: “geen van allen is wat ik echt zoek”, dan kan dat een hint zijn dat jij dat wel bent. Als hij jou bij iedereen met wie hij uitgaat om romantische adviezen vraagt, ziet hij je waarschijnlijk gewoon als vriendin. Als hij zegt dat jouw advies altijd zo goed is wil hij met jouzelf waarschijnlijk verder niets beginnen. Als hij altijd over zijn laatste veroveringen praat maar niet om jouw advies vraagt, kan het zijn dat hij zit op te scheppen om indruk op jou te maken. Maar wees voorzichtig: je wilt niet eindigen als het zoveelste telefoonnummer in zijn lijstje. Als ooit hij een ander meisje met jou vergelijkt en het is in jouw voordeel, bijvoorbeeld: “zij is tof maar lang niet zo leuk als jij” dan bedoelt hij dat hij eigenlijk liever met jou uit wil. 4. **Let op zijn lichaamstaal.** Zijn lichaamstaal kan een grote rol spelen om te bepalen of hij meer met je wil, of dat hij jou alleen als een maatje ziet. Als hij zijn arm om je heen slaat, moet je wel weten dat dat is omdat hij je leuk vindt, en niet omdat hij maar wat staat te dollen. Hieronder zie je een aantal kenmerken om te bepalen of hij meer wil dan vrienden met je zijn: Let op hoe hij naast jou zit. Probeert hij altijd dichterbij te komen tot jullie knieën elkaar raken, of zit hij een heel stuk verderop? Probeer te ontdekken of hij stiekem naar je kijkt. Als je zijn blik vangt en hij bloost of kijkt meteen de andere kant op, weet hij dat hij betrapt is! Kijk of hij altijd een reden zoekt om je aan te raken. Komt hij aan je als je een vriendschappelijk potje volleybal of voetbal speelt, en wil hij graag dat je meedoet als er in het zwembad gestoeid gaat worden? Kijk of hij zich jouw kant opdraait als jij aan het woord bent. Staat hij naar jou toegedraaid met zijn armen langs zijn lijf of aan het gebaren? Dan wil hij jou beslist al zijn aandacht geven. Kijk hoe hij andere meisjes aanraakt. Slaat hij altijd zijn arm om een meisje heen, of alleen bij jou? Let op of hij je een vriendelijk handklopje geeft, zelfs al is het voor de grap. Dit is een heel intiem gebaar, en kan betekenen dat hij echt om je geeft. 5. **Let op wat hij voor je doet.** Misschien is hij alleen maar een echt goede vriend, maar misschien betekenen al die acties wel iets meer. Wees je bewust van de dingen die hij voor je doet en probeer te bedenken wat het betekent. Zo doe je dat: Kijk of hij erg attent is. Brengt hij je koffie als je geconcentreerd aan de studie bent, of koopt hij kaartjes voor een film waarvan je hebt gezegd dat je hem wilt zien? Zo ja, dan hangt hij waarschijnlijk aan je lippen en wil hij je alleen maar gelukkig maken. Kijk of hij voor iedereen zo vriendelijk is. Is hij gewoon een aardige vent en vindt hij het leuk om mensen een lift te geven of op een lunch te tracteren, of doet hij dat alleen voor jou? Onthoud, als hij jou leuk vindt, behandelt hij jou anders dan alle anderen. Als hij je helpt met je klusjes, bijvoorbeeld je was, wil hij beslist je vriendje worden. Als hij aanbiedt om je met je auto te helpen, is dat niet alleen aardig – hij wil dat je onder de indruk bent van zijn mannelijkheid! 6. **Let op hoe hij zich gedraagt bij andere meisjes.** Je moet weten hoe hij met andere meisjes praat om te zien of hij hen net zo behandelt als jou, of dat hij denkt dat jij iets bijzonders voor hem bent. Je hoeft niet te staren of hem te stalken om een idee te krijgen hoe hij met anderen omgaat en erachter te komen wat jouw kansen zijn. Je kunt ook zoeken naar het tegenovergestelde. Staat hij met alle meisjes te flirten behalve met jou? Dan is het misschien zo dat hij niet met jou flirt omdat je de enige bent die hij echt leuk vindt. Misschien heeft hij teveel respect voor je om je te plagen of met je te flirten zoals hij met iedereen doet. Geneert hij zich of doet hij verlegen als hij met een nieuwe vriendin omgaat als jij het ziet? Zo ja, dan wil hij misschien niet dat jij dat ziet gebeuren omdat hij eigenlijk liever met jou zou zijn. Kijk of de andere meisjes waar hij mee omgaat weten wie jij bent. Als hij met een ander meisje omgaat en zij kijkt naar je van: “Ik weet wel wie jij bent” dan kan het zijn dat ze jaloers op je is omdat jij belangrijk voor hem bent. 7. **Let op of hij altijd probeert bij jou in de buurt te zijn.** Als hij je leuk vindt, wil hij zoveel mogelijk bij je in de buurt zijn. Dat kan hij heel onopvallend doen, of iets minder onopvallend. Hier zijn een paar tekenen dat hij bij je in de buurt wil zijn omdat hij je ziet als meer dan zomaar een vriendin: Als hij doet alsof jij de enige in de ruimte bent, terwijl je in werkelijkheid met een grote groep bent. Als je op een feestje, bij een concert of in een kroeg bent, en je komt erachter dat je uiteindelijk bijna de hele avond alleen met hem hebt gepraat, wil hij beslist meer met je. Let op of hij soms ‘toevallig’ in jouw lievelingscafé of club binnenloopt. Als hij altijd in jouw buurt is, is hij misschien een stalker, maar als hij af en toe gewoon in de buurt is, kan het zijn dat hij hoopt jou daar tegen te komen. 8. **Bestudeer jullie ontmoetingen.** In de gaten houden op welke manier en hoe vaak je met elkaar omgaat, en waar en wanneer jullie dat doen, kan veel duidelijk maken over de vraag of hij je gewoon als vriend ziet of dat hij dat al jullie ontmoetingen eigenlijk liever als afspraakjes ziet. Hier zijn een paar dingen waar je op kunt letten: Let op waar je elkaar ontmoet. Zie je hem vooral op romantische plekken als tuinen, de betere cafe’s, of plaatsen waar je andere stelletjes ziet op hun afspraakjes? Misschien wil hij dan wel hetzelfde met jou. Let op wie er in de buurt is als je elkaar ziet. Als het altijd jullie tweetjes is, is hij misschien wel verliefd op je. Maar als hij altijd zijn tien beste vrienden meevraagt, ziet hij je waarschijnlijk als één van de velen. Let op wanneer jullie elkaar zien. Als je hem maar een keer per maand ziet, probeert hij waarschijnlijk niet echt om meer tijd met je door te brengen. Maar als het lijkt alsof er de laatste tijd geen dag voorbij is gegaan of je hebt hem gezien, dan vindt hij je vermoedelijk wel echt leuk. Let op wat jullie doen als je elkaar ziet. Samen koffie drinken of lunchen is meer iets voor gewoon vrienden, maar uit eten gaan of ’s avonds naar de film zijn meer-dan-vrienden acties. 9. **Kijk of hij met je flirt.** Dit lijkt misschien een inkoppertje, maar soms is het moeilijker dan je denk. Elke jongen heeft zijn eigen manier van flirten en hij kan op veel verschillende manieren flirten om te laten zien dat hij je leuk vindt. Hier zijn een paar voorbeelden van flirten: Als hij altijd probeert je aan het lachen te maken als je bij elkaar in de klas zit, en zit te tekenen in jouw schrift, dan is hij beslist met je aan het flirten Als hij in zijn sms’jes aan jou veel emoticons verwerkt, is hij met je aan het flirten. Als hij altijd met je aan het stoeien is of vriendelijke duwtjes geeft, is hij met je aan het flirten Als hij het leuk vindt om je onder water te duwen in het zwembad, is hij beslist aan het flirten. Als hij altijd probeert je aan het lachen of giechelen te krijgen is hij zeker aan het flirten. Als hij bloost als je allebei lacht, is hij beslist op de flirterige toer. 10. **Vraag je vriendinnen wat zij ervan denken.** Als je een paar goede vriendinnen hebt die altijd bij jullie in de buurt zijn, kun je hen misschien wel vragen of zij denken dat hij jou leuk vindt. Misschien ben je zo verblind door de liefde dat je het zelf niet goed meer ziet, maar één van je vriendinnen kan het misschien beter beoordelen. Vraag een vriendin die jij vertrouwt en die er al vanaf weet. Als zij jullie veel samen gezien heeft, heeft ze er waarschijnlijk wel een idee over. Vraag een vriendin om jullie de volgende keer dat jullie bij elkaar zijn te observeren en verslag uit te brengen. Zorg er wel voor dat ze dat niet te opvallend doet. Kies een vriendin van wie je de mening en haar oordeel op prijs stelt. Kies iemand met goed sociaal inzicht om een waardevol antwoord te krijgen. Zeg tegen je vriendinnen dat ze eerlijk moeten zijn. Als ze echt niet denken dat hij voor je valt, of zelfs zeker weten dat hij iemand anders leuk vindt, moet jij daar je voordeel mee kunnen doen. 11. **Als je durft kun je het aan zijn vrienden vragen.** Dit is wel een gevaarlijke actie. Er zijn niet veel jongens die de vriendschapscode niet in ere houden, en meteen naar je vlam rennen om hem je vraag over te brengen. Maar als je niemand anders weet of als je een van zijn vrienden echt vertrouwt, kun je wel terloops vragen wat hij voor je voelt. Hoewel deze stap wel een beetje gewaagd is, kan het zijn dat zijn vrienden het beter kunnen beoordelen dan jouw vriendinnen, zij hebben de informatie immers uit de eerste hand. Aan zijn vriend vragen of hij je leuk vindt kan ook een slimme manier zijn om hem te laten weten wat jij voelt. Als je het aan de verkeerde vraagt omdat je het niet zelf durft, kan het zijn dat het rechtstreeks aan hem wordt overgebriefd. 12. **Vraag het aan hemzelf.** Als je er tamelijk zeker van bent dat hij jou leuk vindt en je hebt er genoeg van om af te wachten en op de tekenen te letten, is het misschien tijd dat je hem gewoon vertelt wat je voelt en vraagt of hij dat ook heeft. Wie weet is hij wel gewoon verlegen en is hij opgelucht dat jij het initiatief hebt genomen. Zo kun je hem vragen of hij jou leuk vindt: Zoek een momentje dat je alleen met hem kunt zijn. Zorg ervoor dat je het hem niet vraagt als zijn vrienden meeluisteren. Wees eerlijk en openhartig. Zeg gewoon dat je verliefd op hem bent en dat je wilt weten of hij jouw gevoelens deelt. En voor hij antwoord geeft kun je hem nog laten weten dat het niet heel erg is als dat niet zo is. Dit moet je alleen doen als je er tamelijk zeker van bent dat hij je leuk vindt. Als je veel tekenen hebt gezien dat hij je leuk vindt, raap je moed dan bij elkaar en vraag het hem. Als je nog nooit dat soort signalen hebt opgevangen kun je waarschijnlijk beter nog een poosje afwachten wat er gebeurt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Erachter-komen-of-hij-je-leuk-vindt", "language": "nl"}
Een voddenkleed maken
Er zijn diverse manieren om vodden en oude kleren te gebruiken om kleden mee te maken. Waarom zou je niet in één keer milieuvriendelijk, vindingrijk en creatief zijn? Hier volgen de instructies voor het haken, machinaal naaien en vlechten van je toekomstige kleed. 1. **Koop stramien met openingen van tenminste een halve centimeter.** Dit is ook verkrijgbaar met grotere openingen bij handwerk- en hobbywinkels. Het stramien is vaak voorbedrukt om duidelijk te maken waar je welke kleur moet gebruiken. Als je een kant-en-klaar pakket koopt, vertelt het je wat je nodig hebt of zit alles er al in. Je hoeft alleen maar de aanwijzingen te volgen voor je keuze in stof en haaknaald. 2. **Knip je stof in repen.** Hoe breed die moeten zijn hangt af van je stramien. Wees zo milieuvriendelijk als je kunt door stoffen te recyclen, bijvoorbeeld van oude kleren. Knip ze in stroken van maximaal 1,25 cm breed en 7,5-10 cm lang. Zorg dat alle stroken even lang zijn, dat houdt de "afwerking" van je kleed netjes. Later je stroken bij moeten knippen kost veel tijd en is veel lastiger dan alles meteen op dezelfde lengte knippen. Als je er eenmaal één hebt kun je die als patroon gebruiken voor de rest. 3. **Schets je ontwerp op het stramien.** Doe dit uiteraard alleen als je geen voorbedrukt stramien hebt gekocht. Je kunt hiervoor heel goed stiften met permanente inkt gebruiken; let er wel op dat je niet met je stift ergens anders op tekent, zoals de ondergrond waarop je stramien ligt tijdens het tekenen. Je hebt niet per se een patroon nodig. Als je een abstract kleed wilt maken, kun je meteen beginnen! Het zal net zo mooi zijn. 4. **Haak je stofstroken aan het stramien net zoals bij een gehaakt kleed.** Binnen een paar uur heb je een nieuw kleed, helemaal zelf gemaakt. Ta da! Je hebt geen lijm, naaimachine of speciale vaardigheden nodig. 5. **Knip de stof in stroken die net zo lang zijn als de breedte van je kleed.** Deze methode gaat uit van een eenvoudig rechthoekig kleed. Je kunt natuurlijk zelf bepalen of je franje langs de rand wilt. Als je vodden hebt die je graag wilt gebruiken, maar die net te kort zijn, naai ze dan aan elkaar! De schoonheid van een voddenkleed zit hem in zijn eigenaardigheden, niet in perfectie. 6. **Trek voorzichtig aan de uiteinden van de stroken, zodat ze omkrullen langs de rand.** Zo krijgt je voddenkleed meer volume, textuur en karakter. Wie heeft er nou een kleed met karakter? Het jouwe, dat is zeker. 7. **Leg de licht krullende stroken naast elkaar met de uiteinden gelijk.** Je doet dit om te kijken hoe de kleuren en patronen het best uitkomen. Je kunt de manier waarop de kleuren uitkomen niet mooi vinden en aanpassingen moeten maken voordat je alles aan elkaar vastmaakt. 8. **Stik de stroken met de naaimachine aan elkaar.** Doe dit loodrecht op de looprichting van de stroken. Dat lees je goed; loodrecht. Dit maakt het kleed stevig en geeft het interessante visuele lijnen. Hoewel je een eind weg kunt naaien en risico's kunt nemen, zou je de stiklijnen steeds even ver uit elkaar kunnen maken. Om de 2,5-3,75 cm is ideaal. 9. **Naai ook parallel aan de stroken.** Er zullen zeker randjes zijn die op hun plek gehouden moeten worden; in dit geval draai je het kleed 90 graden en naai je parallel aan de stroken. Je kunt zelf bepalen hoever je de stiklijnen van elkaar af maakt. De stiklijnen kunnen heel dicht bij elkaar liggen, ongeveer 0,5 cm van elkaar. Als jij het er goed uit vindt zien, ga er dan voor. Liggen de stiklijnen 15 cm van elkaar af, realiseer je dan dat je kleed een groter risico loopt uit elkaar te vallen, omdat het minder structuur heeft. 10. **Knip de stof in stroken die even breed zijn.** Ongeveer 7,5 cm is prima. De hoeveelheid stof die je nodig hebt kan alleen maar omschreven worden met "bergen". Knip dus stroken die zo lang mogelijk zijn. Je weet alleen of je meer stof nodig hebt wanneer je aan het eind komt, als het kleed is gerold en de afmetingen zichtbaar worden. De verschillende stoffen vlechten ook op verschillende manieren. Omdat je aan het vlechten bent, kun je eenvoudig meer stof toevoegen als aan het eind van je voorraad stroken blijkt dat het kleed nog niet groot genoeg is. Maak je dus geen zorgen! Die horde neem je als je er aankomt. 11. **Naai alle stroken kop-staart aan elkaar en maak zo drie lange stroken.** Maak je geen zorgen over het bij elkaar passen van de kleuren en materialen – je hebt alleen drie superlange stroken nodig om mee te werken. Als je eenmaal alle stroken aan elkaar hebt gemaakt tot drie mega-stroken, naai dan de drie korte kanten aan de bovenkant aan elkaar vast. Dit is de eenvoudigste manier om te beginnen. 12. **Vlecht de stroken strak samen.** Dit gaat het makkelijkst als je een manier kunt bedenken om de stroken op te hangen, zodat je kunt staan terwijl je de meterslange stroken vlecht. Een wasknijper is handig om de vlecht bij elkaar te houden. Vlecht strak! Je wilt geen gaten in je kleed, toch? 13. **Als je klaar bent met vlechten rol je de vlecht op.** Start met het begin van je vlecht in het midden en maak een spiraal naar buiten toe. Als het kleed groot genoeg is, geweldig! Dan ben je klaar met vlechten en kun je verdergaan met het naaien in zijn ronde vorm. Is het kleed nog niet groot genoeg, naai er dan nog meer stroken aan om je drie hoofdstroken te verlengen en ga door met vlechten. Je hoeft hem niet per se op te rollen en een rond kleed te maken, maar het is absoluut eenvoudig en ziet er netjes uit. Een slangachtige rechthoek kan ook, maar vergt wat meer ervaring in het naaien voor het maken van de randen. Als je meer stroken moest toevoegen, ga dan door met vlechten tot deze op zijn. Rol ook deze op je kleed -- is het nu groot genoeg? Geweldig! We gaan verder. 14. **Naai de gemaakte vlechten aan elkaar.** Rol je kleed af en werk vanaf het midden. Naai langs de binnenkant om de binnenste vlecht aan die daar omheen vast te maken, steeds maar rondgaand. Rol al naaiend je kleed op, terwijl je dit volgt met je naald en draad. Het kan zijn dat je, nadat het kleed klaar is, op sommige plekken de boel extra moet verstevigen. Het mooie van een voddenkleed is dat je dit niet kunt zien! Zolang je maar langs de binnenkant naait, kan er niets misgaan. Maak gewoon een paar aanpassingen hier en daar, net zoals je deed bij het in elkaar zetten. Et voilà!
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-voddenkleed-maken", "language": "nl"}
Een mullet laten groeien
Een mullet is een bekend en misschien ook wel berucht kapsel. Veel beroemdheden, waaronder Billy Ray Cyrus, Kurt Russell en David Bowie, hebben een mullet met flair weten te dragen. Een mullet voor elkaar krijgen is gewoon een kwestie van je haar uit laten groeien, de bovenkant kort te knippen en de achterkant lang te houden. Zelf je mullet knippen kan misschien moeilijk zijn als je nog nooit je eigen haar hebt geknipt, maar een kapper zou het ook voor je kunnen stylen. 1. **Laat je haar uitgroeien.** Om je haar in een mullet te kunnen knippen moet het eerst wat lengte hebben. Jij bepaalt hoe lang je je mullet wilt hebben. Probeer je haar tussen de 5 en 15 cm lang te laten groeien. Hoe langer je haar, hoe beter je mullet gedefinieerd zal zijn. Een goede richtlijn voor een mullet is om te proberen de achterkant ongeveer 10 cm langer dan de voorkant te houden. 2. **Verdeel je haar.** Verdeel de bovenkant van je haar in drie delen met behulp van haarclips. Maak een sectie op de bovenkant van je hoofd vanaf de voorste haarlijn tot ongeveer het midden van je kruin, waar je hoofd naar beneden begint te buigen. Verdeel de zijkanten aan de voorkant van de haarlijn, vanaf het bovenste gedeelte aan beide kanten en omlaag tot aan de oren. Trek het haar dat je lang wilt houden terug met een haarklem. 3. **Knip** Begin eerst met het bovenste gedeelte in het midden en kam je haar over je voorhoofd. Knip je pony op de gewenste lengte. Je kunt je pony zo kort of zo lang knippen als je wilt. Knip de pony recht of schuin af. Er bestaan veel manieren om je pony te stylen. Werk in delen wanneer je je pony knipt. Ook al ben je van plan om je pony op één lengte te knippen, doe dat niet in één keer. Kies een kant om mee te beginnen en pak een stuk pony. Houd het haar tussen je vingers en werk vanuit het midden naar de buitenrand van je haar. Wees voorzichtig bij het knippen. Je kunt er altijd nog meer afknippen als je hem korter wilt hebben. Voor een pony die naar de zijkant valt, moet je de schaar terwijl je knipt schuin houden. 4. **Knip de zijkanten bij.** Kies een kant en kam je haar naar voren. Gebruik de lengte van je pony als richtlijn en knip de zijkanten van je haar in een opwaartse hoek. Het haar moet bovenaan het langst zijn en in laagjes toelopen naar een kortere lengte over de oren. Kam je haar naar beneden om boven je oren te knippen. Wanneer je bezig bent met het haar bij je oren haal je er telkens een beetje af. Kam het haar over en weer en neem er ongeveer een halve centimeter per keer af. Knip verticaal af om laagjes te creëren. 5. **Knip de bovenkant.** Kam de bovenkant van je haar vanuit beide kanten omhoog. Houd het haar in het midden vast. Gebruik je pony als richtlijn en knip de bovenkant van je haar om het gelijk met de lengte van de pony te krijgen. Neem er de tijd voor en zorg dat je mooi en gelijkmatige knipt. Werk van voren naar achteren, tot je bij de kruin komt. 6. **Sluit de zijkanten aan.** Kam kleine delen van je haar uit, daar waar de bovenkant en de zijkanten samenkomen. Trek het haar omhoog en naar buiten en knip er alle punten uit die je ziet uitsteken. Je doel is om de zijkanten van je haar naar boven te laten aansluiten. Maak geen scherpe lijnen waar de bovenkant en zijkanten samenkomen. De sneden moeten glad en taps in laagjes toelopen. Kam door je haar en verzeker je ervan dat het je bevalt. Als je vindt dat het te lang is, ga er dan weer doorheen en knip iets meer van de bovenkant af. 7. **Kam je haar uit aan de achterkant.** Haal de haarklem uit je haar en kam het recht naar beneden. Kam het glad om het knippen te vergemakkelijken. 8. **Begin met het bijknippen van de achterkant.** Werk in smalle delen en kam de achterkant van je haar omhoog en schuin van je hoofd af. Gebruik het haar in het bovenste gedeelte als richtlijn om de achterkant te knippen. Houd het haar achter op je hoofd vast, samen met een deel van het haar achter in het bovenste gedeelte om het knippen van dit deel te vergemakkelijken. Ga door met knippen totdat je al het haar aan de achterkant hebt geknipt. Deze manier van knippen geeft je een lengte in laagjes aan de achterkant. Kam de achterkant van je haar uit en zorg ervoor dat de lengte naar wens is. 9. **Sluit de zijkanten aan.** Controleer op punten die uitsteken door te kammen waar de zijkanten van je haar met de achterkant samenkomt. Als je punten ziet uitsteken, knip ze dan weg totdat je een gladde en in laagjes toelopende look hebt. 10. **Scheer de zijkanten van je hoofd.** Voor een geactualiseerde versie van de klassieke mullet moet je de zijkanten van je hoofd scheren. Houd de bovenkant van je haar lang en laat de achterkant van je haar langer groeien dan hoe je bij een klassieke mullet zou doen. Laat bij het scheren van de zijkanten van je hoofd een haarstrook boven op je hoofd. Sluit de haarstrook bovenop aan bij het lange haar achterin en scheer ook de zijkanten van de achterkant van je hoofd, zodat de haarstrook naar beneden en naar achteren reikt. Deze mullet moet op een mohawk lijken, waarbij de bovenste haarstrook in het lange haar achterin overgaat. Je kunt de bovenkant van het haar in een traditionele mohawk stylen, als je wilt, of je kunt het glad naar achteren strijken. 11. **Laat een pompadour-kuif groeien.** Dit vereist nogal wat lengte bovenop, omdat je veel haar nodig hebt om de pompadour-stijl goed te krijgen. Begin vlak bij de achterkant van je hoofd en kam je haar glad naar voren. Laat het haar op de achterkant van je hoofd op het lange haar aan de zijkant aansluiten. Werk je een weg naar de voorkant en houd alles goed glad achterover. Eenmaal bij de voorkant van je haar aangekomen, gebruik je een kam om je haar omhoog te trekken. Ga met de kam een aantal keer naar achteren over je haar en creëer een golf in je haar. Dit zou het hoogste deel van je haar moeten zijn. De achterkant van je haar kan bij deze stijl zo lang zijn als je wilt. 12. **Houd je mullet kort.** Knip je haar in stekels aan de bovenkant van je hoofd, maar laat de achterkant van je haar lang. Dit staat vooral goed bij krullend haar. Je zou de achterkant van je haar net iets langer kunnen houden, zodat het mooi strak zit, of je kunt het lang uit laten groeien. Probeer verschillende dingen uit en zoek een lengte die je leuk vindt.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-mullet-laten-groeien", "language": "nl"}
Een deur geluiddicht maken
Je huis wordt verondersteld een plaats te zijn waar je kunt ontspannen en tot rust kunt komen -- harde geluiden van buiten kunnen dus zeer storend zijn. Verminder die afleiding door al je deuren geluiddicht te maken. Je kunt zelfs kiezen voor een basisoplossing, zoals een mat voor de deur leggen. Als het gaat om een buitendeur, dan kan het vervangen van alle isolatie een andere goede optie zijn. Blijf oplossingen uitproberen tot je de oplossing vindt die voor jou werkt. 1. **Hang gordijnen voor de deur.** Installeer een korte gordijnroede in huis direct boven je deur. Zorg dat je een zwaar gordijn hebt en hang die aan de stang. Je kunt gordijnen kopen die gemaakt zijn van geluiddempende stof. Wanneer je in de kamer bent, schuif het gordijn dan gewoon voor de deur voor minder geluid van buiten. Dit is een bijzonder goede optie voor huurders, die het oppervlak van de deur of het hang- en sluitwerk niet volledig mogen veranderen. Test het openen en sluiten van de deur meerdere keren na het installeren van de gordijnen, om te zien of ze invloed hebben op de werking van de deur. Probeer de deur snel te openen om te zien hoe de gordijnen de deur beïnvloeden als er een noodgeval is en je moet vertrekken. 2. **Verf de deur met geluidsabsorberende verf.** Vraag bij een bouwmarkt naar geluidsabsorberende interieurverf. Kies er een die qua kleur past aansluit bij de bestaande kleur van je deuren. Volg de aanwijzingen op het blik voor het aanbrengen ervan. Het zal zeer vergelijkbaar zijn met standaardverf, maar kan wat dikker zijn. Een coating van geluidsabsorberende verf kan het externe geluid met bijna 30 procent verminderen. De verf zorgt er ook voor dat geluiden van binnenuit niet meer naar buiten kunnen komen. Verwijder de deur van de scharnieren en verf hem buiten om meerdere lagen aan te brengen. 3. **Installeer schuimtegels.** Koop in elkaar grijpende geluidswerende tegels bij een bouwmarkt of muziekwinkel. Afhankelijk van de tegels moet je ze aan je deur bevestigen met behulp van schroeven, nietjes of lijm. Zorg ervoor dat ze stevig vast zitten, anders kunnen ze door de beweging van de deur eraf vallen. Akoestische tegels komen in verschillende ruisonderdrukking-niveaus, dus kies de hoogste voor de beste geluidsisolatie. Een andere optie is om rubberen vloertegels aan te schaffen en te bevestigen aan de achterkant van je deur. Ze zijn misschien gemakkelijker te vinden, maar bieden geen effectieve geluidsreductie. Als je in een huurwoning woont, gebruik dan zelfklevende klittenband aan de achterkant van de schuimtegels en aan de muur. 4. **Hang een MLV-barrière (mass loaded vinyl) op.** Dit is een dikke rol vinyl die door muziek- of akoestiekwinkels wordt verkocht. Meet je deur en snijd het vinyl op maat met een mes. Bevestig het vinyl aan de deur met behulp van constructielijm, die je kunt kopen bij de bouwmarkt. Wacht tot de lijm droog is, en je deur is geluiddicht. MLV is uitstekend wat betreft geluidsreductie, maar er hangt een prijskaartje aan. Je zult waarschijnlijk ten minste €2 per vierkante meter moeten uitgeven aan MLV van lage kwaliteit. De kosten stijgen voor dikkere barrières. MLV is verkrijgbaar in diktes van 1,5 tot 6,3 mm. De dikkere rollen zijn duurder en zwaarder om aan deuren te hangen. Ze bieden echter de beste bescherming. 5. **Controleer op gaten met een zaklamp.** Doe alle lichten in beide kamers rond de deur uit. Vraag een vriend om aan de andere kant van de deur te gaan staan als je de deur sluit. Laat ze een zaklamp rond de randen van de deur en over het oppervlak schijnen. Maak notitie van waar er veel licht doorkomt, want dit is ook waar het geluid langs kan gaan. Verwacht niet dat je al het licht kunt blokkeren of elk gat in de deur kunt opvullen. Richt je in plaats daarvan op een paar duidelijke openingen en kijk hoe dat de geluidsisolatie verbetert. 6. **Kit gaten dicht.** Gebruik een kitpistool en vul het op met een verse houtkit. Ga rond de deurlijst op zoek naar kleine scheurtjes of gaatjes. Als je er een ziet, plaats dan het uiteinde van de spuit ertegenaan en knijp er de kit in. Veeg overtollig materiaal af met een plamuurmes. De kit zal helpen om het geluid te absorberen en te voorkomen dat het door de deur te horen is. Gebruik heldere siliconen rond ruiten in je deur. Dit zal helpen om het lawaai te verminderen en om te voorkomen dat er koude lucht binnenkomt. 7. **Installeer een tochtstrip.** Controleer of de tochtstrip tussen je deur en de vloer stevig is en de hele ruimte bedekt. Je hebt een tochtstrip nodig die niet gescheurd is. Hij moet gewoon licht tegen de vloer vegen als de deur open en dicht gaat. Om hem te vervangen verwijder je eerst de oude strip. Dan installeer je een nieuwe door hem gewoon in de bodem van de deur te schroeven. Een andere optie is een automatische deurbodem. Dit apparaat zakt naar beneden als de deur sluit en gaat omhoog als hij opengaat. Het maakt gebruik van een veer voor deze bewegingen, dus veel mensen huren een professional in voor de installatie. 8. **Plaats een vloerkleed in de gang.** Als de deur opengaat op een tegel- of houten vloer, dan stuitert het geluid waarschijnlijk van deze ruimte af en gaat het de kamer in. Beperk dit door een vloerkleed of mat voor de deur te leggen. Dit zal helpen om het geluid dat onder de deur vandaan komt te dempen en te absorberen. 9. **Vervang het glas door driedubbele glas.** Glas is berucht vanwege het overdragen van geluiden van de ene ruimte naar de andere. Als je deur grote ramen heeft, zijn deze waarschijnlijk niet geschikt voor geluidsisolatie. Om het geluid te minimaliseren, laat je de ruiten vervangen door een professional en er dikke, driedubbel glas inzetten. Weet dat driedubbel glas misschien niet dezelfde helderheid heeft als je gewend bent. Vraag je installateur hoe het glas er in je deur uit zal zien, voordat je ergens mee instemt. 10. **Hang alleen deuren op die niet hol zijn.** De meeste binnendeuren zijn gemaakt van licht hout of spaanplaat. Ze zijn meestal geheel of gedeeltelijk hol aan de binnenkant. Dit betekent dat ze heel gemakkelijk geluid overbrengen. Als je geïnteresseerd bent in geluidsisolatie, dan is het de moeite waard om te investeren in massieve of massief houten deuren. 11. **Verwijder oude strips.** Op de meeste buitendeuren, waar de deur het kozijn ontmoet, vind je tochtstrips. Deze kunnen het gehele kozijn of slechts een deel ervan omsluiten. Gebruik een plamuurmes om de oude plastic strips te verwijderen. Voor metalen strips moet je meestal de stukken losschroeven voordat je ze van de deur kunt verwijderen. Voor je alle oude tochtstrips verwijdert, moet je een plan hebben om ze te vervangen. Zonder strips kan er niet alleen geluid van buiten, maar ook vuil het huis binnen komen. 12. **Kies nieuwe metalen of plastic strips.** In de regel zijn metalen strips duurder, maar die gaan dan ook wel meer dan 30 jaar mee. Het kost ook echter wel meer moeite om het te installeren. Plastic strips daarentegen zijn goedkoper en worden vaak geleverd met een zelfklevende strip op de achterkant voor een eenvoudige installatie. Tochtstrips zijn er meestal in diverse kleuren, zodat je iets kunt kiezen dat bij je kozijn past. Je kunt ook compressiestrips gebruiken als effectieve manier om je deur geluiddicht te maken. 13. **Installeer de nieuwe strips.** Lees de instructies zorgvuldig door. Meet het kozijn vooraf op. Knip de strips in stukken van de juiste lengte. Plaats de nieuwe strip tegen het hout en bevestig deze met de lijm of met kleine schroeven of spijkers aan de achterkant. Zorg ervoor dat je de strips plat tegen het hout houdt terwijl je ze installeert. Je kunt plastic strips snijden met een mes. Je hebt een tang nodig om het metaal te knippen. Metaalstrips hebben vaak gaatjes om aan te geven waar je ze kunt vastschroeven of vastspijkeren in het houten frame van de deur. 14. **Test de strips of ze goed passen.** Sluit de deur volledig als je de strips hebt geïnstalleerd om te zien of je weerstand voelt. De deur moet soepel en volledig sluiten. Als je problemen opmerkt, open je de deur opnieuw. Inspecteer de strips op vlekken of krassen. Kijk goed naar de beschadigde gebieden om er zeker van te zijn dat ze vlak tegen het kozijn aanliggen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-deur-geluiddicht-maken", "language": "nl"}
Een brief schrijven in het Duits
Of je nu zaken doet, naar een vriend schrijft, of oefent voor een klas of zelfstudie, het schrijven van een brief in het Duits vereist een beetje aandacht voor detail. Zorg ervoor dat je je brief correct aanpakt en dat je de juiste aanhef en afsluiting gebruikt. Volg vooral de regels van de etiquette, die variëren afhankelijk van of je brief informeel of formeel is. 1. **Schrijf het adres (Anschrift).** Het is alleen nodig om een adres op een brief te schrijven als het formeel is. Anders kun je de adressen gewoon op de envelop of het pakketje schrijven. De onderdelen van adressen in het Duits staan in dezelfde volgorde als in het Nederlands: titel, naam, straat en nummer, postcode (Postleitzahl) en locatie. Bijvoorbeeld: Frau (Ms.--use 'Herr' for Mr.) Marianne Mülller, Zeughofstrasse 23, 1121 Berlin, Deutschland 2. **Schrijf de datum (Datum).** Deze wordt meestal in de rechterbovenhoek van een document geplaatst. Er zijn meerdere manieren om een datum op een Duitse brief te schrijven, die kunnen verschillen van de manier waarop deze in het Nederlands is geschreven. Je kunt er ook voor kiezen om de plaats (Ort) waar je vandaan schrijft samen met de datum te schrijven. Zo zijn bijvoorbeeld alle volgende manieren om 'van Berlijn op 13 april 2017' te schrijven, acceptabel. Let vooral op de plaatsing van de punten (gebruik in de datum schuine streepjes of komma's): 2017-04-13 13.04.2017 13. April 2017 Berlin, 13.04.2017 Berlin, den 13. April 2017 3. **Kies een formele groet (Anrede).** Brieven in het Duits moeten altijd beginnen met een korte groet aan de lezer van de brief. Voor formele correspondentie zijn er een aantal acceptabele begroetingen. Als je correspondeert met iemand in een bepaald beroep (zoals een arts of ambtenaar), vermeld dan de titel van dat beroep. Let op verschillen in spelling, afhankelijk van of je naar een man, vrouw of beide schrijft: Sehr geehrte Damen und Herren (Geachte heer of mevrouw) Sehr geehrte Damen (Geachte mevrouw) Sehr geehrte Herren (Geachte heer) Sehr geehrte Frau Müller (Geachte mevr. Müller) Sehr geehrter Herr Mülller (Geachte heer Mülller) Sehr geehrte Frau Bundeskanzlerin (Geachte mevr. Bondskanselier) Sehr geehrter Herr Professor Müller (Geachte Professor Müller) Sehr geehrte Frau Dr. Mann, sehr geehrter Herr Mann (Geachte mevr. dr. Mann, Geachte heer Mann) 4. **Volg etiquette bij het schrijven van de inhoud van je brief.** Voor formele correspondentie in het Duits kunt je direct zijn over het doel van je brief. Het is echter nog steeds een goed idee om je brief zorgvuldig te structureren en hoffelijk te zijn. Begin de inhoud van je brief met een korte inleiding (introduceer jezelf, begroet de geadresseerde, leg het doel van je brief kort uit). In tegenstelling tot in het Nederlands schrijf je het eerste woord van de tekst van je brief niet met een hoofdletter. Schrijf vervolgens in detail wat het doel van je brief is. Wees duidelijk over wat je verzoekt, uitlegt of waar je naar vraagt (bijv.: het indienen van een klacht of het doen van een zakelijk voorstel). Sluit je brief af met een korte afsluiting die het doel van je brief samenvat, uitlegt of/hoe je wilt dat de geadresseerde de brief opvolgt en de persoon bedankt voor zijn of haar tijd. 5. **Kies een formele afsluiting (Briefschluss).** De afsluiting van je brief dient hoffelijk en respectvol te zijn. Net als de aanhef kan deze een van de vele vormen aannemen. Let vooral op de spelling, want afsluitingen die in het Nederlands erg op elkaar lijken, worden in het Duits op duidelijk verschillende manieren geschreven. Mogelijke afsluitingen (en hun Nederlandse equivalenten, bij benadering) zijn: Mit freundlichen Grüssen (Met vriendelijke groeten) Mit freundlichem Gruss (Met vriendelijke groet) Freundliche Grüsse (Vriendelijke groet) Mit den besten Grüsssen (Hartelijke/Beste groeten) Beste Grüsse aus Berlin (Hartelijke/Beste groeten uit Berlijn) Herzliche Grüsse (Hartelijke groeten) 6. **Kies een informele groet.** Bij het schrijven van een informele brief in het Duits heb je, net zoals in het Nederlands, meer vrijheid wat betreft de aanhef en het begin van je brief. Het is niet nodig om de datum of het adres te schrijven, hoewel je dat wel kunt doe als je dat wilt. Geef je brief een informele groet die past bij aan wie je schrijft. Let vooral op de spelling. Schrijf bijvoorbeeld 'Liebe' ('Beste') als je aan een vrouw schrijft, maar 'Lieber' ('Beste') als je aan een man schrijft. Probeer een van deze groeten: Guten Tag, Frau Müller (Goedendag, mevr. Müller) Liebe Frau Müller (Beste heer Müller) Lieber Heinrich (Beste Heinrich) Hallo, Andreas (Hallo Andreas) Mein lieber Schatz (Mijn lieve schat) Hallo mein Liebling (Hallo mijn lieveling) Hallo meine Süße (Hallo lieverd – vrouwelijk) Hallo mein Süßer (Hallo lieverd -- mannelijk) 7. **Schrijf de hoofdtekst.** Aangezien je een informele brief schrijft, heb je veel vrijheid om te kiezen wat je wilt zeggen en hoe je het wilt structureren. Probeer in het algemeen je ideeën gegroepeerd te houden en alinea's van elkaar te scheiden met regelafbrekingen om je brief gemakkelijk leesbaar te maken. Vergeet niet dat je het eerste woord van de tekst van je brief niet met een hoofdletter hoeft te schrijven. 8. **Sluit je brief informeel af.** Zelfs voor brieven aan vrienden of familie is het hoffelijk om een duidelijke afsluiting in je brief op te nemen. Je kunt het ongedwongen of zelfs intiem houden, afhankelijk van aan wie je schrijft. Kies uit een van deze veel gebruikte afsluitingen: Herzlichst (Hartelijke groet) Viele Grüße (Groeten) Liebe Grüße (Lieve groeten) Alles Liebe (Veel liefs) Dein (Je -- mannelijk) Deine (Je - vrouwelijk) In Liebe (Met liefde -- voor liefdesrelaties) 9. **Gebruik de juiste opmaak voor de adressering.** Als je een fysieke brief stuurt, heb je de naam nodig van de persoon, het bedrijf of de organisatie waar je naartoe schrijft (en een titel, indien van toepassing), straatadres, postcode en woonplaats. Je moet ook het land van bestemming vermelden, vooral als je vanuit het buitenland schrijft. Schrijf de informatie in de juiste volgorde, volgens het volgende model: Herr Dr. Tomasz Mann, Zeughofstrasse 23, 1121 Berlin, Deutschland 10. **Schrijf de adressen op de envelop of het pakket.** Zorg ervoor dat je je eigen adres (het adres van de afzender) in de linkerbovenhoek plaatst, op dezelfde manier opmaakt als het adres van degene naar wie je schrijft. Zet het adres van de ontvanger rechtsonder. 11. **Post je brief.** Als je een brief binnen of vanuit Duitsland verstuurt, dan kun je contact opnemen met Deutsche Post, hun website bezoeken of langsgaan bij een van hun kantoren voor meer informatie over portokosten en het versturen van je brief. Als je de brief of het pakket naar Duitsland of een andere locatie wilt versturen, neem dan contact op met een postkantoor of postagentschap bij je in de buurt voor informatie over de bezorging van de brief. Je kunt ook gebruik maken van bezorgdiensten zoals FedEx, DHL en UPS. 12. **Volg de standaard briefconventies bij het verzenden van een e-mail.** Voor het grootste deel zijn de richtlijnen voor het schrijven van een brief in het Duits van toepassing bij het verzenden van een e-mail of andere elektronische correspondentie. Let vooral op het onderscheid tussen formeel en informeel schrijven. Ook al is e-mail onmiddellijk ter plekke, toch loont het de moeite om hoffelijkheid en respect te tonen, vooral wanneer je schrijft naar mensen die je niet kent.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-brief-schrijven-in-het-Duits", "language": "nl"}
Oculaire migraine behandelen
Oculaire migraine is een aandoening waarbij hevige hoofdpijn gepaard gaat met veranderd zicht (zoals lichtflitsen of schaduwen zien, of het waarnemen van een 'aura'). Milde vormen kunnen worden behandeld met pijnstillers en rust. Hevigere of vaker voorkomende aanvallen van oculaire migraine kunnen behandeld worden met voorgeschreven medicijnen en andere behandelingen door deskundigen, en door het veranderen van de levensstijl. Oculaire migraine moet niet verward worden met retinale migraine, waarbij kortdurende blindheid of verminderd zicht aan één oog kan ontstaan. Retinale migraine is een teken van een ernstig medisch probleem -- schakel zo snel mogelijk medische hulp in als je dat ervaart. 1. **Herken de 'aurafase'.** Oculaire migraine wordt gekenmerkt door visuele problemen, ook wel bekend als een 'aura'. Je hebt misschien moeite met zien, ervaart zigzagpatronen van licht die er niet zijn, je ziet 'sterretjes' of je ervaart andere visuele problemen. Deze kunnen al dan niet gepaard gaan met hoofdpijn. Onderdeel van de behandeling is het herkennen van de specifieke symptomen die horen bij oculaire migraine. De aurafase treedt meestal 10 tot 60 minuten voordat de oculaire migraine begint op. 2. **Neem preventief je medicijnen tegen migraine in, als je die hebt.** Je arts heeft je misschien medicatie voorgeschreven (vaak een triptaan of ergotamine) die je kunt nemen zodra je migraine hebt. Als dat zo is, neem die dan zodra de aura begint. Dan kun je de hoofdpijn, misselijkheid en andere symptomen die op de aurafase volgen misschien tegenhouden. Deze middelen bestaan in verschillende vormen: pillen, oplostabletten, sprays of injecties. Zorg ervoor dat je de instructies van je arts opvolgt. Gebruik deze medicijnen niet als je zwanger bent, of als je bepaalde hartziektes of een hoge bloeddruk hebt. Bespreek altijd je medische geschiedenis met je huisarts voordat je met medicijnen tegen migraine begint. 3. **Rust uit en neem afstand van 'triggers'.** Ook al heb je nog geen hoofdpijn, het is beter om een rustige, donkere plek op te zoeken waar je je ogen dicht kunt doen en uit kunt rusten, zodra je oculaire symptomen ervaart. Als je weet welke prikkels bij jou migraine uitlokken (zoals specifieke geluiden, geuren, of te lang naar een beeldscherm staren), kan het ook helpen als je daar afstand van kunt nemen. Als je niet kunt gaan liggen, probeer dan wel uit fel licht of lawaaiige situaties te ontsnappen. 4. **Gebruik een pijnstiller als dat nodig is.** Milde migraine kan gestopt of in elk geval verlicht worden met een standaard dosis aspirine, paracetamol of een ontstekingsremmende pijnstiller zoals ibuprofen of naproxen. Volg de aanwijzingen op de verpakking op en neem niet meer dan de maximaal aanbevolen dosering. Je kunt ook een pijnstiller nemen die speciaal is ontwikkeld voor migraine, waarin vaak meerdere medicijnen worden gecombineerd (meestal aspirine, paracetamol en cafeïne). Als je ook andere medicijnen neemt, praat dan met je arts over welke zelfzorgmiddelen je veilig en effectief kunt nemen. 5. **Leg een koud kompres op je hoofd om de pijn verder te verlichten.** Week een doek in koud water. Wring overtollig vocht uit en leg de doek op je voorhoofd of in je nek. Laat hem liggen zolang hij koud is, om de pijn te verlichten. Het kan vooral effectief zijn om een koud kompres op je hoofd te leggen terwijl je op een rustige, donkere plek gaat liggen. 6. **Masseer je hoofdhuid** Spreid je vingers en wrijf ze over je hele hoofdhuid en je slapen. Druk er flink hard op. Dat kan een verrassend effectieve manier zijn om milde migraine te verlichten. 7. **Vraag je huisarts om medicijnen die migraine kunnen voorkomen.** Als je vaak last hebt van migraine die niet zo makkelijk weggaat met simpele middelen, kan je huisarts je medicatie voorschrijven om migraine te voorkomen. Als je hevige migraine-aanvallen hebt (waardoor je niet naar je werk of school kunt bijvoorbeeld), of als je vaker dan 2 keer per week pijnstillers moet slikken, ben je waarschijnlijk een goede kandidaat voor deze medicijnen. Middelen die vaak worden voorgeschreven zijn: Bepaalde antidepressiva Anti-epileptica Bèta-blokkers Calciumantagonisten 8. **Onderga hormoontherapie als de migraine gerelateerd is aan hormonale veranderingen.** Sommige vrouwen merken dat de migraine verband houdt met hun menstruatiecyclus. Anderen ondervinden dat de migraine erger wordt tijdens de overgang. Als dit bij jou het geval is, praat dan met je huisarts. Hij/zij kan dan een hormoonvervangingstherapie voorstellen om migraine te voorkomen. Hou je symptomen bij in een app of dagboek, zodat je misschien een patroon kunt ontdekken. Dit kan helpen als je denkt dat hormoonvervangingstherapie voor jou kan werken. 9. **Ga naar een therapeut als de migraine verband lijkt te houden met je psychische gezondheid.** Stress, angst en depressie kunnen soms in verband worden gebracht met migraine. Als je deze problemen aanpakt, kan de migraine ook verdwijnen. Cognitieve gedragstherapie en gesprekstherapie kunnen allebei effectief zijn bij de behandeling van migraine. Vraag of je huisarts je kan doorverwijzen naar een therapeut, als je zelf niet weet naar wie je toe zou moeten. Je kunt ook neurofeedback proberen. 10. **Vermijd triggers die migraine veroorzaken.** Onderzoekers weten nog steeds niet precies wat migraine veroorzaakt, maar het lijkt verband te houden met omgevingsfactoren. Triggers kunnen dingen zijn als fel licht, lawaai, sterke dampen, onregelmatig slapen, slechte eetpatronen en bepaalde voedingsmiddelen. Als je weet wat voor dingen bij jou migraine veroorzaken, kun je de triggers vermijden of aanpakken. Bijvoorbeeld: Als fel licht bij jou migraine veroorzaakt, breng dan niet te veel tijd door in fel zonlicht of in felverlichte kamers, en kijk niet te lang naar een computer-, telefoon- of tabletscherm. Je kunt ook gekleurde lenzen dragen die bepaalde golflengtes die voor jou problemen veroorzaken blokkeren. Als je last krijgt van migraine wanneer je moe bent, zorg dan voor een regelmatig slaapritme zodat je altijd op hetzelfde moment gaat slapen en opstaat. 11. **Stop met gedrag dat migraine verergert.** Bepaalde activiteiten kunnen ervoor zorgen dat je eerder, vaker of heviger last hebt van migraine. Als je deze uit je leven weert kun je de migraine misschien voorkomen. Drink minder alcohol en cafeïne. Hoewel sommige mensen juist profijt hebben van een klein beetje cafeïne, kan meer dan 3 keer per week migraine verergeren. Stop met roken. Stop met de anticonceptiepil. Sla geen maaltijden over. 12. **Hou stress in de hand.** Veel mensen die migraine hebben merken dat het door stress kan worden veroorzaakt of verergerd. Als je leert hoe je met stress moet omgaan, kan dat niet alleen de migraine verlichten, maar het kan de algehele kwaliteit van leven verbeteren. Manieren om stress in de hand te houden zijn: Bewegen Ontspanningstechnieken Ademhalingsoefeningen Yoga 13. **Probeer alternatieve behandelingen zoals acupunctuur en massage.** Acupunctuur kan pijn verminderen, terwijl je door massages minder vaak last kunt krijgen van migraine. Iedereen reageert weer anders op bepaalde behandelingen, dus probeer uit wat voor jou goed werkt. Je kunt zelfs proberen om jezelf een massage te geven. 14. **Probeer supplementen als je huisarts het goed vindt.** Bepaalde vitaminen en mineralen kunnen migraine voorkomen. Vitamine B2 (riboflavine), co-enzym Q10 en magnesium kunnen goede opties zijn. Overleg wel altijd met je huisarts voordat je vitaminen of supplementen gaat gebruiken. Je huisarts kan de juiste dosering helpen bepalen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Oculaire-migraine-behandelen", "language": "nl"}
Sojabonen klaarmaken
Sojabonen zijn rijk aan voedingseiwitten en vezels, terwijl ze tegelijkertijd vetarm zijn. Ze worden meestal gedroogd verkocht, maar je kunt ze ook vers vinden. Eenmaal klaargemaakt, kun je sojabonen gebruiken in verschillende recepten, waaronder soepen en sauzen. 1. **Spoel de sojabonen af met koud water.** Vul een kom met water en voeg de bonen toe. Wrijf zachtjes met je vingers over de bonen om eventuele stof te verwijderen. Haal verkleurde of misvormde bonen, losse hulzen of korrels eruit. Gedroogde sojabonen moeten vooraf worden geweekt. Als je met verse sojabonen begint, dan kun je ze gelijk beginnen te koken. 2. **Laat de sojabonen uitlekken.** Zet een vergiet in de gootsteen en giet de bonen erin. Schud het vergiet om overtollig water te verwijderen. Nogmaals, als je hulzen ziet, haal ze er dan uit en gooi ze weg. 3. **Laat de sojabonen een nacht in de koelkast weken.** Doe de bonen in een grote kom of pan. Gebruik 700 ml koud water en 5 g zout per 200 g sojabonen. Zet de bonen in de koelkast en laat ze gedurende acht tot tien uur weken. Door de bonen in de koelkast te laten weken zorg je ervoor dat ze niet gisten, wat vooral bij warm weer gebeurt. 4. **Spoel de sojabonen nog een laatste keer af en laat ze uitlekken.** Als de bonen eenmaal geweekt zijn, dan zijn ze klaar om te worden gekookt. Giet ze in een vergiet en schud ze voorzichtig om overtollig water te verwijderen. Hierna kun je de bonen naar wens klaarmaken. 5. **Doe de sojabonen in een grote pan.** Zorg ervoor dat de bonen niet meer dan het onderste vierde deel van de pan vullen. Als de pan te klein is, dan zal het schuim dat ontstaat door de kokende bonen overlopen en een rotzooitje maken. 6. **Bedek de sojabonen met heet water.** Je hebt 1 liter heet water nodig voor elke 200 g sojabonen. Als je wilt, dan kun je er voor wat meer smaak 5 g zout aan toevoegen. Plaats een hittebestendig bord op de bonen zodat ze gelijkmatiger koken. 7. **Breng het water aan de kook en laat de bonen gedurende drie uur sudderen.** Breng het water op hoog vuur aan de kook. Zodra het begint te koken, zet je het vuur laag of medium-laag. Hierdoor koken de bonen gelijkmatiger. Na verloop van tijd zal het water verdampen. Voeg indien nodig meer water toe aan de pan. Gebruik een schuimspaan om eventueel drijvend schuim of hulzen eruit te scheppen. Als je zwarte sojabonen kookt, verkort dan de kooktijd tot anderhalf uur. 8. **Giet de bonen af en verwijder de hulzen, indien nodig.** Gebruik een schuimspaan om eerst de hulzen uit het water te halen. Giet de bonen door een vergiet en schud ze om overtollig water te verwijderen. Als je ziet dat er hulzen aan de bonen kleven, laat ze dan een paar minuten afkoelen en pluk ze vervolgens met hand. Je kunt het kookwater weggooien of bewaren om later te gebruiken om soep of een saus te maken. 9. **Gebruik de sojabonen zoals gewenst.** Je kunt ze verder kruiden en zo serveren, of je kunt ze in andere recepten gebruiken. Voeg ze toe aan een salade, bak ze of maak er chili van. 10. **Braad de sojabonen als je iets knapperigs wilt.** Verdeel de geweekte sojabonen op een licht ingevette bakplaat. Bak ze in een voorverwarmde oven op 175 °C gedurende 40 tot 45 minuten en roer er regelmatig door. Ze zijn klaar als ze lichtbruin en knapperig zijn. Je kunt dezelfde techniek gebruiken in een elektrische koekenpan. Vet de pan in, voeg de bonen toe en bak ze al roerend op 175 °C gedurende 40 tot 50 minuten. 11. **Gebruik een crockpot als je over meer tijd beschikt.** Voeg de geweekte sojabonen toe aan een grote crockpot. Bedek ze met heet water. Voeg 5 g zout toe en dek de pan af. Kook de bonen gedurende zes tot acht uur op HOOG. 12. **Kook jonge groene sojabonen (edamame) gedurende vijf tot zes minuten.** Doe 35 g zout op 600 g edamame. Laat ze 15 minuten staan en doe ze dan in een grote pan met gezouten water. Kook ze zonder deksel gedurende vijf tot zes minuten. Giet de bonen af, laat ze afkoelen en serveer. Je kunt ze in de peulen serveren of eerst schillen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Sojabonen-klaarmaken", "language": "nl"}
Een voorwerp dat in de wc gevallen is weer terugkrijgen
Het kan frustrerend en vervelend zijn om per ongeluk een voorwerp door de wc te spoelen, maar het komt erg vaak voor. Gelukkig zijn de meeste wc-afvoeren zo gemaakt dat er alleen water doorheen kan, dus vaste voorwerpen blijven meestal vastzitten in de afvoer of onderin de wc-pot. Je kunt het voorwerp met je handen, een rioolveer of een kleerhanger van ijzerdraad uit de wc-pot of afvoer proberen te vissen om het terug te krijgen. Als het je niet lukt om het voorwerp uit de wc te vissen, dan kun je het wellicht opzuigen met een waterstofzuiger of het voorwerp in de wc opsporen door de wc-pot los te halen van de vloer en op zijn zij te leggen. 1. **Pak het voorwerp met je handen als je het nog steeds kunt zien.** Als je het voorwerp na het doorspoelen nog steeds kunt zien, dan kun je het wellicht uit de wc halen door je hand in de wc-pot te steken, het voorwerp vast te pakken en het eruit te trekken. Trek om het proces zo hygiënisch mogelijk te laten verlopen rubberen handschoenen aan die tot je ellebogen komen voordat je je handen in de wc-pot steekt. Als er veel water in de wc-pot zit, dan is het wellicht gemakkelijker om met een wegwerpbekertje of -bakje eerst wat water uit de wc-pot te scheppen en het voorwerp dan te proberen te pakken. Zorg dat je je handen en het voorwerp grondig wast nadat je het uit de wc gehaald hebt. 2. **Probeer een verbogen kleerhanger aan het voorwerp te haken.** Pak eerst een metalen kleerhanger en maak het uiteinde los dat vastgedraaid zit om het onderste deel van de haak. Buig de kleerhanger zo goed mogelijk recht en maak dan een klein haakje aan het ene uiteinde. Steek het haakje dan voorzichtig in de wc-pot en probeer het voorwerp te pakken met het haakje. Probeer met de kleerhanger langs de bovenkant van de afvoer te gaan wanneer je het haakje in de afvoer duwt om zo te voorkomen dat je het voorwerp verder in de afvoer duwt. Duw het haakje wanneer je het zo ver mogelijk in de afvoer hebt gestoken naar beneden en ga er langzaam mee over de onderkant van de afvoer terwijl je hem weer omhoogtrekt. Hopelijk blijft het haakje vastzitten aan het voorwerp terwijl je hem omhoogtrekt. Afhankelijk van de vorm van de wc-afvoer kan het zijn dat je de kleerhanger moet verbuigen zodat hij door de bochten in de afvoer past. 3. **Gebruik een rioolveer als het voorwerp ver in de afvoer zit.** Steek eerst het uiteinde met de spiraal of haak in de wc-afvoer totdat je het voorwerp kunt voelen of weet dat je bij de plek gekomen bent waar het voorwerp ligt of vastzit. Probeer het voorwerp wanneer je het gevonden hebt vast te pakken door de spiraal of haak iets voorbij het voorwerp te duwen en dan vast te haken terwijl je de rioolveer weer omhoogtrekt uit de afvoer. Als je niet zeker weet waar het voorwerp zich bevindt en je hem niet hebt gevoeld toen je de rioolveer in de afvoer duwde, duw de rioolveer dan zo ver mogelijk in de afvoer. Kijk dan of je het voorwerp kunt vinden terwijl je de rioolveer weer langzaam uit de afvoer trekt. Een rioolveer kun je online en bij de meeste bouwmarkten kopen. Kies voor een rioolveer met een uiteinde met een spiraal of een haak eraan. Zo zul je het voorwerp gemakkelijker vast kunnen pakken. 4. **Haal de stofzak en filter voor droog afval uit je stofzuiger als je met je waterstofzuiger ook droog afval op kunt zuigen.** Haal eerst de bovenkant van het reservoir van de stofzuiger. Volg dan de instructies voor het model stofzuiger dat je hebt om de stofzak en filter voor droog afval uit het reservoir te halen. Zo worden de stofzak en het filter niet nat en groeit er op den duur geen schimmel in. Doe de bovenkant weer op het reservoir nadat je de stofzak en het filter eruit gehaald. 5. **Steek de slang van de stofzuiger in de wc.** Steek de stekker van de stofzuiger in het stopcontact en schakel het apparaat in. Houd de slang dan goed vast en steek het uiteinde in de wc. Duw de slang zo ver mogelijk in de afvoer. Het kan zijn dat je het voorwerp voelt of hoort bewegen terwijl je de slang in de afvoer duwt. Als dat zo is, verplaats het uiteinde van de slang dan zodat de opening naar het voorwerp wijst. 6. **Schakel de stofzuiger in zodat hij het water begint op te zuigen.** Schakel de stofzuiger in om het water in de wc-pot op te zuigen. Blijf het water opzuigen totdat je het voorwerp door de slang hoort gaan, of totdat het reservoir vol is. Sommige waterstofzuigers en nat- en droogzuigers hebben een aparte stand voor het opzuigen van water, dus zorg dat je de stofzuiger goed instelt. 7. **Kijk in het reservoir van de stofzuiger om het voorwerp terug te krijgen.** Als je het voorwerp door de slang van de stofzuiger hebt zien gaan of gehoord hebt, of het reservoir van de stofzuiger vol begint te worden, schakel de stofzuiger dan uit. Haal dan de bovenkant van het reservoir en kijk erin om te zien of de stofzuiger het voorwerp opgezogen heeft. Als je het voorwerp ziet, dan kun je het pakken met je handen, een schepje of een ander voorwerp met een haakje aan het uiteinde. Als je het voorwerp niet in het reservoir ziet, maar je vermoedt dat het wel opgezogen is, kijk dan ook in de slang van de stofzuiger. Het kan zijn dat het voorwerp vastzit in de slang. 8. **Maak het reservoir leeg en gebruik de stofzuiger nog eens.** Als het voorwerp niet in het reservoir zit, dan is de kans groot dat hij nog in de wc ligt. Haal eerst het water uit het reservoir zodat je nog een poging kunt doen. Steek de slang dan weer in de afvoer en schakel de stofzuiger weer in. Blijf stofzuigen totdat je het voorwerp door de slang opgezogen ziet of hoort worden, of totdat het reservoir weer vol is. Het kan zijn dat je het proces enkele keren moet herhalen voordat het je lukt om het voorwerp op te zuigen. 9. **Spoel de wc door zodat de wc-pot weer gevuld wordt met water.** Spoel de wc een of twee keer door wanneer je het voorwerp weer terughebt. De wc-pot zou zich weer moeten vullen met water, zodat je de wc weer kunt gebruiken. 10. **Draai het kraantje van de watertoevoer naar de wc dicht.** Zoek eerst het kraantje aan de zijkant, achter of onderaan de wc-pot op. Draai het kraantje dan meerdere keren met de klok mee rond totdat je niet verder kunt. Zo wordt de watertoevoer naar de wc volledig afgesloten, zodat de wc-pot niet overstroomt en doorgespoeld kan worden terwijl je aan het werk bent. Als je het kraantje niet kunt vinden of hij vastzit, dan moet je de hoofdkraan van de waterleiding korte tijd dichtdraaien. De hoofdkraan bevindt zich achter de watermeter op de waterleiding die je huis ingaat. De watermeter kan zich in je meterkast, onder het luik bij de voordeur of in de meterput in de tuin bevinden. 11. **Haal het deksel van de stortbak van de wc.** De meeste wc’s hebben achter de wc-pot een stortbak met een afneembaar deksel. Haal het deksel voorzichtig van de wc-pot en leg hem apart. Zo kun je gemakkelijk in de stortbak komen en kan het deksel niet vallen en barsten wanneer je de wc-pot loshaalt. 12. **Haal al het resterende water uit het reservoir en de wc-pot.** Spoel de wc na het dichtdraaien van het kraantje enkele keren door totdat er geen water meer in de stortbak en wc-pot zit. Gebruik vervolgens een waterstofzuiger of een kleine bak om het laatste beetje water uit het reservoir en de wc-pot te zuigen of te scheppen. Zo kan er geen water op je lichaam en de vloer spetteren, en kun je de wc-pot gemakkelijker optillen omdat hij lichter is. Je kunt tevens een pipet gebruiken om het laatste water uit het reservoir en de pot te zuigen. 13. **Draai de schroeven of bouten onderaan de wc-pot los.** In de meeste gevallen zit de wc-pot met ten minste twee schroeven of bouten vast aan de vloer. Gebruik een moersleutel of een schroevendraaier (afhankelijk van of de wc-pot bouten of schroeven heeft) en draai de bouten en schroeven aan aan beide kanten van de wc-pot los. Zo maak je je wc-pot los van de vloer en kun je hem van de vloer halen. Leg de bouten of schroeven op een veilige plek neer zodat je ze later weer kunt gebruiken om de wc-pot weer vast te maken. 14. **Haal de watertoevoer los van de stortbak.** Zoek de grote bout waarmee de watertoevoer vastzit aan de achterkant van de stortbak. Draai de bout dan tegen de klok in rond totdat hij los is en de watertoevoer loskomt. De bout van de watertoevoer is meestal groot, van plastic en heeft ribbels zodat hij gemakkelijker vast te pakken en los te draaien is. 15. **Til de wc-pot en leg hem op zijn zijkant.** Om in de wc-pot te kunnen kijken en het doorgespoelde voorwerp te kunnen pakken moet je de wc-pot op zijn zij leggen. Zoek om dit te doen aan beide kanten een plek waar je de wc-pot gemakkelijk en stevig vast kunt pakken. Til de wc-pot dan voorzichtig op van de vloer. Leg hem voorzichtig op zijn zij. Een porseleinen wc kan erg zwaar zijn. Daarom kan het een goed idee zijn om iemand om hulp te vragen om de wc-pot op te kunnen tillen en veilig op zijn zij te kunnen leggen. Het is een goed idee om een handdoek of deken op de vloer te leggen zodat je wc-pot beschermd wordt terwijl hij op zijn zij ligt. 16. **Kijk in de wc om het doorgespoelde voorwerp te vinden.** Kijk nu de wc-pot op zijn zij ligt in de opening onderaan om te zien of je het doorgespoelde voorwerp kunt vinden en pakken. Als je het voorwerp kunt zien, dan zou je hem moeten kunnen pakken met je handen of een hulpmiddel. De binnenkant van de opening kan donker zijn, dus het kan nuttig zijn om een zaklamp bij de hand te hebben zodat je in de wc-pot kunt kijken. Je kunt naast de opening onderaan de wc-pot ook naar de wasring langs de onderrand van de wc kijken. Erg kleine voorwerpen als sieraden kunnen daar aan blijven haken. 17. **Zet de wc-pot weer op zijn plek en maak hem weer vast.** Zet de wc-pot voorzichtig weer omhoog en schuif hem op zijn plek. Draai de bouten of schroeven weer vast om de wc-pot aan de vloer vast te maken. Sluit de waterleiding dan weer aan en draai het kraantje tegen de klok in rond om de watertoevoer weer te openen. Spoel de wc een of twee keer door om de stortbak en de wc-pot weer te vullen, zodat je je wc weer kunt gebruiken.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-voorwerp-dat-in-de-wc-gevallen-is-weer-terugkrijgen", "language": "nl"}
Zonnebloemen kweken
Zonnebloemen zijn eenjarige, winterharde planten. Ze zijn helemaal niet moeilijk te kweken en met hun lange stelen en opvallende gele bloemen fleuren ze elke tuin op; afhankelijk van de soort kunnen zonnebloemen van ruim een halve meter tot wel 4,5 meter hoog worden. De zaadjes, die beter bekend staan als zonnebloempitten, kun je oogsten en ze daarna bijvoorbeeld geroosterd eten in salades of als tussendoortje. Volg onderstaande instructies om te leren hoe je zonnebloemen moet zaaien, verzorgen en oogsten. 1. **Kies een soort zonnebloem die past bij de mogelijkheden binnen je tuin.** De meeste zonnebloemsoorten worden wel een paar meter hoog, maar er bestaan ook miniatuurvariëteiten die tot hooguit een meter groeien. Hieronder hebben we een aantal populaire grotere en kleinere variëteiten voor je op een rijtje gezet: Hun wollige naamgenoten mogen dan uitgestorven zijn, maar mammoetzonnebloemen worden net zo hoog als de prehistorische dieren en kunnen een lengte van wel 2,5 tot ruim 3,5 meter bereiken. Deze variëteit produceert grote bloemen die uitgroeien tot een diameter van wel zes centimeter. De soort ontleent zijn naam aan het herfstachtige kleurenspectrum van de bloemen. Het is niet ongewoon om brons- en mahonie-achtige bloemen te zien op hun grote stengels die soms wel zeven meter lang kunnen worden. De zogenaamde is een middelgrote variëteit die zo’n vijf meter hoog wordt en waarvan de bloemen een doorsnede van ongeveer vijf centimeter hebben. De zonnestraal heeft lange, asymmetrische bloemblaadjes en het hart van de bloem is vaak geel, waarmee deze bloem een opvallende aanvulling vormt voor boeketten. Dwergzonnebloemen, die ook wel bekend staan als . Deze miniatuurvariant is met name geschikt voor mensen met een kleine tuin. 2. **Kies een stukje grond in de volle zon en uit de wind.** Zonnebloemen gedijen goed in warme tot hete klimaten waarop de zon overdag volop schijnt. Klimaten met lange, hete zomers zijn voor het kweken van zonnebloemen het meest geschikt. Je kunt zonnebloemen als dat kan het beste ook tegen de wind beschermen. Plant de zaadjes langs een hek, aan de zijkant van een huis, of achter een rij stevige bomen. Plant de zonnebloemen als het kan aan de noordkant van de tuin. Daarmee voorkom je dat de grote zonnebloemstelen andere planten in je tuin in de schaduw laten staan. 3. **Bepaal de pH-waarde oftewel de zuurtegraad van de grond** Zonnebloemen geven de voorkeur aan een licht zure tot een ietwat alkalische grond met een pH waarde tussen de 6,0 en de 7,5. Wel is het zo dat zonnebloemen relatief sterke planten zijn die het in de meeste grondsoorten goed doen. Bij een tuincentrum kunnen ze je waarschijnlijk wel helpen aan de materialen die je nodig hebt om de pH-waarde van de grond bij jou in de tuin te meten. Meet de pH-waarde nadat je de grond hebt aangepast nog een keer. Verrijk bij een pH-waarde die lager is dan 6,0 de bodem met zure compost of potgrond. Als de pH-waarde van de grond hoger is dan 7,5, meng er dan wat zwavelkorrels door om de zuurtegraad te verlagen. 4. **Zorg ervoor dat het water via de grond goed kan worden afgevoerd.** Zonnebloemen zijn bijzonder sterke planten, maar ze kunnen niet tegen te natte aarde. Zorg voor een goed afvoersysteem op de plek waar je de zonnebloemen wilt zaaien, of plant de zaadjes in plaats daarvan in een eenvoudige plantenbak. Bouw zo nodig een verhoogde tuinbak met planken van cederhout, die verkrijgbaar zijn in lengtes van ongeveer 2,5 meter. Ceder is een goede keuze voor een tuinbed omdat het niet gaat rotten als het nat wordt. 5. **Laat de grond voordat je de zaadjes plant eerst goed opwarmen.** Plant zonnebloemzaadjes aan het begin van de zomer als de grond volledig is opgewarmd. Dit is, afhankelijk van waar je woont, meestal het geval vanaf half april of eind mei. 6. **Maak de grond los met je handen of met een tuinschepje.** Voor het zaaien van zonnebloemzaadjes moet de grond los en luchtig zijn. Als de aarde niet veel voedingsstoffen bevat of het water slecht afvoert, meng er dan zeven tot tien cm compost doorheen. 7. **Maak in de aarde kuiltjes van 2,5 cm diep, op 15 tot 45 cm afstand van elkaar, afhankelijk van de grootte van het soort zonnebloemen dat je gaat planten.** Je kunt deze kleine gaatjes gewoon met je handen graven. Als je de zaadjes in rijen gaat zaaien, zorg dan voor een afstand van ongeveer 75 cm grond tussen de rijen. Om goed te kunnen groeien hebben zonnebloemen veel ruimte nodig. Laat voor grote soorten zonnebloemen 45 cm ruimte vrij tussen de zaadjes. Laat voor middelgrote soorten zonnebloemen 30 cm ruimte vrij tussen de zaden. 8. **Doe in elk kuiltje een paar zaadjes en bedek de zaadjes vervolgens met aarde.** Je kunt het zaaien over een aantal weken verspreiden, zodat je tijdens de zomer op verschillende momenten van bloeiende zonnebloemen kunt genieten. Aangezien zonnebloemen eenjarige planten zijn, wat betekent dat ze maar één keer per jaar bloeien, kun je door het zaaien te spreiden langer van de bloemen genieten. 9. **Meng nadat je de zaadjes geplant hebt een dun laagje mest.** Kies als het kan voor organische meststof in plaats van kunstmest, en verdeel dit over het zaaigoed om ervoor te zorgen dat de zonnebloemen sterke stelen krijgen. 10. **Geef de zaadjes na het planten en bemesten voldoende water.** Maak de grond goed nat, maar zorg ervoor dat de zaadjes niet wegstromen of onder water komen te staan. 11. **Geef de planten één tot twee keer per week flink wat water.** Zonnebloemen hebben diepe wortels en krijgen liever af en toe heel veel water tegelijk, dan regelmatig een beetje. Pas als het erg zonnig of juist erg bewolkt is, de hoeveelheid water die je geeft aan. Zonnebloemen bloeien als het goed is halverwege of tegen het einde van de zomer, zo’n twee tot drie maanden nadat je ze gezaaid hebt. 12. **Mulch de aarde** Bedek zodra de zaailingen zo lang zijn dat je kunt mulchen zonder dat ze breken, de grond met een laagje zaadvrij stro of een ander beschermend laagje om vocht vast te houden en te voorkomen dat er onkruid gaat groeien. Vul de mulch als het hard geregend heeft aan. Als je zonnebloemen kweekt als zaadgewas of om ze tentoon te stellen op een bloemenexpositie, mulch de planten dan zodra ze een halve meter lang zijn met 4 cm goed verteerde mest of compost. 13. **Bind de zonnebloemen als het nodig is vast.** Als je ergens woont waar het hard waait, of als de stelen niet zo sterk zijn, overweeg dan de plantestelen te verstevigen met stokjes van hout of met bamboestokken, om het gewicht van de plant te ondersteunen. 14. **Geef ongedierte en schimmels geen kans.** Hoewel zonnebloemen relatief goed bestand zijn tegen insecten, zijn er kleine grijze motjes die graag hun eitjes in de zonnebloemen leggen. Om ze te verwijderen kun je gewoon de larfjes eruit halen. Zonnebloemen kunnen ook meeldauw of andere schimmels en roestzwammen aantrekken. Als één van deze problemen zich voordoet, bespuit je bloemen dan met een schimmelbestrijdingsmiddel. Herten en vogels staan er ook om bekend dat ze zonnebloemplanten eten. Hang om te voorkomen dat deze dieren je planten vernielen netten over de zonnebloemen. 15. **Snijd bloemen af voor decoratie.** Snijd om de bloemen leuk in een vaas te zetten de stelen vroeg in de ochtend af, voordat de bloem helemaal open is, af. Ververs eens in de twee dagen het water in de vaas zodat de bloemen er fris uit blijven zien. 16. **Oogst de pitten.** Als je de zonnebloempitten wilt opeten, snijd dan de bloemhoofden van de planten zodra ze wat slapper beginnen te worden, of als de achterkant van de kop geel begint te worden. Hang ze ondersteboven aan de stengel op een droge, goed geventileerde plaats en bedek ze met een stuk kaasdoek of een papieren zak om de zaadjes in op te vangen wanneer ze uit de bloemen vallen. Voor heerlijke geroosterde zonnebloempitten moet je de zaadjes eerst een nacht laten weken in water met zout. Giet ze vervolgens af en leg ze op een bakplaat. Rooster ze in de oven bij een lage temperatuur (tussen de 90 en de 120ºC) tot ze lichtbruin van kleur zijn.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Zonnebloemen-kweken", "language": "nl"}
Slijm weer elastisch maken
Slijm is leuk en elastisch en je kunt er keer op keer mee spelen. Op den duur kan het echter minder elastisch worden. Om het slijm zachter, kleveriger en elastischer te maken kneed je er gewoon water of lotion doorheen totdat het slijm de door jou gewenste textuur heeft. Binnen vijf minuten zou het slijm volledig opgefrist moeten zijn. 1. **Knijp wat lotion op het slijm.** Let het slijm op een schoon en droog oppervlak als een tafel of een bankje. Duw het slijm naar beneden zodat het plat ligt en knijp een keer wat lotion in het midden van het slijm. Zorg dat er geen klonten opgedroogde lotion zijn. Voor deze methode kun je welke hand- of bodylotion dan ook gebruiken. Gebruik echter geen lichaamsboter en zalf, want deze middelen zijn vaak dikker. Deze methode helpt om het slijm elastischer, zachter en kleveriger te maken. Je kunt hem gebruiken bij nieuw en oud slijm. 2. **Kneed de lotion met je handen in het slijm.** Vouw het slijm doormidden zodat de lotion ertussen ligt en duw dan op het slijm. Blijf het slijm opvouwen en erop duwen totdat alle lotion met het slijm gemengd is. Doe je ringen en armbanden af voordat je het slijm kneedt, want je kunt bij het kneden wat troep maken. Als je een grote bal slijm hebt, moet je het slijm wellicht vijf minuten kneden. 3. **Probeer het slijm uit.** Rek het slijm uit en trek eraan om te zien of het zo elastisch mogelijk geworden is. Als je moeilijk aan het slijm kunt trekken of het uit elkaar valt wanneer je het uitrekt, dan betekent dat dat het nog steeds te droog is. 4. **Kneed indien nodig extra lotion door het slijm.** Als het slijm nog steeds niet elastisch genoeg is, maak het dan weer plat en knijp nog een keer wat lotion op het midden. Kneed de lotion door het slijm om het extra zacht en elastisch te maken. Blijf lotion met het slijm mengen totdat je het slijm elastisch genoeg vindt. Zorg dat je het oppervlak waarop je het slijm gekneed hebt afneemt met een reiniger en een doek. Zo verwijder je alle kleverige resten en is het oppervlak weer hygiënisch schoon. 5. **Giet heet water in een kleine kom.** Laat de warme kraan stromen totdat het water heet is, maar je het nog wel gemakkelijk aan kunt raken. Vul een kleine kom voor de helft met water en zet hem op een tafel. Gebruik geen erg heet of kokendheet water, wat daarvan kun je brandwonden krijgen. Vraag altijd een volwassene om je te helpen als je heet water gebruikt. Gebruik een kom die groot genoeg is om al het slijm in te doen. 6. **Dompel het slijm in de kom met water.** Doe de bal met slijm ongeveer tien seconden in het water. Zo kan het slijm een deel van het vocht opnemen. Na tien seconden haal je het slijm uit het water en leg je het op een schoon oppervlak als een tafel of een bankje. Als je het slijm nog niet met je handen tot een bal gekneed hebt, doe dit dan nu. Zo kun je het slijm gemakkelijk in het water doen en eruit halen. 7. **Kneed het water door het slijm.** Gebruik je handpalmen om het slijm plat te maken en vouw het dan doormidden. Blijf het slijm platmaken en opvouwen totdat al het overtollige water in het slijm getrokken is. Maak je geen zorgen als de textuur van het slijm eerst wat raar is. Hoe meer je het slijm kneedt, hoe zachter het wordt. 8. **Meng indien nodig meer water door het slijm.** Als je het slijm nog steeds lastig uit kunt rekken en het snel uiteenvalt, dompel het dan weer in warm water en kneed het nog eens. Blijf dit proces herhalen totdat je het slijm elastisch genoeg vindt. Als het water in de kom koud wordt, vul hem dan opnieuw met heet water.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Slijm-weer-elastisch-maken", "language": "nl"}
Geven mannen om hun FWB?
Een friends with benefits (FWB)-relatie is voor jou misschien wel ontspannen, maar wat gebeurt er bij de man waar je mee naar bed gaat? Wat denkt hij? Begrijpen wat er in de hoofd van een man omgaat is eigenlijk best makkelijk als je weet waar je op moet letten, zelfs als hij niet zo snel zijn gevoelens uit. In dit artikel leggen we uit hoe mannen deze relaties ervaren, hoe groot de kans is dat ze voor je zullen vallen, en waar je op moet letten om te weten wat hij van je vindt. 1. **Ja, mannen geven in het algemeen wel om hun FWB.** Hoewel een man waarschijnlijk geen intense romantische gevoelens voor zijn FWB zal hebben, geeft hij waarschijnlijk wel om hem of haar. De meeste vrienden die een FWB-relatie aangaan voelen zich zelfs hechter na de relatie te hebben gestart dan vooraf. De meeste FWB-stellen blijven op de lange termijn bevriend, ook wanneer hun seksuele relatie al lang is geëindigd. 2. **Ja, mannen kunnen zeker gehecht raken aan hun FWB.** Mensen raken emotioneel gehecht aan de mensen waarmee ze fysiek intiem zijn. Er is niets speciaals aan mannen waardoor ze niet emotioneel gehecht zouden raken aan hun FWB-partner. Mannen worden misschien niet automatisch verliefd, maar er is zeker een goede kans dat ze aan iemand gehecht raken. Het brein produceert het hormoon oxytocine wanneer je je aangetrokken voelt tot, en fysiek intiem bent met een persoon, waardoor je je gehecht aan die persoon gaat voelen. 3. **Sommige mannen willen dat hun FWB een relatie wordt, maar dit is niet gebruikelijk.** Volgens een onderzoek over de dynamiek in FWB-relaties zal ongeveer 1 op de 5 mannen serieus gehecht aan en emotioneel geïnvesteerd raken aan hun FWB partner. Interessant genoeg is dit niet echt anders dan bij het andere geslacht. Al met al vinden de meeste mannen het fijn om hun FWB-relatie oppervlakkig te houden. De meeste FWB-relaties eindigen juist omdat één van de personen in de relatie geïnteresseerd raakt in het aangaan van een niet-FWB-relatie met een nieuwe partner. Het lijkt erop dat een FWB-relatie eerder zal eindigen dan dat het zal transformeren in iets serieuzers. 4. **Ja, mannen kunnen seks hebben zonder gevoelens te krijgen voor hun seksuele partner.** Hoewel het niet erg veel voorkomt dat een man nul gevoelens heeft voor iemand waarmee hij een seksuele relatie heeft, kan het wel. Voor sommige mannen kunnen seks en romantische gevoelens twee aparte dingen zijn. Het hangt helemaal af van hoe de unieke ervaringen van een man zijn gevoelens beïnvloeden. FWB-relaties kunnen ingewikkeld zijn, en iedereen ervaart dit soort arrangement op zijn of haar eigen manier. Als een man zegt dat hij geen gevoelens voor je heeft, dan kun je hem het beste geloven. Je denkt misschien dat naar bed gaan met een vriend jullie vriendschap zal verpesten. Hoewel dat zeker een mogelijkheid is, is er niet veel bewijs dat dit vaak gebeurt. 5. **Hij wordt jaloers als hij denkt dat je met anderen uit gaat.** Als hij van streek lijkt te worden wanneer je zegt dat je op dates gaat of ziet dat je op Tinder zit, dan is dat een zeer goed teken dat hij romantische gevoelens voor je heeft. Een FWB die geen interesse heeft in een serieuzere relatie zal geen sterke gevoelens hebben wanneer je met andere mannen omgaat. Als hij veel vragen stelt over wat je in je vrije tijd doet of met wie je omgaat, dan is dat een teken dat hij een beetje jaloers is. Als een man niet echt lijkt te reageren wanneer je andere mannen ter sprake brengt, dan heeft hij mogelijk geen romantische interesse in je. 6. **Hij spreekt je regelmatig en jullie gesprekken zijn diepgaand.** Als jullie elke dag met elkaar beginnen te praten en jullie gesprekken de diepere kant op gaan, dan is dat een teken dat hij emotioneel geïnvesteerd in je is. Een FWB die niet om je geeft neemt niet de tijd om urenlang met je te spreken via de app of aan de telefoon. Als hij je alleen appt of belt wanneer hij een hookup wil, dan is het erg onwaarschijnlijk dat hij een serieuze relatie wil. 7. **Hij introduceert je aan zijn vrienden of familieleden.** Als dit iets puur fysieks voor hem is, dan zal hij niet de moeite doen om je te introduceren aan de mensen die het belangrijkst voor hem zijn. Als hij je introduceert aan zijn vrienden en familie, dan is dit een teken dat jullie levens samen beginnen te lopen. Dit is een groot mijlpaal voor serieuze stellen, en het feit dat je belangrijk genoeg voor hem bent om deze stap te zetten betekent veel. Als je het gevoel hebt dat hij je op een afstand houdt en je niet rond zijn vrienden wil brengen, dan wil hij misschien gewoon FWB blijven. 8. **Hij geeft je koosnaampjes of zegt dat hij je mist.** Deze kleine tekentjes zeggen veel. Koosnaampjes en ‘ik mis je’-s zijn dingen die toegewijde stellen gebruiken om liefde te tonen, dus als hij zich goed genoeg voelt om ze bij jou te gebruiken, dan geeft hij waarschijnlijk om je. Als de relatie voor hem puur fysiek was, dan zou hij de moeite niet doen om schattig te doen of met je te flirten. Als hij gewoon tegen je praat alsof je een van zijn vrienden bent, dan betekent het waarschijnlijk dat hij niet op een romantische manier aan je denkt. 9. **Hij wil meer tijd met je doorbrengen.** Dit is vooral een sterk teken als hij nog steeds met je om wil gaan wanneer het duidelijk is dat er geen seks tussen jullie zal zijn. Het belangrijkste onderdeel van een FWB-relatie is seks kunnen hebben zonder je zorgen te hoeven maken over romantiek, maar als hij veel tijd met je door wil brengen, dan is hij bijna zeker geïnteresseerd. Let op de soorten gelegenheden waar hij je naar uitnodigt. Als er intieme avondjes uit zijn, of als hij wil dat je zijn date wordt naar een feest, dan vindt hij je waarschijnlijk leuk. 10. **De meeste mensen ervaren hun FWB-relaties als positief.** Niet iedere relatie hoeft heel serieus te zijn, en er is niets mis met regelmatig naar bed gaan met een vriend. Hoewel dit niet altijd het geval zal zijn, gaan de meeste mensen een FWB-relatie in met een gezonde, respectvolle houding, en eindigen ze de relatie met een goed gevoel erover. Als je een gezonde FWB-relatie wilt hebben, stel dan vooraf duidelijke grenzen op, en communiceer openhartig over wat wel en niet acceptabel is. 11. **Een FWB-relatie kan riskant zijn als je vaak angstig bent.** Sommige mensen voelen zich misschien niet goed in een nonchalante FWB-situatie, en dat is prima! Als je je vaak angstig voelt of onzeker bent wanneer je iemand aan het daten bent, dan kan een FWB-relatie moeilijk voor je zijn. In dezelfde zin kan het moeilijk om geen officiële relatie te hebben met een intieme partner als je de neiging hebt om erg snel aan mensen gehecht te raken. Als je erover nadenkt om een FWB-relatie met iemand te starten maar onzeker bent omdat je niet weet of het bij je past, forceer het dan niet. Een FWB-situatie aangaan vergt openheid, zekerheid in het besluit, en zelfvertrouwen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Weten-of-een-man-om-zijn-FWB-geeft", "language": "nl"}
Gezichten omwisselen in Photoshop
We weten allemaal wel dat het moeilijk is om een groepsfoto te maken. Leer nu om gezichten om te wisselen en nooit meer te blijven zitten met een slecht gelukte groepsfoto. Of haal met je digitale vaardigheden een truc uit en verwissel de gezichten van je vrienden om een malle foto te maken. Selecteer je afbeeldingen, voeg ze samen en maak wat eigen aanpassingen. 1. **Selecteer twee afbeeldingen.** Beslis welke afbeelding de achtergrond wordt en welke het gewenste gezicht. De gezichten op de afbeeldingen hoeven niet dezelfde huidkleur te hebben, of zelfs van hetzelfde geslacht te zijn. Met behulp van de gereedschappen in Photoshop zal je op een overtuigende manier beide afbeeldingen kunnen samenvoegen. 2. **Open de afbeeldingen in Photoshop.** Als het goed is kun je ze in lagen laden, zodat ze in twee tabbladen open staan. Zorg er wel voor dat je de afbeelding dupliceert, zodat je het origineel niet kwijtraakt, voor het geval je een fout maakt (of gewoon alles overnieuw wilt doen). 3. **Open de afbeelding van het gewenste gezicht.** Je gaat het gezicht selecteren en uitknippen om dit over de achtergrond te plaatsen. 4. **Kies als gereedschap de lasso of pen.** Klik op het icoontje van de lasso in het venster met gereedschappen of selecteer het met toets L. Met de lasso heb je meer vrijheid om het gezicht met de hand te selecteren. Je kunt ook de pen kiezen in het paneel met gereedschappen. De pen heeft vaak de voorkeur omdat je daarmee meer controle hebt over het plaatsen van de ankerpunten. 5. **Teken een lijn rond het gewenste gezicht.** Zorg dat je in je selectie alle unieke kenmerken meeneemt van dat specifieke gezicht, zoals plooien, moedervlekken, rimpels, kuiltjes of littekens. Gebruik je de pen dan kun je de selectie aanpassen door op de ankerpunten te klikken terwijl je Ctrl ingedrukt houdt, waarna je deze kunt verslepen. Na het instellen van de ankerpunten klik je met rechts op een punt en selecteer je 'Make Selection' uit het drop-downmenu. 6. **Kopieer de selectie.** Druk op Ctrl + C op het toetsenbord of klik op Bewerken>Kopiëren uit het hoofdmenu om de selectie te kopiëren. 7. **Plak het gewenste gezicht in de achtergrondafbeelding.** Sleep het gewenste gezicht op het gezicht dat je wilt vervangen. Je kunt ook een nieuwe laag creëren door het kiezen van Laag>Nieuwe>Laag en te drukken op CTRL + V of Bewerken>Plakken om het gezicht op het andere hoofd te plakken. 8. **Zet de afbeelding om naar een smart object.** Klik met de rechtermuisknop op de afbeelding en selecteer Convert to smart object. Hiermee kun je de grootte van de afbeelding aanpassen. 9. **Pas de grootte aan van het gewenste gezicht zodat het in het andere hoofd past.** Terwijl je in de actieve laag zit, klik je op Bewerken>Vrije transformatie, of druk je op Ctrl + T om het naar wens te schalen en roteren. Zet de transparantie (opacity) op 50 procent zodat je beide afbeeldingen kunt zien tijdens het aanpassen van de grootte van de gezichten. 10. **Lijn de gezicht uit.** De beste manier om ervoor te zorgen dat de gezichten zijn uitgelijnd is door de ogen en de mond als leidraad te gebruiken. Zorg dat de ogen elkaar volledig overlappen, en kantel het gewenste gezicht tot de monden passen. Om de afbeelding te kantelen klik je op de hoek van de afbeelding en roteer je het langzaam tot ze uitgelijnd zijn. 11. **Druk op OK en daarna op Enter.** De afbeeldingen zijn nu uitgelijnd en je kunt de transparantie terugzetten naar 100 procent. 12. **Maak een laagmasker om de gezichten samen te voegen.** Selecteer het penseel en gebruik dit om de randen van het gezicht in de achtergrond op te laten gaan. Gebruik hiervoor het laagste percentage van de borstel, zodat de randen niet meer opvallen. Bij het gebruiken van het penseel om de afbeeldingen in elkaar over te laten gaan, zal zwart de bovenste afbeelding verwijderen en de achtergrond laten zien, terwijl wit de achtergrond weer laat zien. 13. **Maak een Aanpassingslaag (Adjustment layer).** Selecteer Laag>Nieuwe Aanpassingslaag en kies Kleurtoon/Verzadiging. Vink Use Previous Layer to Create Clipping Mask aan. Het maken van een Aanpassingslaag is een veilige manier om meerdere wijzigingen aan te brengen aan de afbeeldingen, zonder het risico te lopen eerder werk te verliezen. 14. **Pas de huidskleur aan.** Bij deze stap maak je aanpassingen aan de Kleurtoon/Verzadiging (Hue/Saturation) door te klikken op Afbeelding > Aanpassingen > Kleurtoon/verzadiging. Voer de juiste waarden in de daarvoor bestemde velden in of gebruik de schuifbalken. 15. **Pas de helderheid aan.** Gebruik hiervoor hetzelfde menu als je hebt gebruikt voor het aanpassen van de kleur van het gezicht. 16. **Gebruik het penseel.** Zijn er specifieke details die extra aandacht nodig hebben, gebruik dan het penseel om kleine wijzigingen door te voeren. Bijvoorbeeld: merk je dat de ogen wat flets overkomen, gebruik dan het penseel met een zachte (soft) instelling en speel met de niveaus van helderheid of kleur. 17. **Controleer je voortgang.** Vergelijk de afbeeldingen om na te gaan of het eindresultaat er realistisch uitziet. Is dit niet het geval, dan moet je misschien teruggaan en opnieuw uitlijnen of de randen vervagen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Gezichten-omwisselen-in-Photoshop", "language": "nl"}
Gratis muziek downloaden van iTunes
Tuurlijk, je bent gek op muziek, maar dat betekent nog niet dat je een fortuin wilt uitgeven aan je almaar groeiende collectie. Zou het niet geweldig zijn om af en toe wat gratis te kunnen krijgen? Dat kan! Er ligt, legaal en gratis, allemaal muziek op je te wachten, klaar om mee te nemen – je hoeft alleen maar te weten waar je moet zoeken! 1. **Download de "Single of the Week."** Ga naar de iTunes Store, klik op "Music" in de menubalk bovenin het scherm. Ben je eenmaal daar, kies dan in het menu aan de rechterkant voor "Free on "iTunes." Je komt nu op een pagina waar je de Single of the Week kunt downloaden. Een andere manier om de "Single of the Week" te krijgen is door "Free on iTunes" te kiezen uit het menu "Quick Links" aan de rechterkant van de homepage van de iTunes Store. Op de "Free on iTunes" pagina kun je ook tv-afleveringen, korte films, boeken en apps vinden die gratis verkrijgbaar zijn. 2. **Luister naar op muziek gerichte podcasts.** Muziekpodcasts zijn gelijk aan eerder opgenomen radio-uitzendingen met muzieknummers en commentaar. Soms kun je een podcast vinden zonder commentaar. Ga naar de iTunes Store en klik op "Podcasts" bovenin. Kies "Music" uit het menu en je hebt toegang tot alle gratis muziekpodcasts die iTunes heeft te bieden. Je kunt ook een gratis muzieknummer krijgen via de MP3 of the Day Podcast van AOLMedia. Hiermee krijg je bij elke aflevering een volledig, gratis muzieknummer. Typ de naam van deze podcast in bij de zoekfunctie van iTunes, rechtsboven in de hoek van de podcast-pagina. Je kunt je aanmelden voor een podcast door te klikken op "Subscribe" naast de titel, en de nieuwe afleveringen worden automatisch gedownload. Je kunt ook eerdere afleveringen downloaden, door te klikken op de knop "Free" naast een specifieke aflevering op de homepage van de podcast. 3. **Download gratis muziek van andere bronnen.** iTunes is niet de enige manier om aan gratis muziek te komen. Er zijn verschillende bronnen – ook legaal – om aan muziek te komen. 4. **Een gemakkelijke manier is via torrents.** Hiermee kun je muziek downloaden van een andere gebruiker van de site. 5. **Kijk eens op Jamendo.** Jamendo is een online muziekbron waar duizenden liedjes te vinden zijn om te downloaden, en allemaal volledig legaal. 6. **Haal je muziek van YouTube.** YouTube is een grote bron van media, en als je voorzichtig bent en goed achterhaalt of de bron legaal is, dan is er veel mogelijk.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Gratis-muziek-downloaden-van-iTunes", "language": "nl"}
Een profielfoto verwijderen in Windows 10
Wanneer je in Windows 10 je profielfoto selecteert, verschijnt deze op het inlogscherm, in het Startmenu en diverse andere plaatsen in Windows. Als je helemaal geen profielfoto wilt hebben, moet je deze vervangen door iets anders, zoals het standaard profielpictogram (een silhouet van een persoon). Als je de foto eenmaal hebt vervangen, kun je je oude profielfoto's verwijderen. Deze wikiHow laat zien hoe je de profielfoto in Windows 10 kunt terugzetten naar het standaard profielicoontje en je oude profielfoto's kunt verwijderen. 1. **Klik op Start .** Deze knop bevindt zich meestal linksonder in het scherm. 2. **Klik op je profielicoontje.** Het zou eruit moeten zien als je huidige gebruikersfoto, en staat in de linkerbovenhoek van het Startmenu. 3. **Klik op Accountinstellingen wijzigen.** 4. **Klik op Afbeelding zoeken.** Het staat onder de kop 'Uw afbeelding maken'. Je ziet het dialoogvenster 'Openen'. 5. **Ga naar C:** \ProgramData\Microsoft\User Account Pictures. Hier vind je de standaard gebruikerspictogrammen. Hier volgt een snelle manier om dit te doen: Selecteer deze tekst met je muis: C:\ProgramData\Microsoft\User Account Pictures. Druk op Ctrl+C om het naar je klembord te kopiëren. In de adresbalk bovenin het venster Openen klik je met je muis op het einde van het huidige pad. Dit benadrukt de informatie die al in dat vakje staat. Druk op Ctrl+V om het gekopieerde pad te plakken. Druk op ↵ Enter. 6. **Selecteer user.png en klik op Afbeelding kiezen.** Elk van de bestanden met de naam 'user' zou in orde moeten zijn. Dit vervangt je profielfoto door het standaardprofiel. Je oude foto verschijnt nog steeds in je accountinstellingen. Als je deze volledig van de computer wilt verwijderen, ga dan verder met deze methode. 7. **Druk op ⊞ Win+E om de bestandsverkenner te openen.** Nu gebruik je de bestandsverkenner om je oude foto van de computer te verwijderen. 8. **Plak %appdata%\Microsoft\Windows\AccountPictures in de adresbalk.** Je doet dit net zoals je deed toen je naar de map Gebruikersaccountafbeeldingen in het venster Openen navigeerde. 9. **Druk op ↵ Enter.** Nu zie je al je gebruikersaccount-afbeeldingen. 10. **Selecteer de afbeeldingen die je wilt verwijderen.** Om meerdere foto's te selecteren, houd je Ctrl ingedrukt terwijl je klikt. 11. **Druk op Del op je toetsenbord.** De geselecteerde foto's zijn nu verwijderd van je account. Als je in Windows inlogt met je Microsoft-account, dan kun je je oude profielfoto op sommige locaties nog steeds zien (bijvoorbeeld wanneer je je aanmeldt bij andere Windows 10-computers). Zie de methode 'Een profielfoto van een Microsoft-account verwijderen' om te leren hoe je deze kunt verwijderen. 12. **Open je Windows-instellingen [[Image:** |techicon|x30px|alt=]]. Je vindt deze app onderaan het Startmenu. Als je Windows 10-login verbonden is met je Microsoft-account en je wilt niet dat je oude profielfoto ergens verschijnt, gebruik deze methode dan om de afbeelding te verwijderen van je Microsoft-account. 13. **Klik op Accounts.** Het is het pictogram dat eruitziet als het silhouet van een persoon. 14. **Klik op Mijn Microsoft-account beheren.** Het staat onder je huidige profielfoto. 15. **Log in op je Microsoft-account.** Als je nog niet bent aangemeld op je account, wordt je gevraagd dit nu te doen. Gebruik dezelfde gebruikersnaam en hetzelfde wachtwoord als je gebruikt om je aan te melden bij Windows. 16. **Klik op je profielfoto.** Deze staat linksboven op de pagina. Er verschijnt een grotere versie van je foto. 17. **Klik op Verwijderen.** Het staat in de rechterbenedenhoek van de pagina. Onderaan verschijnt een bevestigingsbericht. 18. **Klik op Ja om dit te bevestigen.** De foto is niet langer gekoppeld aan je account.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-profielfoto-verwijderen-in-Windows-10", "language": "nl"}
Een bonsaiboom snoeien
Een bonsaiboom moet regelmatig gesnoeid worden om de gewenste grootte en vorm te kunnen aanhouden. Er bestaan 2 manieren van snoeien: snoeien voor onderhoud houdt de boom klein en bevordert nieuwe aangroei, en snoeien voor structuur of stijl vormt de boom en verbetert de esthetiek. Ongeacht welke bonsai je hebt en of je voor onderhoud of voor stijl wilt snoeien, je hebt uitsluitend een kritisch oog en een bonsaischaar nodig om van start te gaan. 1. **Verwijder alle onkruid, dode hout en bladeren.** Kijk uit voor onkruid dat in de pot van de bonsai groeit en voor dode twijgen of bladeren op de boom zelf. Trek voorzichtig het onkruid uit en zorg ervoor dat je de wortels van de bonsai niet beschadigt. Verwijder dode twijgen of bladeren van de boom. 2. **Snoei gekruiste en gebroken takken.** Gekruiste takken wrijven tegen elkaar en kunnen wonden veroorzaken waardoor ongedierte in het hout kan kruipen. Gebroken takken of twijgen moeten verwijderd worden zodat de boom alle energie op nieuwe aangroei kan richten. Gebruik een bonsaischaar om gekruiste en gebroken takken vlak boven hun aanhechtingspunt met de stam af te snijden. 3. **Snijd twijgen af zodat ze slechts 3-4 knooppunten hebben.** De knooppunten zijn de plaatsen waar bladeren uit groeien. Eenmaal een twijg 6-8 knooppunten heeft moet je deze afsnijden tot er slechts 3-4 knooppunten resteren. Maak een zuivere insnijding vlak boven de overblijvende knooppunten. Dit zorgt ervoor dat de boom niet te groot wordt en bovendien bevordert het nieuwe aangroei. 4. **Snoei veel in de lente en zomer.** Hoewel bonsaibomen het hele jaar door kunnen worden gesnoeid, moet het meeste snoeiwerk gebeuren wanneer de boom actief groeit tijdens de lente en zomer. Afhankelijk van jouw locatie kan dit tussen maart en september zijn. 5. **Snoei tussen november en februari voor structuur en stijl.** Om ervoor te zorgen dat je de boom niet te veel beschadigt of de groei tegenhoudt, mag je slechts snoeien voor structuur en stijl wanneer de boom in een sluimerperiode zit. Gewoonlijk is dit tijdens de wintermaanden of tussen november en februari. 6. **Snijd de grote takken terug.** Grote takken die uitsteken mogen worden verwijderd, net als takken met onnatuurlijke kronkels en draaiingen of takken die er niet mooi uitzien. Snijd elke tak vlak boven een knooppunt terug zodat het de aanblik van de boom ten goede komt. Gebruik een takkenschaar om een zuivere insnijding te maken. 7. **Dun de kruin en het bladerdak uit.** Snijd de takken of twijgen bovenaan de boom terug om mogelijk te maken dat licht door het bladerdak wordt gefilterd en zo de lagere takken kan bereiken en om het bladerdak te verkleinen tot de gewenste afmetingen. Gebruik een takkenschaar om overwoekerde takken en scheuten af te snijden zodat het bladerdak afgerond en mooi in evenwicht is. 8. **Verwijder scheuten van de boom.** Scheuten zijn kleine uitlopers die uit de basis van de stam of op de takken van de boom kunnen groeien. Deze kunnen met je vingers worden verwijderd om zo het evenwicht en de esthetiek van de boom in stand te houden. Verwijder alle scheuten waarvan je denkt dat deze afbreuk doen aan de algemene aantrekkingskracht van de bonsai. 9. **Draai de knoppen van coniferen af.** Om een meer compacte vorm te krijgen, kun je met je vingers hele naalden wegknijpen waar deze te groot zijn of beginnen te overwoekeren. Draai aan de naalden om deze van de twijgen te verwijderen. Laat 3 naalden op elke tak, maar wees vrij om de rest te verwijderen. Dit zal voor meer takken aan de boom zorgen. 10. **Ontblader bladverliezende bomen nadat de nieuwe aangroei is begonnen.** Door te ontbladeren ontdoe je je van oude, lange bladeren en bevorder je de groei van kleinere en esthetische aangenamere bladeren. Snijd elk blad af bij de basis en laat alleen de steel over. Nieuwe kleinere bladeren zullen in de plaats groeien. Dit is een risicovolle techniek, want wanneer je tijdens de verkeerde periode van het jaar ontbladert dan is het mogelijk dat de boom zich niet meer zal herstellen. 11. **Bedek de insnijdingen met wondpasta.** Breng wondpasta voor bonsai aan op de wonden om te voorkomen dat er sap lekt en om de wondheling te bevorderen. Knijp een kleine hoeveelheid crème op een vinger (in een handschoen) en smeer een dunne laag op elke insnijding. Wondpasta voor bonsai is te vinden bij tuincentra of online. 12. **Geef de bonsai onmiddellijk na het snoeien water.** Het is belangrijk om de bonsai na het snoeien veel water te geven om nieuw aangroei te stimuleren. Zorg ervoor dat je de grond volledig verzadigt wanneer je de boom na het snoeien voor het eerst bewatert. 13. **Geef de boom dagelijks een beetje water.** Je moet slecht onmiddellijk na het snoeien veel water geven. Daarna is een beetje water per dag voldoende. Probeer de grond vochtig, maar niet doorweekt te houden. Een oververzadigde grond kan leiden tot wortelrot, dus zorg ervoor dat je de boom niet te veel water geeft. 14. **Geef om de twee weken een 7-7-7 meststof terwijl de boom actief groeit.** Kies een meststof die speciaal voor bonsaibomen werd ontwikkeld, zoals een 7-7-7 meststof. Gebruik een vloeibare meststof voor kleine bonsai en een korrelige meststof voor grote bonsai. Verdun de meststof tot op halve sterkte of gebruik zoveel als op het etiket wordt aangegeven.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-bonsaiboom-snoeien", "language": "nl"}
Je vriendin een berichtje sturen
Wat moet je zeggen? Hoe moet je flirten? Wat doe je als ze niet meteen reageert? Het kan lastig zijn om te leren hoe je het meisje met wie je verkering hebt berichtjes stuurt. Maar je kunt leren hoe je betere gesprekken begint, en hoe je ze op gang houdt door je vaardigheden bij het sms'en en appen te verbeteren. 1. **Begin met iets specifieks.** Als je een gesprek begint met een meisje via een berichtje, begin dan niet met "hoi" of "hoe gaat ie?" of de kussende emoji. Het is belangrijk om haar iets leuks of interessants te zeggen waarop ze kan reageren, anders raakt ze snel verveeld, en jij ook. Begin altijd met commentaar op iets, een vraag of een observatie. "Waar kan ik kaartjes kopen voor de bus naar de Costa Brava? Ik heb geen zin meer om binnen te zitten en te kijken naar de hond die aan zijn poten likt. Ik maak plannen om te ontsnappen, ga je mee?" "Wie zei er dat ik niet creatief ben? Ik heb net een manier ontdekt om een broodje van friet en rijst te maken. Nu jij!" "De wiskundeleraar blijft maar zaniken over de stelling van Pythagoras. Ik krijg trek in Grieks, zullen we dat eten vanavond?" 2. **Begin over iets dat op dit moment speelt.** "Wat ben jij nu aan het doen?" Als je antwoord wilt en een echt gesprek wilt hebben, kun je beter praten over iets dat nu belangrijk is, in plaats van over iets waar je op ieder moment kunt praten. "Hee, hoe gaat het" telt niet. "Wiskundehuiswerk = slopend. Weet niet of ik het ooit afkrijg. Hoe ver ben jij? Kun je helpen met nummer vijf?" "Training is afgelopen. Ik weet zeker dat mijn moeder is vergeten om me op te halen. Denk dat ik nu op deze parkeerplaats moet blijven wonen". "Snel: NPO2. Dat meisje dat bij ons in de klas zit bij Biologie wordt geïnterviewd en ze staat enorm voor paal". 3. **Stuur een lief berichtje.** Als je je vriendin berichtjes stuurt, mag je best een beetje flirten. Je hoeft het niet te overdrijven, maar als je weet hoe je haar een beetje op kunt winden is dat altijd goed. "Ik loop nu voorbij het park. Ik denk aan de keer dat we bij de schommels hebben gezoend. Ik mis je". "Ik zag net een paartje eenden samen rondwaggelen. Maar ze zijn lang niet zo schattig als wij samen ;)". "Ik heb zaterdag vrij. Ik kan de hele dag bij jou zijn. Wat zullen we gaan doen?" 4. **Stel open vragen.** Vragen zijn altijd goed om een gesprek mee te beginnen. Maar stel geen vragen die met maar een woord beantwoord kunnen worden, zeker niet met "ja" of "nee". Verleid haar tot een gesprek door vragen te stellen waar ze wat langer over na moet denken. Vraag niet: "Wat ben je aan het doen?" maar: "Waar denk je aan?" Vraag niet: "Was het leuk op school?" maar: "Wat vond jij van de toets van vandaag?" of "Wat was het zwaarst op de training?" Vraag niet: "Hou je van Italiaans eten?" maar: "Wat vind jij van Italiaans eten?" Ondervraag haar niet, en stel geen ongepaste vragen. 5. **Stuur haar een link of een foto.** Je hoeft niet altijd woorden te sturen om een gesprek te beginnen. Als je een leuke foto ziet, stuur die dan naar haar met een grappig onderschrift, of vraag wat ze ervan vindt, om het gesprek op gang te brengen. Als je iets geks ziet, zoals een duif met zijn hoofd in een patatzak, maak daar dan een foto van en stuur hem op met een onderschrift als: "Ik weet niet precies wat hier gebeurt, maar is het gek dat ik een beetje jaloers ben op die duif?" Als je net iets grappigs hebt gelezen, kun je haar een berichtje sturen met de link er naartoe en jouw mening erover. Dan kunnen jullie nadat ze het heeft gelezen daarover praten. Wees voorzichtig met het sturen van foto's. Stuur nooit ongevraagd naaktfoto's naar een meisje. 6. **Geef haar iets waarop ze kan reageren.** Gesprekken zijn net als planten, je moet ze water geven anders drogen ze op en gaan ze dood. Je moet het meisje iets geven om op te reageren, anders bloedt het gesprek dood. Als je reageert op iets dat zij heeft gezegd, vermijd dan flauw commentaar of antwoorden die bestaan uit één woord zodat het gesprek gaande blijft. Als ze vraagt: "Wat doe je", zeg dan niet: "Niks" of "Gewoon chillen". Wees specifiek en geef haar luchtige details: "Ik help mijn vader met het uitzoeken van vreemde auto-onderdelen in de garage. Het is net een avontuur van Indiana Jones. En jij?" Als ze iets grappigs schrijft, kun je best even snel "haha" of "lol" schrijven, maar het is veel beter om echt te reageren op wat ze zegt. Als ze een hilarische foto stuurt van een buldog op een waterglijbaan, lach dan en zeg vervolgens "Die hond is mijn gidsdier" of "Het lijkt ineens alsof ik heel dicht bij je ben". 7. **Reageer op de dingen die ze zegt.** Ook al stelt ze je niet direct een vraag, of zegt ze niet iets heel interessants, moet je toch proberen om zo te reageren dat je het gesprek weer aanwakkert. Blijf reageren zodat zij ook blijft praten. Laat haar over zichzelf vertellen en wees een goed luisteraar terwijl jullie praten via sms of WhatsApp. Als ze zegt: "School was zo saai vandaag", reageer daar dan op. Zeg: "Wat was het allersaaist?" of: "Maar wat was het spannendste wat er op die saaie dag is gebeurd?" Laat haar praten door vragen te stellen. Als ze heel gesloten is, en ze zegt alleen maar "lol" of iets dergelijks, kun je het gesprek misschien beter beëindigen, in plaats van er zelf veel energie in te steken. Misschien is ze ergens door afgeleid, of heeft ze niet zo'n zin om te kletsen. Word niet boos, maar praat gewoon op een ander moment. 8. **Plaag haar om te flirten.** Uit onderzoek blijkt dat we ons eigenlijk aangetrokken voelen tot plagen, omdat het een soort elektrische energie in het gesprek brengt. Als je de spanning een beetje wilt opvoeren, kun je haar een beetje plagen (wel lief blijven), zodat de berichtjes spannender worden. Als ze net een paar selfies op Facebook heeft gezet kun je haar een berichtje sturen met: "Net al die selfies bekeken. Ik ga raden wat jij dacht toen je ze nam. Bij de eerste dacht je: "Deze spiegel is ZO vies". 9. **Hou het luchtig.** Berichtjes zijn geweldig voor korte, luchtige gesprekken, niet voor diepe gesprekken over jullie relatie. Als je niet weet waar je het over moet hebben, maak dan grapjes en hou het bij leuke onderwerpen. Praat over een van de volgende dingen: Grappige dingen die je hebt gelezen of gezien op internet Domme dingen die je iemand hoorde zeggen Ironische dingen die jou zijn overkomen Je broers, zussen, huisdieren of familie Leuke plannen voor de toekomst, of een afspraakje dat jullie net hebben gehad 10. **Zorg ervoor dat het een gepaste tijd is om een berichtje te sturen.** Jij hebt misschien zin om te kletsen, maar je vriendin zit wellicht in de klas, bij haar familie of in de bibliotheek. Je stoort iemand in het echte leven ook niet als ze deze dingen doen, dus stuur haar geen berichtje als je weet dat ze het druk heeft. Stuur 's avonds laat geen berichtje, en ook niet als je denkt dat ze aan het rijden is. Als ze jou een berichtje stuurt terwijl je druk bezig bent, reageer dan niet, of zeg dat je haar later een berichtje terugstuurt. 11. **Schrijf hele woorden.** Je hoeft niet te schrijven alsof je een roman schrijft, maar het is wel belangrijk dat je spelling (meestal) goed is, zodat je vriendin het goed kan lezen. Neem de tijd om volledige zinnen te schrijven. Hoewel het jou misschien niet kan schelen, knappen sommige mensen af op dingen als "me" in plaats van "mijn". 12. **Wacht op een antwoord voordat je meer schrijft.** Het kan zenuwslopend zijn om te wachten tot ze klaar is, maar het is belangrijk dat je haar de tijd geeft om te reageren voordat je nog meer berichtjes stuurt. Dat kan agressief en ongeduldig overkomen. Neem ook niet aan dat ze altijd maar op haar telefoon kijkt en meteen kan antwoorden. Stuur haar niet te vaak een berichtje. Hou de verhouding 1:1. Bewaar ook wat onderwerpen voor als je haar in het echt ziet. Als ze niet meteen reageert op je berichtje, of als ze geen interessant antwoord geeft, stuur dan niets meer. Stuur nooit boze berichten en haal niet naar haar uit. 13. **Reageer op haar berichtjes als je die ontvangt.** Als ze je iets schrijft of een vraag stelt, reageer dan als je iets te zeggen hebt. Het is niet leuk om spelletjes te spelen door expres laat te reageren. Reageer gewoon zodra je ziet dat ze iets heeft geschreven, en probeer een gesprek te beginnen. Als ze je een vraag stelt en je hebt niet meteen een antwoord, reageer dan wel op haar bericht. Als ze zegt: "Vrijdag samen eten?", schrijf dan "Klinkt leuk! Maar ik moet even in mijn agenda kijken straks. Ik kom er later op terug". Laat haar niet wachten. 14. **Gebruik af en toe een emoji om je bedoelingen duidelijk te maken.** Soms kunnen woorden lastig geïnterpreteerd worden, en lijkt je berichtje agressiever dan je het bedoelt. Dan kun je een emoji gebruiken zodat het beter overkomt. "Wat ben je aan het doen?" of "Waar ben je?" kan een beetje bezitterig klinken in een berichtje. Maar "Ben je al onderweg? :-)" is een stuk vriendelijker. Emojis kunnen leuk zijn, maar gebruik ze niet te vaak. Het is een beetje raar als je het duiveltje en de lachende drol tegelijk stuurt als je vriendin vraagt wat je aan het doen bent. 15. **Beëindig het gesprek positief.** Alle gesprekken doven langzaam uit. Hoewel het niet erg is om stil te zijn als je in het echt bij elkaar bent, moet je bij het versturen van berichtjes het gesprek duidelijk afsluiten. Het kan gek zijn als een van de twee gewoon niet meer reageert, dus beëindig het gesprek op een positieve manier. Als je haar aan het lachen hebt gemaakt, zeg dan dat je nu echt weg moet, en maak plannen om later verder te praten. "Ik moet nu gaan eten. Spreek je later?" Zorg ervoor dat ze meer van je wil.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-vriendin-een-berichtje-sturen", "language": "nl"}
Je voorbereiden op een sollicitatiegesprek
Als je zenuwachtig bent over een sollicitatiegesprek, probeer het dan te beschouwen als een gelegenheid om een verbetering aan te brengen in je leven. Als je van tevoren onderzoek doet en zelfverzekerd de vragen beantwoordt die je worden gesteld, dan ben je op weg naar het binnenhalen van de baan van je dromen. Hoe dan ook, het is een geweldige sollicitatie-ervaring en een mogelijkheid om het de volgende keer beter te doen. 1. **Doe onderzoek naar het bedrijf.** Het eerste wat je moet doen nadat je bent uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek is onderzoek doen naar het bedrijf. Ontdek wat de missie is van het bedrijf, hoe lang het al bestaat, hoeveel werknemers het heeft en wat je positie zou zijn als je de baan krijgt. Als het bedrijf een motto heeft, onthoud die dan. Zorg ervoor dat je er zo veel over weet als je kunt, zodat je indruk kunt maken op de interviewers en laten zien hoe belangrijk je het vindt. Je kunt tijdens het sollicitatiegesprek aantonen dat je kennis van zaken hebt. Je kunt iets zeggen als, 'Ik heb alles gelezen over uw missie en ik denk dat het kosteloos willen opleiden van de hele wereld een geweldig doel is.' Laat ook zien dat je weet wat de positie met zich meebrengt. Als je de kwaliteiten kent waar de interviewers naar op zoek zijn, dan zal het gemakkelijker worden om jezelf te verkopen en aan te tonen dat je daarover beschikt. 2. **Doe onderzoek naar je interviewers als je kunt.** Heb je een paar minuten om je interviewers op te zoeken, waar ze hebben gestudeerd, waar ze eerder hebben gewerkt, of iets anders over hen, dan heb je een voorsprong tijdens de sollicitatieprocedure. Hoewel je niet hoeft te vermelden dat je hen op internet hebt nagetrokken tenzij ernaar gevraagd wordt, kunnen een paar dingen die jullie wellicht met elkaar gemeen hebben, zoals bijvoorbeeld dat jullie vijf jaar geleden bij hetzelfde bedrijf hebben gewerkt, in je voordeel werken. Je kunt hun LinkedIn-profielen of hun profielen op andere professionele netwerken bekijken om nog meer informatie te verkrijgen. Word echter niet te persoonlijk. Je hoeft niet iets te noemen wat je op de Facebookpagina van de interviewer hebt gevonden. 3. **Bereid je voor op het beantwoorden van algemene vragen.** Hoewel elk sollicitatiegesprek anders is, zijn er bepaalde vragen die interviewers vaak stellen, en het is goed om op sommige antwoorden voorbereid te zijn zodat je niet onvoorbereid bent of verrast wordt. Hier zijn enkele vragen die je snel moet kunnen beantwoorden: 'Wat zijn je sterkste punten?' Kies een of meer sterke punten die illustreren waarom je een goede match zou zijn voor de positie, en bied concrete details die aangeven waarom je dat sterke punt zou hebben. Zorg ervoor dat het relevant is voor de baan. 'Wat zijn je grootste zwakheden?' Zeg niet iets als 'Ik werk te hard' — iedereen heeft die wel eens eerder gehoord! Kies in plaats daarvan een zwakte die niet super belangrijk is voor de positie en laat zien dat je bezig bent om dat punt te verbeteren. Zeg iets als, 'Mijn grootste zwakte met onderwijs is timemanagement. Ik raak zo enthousiast over al het materiaal dat ik soms te veel nieuw materiaal in één les probeer te proppen. Maar ik heb geleerd elke les op te delen in intervallen van vijf minuten en zorg ervoor alleen dat te behandelen wat de leerlingen aankunnen binnen een lesperiode.' 'Waarom wilt je bij dit bedrijf werken?' Vertel de interviewers niet dat je daar wilt te werken omdat dit het enige bedrijf is dat je heeft gevraagd voor een sollicitatiegesprek. Wijs daarentegen op verschillende dingen die je geweldig vindt aan het bedrijf en wees daarin zo gedetailleerd mogelijk; maak verder duidelijk waarom je denkt dat je er zou passen en wat je zou kunnen bijdragen aan hun team. 4. **Bereid in ieder geval twee vragen voor die je wilt stellen.** Aan het einde van de meeste sollicitatiegesprekken, zal je potentiële werkgever vragen of jij zelf nog vragen hebt. Je moet ten minste een handvol vragen voorbereiden en op dat moment degene kiezen die het meest relevant zijn; hieruit blijkt dat je je onderzoek hebt gedaan en enthousiast bent over de positie. Als je alleen maar wat glimlacht en zegt dat je verder geen vragen hebt, dan lijkt het alsof de functie je niet veel kan schelen. Hier volgen enkele vragen die je kunt stellen: Vraag over een aspect van de baan waar je graag meer over wilt weten Vraag hoe je dagelijks leven binnen die functie eruit zou zien, zoals hoeveel tijd je zou besteden samen met andere collega's Vraag wat hun favoriete deel is van het werken voor dit bedrijf Vraag naar andere manieren waarop je kunt participeren binnen het bedrijf, naast de functie. Bijvoorbeeld als je solliciteert op een baan als onderwijzer op een middelbare school, kun je vragen of er buitenschoolse activiteiten zijn waar je aan kunt deelnemen. 5. **Oefen met een vriend.** Als je graag vol zelfvertrouwen dat sollicitatiegesprek wilt aangaan, dan kun je vooraf oefenen met een vriend(in) of zelfs met iemand die alles weet over je vakgebied. Dit kan helpen om je antwoorden zelfverzekerd te geven, te oefenen op de juiste lichaamstaal en zeker te zijn over wat je te bieden hebt. Dit is ook een geweldige manier om af te komen van die zenuwen voor een sollicitatiegesprek en om je het vertrouwen te geven dat je voor het gesprek nodig hebt. Je kunt je zelfs omkleden voor het oefeninterview, zodat je niet meteen nerveus wordt wanneer je je omkleedt voor het sollicitatiegesprek. Laat de ander je een eerlijke beoordeling geven van wat je in het daadwerkelijke sollicitatiegesprek beter zou kunnen doen. Zorg er wel voor dat de ander je meer complimenten geeft dan kritiek, zodat je je aangemoedigd voelt. 6. **Bereid je erop voor om uit te kunnen leggen waarom je een geschikte kandidaat zou zijn voor het bedrijf.** Wat je ook moet doen is duidelijk maken waarom je goed binnen het bedrijf zou passen. Ga na hoe de medewerkers van het bedrijf zijn en wat het bedrijf het belangrijkst vindt als het gaat om de functie die je wilt hebben; gebruik modewoorden om duidelijk te maken waarom je over die kwaliteiten bezit en waarom je een perfecte match zou zijn voor de baan. Hier zijn enkele dingen die je kunt zeggen: 'Ik weet dat sterke communicatievaardigheden essentieel zijn voor deze positie, en het zou mij bijzonder liggen vanwege mijn jarenlange managementervaring, opleiding en ervaring met inhuren van personaal. Ik heb jaren gecommuniceerd met medewerkers, klanten en managers en heb geleerd hoe om zowel positieve feedback te geven als met respect voor de ander bespreken wat er zou kunnen verbeteren.' 'Ik ben enthousiast over alle samenwerking die de positie vereist. Ik heb met succes in teams gewerkt en met veel collega's samengewerkt binnen mijn huidige functie, en ik zou die ervaring graag meenemen naar dit bedrijf.' 7. **Zorg dat je alle bescheiden bij je hebt.** Het is belangrijk om alles wat je nodig hebt klaar te leggen de dag voorafgaand aan het sollicitatiegesprek, zodat je niet op het allerlaatste moment nog voorbereidingen moet treffen voor de grote dag. Je zult waarschijnlijk je CV en sollicitatiebrief mee moeten nemen als referentie, evenals eventuele andere aanvullende materialen waarvan je denkt dat het de interviewers een beter idee zal geven van wie je bent en wat voor werk je doet. Als je bijvoorbeeld solliciteert op een baan in het onderwijs, dan kun je een oude syllabus meenemen om het soort werk aan te geven dat je kunt doen. 8. **Kleed je zakelijk.** Als je een goede indruk wilt maken, dan zal je om te beginnen je zakelijk moeten kleden. Als dat inhoudt dat je wat geld moet besteden aan outfit die passend is voor je werk, dan zal je een keuze moeten maken -- één goede outfit voor bij een sollicitatiegesprek kan je echt helpen om de baan van je dromen te krijgen. Zelfs indien het bedrijf meer informeel is, moet je het zekere voor het onzekere nemen en wellicht wat te netjes gekleed gaan – dat is veel beter dan er casual uitzien terwijl je interviewers formeel gekleed gaan. Vergeet ook niet om jezelf goed te verzorgen en aandacht te besteden aan je hygiëne. Als je niet de tijd en moeite in je verschijning hebt gestoken, zal het te zien zijn. Probeer je outfit op zijn minst een paar dagen vóór het gesprek aan, om er zeker van te zijn dat het je past en dat er niets mis mee is. Je wilt niet een uur voor het sollicitatiegesprek ontdekken dat het prijslabel er nog aan vastzit. 9. **Zorg dat je ten minste 10 minuten te vroeg bent.** Hiermee geef je aan dat je stipt bent en de baan echt graag wil. Daarnaast geldt dat, als je haastig binnen komt lopen vlak voordat het gesprek gaat beginnen, je geen tijd meer hebt om op adem te komen en je te ontspannen. Als je potentiële werkgevers merken dat je zelfs niet op tijd kunt komen voor een sollicitatiegesprek, dan zullen ze waarschijnlijk denken dat de kans groot is dat je ook niet op tijd op je werk zult verschijnen. Zelfs al ben je echt vroeg, gooi dan toch je Starbucks-koffie weg voor je naar binnen gaat. Met koffie binnenkomen laat een veel te informele benadering zien van het gesprek. Als je een half uur te vroeg bent, wacht dan buiten of in de auto. Het is niet de bedoeling om veel te vroeg binnen te komen waardoor uiteindelijk de interviewers zenuwachtig worden omdat ze niet klaar voor je zijn. 10. **Stel jezelf zelfverzekerd voor.** Wanneer je de kamer binnenloopt, maak jezelf dan lang, maak oogcontact, tover een glimlach op je gezicht en geef je interviewers een stevige handdruk, zeker wanneer je jezelf voorstelt. Loop met een zelfverzekerde tred en vermijd friemelen of rondkijken door de kamer; vergeet niet dat je slechts één kans hebt om een eerste indruk te maken, en je wilt die kans niet laten lopen. Je kunt iets simpels zeggen als, 'Ik ben Susan. Bedankt dat u de tijd wilt nemen voor dit gesprek.' 11. **Wees welbespraakt bij het beantwoorden van vragen.** Spreek zo duidelijk en zelfverzekerd mogelijk en maak oogcontact bij het overbrengen van je gedachten en ideeën. Probeer stopwoordjes als 'eigenlijk' of 'uhm' te vermijden en focus op het duidelijk maken wat je bedoelt, zelfs als dat betekent dat je even pauzeert om na te denken. Het belangrijkste ding is dat je vol zelfvertrouwen spreekt en dat het klinkt alsof je echt meent wat je zegt. Door hardop te oefenen op wat je wilt gaan zeggen, kun je het zelfvertrouwen opbouwen dat je nodig hebt tijdens je sollicitatiegesprek. Dat gezegd hebbende moet je ervoor zorgen dat je woorden natuurlijk en niet ingestudeerd klinken. 12. **Vermijd het overdreven delen van persoonlijke informatie.** Hoewel je het gevoel kunt hebben dat de interviewers je echt mogen en dat ze de beste maatjes lijken te zijn, moet je vermijden om overdreven persoonlijke informatie over jezelf te noemen. Praat niet over je partner, je kinderen of problemen thuis; het lijkt anders alsof je niet op de baan gericht en onprofessioneel bent. Natuurlijk kun je, als je ziet dat de interviewer een grote poster van je favoriete sportteam in zijn kantoor heeft opgehangen daar wel een opmerking over maken in het voorbijgaan, maar wordt niet veel persoonlijker dan dat. 13. **Vergeet niet om je interviewers ieder te bedanken.** Wanneer het sollicitatiegesprek voorbij is moet je laten merken dat je dankbaar bent voor het feit dat je interviewers de tijd hebben genomen om met je in gesprek te gaan, en je de kans hebben gegeven om over je vaardigheden en kwalificaties te praten. Geef bij het verlaten van de kamer je interviewer opnieuw een hand en zorg ervoor dat je diegene in de ogen kijkt en een oprechte glimlach schenkt, waarna je afsluit met een bedankje; hieruit blijkt dat je attent bent en echt dankbaar bent voor de geboden gelegenheid. Zeg iets eenvoudigs als, 'Heel erg bedankt voor dit gesprek. Dit is een prachtige kans en ik waardeer het zeer.' Loopt het gesprek af, dan kun je ook nog vragen wanneer je een reactie kunt verwachten en wat de volgende stappen zijn. Zij horen je daarover te informeren. 14. **Wat je niet moet doen.** Er zijn een paar dingen die je koste wat het kost moet vermijden wanneer je een sollicitatiegesprek aangaat. Veel mensen weten niet dat een paar onschuldige opmerkingen een grote rode vlag kunnen zijn voor de interviewer. Kies je woorden zorgvuldig en zorg ervoor dat je een indruk geeft van een respectvolle, harde werker die echt enthousiast is over de functie. Hier zijn enkele dingen die je moet vermijden: Vraag niet naar de extraatjes van de baan voordat je een aanbod hebt gekregen. Anders zal het overkomen alsof je meer geïnteresseerd bent in vakantiedagen dan werken. Heb het niet over die talloze andere, mislukte pogingen die je hebt gedaan om ergens uitgenodigd te worden voor een sollicitatiegesprek. Zorg dat het overkomt alsof je deze specifieke functie graag wilt krijgen. Zeg niets waaruit blijkt hoe weinig je weet over het bedrijf of hoe weinig onderzoek je hebt gedaan. Zorg ervoor dat je potentiële werkgevers zien dat je het bedrijf echt de moeite waard vindt. 15. **Praat niet negatief over je huidige baan of werkgever.** Zelfs niet als je huidige baas een onbeleefde, kleingeestige, onachtzame, neerbuigende klier is en je taak geestdodend, en je voelt je daar volledig niet op je plek. Zeg liever iets als, 'Ik heb een heleboel geweldige ervaringen opgedaan binnen mijn huidige baan, maar ik ben klaar voor een nieuwe uitdaging.' Als je vreselijke dingen over je baan of baas gaat zeggen, kunnen je potentiële toekomstige werkgevers denken dat dit in de toekomst kan omdraaien waardoor je hetzelfde over hen gaat zeggen. Je wilt de indruk geven van een ontspannen, aangename persoon die gemakkelijk is om mee te werken. Zelfs als je conflicten op het werk niet jouw schuld zijn, dan nog wil je niet de indruk geven van iemand die moeilijk is om mee te werken. 16. **Neem weer contact op.** Zodra het sollicitatiegesprek verleden tijd is, moet je de interviewer een korte e-mail sturen waarin je hem of haar nogmaals bedankt voor de moeite om met je in gesprek te gaan, en geef je nogmaals je interesse aan in de functie. Door de tijd te nemen voor een dergelijk kort bericht aan je interviewer, laat je zien dat je de procedure serieus neemt en dat je benieuwd bent wat de volgende stappen zullen zijn. Bovendien doet niet iedereen dit, dus zal je boven het maaiveld uitsteken als persoon die echt enthousiast is over de baan. 17. **Een geslaagd sollicitatiegesprek via Skype houden.** De truc om te slagen voor een Skype-interview is om die net zo serieus te behandelen als een echt sollicitatiegesprek, ook al ontmoet je de ander niet persoonlijk. Als je echt wilt slagen, kleed je dan alsof je naar een echt sollicitatiegesprek gaat, leg een kopie van je CV en sollicitatiebrief op je bureau, en zorg ervoor dat je op een rustige plek bent met een goede internetverbinding. Kies een locatie met vleiende verlichting zodat je interviewers je goed kunnen zien en je gezichtsuitdrukkingen kunnen lezen. Sluit je e-mailvenster en andere vensters die je zouden kunnen afleiden tijdens het sollicitatiegesprek. Geef al je aandacht aan de persoon die met je praat. Controleer of je microfoon en videochat werken. Oefen voor het gesprek door de dag ervoor te chatten met een vriend, zodat je zeker weet dat je geen technische problemen zult krijgen wanneer het moment daar is. 18. **Een geslaagd telefonisch sollicitatiegesprek houden.** Veel bedrijven houden eerst een telefonisch sollicitatiegesprek, om een beter gevoel te krijgen wie topkandidaten zijn voordat ze iemand uitnodigen voor een persoonlijk sollicitatiegesprek. Dit bespaart hen tijd en geeft een betere indruk van elke kandidaat. Je dient een dergelijk sollicitatiegesprek net zo serieus te nemen als een echt sollicitatiegesprek. Zorg dus dat je notities voor je hebt, goed gekleed bent en een rustige plek opzoekt met een goede ontvangst, zodat je een zinvol telefoongesprek kunt voeren. Zorg ervoor dat je professioneel bent en beleefd blijft. Wees niet slordig, alleen maar omdat je via de telefoon praat. Vergeet niet dat, aangezien je interviewer geen visuele aanwijzingen heeft, je extra je beste moet doen om met woorden een beeld te geven van wie je bent. Zorg dat je een lijst met relevante modewoorden klaar hebt liggen, als je denkt dat die kunnen helpen. 19. **Slagen voor een groepssollicitatie.** Af en toe kan je worden uitgenodigd om een sollicitatiegesprek bij te wonen in een groep, zodat je interviewers met meer kandidaten tegelijk kunnen praten en een beter gevoel krijgen over hoe je met andere mensen omgaat. De truc van het slagen voor dergelijke gesprekken is assertief genoeg zijn, om de interviewers een idee te geven van wie je bent, terwijl je ook aangeeft dat je attent bent tegenover anderen en goed in een team kunt werken. Probeer niet andere sollicitanten naar beneden te halen om er zelf goed uit te komen. Wees in plaats daarvan vriendelijk en ondersteunend naar hen, terwijl je ondertussen duidelijk maakt dat je de beste kandidaat bent voor de baan. Zijn er groepsactiviteiten tijdens het sollicitatiegesprek, probeer dan om een leidende positie in te nemen terwijl je ervoor zorgt dat je niet bazig overkomt en de andere interviewers verhindert iets bij te dragen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-voorbereiden-op-een-sollicitatiegesprek", "language": "nl"}
Je zakelijk kleden
Je zakelijk kleden is een voorwaarde voor succes op je werk. Hoe je je kleedt zegt iets over jouw professionaliteit. Een onverzorgd uiterlijk kan een carrièrebreker zijn. Hoewel elk bedrijf zijn eigen geschreven en ongeschreven regels heeft wat betreft kleding, zijn er bruikbare uitgangspunten die in het algemeen goed zijn om te volgen. 1. **Pas je kleding altijd aan aan jouw organisatie.** Sommige organisaties hebben officiële kledingvoorschriften, waarin bepaald is wat voor kleding toegestaan is en wat niet. In andere organisaties gelden geen officiële voorschriften, maar dat betekent niet dat er geen ongeschreven regels zijn. Je kunt in die situatie jouw kledingkeuze het best afstemmen op wat je collega’s dragen. Zakelijke kleding wordt vooral gewaardeerd in hogere functies en bij functies waarbij er klantcontact is maar waarbij je geen uniform hoeft te dragen. Denk bijvoorbeeld aan managers, advocaten en overheidsvertegenwoordigers. Ook gelden zakelijke kledingvoorschriften in bedrijven die een formele uitstraling willen hebben, zoals banken. Sommige van die bedrijven hebben naast de reguliere zakelijke kleding, een ‘casual Friday’, waarbij op vrijdagen meer informele kleding toegestaan is. Let erop dat ‘informeel’ in die situatie niet grenzeloos is; je kleding moet nog steeds voldoende zakelijk zijn. Met ’business casual’ wordt een kledingstijl bedoeld die niet enorm formeel is, maar nog steeds voldoende zakelijk. Hieronder wordt dieper ingegaan op wat business casual betekent. Galakleding of avondkleding (‘black tie’) wordt alleen gebruikt voor speciale gelegenheden zoals bij de uitreiking van een belangrijke prijs of bij een gala. Bij een dergelijke gelegenheid wordt voor mannen veelal een smoking voorgeschreven en voor vrouwen een galajurk of avondjurk. Normaal gesproken geldt dat, hoe hoger en beter betaald jouw functie is, hoe formeler je je moet kleden. Hierop zijn uitzonderingen, die sterk afhangen van de sector. Zo kan het zijn dat een directeur van een softwarebedrijf zich minder formeel kleedt dan een stagiair van een advocatenkantoor. Sommige functies hebben een uniform. Als dat op jouw functie van toepassing is, dan krijg je daarover van je werkgever strikte voorschriften. Er bestaat dan geen discussie over wat je wel en niet mag dragen. Dit geldt bijvoorbeeld voor beroepen als verpleegkundige, brandweerman, kassière en badmeester. 2. **Ken jouw bedrijfscultuur.** Wat ‘zakelijk’ is, hangt sterk af van de cultuur van jouw organisatie. Dat maakt het er niet eenvoudiger op als je ’s ochtends voor de kledingkast staat. Met de uitgangspunten die hierboven beschreven worden kom je een heel eind, maar per bedrijf kunnen er belangrijke nuances zijn. Dit heeft vaak te maken met de specifieke uitstraling die een bedrijf wil hebben, of met het product van het bedrijf. Op een reisbureau kun je je vaak uitbundiger kleden dan bij veel andere bedrijven, als jouw kleding een vakantiegevoel uitstraalt. Sportkleding is voor de meeste bedrijven te informeel. Maar als jouw bedrijf in de sportsector zit, kan het vaak weer wel. Let in dat geval wel op de locatie: een voetbalshirt dragen van een andere club dan het thuisteam is nooit verstandig. Bedrijven in de creatieve sector staan vaak meer informele kleding toe dan bedrijven in andere sectoren. 3. **Houd rekening met het seizoen.** Zakelijke kledingvoorschriften bewegen vaak mee met de seizoenen. In klimaten waar de seizoenen niet veel van elkaar verschillen geldt dat minder, maar met wisselende seizoenen zoals in Nederland en België zie je in de zomer andere kleding op je werk dan in de winter. Je kunt dan onderstaande vuistregels aanhouden: Linnen kleding wordt alleen gedragen in de zomer. Wollen kleding is alleen geschikt voor de winter. In de lente en de herfst zijn laagjes handig. Met lagen kleding kun je gedurende de dag je kleding aanpassen aan de temperatuur. Een mooi jasje over een bloes kun je uitdoen als het in de loop van de dag warmer wordt, en met een dikke panty kun je ook op koude dagen een rok dragen. Houd er rekening mee dat in de meeste organisaties je maar een beperkte hoeveelheid bloot mag laten zien. Spaghettibandjes of een korte broek worden meestal niet gewaardeerd. Als je meerdere lagen kleding aanhebt en je doet een laag uit, let er dan op dat je niet te bloot bent. Als je een mouwloos shirt aanhebt onder je jasje, en op jouw werk blote schouders niet toegestaan zijn, dan heb je pech. Kijk op modewebsites welke kleuren in de mode zijn. Kleding die op de catwalk gedragen wordt is in het algemeen niet geschikt voor op je werk, maar de kleuren op de catwalk zie je wel terug in de winkel, en dus ook op kantoor. 4. **Weet welke kleuren je kunt dragen.** Geen enkele kleur is bij voorbaat uitgesloten, maar neutrale kleuren zijn normaal gesproken formeler en zakelijker. Een zakelijk pak is vaak zwart, grijs, beige of donkerblauw, voor zowel mannen als vrouwen. Overhemden en bloezen zijn vaak lichter: wit, gebroken wit of een andere lichte tint. Dit beperkte aantal kleuren klinkt misschien saai, maar het zorgt voor een kledingcollectie waarin je gemakkelijk kledingstukken af kunt wisselen. Als al je zakelijke kleding afgestemd is op zwart, wit en beige, past vrijwel alles bij elkaar. Accessoires in opvallende kleuren (stropdas, schoenen, sjaal) kunnen vaak wel, maar het is veiliger om voor subtiele accessoires te kiezen. Meerkleurige overhemden kunnen, als het een bescheiden of traditionele kleurencombinatie is. Deze richtlijnen zijn voor mensen die zich zakelijker moeten kleden. Heldere en meer gevarieerde kleuren kunnen heel geschikt zijn, afhankelijk van je beroep en de totale uitstraling van je outfit. Bij twijfel kun je beter voor conservatieve kleuren kiezen. 5. **Let op je collega’s.** Als je twijfelt over hoe formeel of informeel je je kunt kleden, let dan eens op wat je collega’s dragen. In het algemeen is het beter om iets te formeel gekleed te zijn, dan iets te informeel. Een vergelijking met collega’s is niet altijd mogelijk. Bijvoorbeeld voor je eerste werkdag in een nieuwe baan, of als je naar een evenement gaat. Je kunt dan op internet zoeken naar foto’s van het bedrijf waar je gaat werken, of van eerdere edities van het evenement. Kijk wat voor kleding de mensen op die foto’s aanhebben, en kies dezelfde stijl voor jouw kleding. Pas op bij evenementen waarbij de activiteiten divers zijn. Op een congres met een overnachting bijvoorbeeld, kan het zijn dat je overdag geacht wordt een pak te dragen, terwijl je ’s avonds aan de bar prima een nette spijkerbroek kunt dragen. 6. **Let op je uiterlijke verzorging.** Met de juiste kleding alleen ben je er niet. Als je niet op je uiterlijke verzorging let, kom je niet professioneel over. Zorg dat het hele plaatje klopt: kleding, kapsel, hygiëne. Douche dagelijks. Douche jezelf ’s ochtends voor je naar je werk gaat. Gebruik deodorant. Zorg dat je haar goed zit. Voor de heren: als je een baard of snor hebt, zorg dan dat je deze regelmatig bijwerkt. Een stoppelbaard is in het algemeen niet oké. Voor de dames: als je een rok of jurk draagt, zorg dan dat je benen geschoren zijn. Zorg dat je niet uit je mond ruikt. Poets je tanden en je tong, en gebruik zo nodig ademverfrissers. Voor dames: hou de hoeveelheid make-up die je gebruikt beperkt. 7. **Zakelijke kleding is conservatief en van goede kwaliteit.** De details veranderen met de mode, maar de kern van echt zakelijke kleding is al tientallen jaren hetzelfde. Een zakelijke stijl is makkelijker dan business casual, omdat de uitgangspunten steeds hetzelfde zijn. Zowel mannen als vrouwen dragen een pak, vaak in neutrale kleuren (zie voor de kleuren hierboven). In het algemeen dragen mannen en vrouwen het volgende: Mannen: Een zakelijk pak, net overhemd, nette schoenen, stropdas. Vrouwen: Een zakelijk broekpak of mantelpak, nette bloes, nette schoenen. Een nette, conservatieve jurk kan vaak ook. 8. **Draag een pak van goede kwaliteit.** Een pak moet perfect passen. Laat zo nodig een pak op maat maken. Een zakelijk pak is effen of heeft een krijtstreep. Een rok of jurk komt tot op de knieën en mag niet te strak zijn. 9. **Kies de juiste bovenkleding.** Een overhemd is effen of heeft een bescheiden streepje, moet goed passen en is gestreken. Lange mouwen zijn zakelijker dan korte mouwen. Korte mouwen zijn met warm weer vaak toegestaan als alternatief voor lange mouwen. Let hierbij op wat je collega’s doen; als niemand korte mouwen draagt, doe dat dan ook niet. Dames kunnen een mouwloze jurk dragen met een bijpassend jasje. Draag nooit een tanktop, strapless kleding of kleding met spaghettibandjes. Voor de heren: let erop dat je stropdas bij je overhemd past. Voor de dames: let op je decolleté. Laat niet teveel decolleté zien. Kies bij twijfel voor meer conservatieve kleding. Let erop dat je bloes of jasje niet te strak om je borsten zit. 10. **Mannen, kies je stropdas zorgvuldig.** Een stropdas kan kleur toevoegen aan een zakelijke outfit die anders wel erg saai is. Een kleurige stropdas trekt de aandacht, denk daarom goed na over welke je kiest. Niet alle stropdassen zijn geschikt voor een zakelijke stijl. Kies een effen stropdas, of een met een bescheiden print. Kies liever geen das met meer dan drie kleuren of met een opvallende afbeelding. Een stropdas moet passen bij zowel je overhemd als bij je pak. Zorg ervoor dat je kleuren kiest die bij je outfit passen. Koop zo mogelijk je overhemden en je stropdassen tegelijkertijd. Je kunt dan goed zien welke bij elkaar passen. Een vlinderdas wordt ook als zakelijk gezien, maar wordt veel minder gedragen dan een gewone stropdas. Als je wil opvallen kan het een interessante keuze zijn, maar wees niet verbaasd als je collega’s je raar aankijken als je ’s ochtends het kantoor binnenkomt met een vlinderdas. Hoewel zakelijke pakken en overhemden vaak tijdloos zijn, geldt dat niet voor stropdassen. Let op de mode, en koop elk jaar nieuwe stropdassen. De betere herenkledingwinkels kunnen je hier goed over adviseren. 11. **Dames, pak uit met een jurk.** Een jurk kan prima passen in een zakelijke omgeving, maar kies je jurk zorgvuldig. Een echt zakelijke jurk komt op de knieën of net daaronder. Kies een effen jurk of een met een bescheiden print. Zakelijke jurken mogen niet te strak zitten en hebben geen laag decolleté. Met een mooi jasje kan een jurk zakelijker en veelzijdiger worden. Zo’n combinatie is bij uitstek geschikt als je ’s avonds nog een afspraak hebt. Met het jasje ben je dan overdag zakelijk gekleed. Als je na je werk uit eten gaat of een borrel hebt, doe je het jasje uit en ben je ineens informeler gekleed. 12. **Kies de juiste schoenen.** Bij zakelijke kleding draag je bij voorkeur leren schoenen. Mannen dragen dichte schoenen. Zwart is altijd goed. Bruin kan een prima alternatief zijn, afhankelijk van de kleur van je pak. Zorg dat je riem past bij je schoenen (of andersom). Idealiter hebben je riem en je schoenen exact dezelfde kleur. Vrouwen dragen hakken (maar niet te hoog) of eventueel platte pumps. Laarzen kunnen soms. Vrouwen kunnen makkelijker gekleurde schoenen dragen dan mannen. 13. **Sokken maken de man.** In een zakelijke omgeving zijn witte sokken uit den boze. Sokken horen donker te zijn. De kleur moet passen bij je pak en je schoenen. Zwart is vaak goed. 14. **Panty’s maken de vrouw.** Als je een rok of jurk draagt, doe daar dan een panty onder. Kies een neutrale kleur, zonder werkje. Leggings kunnen echt niet in een zakelijke omgeving. Als een gewone panty te koud is, draag dan een dikkere panty (60 denier bijvoorbeeld). Of kies voor een broek. In sommige organisaties zijn bij warm weer blote benen toegestaan. Let er dan wel op dat je benen goed geschoren zijn. 15. **Voeg andere accessoires toe.** Om je outfit compleet te maken, kies je enkele passende accessoires. Dames dragen sieraden die bescheiden en smaakvol zijn. Voor heren is het aantal keuzes beperkt. Gepaste accessoires zijn: Voor de heren: manchetknopen, ring (zegelring of trouwring), horloge. Een ketting of armband kan bij uitzondering passend zijn. Zichtbare piercings worden vrijwel nooit gewaardeerd in een zakelijke omgeving. Voor de dames: de meeste sieraden (ringen, ketting, oorbellen, armbanden, horloge) zijn prima passend. Zorg er wel voor dat het er niet teveel worden of te opvallend. Gaatjes in je oren zijn prima; andere zichtbare piercings zijn normaal gesproken niet gepast. Een sjaaltje is ook een prima accessoire. 16. **Business casual is misschien wel de lastigste kledingstijl.** En toch is het de stijl die het meest voorkomt bij bedrijven. Het is minder formeel dan een echt zakelijke kledingstijl, maar formeler dan informeel. De grenzen tussen de verschillende stijlen zijn vaag. Wat voor de een business casual is, kan voor de ander informeel (‘casual’) zijn. Een paar dingen die typisch als echt informeel gezien worden, en dus te informeel zijn voor business casual: Spijkerbroeken: in het bijzonder spijkerbroeken met scheuren, vlekken, borduurwerk of metalen versieringen. Voor blauwe spijkerbroeken is dit de laatste jaren aan het veranderen; lees daarover meer hieronder. Mouwloze shirts, zoals tanktops en topjes met spaghettibandjes. Ook strapless tops zijn te informeel voor business casual. Korte broeken. T-shirts: vrouwen komen vaak wel weg met een net shirt onder een mooi jasje, maar voor mannen zijn T-shirts te informeel. Minirokjes: bij business casual mag je rok korter zijn dan bij een echt zakelijke kledingstijl, maar niet korter dan een centimeter of vijf boven je knie. Hierover verschillen de meningen: bij sommige bedrijven moet een rok ook bij business casual tot op of onder de knie komen. Teveel decolleté: bij business casual mag je iets meer laten zien dan bij een zakelijke stijl, maar het moet nog steeds netjes zijn. Hou je kleding schoon. Kom nooit naar kantoor met kleding die kapot of vies is. Ook bij business casual moet een overhemd gestreken zijn. 17. **Wat is business casual dan wél?** Te informeel is dus niet goed; business casual is echt iets anders dan wat je draagt als je op zaterdag de stad in gaat. Hieronder een aantal handvatten voor business casual: Zowel mannen als vrouwen dragen bij business casual vaak een schoon, gestreken overhemd of bloes en een neutrale broek. Een pantalon is altijd goed. In de zomer kan een nette linnen broek ook. Een broek van joggingstof kan niet. Vrouwen kunnen ook prima een rok of jurk dragen. Waar bij een zakelijke kledingstijl de rok vaak onderdeel is van een mantelpak, hoeft dat bij business casual niet. Een rok plus bloes (zonder jasje) is dus prima. Voor mannen kan een poloshirt, als het een echt net shirt is. Zeker in combinatie met een trui kan een poloshirt vaak prima. Ook truien (boven een nette broek) zijn vaak prima, zowel voor mannen als voor vrouwen. Ook hiervoor geldt dat het een nette trui moet zijn, in bescheiden kleuren. Een rode trui met een rendier en sneeuwvlokken kan alleen op de kerstborrel. Een stropdas (voor de mannen) mag, maar hoeft niet. 18. **Kies de juiste broeken.** In tegenstelling tot bij een echt zakelijke stijl, hoeft de broek geen onderdeel te zijn van een pak. Je kunt dus een nette broek uitzoeken die jij lekker vindt zitten, zonder dat je je zorgen hoeft te maken of het jasje wel goed past. Je broek heeft bij voorkeur een neutrale kleur, zoals zwart, bruin of donkerblauw. Een katoenen broek is altijd goed, corduroy wanneer dat in de mode is, of linnen in de zomer. Dames kunnen in plaats van een broek kiezen voor een rok of jurk, waarbij wat meer uitgesproken kleuren vaak prima zijn. Kies voor effen kleuren als je niet goed weet welke patronen voldoende professioneel staan. Er zijn een paar goede, klassieke patronen zoals een krijtstreep, maar bij business casual is het makkelijk verkeerde keuzes te maken omdat je het moet combineren met andere kleding. Kies liever niet een witte broek of rok. Wit vlekt snel, en bovendien moet je er erg op letten dat het niet doorschijnt. Een rok of jurk met een patroon of werkje kan heel geschikt zijn. Een bescheiden bloemenpatroon of een geometrische print is vaak een goede keuze. 19. **Zorg dat je meerdere jasjes of truien hebt.** Ook als je overdag niet van plan bent een jasje te dragen, kan het slim zijn om wel een jasje of trui bij je te hebben. Dat hoeft niet een colbert te zijn dat bij je pantalon hoort; bij business casual kun je uitstekend verschillende broeken en jasjes combineren. Vrouwen kunnen ook prima een nette sjaal dragen. 20. **Kies de juiste jurk (voor vrouwen).** Jurken passen heel goed in een business casual kledingstijl. De jurk mag niet te kort zijn. Tot op de knieën of iets daaronder is altijd goed; in sommige bedrijven mag de jurk iets korter zijn. De jurk moet de schouders bedekken en heeft geen decolleté. Op koudere dagen kun je een jasje of een net vest bij je jurk dragen. 21. **Kies de juiste schoenen.** Schoenen moeten netjes zijn en van goede kwaliteit. Wat kan: nette schoenen in een neutrale kleuren. Bij voorkeur draag je leren schoenen. Een gekleurde zool is prima, als dit past bij de rest van je kleding. Dames kunnen schoenen met of zonder hak dragen. In de winter kun je vaak prima laarzen dragen onder een rok of jurk. Wat kan niet: schoenen met open tenen. Sandalen. Slippers. Crocs. 22. **Koop je werkkleding niet op de kinderafdeling.** Als je oud genoeg bent om professionele kleding te moeten dragen, koop je kleding dan waar andere volwassenen dat ook doen. Dit betekent niet dat je er precies zo uit moet zien als je moeder of je vader. Kies een stijl waar jij je prettig bij voelt, maar als je serieus genomen wil worden in je baan, zul je serieuze kleding moeten kiezen. 23. **Koop je kleding bij winkels die klantgericht zijn.** Als je je kledingkast gaat vullen met werkkleding, helpt het als je een verkoper hebt die snapt wat jij nodig hebt. Het maakt niet uit of het een winkel van een bepaald merk is of een warenhuis. Zolang de verkoper jou maar goed kan helpen met het kiezen van kleding die jou goed staat, die professionaliteit uitstraalt en die jou goed past. Probeer een verkoper te vinden die gekleed is in de stijl die jij zoekt. Dat is vaak een goede indicatie dat die persoon verstand heeft van die stijl, en jou daarbij dus goed kan helpen. Het kan helpen om iemand mee te nemen die je vertrouwt in het maken van de juiste kledingkeuzes. Bijvoorbeeld je moeder of een vriend(in) die verstand heeft van mode. Ja, je moet de kleding aanpassen. Koop geen kleding die je niet eerst gepast hebt. Na vijf winkels heb je daar misschien genoeg van, maar je moet zeker weten dat de kleding jou goed staat. Zorg dat de kleding goed past. Kleding die niet perfect past staat onprofessioneel. Als je online kleding koopt, stuur dan terug wat niet goed past. Dit geldt ook voor broeken waarbij je de randen van je onderbroek kunt zien. Bij veel winkels kun je de kleding laten aanpassen, bijvoorbeeld een broek iets korter maken. Dat kost een paar euro, maar dan heb je vervolgens wel een goed zittend kledingstuk. Wees alert op verkopers die je koste wat kost hun kleding willen verkopen. Hou je doel in zicht: je wil professionele kleding kopen, en niet dat ongelooflijk gave shirt waarmee je alle aandacht krijgt op de dansvloer. 24. **Het spijkerbroekdilemma.** Een jaar of tien geleden waren spijkerbroeken in veel bedrijven nog geen optie. In heel formele bedrijven nog steeds niet, maar steeds meer bedrijven zien een spijkerbroek als een acceptabel onderdeel van business casual. Als je collega’s spijkerbroeken dragen, voel je dan vrij om dat ook te doen. Let er wel op dat het een nette spijkerbroek is: spijkerbroeken met scheuren en vlekken kunnen misschien in een informele werkomgeving, maar niet bij business casual. 25. **Hou het aantal accessoires beperkt.** Hoewel het erg leuk kan zijn om te experimenteren met accessoires, gaan teveel accessoires ten koste van je professionele uitstraling. Voor dames zijn vrijwel alle sieraden prima, ook gekleurde. Zorg alleen dat ze niet te groot zijn, en draag er niet teveel tegelijkertijd. Heren kunnen prima een horloge en een ring dragen. Voor dames is een sjaaltje dat bij de kleding past, prima geschikt. Zorg voor een nette tas voor je laptop en je andere spullen. 26. **Bedek tatoeages.** Als je grote tatoeages hebt, kan het verstandig zijn om je kleding wat aan te passen zodat je kleding de tatoeages bedekt. Er is niets mis met tatoeages, maar volgens meer traditionele kledingvoorschriften moeten ze tijdens het werk bedekt zijn. Als je je altijd al afvroeg waarom tatoeages op de onderarmen vaak tot de pols komen en niet doorgaan op de handen: dat is daarom. 27. **Hou je kleding in goede conditie.** Zorg dat de kleding die je naar je werk draagt, altijd schoon en gestreken is. Draai wekelijks een was en strijk gewassen kleding voordat het de kast in gaat, zodat je altijd voldoende schone kleding hebt. Voorkom paniekerig zoeken naar kleding in de ochtend: leg ’s avonds je kleding voor de volgende dag alvast klaar. 28. **Draag nooit twee keer in één week dezelfde set kleding.** Zelfs als je bepaalde favoriete kledingstukken hebt, let erop dat je niet meerdere dagen in dezelfde week dezelfde kleding draagt. Wissel af met andere kleding of door kledingstukken te combineren. Zorg dat collega’s je in wisselende kleding zien. Dat geldt ook als je bijvoorbeeld elke maandag een bepaalde vergadering hebt met collega’s die je op andere dagen niet ziet; zorg dan dat je niet elke maandag dezelfde kleding aanhebt. Kledingstukken afwisselen en combineren is belangrijk; maak optimaal gebruik van wat er in je kledingkast hangt. Als het je lukt om in een week niet twee keer exact dezelfde set kleding te dragen, breid het dan uit naar twee weken. Een goed excuus om een nieuw jasje of die mooie rok te kopen. 29. **Zorg dat je kleding goed combineerbaar is.** Een kledingstuk kan individueel heel mooi zijn, maar als je het niet goed kunt combineren met de rest van je kleding, heb je er niet veel aan. Zorg dat je meer basiskleding hebt dan opvallende kledingstukken. Basiskleding is makkelijker te combineren. Er is niets mis met meer opvallende kleding, maar in de praktijk kun je die minder vaak dragen dan de basisstukken. Probeer meerdere kledingstukken tegelijkertijd te kopen. Je kunt dan beter inschatten wat bij elkaar past en wat je goed kunt combineren. Met overwegend neutrale kledingstukken en enkele opvallende stukken, kom je een heel eind. 30. **Bewaar reservekleding op je werk.** Je zult niet de eerste zijn wiens broek scheurt op kantoor. Een reserveset voorkomt dan een paniekerige trip naar de dichtstbijzijnde kledingwinkel. Ook als je weinig ruimte voor kleding hebt op kantoor, probeer een paar minimale dingen achter de hand te hebben, al is het maar naald en draad. Voor vrouwen is een reservepanty een must. 31. **Als jouw leidinggevende of iemand anders die boven jou staat, een kledingstuk niet mooi vindt, draag het dan niet.** Ook als een kledingstuk technisch wel binnen de kledingvoorschriften past, als je er kritiek op krijgt, draag het dan niet. Het is de ruzie niet waard. Als het dragen van bepaalde religieuze kledingstukken (zoals een hoofddoek) tot discussie leidt, probeer dan in goed overleg tot een oplossing te komen. Schakel zo nodig juridisch advies in. Als je meent dat de kledingvoorschriften tot ongelijkheid of discriminatie leiden, ga dan na welke regels daarvoor precies gelden in jouw sector.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Je-zakelijk-kleden", "language": "nl"}
Een puistje uitknijpen
Het is zelden een goed idee om puistjes uit te knijpen, want er kunnen littekens door ontstaan en je kunt er meer puistjes door krijgen. Als je toch een puistje uit moet knijpen, dan kun je het beste een naald gebruiken om beschadigingen te voorkomen. Met een nat washandje kun je een puistje met een wit kopje ook voorzichtig verwijderen. Het wordt niet aangeraden om een puistje met je handen uit te knijpen, maar je kunt het wel doen als je de andere methoden te veel moeite vindt kosten. 1. **Knijp puistjes uit met een wit kopje erop.** Puistjes met een wit kopje zijn vaak al enkele dagen oud en op de plek van het witte kopje heeft zich pus onder de huid verzameld. Deze puistjes kunnen gemakkelijk uitgeknepen worden en als je voorzichtig te werk gaat kun je ze veilig verwijderen zonder dat er littekens ontstaan en andere plekken geïnfecteerd worden. 2. **Knijp nieuwe puistjes niet uit.** Puistjes die nog maar een dag of twee oud zijn kunnen nog niet uitgeknepen worden. Wacht totdat je een wit kopje op het puistje ziet ontstaan. 3. **Knijp geen grote, rode en pijnlijke puistjes uit.** De bacteriën kunnen dan dieper in de huid terechtkomen, waardoor je puistjes erger worden. Als je een grote puist uitknijpt, ontstaat er vrijwel zeker een litteken. Alleen een puistje met een wit kopje erop is klaar om uitgeknepen te worden. 4. **Ga naar een dermatoloog.** Een dermatoloog kan vaststellen wat de beste manier is om je acne te behandelen en kan crèmes voorschrijven om van je puistjes af te komen. Een dermatoloog kan tevens verschillende behandelingen uitvoeren tegen hevige acne. Dermatologen schrijven het vaakst een topische crème voor die je op de puistjes smeert om de talg van de huid te verwijderen en de bacteriën die acne veroorzaken te doden. Als je rode en opgezwollen puistjes hebt, dan kun je een oraal antibioticum, hormonale anticonceptie of isotretinoïne voorgeschreven krijgen. Grote acnecysten kunnen door de dermatoloog verwijderd worden door ze door te prikken en in te snijden om het pus weg te laten lopen en de cysten te verwijderen. Je dermatoloog kan het puistje veilig doorprikken met een naald. Dit is een techniek die alleen door professionals uitgevoerd mag worden. Met laserbehandelingen en chemische peelings kunnen de onderliggende oorzaken van acne behandeld worden, maar je raakt er je puistjes niet mee kwijt. 5. **Was je gezicht regelmatig om te zorgen dat je zo weinig mogelijk puistjes krijgt.** Puistjes worden veroorzaakt door zweet dat op je gezichtshuid ligt. Was je huid iedere keer dat je gezweet hebt voorzichtig met lauw water om het zweet en vuil te verwijderen. Ga niet ruw te werk en schrob je huid niet, maar spoel het zweet gewoon weg. Door je gezicht ruw te schrobben en te vaak te wassen kan je huid beschadigd raken en kunnen er meer puistjes ontstaan. Gebruik geen agressieve reinigers als samentrekkende middelen, toners en exfoliërende middelen. 6. **Was je handen** Zo kun je voorkomen dat er bacteriën op je gezicht terechtkomen. Was je handen grondig, vooral onder je nagels, en gebruik veel zeep en warm water. Je kunt het puistje beter niet aanraken met je vingernagels, maar als dat toch gebeurt is de kans op irritatie en infecties kleiner als je nagels schoon zijn. Denk erover om het vuil onder je vingernagels te verwijderen met een nagelborstel. 7. **Bedek je handen.** Trek voordat je het puistje uit gaat knijpen wegwerphandschoenen aan. Dit zorgt niet alleen voor een beschermlaag tussen de resterende bacteriën op je vingers, je nagels en je huid, maar het voorkomt ook dat je met de scherpe randen van je nagels door het puistje snijdt. Als je geen wegwerphandschoenen hebt, dan kun je je vingers ook bedekken met schone tissues. 8. **Reinig de huid** Gebruik een milde reiniger zodat je huid niet beschadigd en geïrriteerd raakt. Breng de reiniger op een wattenbolletje aan en veeg ermee over je huid. Wanneer je het puistje uitknijpt gaat de huid open, waardoor er bacteriën onder je huid terecht kunnen komen. Het puistje zal sneller genezen als bacteriën geen kans krijgen om onder je huid te komen, zodat de plek niet opnieuw geïnfecteerd raakt of de infectie erger wordt. Schrob de plek niet te hard, want dan zal hij nog sterker geïrriteerd raken. Maak de plek voorzichtig schoon, spoel hem af met warm water en dep hem droog met een handdoek. 9. **Steriliseer een naald met vuur.** Gebruik een lucifer of een aansteker om de naald te verwarmen en te steriliseren. Stel de volledige naald enkele seconden bloot aan het vuur om alle bacteriën te doden. 10. **Laat de naald afkoelen.** Laat de naald ten minste een minuut afkoelen. De naald mag niet heet zijn wanneer je hem gebruikt om je puistje uit te knijpen. 11. **Steriliseer alles met ontsmettingsalcohol.** Breng ontsmettingsalcohol op de naald, op je handen en op het puistje aan. Zorg dat je alles wat je bij de behandeling gebruikt ontsmet met ontsmettingsalcohol. 12. **Houd de naald parallel aan je gezicht.** Richt de naald niet op je gezicht, maar houd hem langs je gezicht. Op die manier prik je alleen door het kopje op het puistje wanneer je het puistje uitknijpt. 13. **Prik het witte kopje op het puistje door.** Raak alleen het witte kopje op het puistje aan met de naald. Als je in het rode gedeelte van het puistje prikt, zal er een litteken ontstaan. Haal in plaats daarvan de naald door het kopje op het puistje, zodat hij er aan de ene kant in gaat en aan de andere kant uit komt. 14. **Trek de naald omhoog.** De naald zou nu horizontaal in het witte kopje moeten steken. Trek de naald uit het kopje en weg bij je gezicht, zodat het witte kopje kapotgaat wanneer je de naald uit het puistje haalt. 15. **Knijp voorzichtig in de huid rondom het witte kopje.** Knijp niet in het witte kopje zelf, maar in de huid rondom het puistje om zo het pus eruit te duwen. Denk erover om het kopje uit te knijpen met een wattenschijfje om te voorkomen dat je huid beschadigd raakt. 16. **Breng alcohol op het puistje aan.** Neem de plek af met een wattenstaafje met alcohol om alle bacteriën te verwijderen. Breng een erg kleine hoeveelheid antibiotische zalf op de plek aan. 17. **Maak een washandje nat met warm water.** Laat de kraan stromen totdat het water warm is, maar niet zo heet is dat je je vingers eraan brandt. Houd een schoon washandje onder de kraan totdat het nat is. 18. **Wring het washandje uit.** Het washandje moet nat zijn, maar niet kletsnat. Knijp het overtollige vocht uit het washandje. 19. **Houd het washandje tegen het puistje.** Houd het washandje enkele minuten tegen het puistje. Laat het washandje afkoelen. Op deze manier komt het pus naar het oppervlak van het puistje en maak je het puistje klaar om uitgeknepen te worden. 20. **Schuif het washandje voorzichtig tegen je puistje.** Beweeg je vinger een klein beetje en schuif het washandje tegen het puistje. Nu het kopje loszit zou dit voldoende moeten zijn om hem te verwijderen zonder de huid eromheen te beschadigen. Dit lijkt misschien een langzame en moeizame methode, maar je huid raakt er minder sterk door beschadigd dan wanneer je het puistje met je vingers of een hulpmiddel uitknijpt. 21. **Herhaal indien nodig.** Als het witte kopje bij de eerste poging niet van het puistje valt, probeer het dan nog eens. De warmte en het vocht zouden er uiteindelijk voor moeten zorgen dat het witte kopje loskomt zonder je huid te beschadigen. 22. **Leg je vingertoppen rondom het witte kopje op het puistje.** Leg een schone vingertop aan beide kanten van het puistje, net onder het witte kopje. Je zou de met pus gevulde plek gemakkelijk moeten kunnen voelen. Wiebel wanneer je de met pus gevulde plek gevonden hebt erg voorzichtig met je vingers om het vocht eruit te krijgen. Als je geen pus uit het puistje ziet komen, verschuif je vingertoppen dan een beetje en het probeer het nog eens. Als het pus in het puistje blijft zitten, probeer hem dan niet uit te knijpen. Het puistje is nog niet klaar om uitgeknepen te worden. Wacht enkele dagen of laat het puistje vanzelf verdwijnen. 23. **Masseer de huid rondom het puistje.** Dit helpt om het resterende pus uit het puistje te krijgen. Blijf dit doen totdat al het pus uit het puistje gestroomd is. Raak het puistje zelf niet aan, behalve om het pus op te deppen met tissues. Het kan zijn dat de plek een beetje begint te bloeden. Als je bloed ziet, knijp het puistje dan niet verder uit en laat het met rust. Je oefent anders alleen maar meer druk op de opgezwollen plek uit en er kan een litteken ontstaan. 24. **Neem de plek af met alcohol.** Ook nu is het belangrijk om ervoor te zorgen dat er geen nieuwe bacteriën in de opening in de huid en de omliggende poriën terechtkomen. Denk er ook over om een kleine hoeveelheid antibiotische zalf aan te brengen om de plek te beschermen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Een-puistje-uitknijpen", "language": "nl"}
Vampiertanden maken
Geen vampierkostuum is compleet zonder een stel vampiertanden. Als je zin hebt om te gaan knutselen, probeer dan om je eigen vampiertanden te maken in plaats van ze te kopen in een feestwinkel. Je kunt tanden maken met slechts een plastic rietje en een schaar, of meer materialen verzamelen en realistische, op maat gemaakte vampiertanden van acryl maken. Voor iets wat daar tussenin ligt kun je proberen om kunstnagels aan je tanden te plakken met gebitswas. 1. **Koop kunstnagels en gebitswas.** Kies kunstnagels in een kleur die zo dicht mogelijk bij de kleur van je tanden ligt. Bij sommige drogisterijen kun je zowel kunstnagels als gebitswas kopen. Je kunt tevens kleefpasta of hechtcrème voor kunstgebitten gebruiken. 2. **Knip de nagels in de vorm van een driehoek.** Gebruik een schaar om een nagel in de vorm van een driehoek te knippen. Houd de nagel tegen je tanden om ongeveer een idee te krijgen van hoe groot de driehoek moet worden. 3. **Vijl de nagels om ze scherpe randen te geven.** Gebruik een nagelvijl om de kunstnagels in de vorm van scherpe tanden te vijlen. Vijl boven een vel krantenpapier om het stof op te vangen dat tijdens het vijlen naar beneden valt. 4. **Doe een druppel hechtcrème op de achterkant van de tand.** Breng de tand direct voorzichtig op je eigen tand aan. Houd de kunstnagel ongeveer 5 minuten op de crème, zodat de neptand goed vast blijft zitten. Herhaal dit bij de andere vampiertand. Niet alle drogisterijen verkopen dit product. Probeer het op het internet te kopen of vraag het aan je tandarts. 5. **Zoek een wit plastic rietje op.** Idealiter gebruik je een rietje in dezelfde kleur als je tanden, maar met witmakende tandpasta of andere methoden kun je de meeste tanden zo bleken dat ze niet te onderscheiden zijn van een felwit plastic rietje. Dit is een snelle en gemakkelijke methode en je kunt de vampiertanden gemakkelijk verwijderen en weer om je tanden schuiven. 6. **Knip een klein deel van het rietje.** Als je een buigrietje hebt, knip dan het bovenste deel precies boven de kromming af. Knip anders met een schaar ongeveer 5 centimeter van het rietje. Je kunt tevens het uiteinde van het rietje over je tand schuiven en in de spiegel kijken om een stuk af te meten dat twee keer zo lang is als je nodig hebt. 7. **Vouw het stuk en knip het in de vorm van vampiertanden.** Vouw het afgeknipte stuk rietje doormidden. Gebruik een schaar om de twee zijden in de vorm van vampiertanden te knippen. Laat de tanden aan elkaar zitten terwijl je ze op maat knipt, zodat je de vormen met elkaar kunt vergelijken en ze symmetrisch kunt houden. Knip niet te dicht bij de vouw. Dat gedeelte van het rietje zul je over je tand schuiven en moet heel blijven, anders kan de tand uit elkaar vallen. 8. **Knip de tanden doormidden en draag ze.** Knip het stuk rietje langs de vouw doormidden, zodat je twee vampiertanden krijgt. Schuif de vampiertanden over je hoektanden of over de snijtanden direct naast je voortanden. 9. **Verzamel je benodigdheden.** Met deze methode maak je realistische vampiertanden die op je eigen tanden passen, maar je bent meer tijd en geld kwijt. Hier is een lijstje van de materialen die je nodig hebt: Alginaat, te koop bij winkels in tandartsbenodigdheden en sommige hobbywinkels (je kunt het beste op zoek gaan naar webshops). Een papieren bekertje of een gebitsbeschermer. Plastic giethars of ander gietmateriaal. Dit kun je kopen bij hobbywinkels en sommige zaken in kunstenaarsbenodigdheden. Boetseerklei en een klein hulpmiddel om de klei in vorm te brengen. Dit kun je kopen bij een zaak in kunstenaarsbenodigdheden. Nagelacryl (met twee componenten; een poeder en een vloeistof). Dit kun je kopen bij drogisterijen en is ook verkrijgbaar als gebitsacryl. Vaseline, te koop bij de drogist en de supermarkt. 10. **Maak een gebitsbeschermer van een papieren bekertje.** Knip met een schone schaar het bovenste deel van een papieren bekertje af. Zorg dat het stuk dat je overhoudt slechts iets hoger is dan de hoogte van je bovenkaak. Knip een zijkant van het bekertje af om een opening te maken die in je mond past. Sla deze stap over als je een echte gebitsbeschermer hebt of besloten hebt om er eentje te kopen. 11. **Meng de alginaatpasta en doe de pasta in de gebitsbeschermer.** Lees de instructies op de verpakking van het alginaat om te zien wat je precies moet doen. De exacte tijd en methode kunnen namelijk per merk verschillen. In de meeste gevallen meng je een deel alginaat met een deel water in een kleine kom. Het maakt niet uit met welk hulpmiddel je de twee materialen door elkaar roert. Doe het alginaatmengsel in je gebitsbeschermer wanneer je klaar bent. Je zult vrij snel moeten werken als je met alginaat bezig bent. Een mal met alginaat zal binnen enkele uren barsten en uit elkaar vallen. 12. **Druk je boventanden in het alginaat.** Druk de met alginaat gevulde gebitsbeschermer voorzichtig tegen je boventanden aan. Haal de gebitsbeschermer na 3 minuten weg door deze recht naar beneden te trekken. Wanneer je klaar bent zou je in het alginaat een afdruk van je tanden moeten zien. Deze afdruk zul je gaan gebruiken als mal bij het volgende deel van de methode. Voer deze stap nog eens uit als er luchtbelletjes in de mal zitten of er stukken afgebroken zijn waardoor de tanden waar je vampiertanden van wilt maken er niet goed uitzien. Duw de gebitsbeschermer niet zo ver omhoog dat je tanden door de bodem gaan. Wacht totdat het alginaat hard wordt voordat je de gebitsbeschermer weghaalt. Als je nauwkeuriger wilt kunnen bepalen of je het alginaat al weg kunt halen, doe dan een kleine klodder alginaat op je vinger en wacht totdat het hard wordt. 13. **Meng de twee componenten van de plastic giethars of het andere gietmateriaal door elkaar.** Voor deze methode kun je alle stevige gietmaterialen gebruiken, maar hier worden aanwijzingen gegeven voor het klaarmaken van plastic giethars met twee componenten. Meng in een glas of een plastic kom 90 ml van de ene vloeistof met 90 ml van de andere vloeistof. Roer de vloeistoffen door elkaar met een stevig roerstaafje of bestek. Kies plastic giethars uit die hard opdroogt en snel stevig wordt. Zorg ervoor dat het plastic niet giftig is wanneer het opgedroogd is. 14. **Giet het plastic in de afdruk van alginaat.** Direct nadat je de twee vloeistoffen door elkaar gemengd hebt giet je het plastic voorzichtig in de mal van alginaat. Giet langzaam om te voorkomen dat er luchtbelletjes in de vloeistof komen. Laat de giethars drogen voordat je deze uit de mal probeert te halen. Het plastic zou enkele minuten na het mengen erg heet moeten worden en een witte kleur moeten krijgen. Raak het plastic niet aan met je blote huid. Nadat het plastic opgedroogd is en koel aanvoelt wacht je nog eens 10 minuten voordat je het uit de mal haalt. Daardoor heeft het binnenste genoeg tijd om te drogen en zullen je plastic tanden hard zijn wanneer je ze uit de mal haalt. 15. **Boetseer de vampiertanden op het model.** Haal het plastic model van je tanden uit de mal wanneer je zeker weet dat dit droog is. Doe een klodder boetseerklei op het model op de plekken waar je vampiertanden wilt maken en gebruik een klein en scherp hulpmiddel om de klei in de gewenste vorm te boetseren. Je kunt de tanden direct achter de vampiertanden ook verstevigen door er wat klei op aan te brengen. 16. **Week het model in zeepsop.** Doe wat afwasmiddel in een kom water en laat het model met de vampiertanden van klei tien minuten onder water weken. Daardoor zal het alginaat tijdens de volgende stap niet aan de klei plakken. 17. **Maak een tweede afdruk met alginaat.** Gebruik het alginaat zoals je al eerder gedaan hebt om een tweede afdruk te maken. Deze keer gebruik je echter het plastic model van je tanden met de vampiertanden eraan in plaats van je echte tanden. Duw de tanden er zachtjes in om te voorkomen dat de vampiertanden losraken en trek ze er zachtjes uit wanneer de afdruk in het alginaat klaar is. Controleer het alginaat om te zien of er geen luchtbelletjes of afgebroken stukken zijn. 18. **Verwijder de vampiertanden van klei en veeg vaseline op het model.** Trek de vampiertanden eraf. Gebruik een wattenstaafje om een dunne laag vaseline op het plastic model te smeren. Zorg dat er geen klodders vaseline op het model achterblijven. Door de vaseline kun je de vampiertanden van acryl gemakkelijk verwijderen wanneer ze hard geworden zijn. 19. **Meng het nagelacyl.** Meng met acrylpoeder met de bijbehorende vloeistof en meng alles in een mengkom door elkaar met een roerstaafje voor eenmalig gebruik. Gebruik geen bestek dat je nog een keer wilt gebruiken. Blijf meerdere minuten mengen totdat je een pasta krijgt. Wanneer je het roerstaafje omhoog tilt zou er een sliert acryl mee omhoog moeten komen. Voeg meer poeder toe als het mengsel te dun is, of meer vloeistof als het mengsel te hard is. Het acryl wordt heet tijdens het mengen. Zorg dat het niet op je huid terechtkomt en raak het niet aan. Meng het acryl in een goed geventileerde ruimte. 20. **Giet het acryl in de gaten voor de vampiertanden in de afdruk van alginaat.** Giet de acrylpasta langzaam in de gaten die door de vampiertanden achtergelaten zijn in de nieuwe mal van alginaat. Giet de pasta er langzaam in zodat er geen luchtbelletjes ontstaan en stop met gieten wanneer de vampiertanden geheel of voor het grootste gedeelte gevuld zijn. 21. **Druk het model van je tanden in de mal en laat het acryl hard worden.** Duw het gewone model van je tanden zonder de vampiertanden in de mal van alginaat. De tanden zouden nu in het acryl geduwd moeten worden en het acryl zal er rondom hard worden en de vorm van je tanden krijgen. Je kunt de resten acryl in je mengkom in de gaten houden om in te schatten hoe hard het acryl al geworden is. Haal de tanden eruit wanneer het acryl grotendeels hard is, maar nog steeds een beetje op rubber lijkt. Het acryl zou zijn vorm moeten behouden, maar relatief gemakkelijk van de tanden te schuiven moeten zijn. 22. **Verwijder de acryltanden en schuif ze op je tanden.** In theorie zouden beide vampiertanden zo goed op je tanden moeten passen dat je ze voorzichtig op hun plek kunt duwen door druk uit te oefenen met je wijsvinger terwijl je de vampiertanden met je mond tegen je gebit zuigt. Als de vampiertanden niet op hun plek blijven zitten, dan kun je ze vastmaken met hechtcrème, orthodontische was of een kleine klodder kauwgum. 23. **Maak vampiertanden van wattenbolletjes.** Natte wattenbolletjes kun je op maat knippen, in vorm brengen en aan je boventanden vastplakken om snel vampiertanden te maken. 24. **Maak vampiertanden van wattenstaafjes.** Haal de watten van de staafjes en breng de staafjes op je tanden aan met nagellijm. 25. **Boetseer vampiertanden van niet-giftige klei.** Boetseer de klei tot een puntige kegel en pas deze op je tand om hem op maat te maken. Laat de klei hard worden voordat je de tanden als onderdeel van een kostuum gebruikt. 26. **Gebruik je beugel en orthodontische was.** Als je een beugel hebt maar nog steeds vampiertanden wilt maken, dan kun je dit gemakkelijk doen door orthodontische was in de vorm van een vampiertand te boetseren en de tand tussen je hoektand en het ijzerdraad van de beugel te steken. Meng de was met klei om de tanden er realistischer uit te laten zien. 27. **Knip vampiertanden uit een witte plastic fles.** Als het plastic niet in aanraking is gekomen met een giftige stof kun je er een stel vampiertanden uit knippen en deze aan je tanden vastmaken. 28. **Breek de twee middelste tanden van een plastic vork af.** Gebruik je vingers om de twee middelste tanden van een witte plastic vork voorzichtig om te buigen totdat ze onderaan afbreken. Als de tanden niet onderaan afbreken, gebruik dan een schone, scherpe schaar of een schoon Stanleymes om het resterende plastic weg te knippen of snijden. In plaats van de tanden met de hand af te breken kun je ze ook verwijderen door ze direct af te knippen met een schaar of weg te snijden met een Stanleymes. 29. **Verwijder het handvat.** Gebruik een schaar of een schoon Stanleymes om het handvat van de vork in een rechte horizontale lijn af te knippen of te snijden. Je zult meer wegknippen dan alleen het handvat. Knip of snijd de vork af op ongeveer de helft van het gedeelte tussen het handvat en het onderste deel van de tanden, precies op de plek waar de vorm krom begint te worden. Het resterende deel zou vrij recht moeten zijn in plaats van krom. Zorg ervoor dat de schaar of het Stanleymes dat je gebruikt grondig schoongemaakt en ontsmet is voordat je het gebruikt. Je zult het plastic namelijk in je mond steken nadat je de schaar of het mes gebruikt hebt. 30. **Plak gebitswas langs de rand van de vampiertanden.** Plak een kleine klodder orthodontische was of gebitswas langs de horizontale rand van het resterende gedeelte. Deze was kun je bij sommige drogisterijen kopen of op het internet bij webshops gespecialiseerd in tandartsbenodigdheden. Breng de was aan op het gedeelte dat naar binnen buigt. Dit deel was eerst de voorkant van de vork. 31. **Plak de vampiertanden op je bovenste voortanden.** Plak de zelfgemaakte vampiertanden op je voortanden met de was naar binnen toe. Druk ze voorzichtig aan om de was en de plastic tanden te laten hechten. Zorg ervoor dat de tanden zich midden in het voorste deel van je mond bevinden. Wanneer je klaar bent zou je je twee voortanden tussen de vampiertanden moeten kunnen zien.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Vampiertanden-maken", "language": "nl"}
Vet verbranden
Vet. Het zit er zo aan, maar je krijgt het er moeilijk weer af. Het lijkt wel of ons lichaam het expres vasthoudt om ons te pesten. We kunnen sporten, minder calorieën eten en het gaat er nog niet af. Als dit je bekend in de oren klinkt heb je gewoon wat slimme trucjes nodig. Als je ervoor zorgt dat je lichaam gaat meewerken zal het vet haast vanzelf smelten. In onderstaand artikel vind je informatie over diëten, beweging en gewoonten die de vetverbranding stimuleren zonder dat je er veel moeite voor hoeft te doen. Dus neem nu maar afscheid van die vetcellen -- je zult ze binnenkort niet meer zien! 1. **Ga geleidelijk minder eten.** Veel mensen denken: "Okee, ik ga op dieet! Geen calorieën meer voor mij!". Ze realiseren zich echter niet dat je daar alleen maar dikker van wordt. Als je in een klap stopt met eten heeft je lichaam geen idee wat er aan de hand is -- dus in een poging om je leven te redden houdt het alle vetreserves vast. Bouw dus je calorie-inname langzaam af zodat je lichaam het los kan laten. Als je hier serieus mee aan de gang wilt, stel dan een doel in cijfers. Of het nu 1200 of 2200 calorieën is mag je zelf bepalen, maar stel het vast. Op die manier kun je zien welk percentage van je dieet je besteedt aan verschillende onderdelen van je voeding. Als vet 10% van je dieet mag zijn kun je beter uitrekenen wat je mag eten en wat niet. 2. **Varieer de hoeveelheid calorieën die je eet.** Mensen zijn nog niet zo heel lang zo ontwikkeld als we nu zijn, over het geheel bekeken. We hebben honderdduizenden jaren niet meer gegeten dan we echt nodig hadden (en vaak minder), dus ons lichaam heeft zich heel erg moeten aanpassen. Je kunt makkelijk wennen aan een dieet van 1200 calorieën. En ook aan een dieet van 2500 calorieën. Om je lichaam te verrassen en je metabolisme te verhogen moet je zorgen dat het niet van tevoren weet wat het zal worden. Hiermee kun je voorkomen dat je tegen het "plafond" van je gewichtsverlies aanloopt en je wilskracht vergroten. De ene dag hou je het bij 1000 calorieën, terwijl je de volgende dag 1800 calorieën eet. Als je constant heel weinig calorieën eet zal je lichaam de stofwisselingsratio aanpassen zodat je minder afvalt. Maar door het af te wisselen weet je lichaam niet hoe het zich moet aanpassen. Dit hoeft niet los te staan van het geleidelijk aan minder eten. Eet een paar dagen een stuk minder, dan weer een dag een beetje meer, dan weer wat minder dan eerst, daarna een dag meer, enzovoorts. Door af en toe een dag meer te eten zul je dus juist meer verbranden! 3. **Stop met slechte koolhydraten.** Vet is eigenlijk opgeslagen voedsel -- brandstof voor je lichaam. Koolhydraten zijn je belangrijkste bron van energie die van buitenaf komt en je lichaam kan beide soorten zonder problemen verbranden. Dus zolang je koolhydraten inneemt verbrandt je lichaam geen vet. Vetverbranding begint pas een paar uur nadat je voor het laatst koolhydraten hebt gegeten, dus schrap die koolhydraten uit je dieet. Met koolhydraten bedoelen we suikers, en niet volkorengranen. Er bestaan koolhydraten die goed voor je zijn (de langzaam verterende soorten zoals die in haver en groenten); de slechte soorten zijn geraffineerde suikers (zoals in snoep en wit deeg). Als we het over koolhydraten hebben refereren we hier aan de slechte soort. Als je wel koolhydraten eet (en dat doen we allemaal), doe dat dan niet binnen 3 uur voor je naar bed gaat. Je lichaam gaat langzamer werken voor je naar bed gaat, dus dan is het nog schadelijker. Proteïnen worden omgezet in glucose indien nodig en kunnen ook een brandstof zijn, maar het lichaam doet dat alleen in noodgevallen. Als het lichaam niet genoeg koolhydraten en niet genoeg vet heeft is er geen andere keuze. Proteïnen zijn bedoeld als bouwstof, dus je lichaam verbrandt liever vet en koolhydraten. 4. **Eet genoeg proteïnen.** Proteïnen en koolhydraten bevatten ongeveer evenveel calorieën per gram, en die moeten hoe dan ook verbrand worden. Het is dus een goede manier om lekker te eten en toch vet te verbranden. Proteïnen zijn de bouwstenen voor de spieren en worden niet omgezet in vet. Dus mager vlees, vis en soja zijn heel goed voor je. Als je veel proteïnen gaat eten en koolhydraten laat staan zal je lichaam een signaal gaan uitzenden dat je interpreteert als "honger" voor het overgaat tot vetverbranding. Daarna zal de honger snel verdwijnen. Te veel proteïnen eten is slecht voor de lever en nieren. Er zijn ook andere overwegingen om dit soort diëten niet te doen. Het is niet aan te raden helemaal geen koolhydraten te eten, vooral omdat je het niet voor altijd vol kunt houden. Beperk de hoeveelheid koolhydraten en hou het bij de goede. 5. **Eet vaak vaak een kleine maaltijd.** Eten zorgt dat je spijsvertering op volle toeren blijft draaien. Als je maar een keer per dag eet, krijgt je spijsvertering maar één piek. Als je zes keer per dag eet, krijgt je spijsvertering zes pieken. Je moet er natuurlijk wel voor zorgen dat je in zes maaltijden niet meer eet -- zorg dat je evenveel eet maar verdeel het over de dag. Elke 2-3 uur iets eten is ideaal. Als je al geluncht hebt en er zijn 3 uur voorbij, neem dan een appel, wat yoghurt of groenten. Dat verpest je dieet niet. In tegendeel. Het lijkt misschien niet zo, maar je doet je lichaam juist een plezier. 6. **Drink geen alcohol.** Naast dat het lege calorieën zijn en dat het moeilijk is om er niet te veel van te drinken, zet het ook het voedsel dat je al hebt gegeten om in vet. Dus hoe verleidelijk het ook is om gezellig mee te doen, sla dat drankje af. Er komt meestal toch alleen maar ellende van! Als je toch per se alcohol wilt drinken, hou het dan bij één drankje als je een vrouw bent, en twee als je een man bent. Doe het echter maar af en toe als je echt graag vet kwijt wilt. Drink wel groene thee en koffie. Onderzoek heeft aangetoond dat 750 ml groene thee of 500 ml koffie je spijsvertering versnelt. 7. **Ontbijt.** Voor het geval je het nu nog niet begrepen hebt: vet verbranden doe je door je spijsvertering op volle toeren te laten draaien. Als je 8 uur lang hebt liggen slapen begrijp je wel dat je spijsvertering ook op een laag pitje staat. Dus sta op, poets je tanden en ontbijt. Hoe meer proteïnen en hoe gezonder hoe beter (dus een croissant telt niet). Eiwit, magere zuivel en mager vlees zijn perfect. Eet geen (wit) brood, ontbijtgranen met suiker of andere zoetigheid. Daar zitten veel calorieën in terwijl het niks voor je lichaam doet waardoor je na een uurtje al weer honger hebt. 8. **Eet producten die vetverbranding stimuleren.** Moeder natuur is niet gek: er zijn bepaalde producten die je spijsvertering op gang helpen zonder dat je een spiertje hoeft aan te spannen. Ze beheersen je hormoonspiegel en daarmee is eigenlijk al de helft van de race al gelopen. Sla dus de volgende dingen in: Havermout Magere zuivelproducten (de meningen zijn hierover nog verdeeld, maar er zijn studies die aantonen dat mensen die kleine hoeveelheden zuivel eten sneller vet verbranden dan mensen die dit niet doen) Gezonde vetten zoals noten, avocado's, olijfolie en vette vis Eieren (beter nog: eiwitten) Pittig eten Grapefruit 9. **Verspreid je trainingen.** Je raadt het al -- je spijsvertering wordt na elke training verhoogd. Dus als je een uur trainen opsplitst in twee keer een half uur heb je twee keer een verhoogde spijsvertering. Je lichaam verbrandt na een training veel sneller calorieën (soms nog uren erna) dus als je later op de dag nog een keer beweegt heb je dubbel profijt. Ook kleine beetjes helpen. Zelfs twee keer 15 minuten wandelen kan je spijsvertering een oppepper geven. Dus zowel voor maaltijden als trainingen geldt: verspreid het. 10. **Gebruik gewichten.** Cardiotraining is heel goed voor je, maar als je het combineert met krachttraining verbrand je nog meer vet. Als je echt waar wilt voor je geld doe je dus beide. Krachttraining is heel belangrijk Als je minder calorieën eet loop je het risico spiermassa te verbranden in plaats van vet. Zorg dus dat je met gewichtjes aan de gang gaat. Anders is al je inspanning misschien voor niets geweest! 11. **Word sterker en ga dan verbranden.** Als je zowel cardiotraining als krachttraining doet, is het beter om de gewichten eerst te doen en dan pas de cardio. Dat zorgt dat je spijsvertering langer op volle toeren blijft draaien. De hele dag zelfs. En daar gaat het toch uiteindelijk om. Het is ook makkelijker voor je lichaam. Trainen met gewichten vergt de juiste techniek. Als je te moe bent is het moeilijk om de oefeningen goed uit te voeren. Op een loopband rennen kan zelfs een aap met zijn ogen dicht. 12. **Doe intervaltraining.** Je kent nu het idee van het verdelen van je trainingen. Er bestaat een manier om dat te doen zonder dat je twee keer de deur uit hoeft: intervaltraining. Hierbij train je een tijdje op rustige snelheid waarna een uitbarsting volgt. Daarna beweeg je weer een tijd rustiger, enzovoorts. Je verbrandt zo meer calorieën en je laat je lichaam niet aan de snelheid wennen. Je kunt dit bij allerlei sporten doen, maar het makkelijkste voorbeeld is de loopband. Wandel 30 seconden, sprint dan 30 seconden voluit. Als je dit 15 minuten herhaalt is het beter dan 30 minuten op dezelfde snelheid joggen. 13. **Wissel af.** Wat je ook doet, of het nu 15 minuten lopen met de hond is of 10 km rennen door het park, je lichaam went er aan. Daardoor verbrand je minder calorieën. Hou het dus spannend voor je lichaam door dingen af te wisselen. Je kunt bijvoorbeeld de ene dag gaan rennen, de volgende dag zwemmen, dan fietsen, enzovoorts. Het is niet alleen goed voor je lichaam, je raakt ook minder snel verveeld! 14. **Blijf van de weegschaal af.** Echt. Laat je niet verleiden, het helpt je niets. Als je vet verliest, raak je vaak geen spieren kwijt, en zoals je misschien wel weet zijn spieren zwaarder dan vet. Kijk dus liever naar hoe je kleding zit dan naar het getal op de weegschaal. 15. **Reken af met stress.** Vele onderzoeken hebben aangetoond dat je slechter eet als je gespannen bent, en dat je ook langzamer vet verbrandt. Het is slecht voor je huid, je slaapt minder goed, je relatie kan er onder lijden. Doe dus wat je kunt om stress te verminderen! Dan verdwijnen die kilootjes ook vanzelf. Twee goede manieren om stress te verminderen zijn meditatie en yoga. Sluit ze niet meteen uit als het een beetje te zweverig voor je klinkt. De voordelen zijn zo groot dat het het proberen waard is. 16. **Slaap goed.** Minstens 7-9 uur per nacht. Je bent misschien van mening dat slapen voor de doden is, maar slapen is goed als je vet kwijt wilt. Vele onderzoeken hebben aangetoond dat het lichaam makkelijker koolhydraten verbrandt als het goed is uitgerust. En dan nog iets. Als je moe bent, heb je meer behoefte aan suiker. Je hormoonspiegel (cortisol, ghreline en insuline) raakt uit balans waardoor je lichaam gaat schreeuwen om vet en suiker. 17. **Wordt actiever.** En belangrijker, blijf actief. Onderzoek toont aan dat actieve mensen over het algemeen minder wegen. Mensen die weinig bewegen slaan calorieën eerder op als vet. Dus naast het huis schoonmaken, de hond uitlaten en boodschappen doen op de fiets moet je proberen zo veel mogelijk te bewegen. Grijp elke mogelijkheid tot bewegen aan. Neem de trap in plaats van de lift. Rij om als je naar de supermarkt fietst. Ga de kinderen te voet uit school halen. Hou je stoel voor de gek door niet in een keer te gaan zitten, maar doe squats. Als die kleine dingen bij elkaar ga je merken voor je het je realiseert. 18. **Drink genoeg water.** Dat is niet alleen goed voor je huid, haar en organen, je valt er ook door af. Een Duits onderzoek heeft onlangs aangetoond dat mensen die een halve liter koud water dronken hun spijsvertering met 30% verhoogden. En je voelt je meteen vol! Voor de goede orde, als je je spijsvertering met 30% verhoogt scheelt dat 2,5 kilo per jaar. Door alleen maar water te drinken! Dus drink elke dag een liter meer. Je bent beter gehydrateerd, gezonder en je verbrandt meer vet!
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Vet-verbranden", "language": "nl"}
Waarom hangt mijn aloë vera-plant? 11 oplossingen voor het verzorgen van een aloë vera-plant waarvan de bladeren slap hangen
Je hebt waarschijnlijk vaak gehoord hoe veerkrachtig aloë vera-planten zijn. Dus wat betekent het dan als de bladeren van je plant slap beginnen te hangen? Maak je geen zorgen! Het komt vaak voor dat aloë vera-planten beginnen te hangen en dit kan een hoop verschillende oorzaken hebben. Bekijk onze lijst met oorzaken zodat je een oplossing voor je aloë vera-plant kunt vinden. Met een beetje verzorging fleurt je plant wellicht weer op. 1. **Door te veel water kunnen de wortels gaan rotten zodat de bladeren slap gaan hangen.** Schraap met je vingernagel over de aarde. Als de aarde kletsnat aanvoelt of er water in de pot staan, dan krijgt je plant te veel vocht. Geef je plant minder water zodat hij de kans krijgt om uit te drogen. Bij de meeste aloë vera-planten kun je prima enkele dagen of zelfs een week wachten voordat je ze weer water geeft. 2. **Voel aan het oppervlak van de aarde en geef de plant water als de aarde droog aanvoelt.** Aloë vera-planten houden van droge omstandigheden, maar als ze niet genoeg water krijgen, kunnen de bladeren naar binnen krullen en gaan hangen. Geef de plant net genoeg water om de aarde te doorweken of stop direct wanneer je water uit de pot ziet lopen. Geef je plant de tijd om uit te drogen tussen de waterbeurten door. 3. **Je plant kan gaan hangen als de temperatuur lager is dan 10 °C.** Aloë vera-planten houden van heet en droog weer, en kunnen dus beginnen te verwelken als het koud wordt. Zet de plant als dat mogelijk is binnen neer of verplaats hem naar een warmere kamer in huis. Meestal fleurt de plant binnen enkele dagen weer op nadat je hem op een warme plek neergezet hebt. Als je je aloë vera-plant niet binnen neer kunt zetten en de temperatuur sterk aan het zakken is, wikkel dan een stuk fleece of bubbeltjesplastic om de onderkant van de plant om te voorkomen dat de wortels bevriezen. 4. **Bij heet en droog weer kan je aloë vera-plant verschrompelen en kunnen de bladeren omkrullen.** Aloë vera-planten houden van hoge temperaturen, maar als de temperatuur hoger is dan 35 °C, dan kan de warmte veel van je plant vergen. Zet de plant als dat mogelijk is op een koelere plek met meer schaduw. Zelfs als je de plant niet kunt verplaatsen kun je hem wat water geven om de bladeren te hydrateren, zodat ze niet zo sterk omkrullen. Als het weer droger en warmer is dan normaal, dan kan het zijn dat je de plant vaker water moet geven en vaker moet controleren. 5. **Zet je aloë vera-plant op een plek waar hij zes uur zonlicht per dag krijgt om te zorgen voor de beste omstandigheden om in te groeien.** Wellicht zie je dat je aloë vera-plant begint te hangen als hij op een plek met weinig licht staat. Verplaats de plant als dat mogelijk is naar een plek in huis of buiten waar hij meer zonlicht krijgt. Als je plant op een vensterbank staat waar hij veel zonlicht krijgt, draai hem dan een keer in de week om, zodat de plant aan alle kanten genoeg zonlicht krijgt. De plant kan naar een kant beginnen te hangen als dat de kant is die altijd zonlicht krijgt. 6. **Geef je plant extra ondersteuning bij het groeien om de bladeren weer naar boven te laten wijzen.** Als alle bladeren hangen, steek dan drie of vier dunne bamboestokjes in de aarde rondom het onderste deel van de plant. Vraag een vriend om de aloë vera-bladeren bij elkaar te pakken, zodat ze naar boven wijzen. Knoop dan een touwtje om alle stokjes zodat ze met elkaar verbonden zijn. Wikkel nog een paar touwtjes om de stokjes om een soort van ondersteunende kooi voor de plant te maken. Wanneer je vriend de bladeren loslaat zullen ze ondersteund worden door de bamboestokjes en de touwtjes. Je kunt de bamboestokjes laten staan totdat het wortelsysteem van de plant verder uitgegroeid is en de bladeren vanzelf omhoog groeien. Als je de plant niet wilt ondersteunen met bamboestokjes, dan kun je ook een kleine cirkelvormige plantengeleider gebruiken. Doe hem om je plant zodat hij zich in het midden bevindt en duw de poten dan in de aarde. 7. **Zet je aloë vera-plant in een diepe pot met afwateringsgaatjes.** Het kan ook gewoon zijn dat je de plant zo veel gegroeid is dat hij aan de bovenkant te zwaar is en de wortels niet diep genoeg kunnen groeien om de plant te stabiliseren. Zoek een pot die minstens zo groot is als de kluit van je aloë vera-plant. Vergeet niet om losse, goed doorlatende aarde te gebruiken. Terracotta potten zijn erg geschikt voor aloë vera-planten. Het poreuze materiaal helpt om de aarde tussen de waterbeurten door uit te drogen, zodat de wortels niet kletsnat worden. 8. **De meeste aloë vera-planten groeien een beetje horizontaal.** Als je graag een plant met volledig rechte bladeren wilt, begin dan met een kleine plant en wikkel een erg dun stuk binddraad rondom de buitenkant van de bladeren. Gebruik met plastic bedekt binddraad dat je bij de meeste tuincentra kunt kopen. Trek de uiteinden van het draad bij elkaar om de bladeren bij elkaar te duwen, zodat ze compact zijn en naar boven wijzen. Laat het draad ten minste enkele dagen om de plant zitten. Je traint de plant om in een bepaalde richting te groeien, dus als je het draad te snel om de plant vandaan haalt, dan kan het zijn dat de plant naar de zijkant blijft groeien. 9. **Sommige aloë vera-planten groeien in bosjes die over de rand van de pot hangen.** Dit is geen probleem – het betekent gewoon dat je de kleine jonge plantjes af moet knippen die onderaan de plant groeien. Gebruik een kleine tuintroffel om de jonge plantjes en hun wortelsysteem los te maken van de grote aloë vera-plant. Laat de jonge planten twee dagen in een warme ruimte drogen zodat de uiteinden van de wortels sterk kunnen worden. Zet de jonge plantjes dan in potten die iets groter dan de plantjes zijn. Wellicht kun je de jonge plantjes zo losmaken en uit de aarde trekken in plaats van ze uit te hoeven graven. Sommige soorten aloë vera worden niet zo groot of recht als andere soorten. Het kan zijn dat je een soort hebt die in lage bosjes groeit. 10. **Controleer de bladeren op piepkleine insecten als schildluizen of wolluizen.** Deze insecten tasten de plant aan door vocht uit de bladeren te zuigen, zodat ze omkrullen of slap gaan hangen. Soms kun je de insecten van de plant spoelen door er water op te spuiten. Als dat niet werkt, spuit dan zo snel mogelijk een niet-giftig insecticide als neemolie op de bladeren om van de insecten af te komen. 11. **Controleer de wortels in de buurt van de buitenste bladeren om te zien of ze gemakkelijk afbreken.** Als de plant aangetast is door wortelrot, dan voelen de wortels slap aan en zijn ze zwart van kleur. Als je de aloë vera-plant gemakkelijk uit de pot kunt trekken, dan zul je zien dat de wortels grotendeels nat zijn en in de pot blijven liggen. Ze ruiken waarschijnlijk ook naar verrotting. Het is helaas moeilijk om de plant volledig te behandelen, dus je zult hem moeten vervangen en je plant voortaan minder water moeten geven. Als je de plant wilt proberen te redden, haal hem dan uit de aarde en knip alle aangetaste wortels eraf. Zet de plant dan in een nieuwe pot met nieuwe aarde die het water goed afvoert.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Problemen-met-een-hangende-alo%C3%AB-vera%E2%80%90plant-oplossen", "language": "nl"}
Buikvet kwijtraken binnen in een week
Buikvet, ook wel visceraal vet, is het vet dat rond je organen opgeslagen wordt. Het kan het risico op kanker, hartziekten, en diabetes met maar liefst 50% verhogen. Je kunt nog deze week beginnen met buikvet kwijt te raken. De volgende methoden zijn degene die door artsen gebruikt worden om mensen te helpen snel visceraal vet kwijt te raken, zodat ze hun gezondheidsrisico's beperken. 1. **Stop met suiker.** Verwerkte voedingsmiddelen, frisdrank, en andere suikerrijke producten zijn er verantwoordelijk voor dat je vet opspaart. Sommige artsen zijn van mening dat je buikvet het beste kwijt kunt raken door minder suiker te eten. Veel mensen eten suikerrijke en vette voedingsmiddelen als ze gestrest zijn. Als je deze gewoonte aangeleerd hebt, vervang de voedingsmiddelen die je normaal zou eten dan door gezondere alternatieven. Denk hierbij aan amandelen, magere yoghurt, worteltjes, of fruit. Fruit is de beste manier om als zoetekauw in je behoeften te voorzien. Vooral omdat je er ook veel andere voedingsstoffen mee opdoet. De vezels in het fruit kunnen een gezonde spijsvertering en gewichtsverlies bevorderen. Dat kun je van de meeste toetjes en traktaties niet zeggen. 2. **Stop met alcohol.** Mensen die meer dan twee alcoholische versnaperingen per avond drinken lopen een verhoogd risico op buikvet. Door slechts één alcoholische versnapering per dag uit je dieet te schrappen krijg je al 200 calorieën minder binnen. 3. **Stop met vette voedingsmiddelen.** Vervang boter en plantaardige olie met avocado-olie, olijfolie, en kokosolie—deze zijn rijk aan gezonde vetten. Neem je vetten met mate. 4. **Eet minder vaak buiten de deur.** Kook deze week verse maaltijden thuis, om te voorkomen dat je te veel suiker en vet consumeert. 5. **Krijg je vitamine C en calcium binnen.** Deze twee voedingsstoffen helpen je het stresshormoon cortisol in evenwicht te houden. Dit hormoon vertelt je lichaam om visceraal vet op te slaan. Als je dus minder cortisol in je lichaam hebt zul je sneller van je buikvet afkomen. Voedingsmiddelen die veel vitamine C bevatten zijn, onder meer: guave, paprika, boerenkool, aardbeien, kiwi, broccoli, sinaasappels, en peterselie. Voedingsmiddelen die rijk zijn aan calcium zijn, onder meer: magere Griekse yoghurt, sardientjes, spinazie, boerenkool, sojabonen, en verrijkte ontbijtgranen. 6. **Eet magere eiwitten.** Vervang alle vette eiwitten uit kaas, rood vlees, en worst door magere eiwitten uit kip, kalkoen, vis, en noten. Eiwitten helpen je spieren op te bouwen als je actief bent. 7. **Overweeg om weiproteïne te drinken als vervanging voor een van je dagelijkse maaltijden.** Hierdoor blijf je je langer vol voelen. Ook helpt het je spiermassa op te bouwen tijdens het lijnen. 8. **Voeg verse groenten en fruit toe aan elke maaltijd.** Vervang je verwerkte voedingsmiddelen en fast food met salades, groenten en fruit. Zo beperk je het aantal calorieën dat je binnenkrijgt. Zorg ervoor dat ten minste je halve bord bestaat uit verse producten. Omdat je minder calorieën binnenkrijgt zul je buikvet verliezen. Vrouwen dienen nooit minder dan 1200 calorieën per dag te nemen, en mannen nooit minder dan 1500. 9. **Evalueer je huidige activiteitsniveau.** Koop een stappenteller, en kijk of je per dag minstens 10.000 stappen zet. Zo niet, dan kan je gebrek aan activiteit zowel de reden als de oplossing voor je zijn. 10. **Doe deze week drie keer aan intervaltraining.** Leg jezelf erop toe om minimaal dertig minuten te wandelen, fietsen, hardlopen, zwemmen, roeien, of trainen op de crosstrainer. Train op een gematigd tempo, en sprint gedurende één tot twee minuutjes op een hoog tempo. Op een gematigd tempo is het mogelijk, wel lastig, om een gesprek gaande te houden. De meeste apparaten in de sportschool beschikken over een intervalprogramma. Een eenvoudige manier om intervaltraining te doen, is door een heuvelachtig gebied te vinden. Vertraag niet als je de heuvel of klucht opklimt, en kom weer op adem als je naar beneden loopt. 11. **Doe nog twee extra trainingen met gemiddelde inspanning.** Hoewel de intervaltraining erop gebaseerd is om vet te verbranden, dien je de intervaltraining af te wisselen met een gemiddeld inspannende wandeling van 30 tot 45 minuten—hierdoor blijft je stofwisseling hoog. Onderzoek aan de University of Virginia heeft uitgewezen dat mensen die drie tot vijf keer per week aan intervalcardio deden meer buikvet kwijt raakten, maar technisch gezien evenveel calorieën verbrandden. 12. **Begin met actieve uitbarstingen lichaamsbeweging.** Kies momenten uit waarop je sedentair bent, zoals bij het tv kijken, de pauze op het werk, of het forenzen. Voeg hier activiteit aan toe! Doe bijvoorbeeld push-ups, sit-ups, en planks tijdens de reclame. Ga rekken en strekken als je in de file staat, en maak een wandeling als je pauze hebt op je werk. Wees creatief, probeer deze week twee keer zo actief te zijn als normaal. 13. **Doe vier keer per week oefeningen met je lichaamsgewicht.** Oefeningen, zoals push-ups, planks, squats, en lunges, zijn zowel cardio- als krachttraining. Ze zijn essentieel om snel af te vallen, omdat ze zich richten op je buik en ledematen. Doe planks. Tijdens deze oefening ga in je de opdrukpositie zitten, laat je je gewicht rusten op je handen (of odnerarmen), en de bal van de voet. Zorg ervoor dat je schouders en enkels in een rechte lijn staan, en probeer je buikspieren zo veel mogelijk in te trekken. Houd deze positie zo'n halve tot twee minuten vol, en doe er ten minste twee achter elkaar. Doe push-ups. Een push-up is net als den plank, omdat het je kern dwingt om het lichaam te steunen. Ga in de plankpositie zitten, of in een aangepaste plankpositie door op handen en knieën te gaan zitten. Doe drie setjes van tien push-ups. Doe squats. Als je al een tijdje geen squats gedaan hebt, leg dan een grote fitnessbal achter je rug, en doe net alsof je op een stoel gaat zitten. Zorg ervoor dat je je buikspieren aanspant, en dat je knieën nooit verder dan je voeten uitsteken. Neem drie seconden om naar de zitpositie te hurken, pauzeer drie seconden, en doe er drie seconden over om weer naar boven te komen. Doe drie setjes van tien. Naarmate je sterker wordt hoef je de fitnessbal niet meer te gebruiken. Doe lunges. Zet je voeten recht onder je heupen. Zet je rechtervoet zo'n (halve) meter naar voren. Buig beide knieën, teneinde je achterste knie naar de grond te bewegen. Plaats je handen op je heupen, en zorg ervoor dat je je buikspieren de hele tijd aanspant. Beweeg langzaam, en richt jezelf weer op om te gaan staan. Doe twintig herhalingen per kant. 14. **Leer om losse gewichten of machines te gebruiken.** Begin met gewichten van 1,5-3 kilogram, en ga tussen de 15 en 30 minuten gewichtheffen—doe het twee keer deze week. Begin met de populaire oefeningen als bicep curls, bankdrukken, calf raises, triceps raises, enz. Investeer in een sessie met een personal trainer als je nog nooit eerder met gewichten getraind hebt. Gewichtheffen bouwt spiermassa op, en spieren verbranden vet. Als je al eens eerder geprobeerd hebt om af te vallen, en niet in staat gebleken bent om dat gewicht eraf te houden, dan kan krachttraining precies datgene zijn waar het jou aan ontbrak. Een onderzoek aan de University of Minnesota heeft aangetoond dat vrouwen die twee keer per week gewichten trainden, 67% minder kans hadden om hun viscerale vet terug te krijgen.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Buikvet-kwijtraken-binnen-in-een-week", "language": "nl"}
Vuur maken met takken
Het is altijd nuttig om te weten hoe je met takken vuur kunt maken, als je aan het kamperen of aan het wandelen bent en ontdekt dat je lucifers vergeten bent. Of je het nu met de hand- of met de boogboormethode doet, beide zijn beproefde technieken die op dezelfde manier werken om een vuurtje te stoken. Het kan traag gaan en frustrerend zijn om op deze manier een vuur te maken, maar met wat oefening kun je het vast onder de knie krijgen. 1. **Zoek naar tondel.** Er zijn een paar verschillende methoden voor het starten van een vuur met takken, maar welke methode je ook gaat proberen, begin met het verzamelen van het tondel en brandhout dat je gaat verbranden. Alles wat droog en vezelig is en vonk kan pakken of opvangen en ontbranden, is geschikt voor tondel. Pluisjes, dons, gedroogd mos en versnipperde plantenvezels zoals cederschors zijn allemaal goede voorbeelden. Je moet proberen een bundel tondel te krijgen die erg droog en fijn is. Het tondel is het eerste wat je gaat verbranden. 2. **Verzamel aanmaakhout.** Je moet ook het aanmaakhout verzamelen, dat je aan het tondel gaat toevoegen zodra je het begin van je vuur hebt. Verzamel een aantal handenvol aanmaakhout, vooral kleine stukjes hout in verschillende afmetingen. Je wilt er een paar die net zo dun zijn als of dunner dan een tandenstoker, maar langer; een paar handenvol hout van ongeveer de dikte en lengte van een potlood; en veel hout tot ongeveer de dikte van je arm. Gebruik geen hout dat op de grond heeft gelegen, want dat kan vochtig zijn. Zoek in plaats daarvan naar dode takken die van bomen zijn gevallen en in lagere takken of aan struiken zijn blijven hangen. Het is mogelijk om dode takken van bomen af te breken, maar neem alleen die takken die onmiddellijk loskomen, anders zijn ze misschien niet dood. Als een tak buigt zonder te breken, dan leeft hij nog of is hij niet droog genoeg. Gebruik geen groen hout, want het meeste brandt niet goed. 3. **Zoek wat groter brandhout.** Als het vuur eenmaal brandt, moet je wat groter brandhout toevoegen om het vuur aan de gang te houden. Het is verstandig om een grote stapel hout klaar te leggen voordat je het vuur aanmaakt. Dit hout moet groter zijn dan het aanmaakhout en pas worden toegevoegd als het vuur eenmaal is aangestoken. Dit hout moet zo droog mogelijk zijn. Dode bomen zijn vaak een goede bron van droog brandhout. Wanneer je het hout verzamelt, moet je proberen te voorkomen dat je het direct op een natte grond legt. 4. **Maak een tondelnest.** Welke methode je ook gebruikt om een vonk te krijgen, je moet eerst een klein nestje maken met het tondel. Dit wordt ook wel een tondelbundel genoemd. Zodra je een vonk of wat kooltjes hebt, breng je deze over naar het nestje om de eerste vlammen te krijgen. Maak een kleine bol van het tondel, ongeveer zo groot als een katoenen bal, en met kleine vezels zoals lisdodde in het midden. Je kunt wat dikkere vezels aan de buitenkant erin verwerken, zoals droge bladeren, om het nest te beschermen. Maak met je duimen een kuiltje of een inkeping voor de houtskool. Probeer de tondelbundel in de vorm van een vogelnest te krijgen. Je kunt een strook schors om de bundel wikkelen om alles mooi bij elkaar te houden. 5. **Maak een tipi of 'huisje' van hout.** Voordat je begint met het maken van een vonk, kun je met wat van het brandhout een soort tipi bouwen. Een kegel maken van de brandstof, met veel hout in het midden en grotere takken langs de zijkanten, kan helpen om het vuur te laten ontstaan en te laten toenemen. Maak de tipi niet te vol, en vergeet niet genoeg ruimte te laten zodat er lucht doorheen kan om de vlam aan te wakkeren. 6. **Zorg voor een vuurplank.** Zowel bij de hand- als bij de boogboormethode moet je eerst de vuurplank voorbereiden. Dit is waar je de boor tegenaan gaat drukken om de wrijving te creëren die hopelijk het vuur aanwakkert. De vuurplank en de boor moeten beide gemaakt zijn van licht, droog en niet-harsachtig hout. Het beste hout hiervoor moet geen sap bevatten en moet licht en zacht genoeg zijn om gemakkelijk met je duimnagel in te kunnen deuken zonder het te gutsen. Maak van het hout van je keuze een stuk van ongeveer 2 cm dik, 5 tot 10 cm breed en minstens 30 cm lang. 7. **Maak een boor.** Zodra je de vuurplank hebt, moet je een boor maken. De boor moet gemaakt zijn van harder hout dan de vuurplank. Populier en esdoorn zijn goede houtsoorten hiervoor. Probeer een zo recht mogelijk stuk hout te vinden, en snijd het uit tot een lengte van ongeveer 20 cm en een diameter van ongeveer 4 cm. Snijd een punt aan het uiteinde van de tak, zoals bij een potlood. Snijd het andere uiteinde in een stompe punt. 8. **Maak een boog.** Ga je de boogboormethode uitproberen, dan is het nu tijd om de boog te maken. Gebruik hiervoor licht buigzaam hout, want je gaat veel druk uitoefenen op de boog en dood hout breekt eerder dan een even groot stuk groen hout. Groen of dood hout kunnen echter beide voor de boog gebruikt worden. Maak een boog die ongeveer zo lang is als je arm, en een diameter heeft van 3 tot 5 cm. Gebruik een zo dun mogelijk stuk hout, zodat de boog dan ook zo licht mogelijk is. Een lichtere boog is gemakkelijker te hanteren en er is minder kracht voor nodig om hem heen en weer te duwen. Hij moet echter stijf genoeg zijn om niet te buigen als je hem gebruikt. 9. **Maak de pees vast.** Gebruik voor de pees een schoenveter, een trekkoord, een klein touwtje of wat voor touwsoort je maar kunt vinden. Natuurlijke materialen zoals hondsdraf en brandnetel werden van oudsher gebruikt om boogpezen te maken. Knip een lengte van 1,5 tot 2 m af en bind het ene uiteinde van het touw stevig vast aan het uiteinde van de boog. Bind het andere eind van het touwtje vast met een lossere verstelbare knoop, zodat je de lengte en de spanning van het touwtje kunt aanpassen. 10. **Stel de pees af.** Het is belangrijk om de pees strak te houden, zodat hij niet over de boor glijdt. Als de pees echter te strak gespannen is, zal de boor uit de fitting of uit de vuurplank springen. Er zijn een aantal manieren om de pees af te stellen. Zorg dat de pees net strak genoeg zit, houd hem vast aan het uiteinde van de boog en knijp hem vervolgens tegen de boog aan terwijl je zo nodig heen en weer begint te zagen. Zelfs als je de pees in het begin al precies goed krijgt, zal hij vaak losser gaan zitten als je heen en weer zaagt, dus dit is een goede techniek om onder de knie te krijgen. Het kan zijn dat je met je hand langs de boog omhoog moet werken om de pees strak genoeg te krijgen. Om de pees stevig te houden, moet je hem misschien om je vinger(s) lussen of aanpassen door een strakkere knoop te leggen. Een andere manier om hem strak te houden is om een andere tak (bij voorkeur een dikke, want bij deze methode kunnen kleinere takken knappen) vlak bij het uiteinde in een andere lus te steken. Draaif de pees rond tot je de gewenste spanning hebt verkregen en 'vergrendel' hem dan tegen de boog. Als de pees er telkens afglijdt, houd dat uiteinde dan vast. 11. **Zoek of maak een mof.** De mof, ook wel handgreep genoemd, is datgene wat je gebruikt om wat meer neerwaartse druk op de boor uit te oefenen. Meestal is het een klein voorwerp met een gat of een inkeping erin dat je op de boor plaatst en naar beneden duwt. De mof kan gemaakt zijn van bot, hout of steen. Zoek een steen met een effen kuiltje erin. Een steen ter grootte van een vuist zou ideaal zijn. Hij moet gemakkelijk in je hand passen, maar niet te klein zijn, anders kan hij snel heet worden. De ideale steen heeft een diep kuiltje met gladde zijkanten. Als je geen steen kunt vinden, dan is een mof van hout het gemakkelijkst te maken. Het moet klein genoeg zijn om hem comfortabel in je hand te houden, maar groot genoeg zodat je vingers er niet helemaal omheen kunnen en de boor raken. Het beste is om de mof indien mogelijk van hardhout te maken of een knoop in zachthout te gebruiken als een natuurlijke ingesmeerde mof. Met de punt van een mes of een scherpe steen boor je een gat tot halverwege in het hout. Je kunt ook een mof improviseren van vele andere materialen. Zoek naar dingen die het smalle uiteinde van de boor stabiel kunnen houden, maar het toch gemakkelijk laten draaien. Natuurlijk kunnen er ook andere dingen als mof worden gebruikt. Het insmeren van de mof met lippenbalsem of hars is een goede gewoonte. 12. **Maak een klein gaatje in de vuurplank.** Als je al een gat in de vuurplank hebt geboord voordat je in de wildernis trok, hoef je deze stap niet te doen. Maak je echter een vuurplank van de grond af aan, dan moet je het gat maken waar je vervolgens de boor insteekt. Maak een klein gaatje met een mes, ongeveer 2 cm van de rand van de plank af. Het gat moet even breed zijn als de boor en ongeveer een halve centimeter diep. Als je de boor omlaag duwt, moet het moeilijk zijn om hem te draaien. Je moet een sterke wrijving voelen. 13. **Gebruik de boogboor om het gat te branden.** Als je een klein gaatje hebt uitgehakt, kun je de boor gebruiken om er een betere vorm van te maken en wrijving en vuur te creëren. Je kunt dit doen door in het gat te boren en het met wrijving te verbranden. Als je dit gat eenmaal hebt gemaakt, kun je het in de toekomst hergebruiken om een vuurtje te stoken met takken. Let op dat de volgende stappen zijn geschreven vanuit het perspectief van een rechtshandige persoon; voor linkshandigen geldt het omgekeerde. Zet de vuurplank op de grond. Zet je linkervoet op de vuurplank ongeveer 2 cm links van het gat. Je voetholte (niet de bal of de hiel) moet boven de vuurplank staan. Zorg ervoor dat de grond vrij vlak is of steek de vuurplank een beetje in de grond. De vuurplank mag niet teveel wiebelen of schommelen, liever helemaal niet. Kniel op je rechterknie. Zorg ervoor dat je rechterknie ver genoeg achter je linkervoet staat zodat je alle hoeken van 90 graden maakt. (Daarover later meer). Houd de boog in je rechterhand en de boor in je linker. Zet de boor op de pees met de scherpe punt naar rechts, en draai hem in de boog. Je kunt de pees wat losser maken als dat te moeilijk is, maar hij mag niet wegglijden als hij eenmaal om de boor gewikkeld is. Zet het stompe uiteinde van de boor op de krater. Zet de mof op de boor. Grijp zo dicht mogelijk bij het uiteinde van de boog als je kunt. Oefen wat neerwaartse druk uit op de mof en begin heen en weer te trekken aan de boog. Het is een subtiel evenwicht tussen te veel en te weinig druk uitoefenen op de boor, en de pees van de boog te strak en niet strak genoeg hebben. Zaag steeds sneller heen en weer met de boog, en zet steeds meer druk op de mof. Uiteindelijk zal er wat zwart poeder en rook langs de bodem van de boor ontstaan. Dit is een goed teken! Stop en raap de vuurplank op. 14. **Brand het gat met een handboor.** Als je geen boog gebruikt, moet je toch het gat in de plank branden. Je kunt dit doen door de boor met je handen te draaien en de wrijving te creëren op dezelfde manier als de boog dat doet. Zet de boor tussen je handen en laat je handen heen en weer gaan om hem te draaien. Zorg ervoor dat je de hele tijd een neerwaartse en inwaartse druk op de boor houdt. Je zult merken dat je handen dan langs de boor naar beneden bewegen. Het is belangrijk om te blijven draaien, dus als je handen dicht bij de plank zijn, beweeg ze dan snel terug naar de bovenkant van de boor. Ga door tot je rook ziet. Dit kan een lang en moeizaam proces zijn, dus heb geduld en blijf volhouden. 15. **Snijd een rookkanaal uit.** Gebruik je mes om een V-vormige inkeping te maken vanaf de rand van de vuurplank tot bijna het midden van het gat dat je net in de vuurplank hebt gebrand. Het belangrijkste is dat de inkeping niet zo breed is dat als je de boor weer in het gat laat draaien, hij door de inkeping naar buiten glipt. De inkeping moet de grootte hebben van ongeveer 1/8 van een taartpunt. Het smalle uiteinde van de 'taartpunt' moet samenkomen met het midden van het gat dat je in het hout hebt gebrand. Het brede uiteinde moet naar buiten wijzen, van het gat af. De inkeping en de boor die erin gaat moeten beide ruw zijn, niet glanzend en glad. De ruwheid bevordert de wrijving. Als ze glimmend worden, doe dan een beetje zand in de inkeping. 16. **Plaats een vanger voor de houtskool.** Je hebt iets nodig om de ontstane houtskool in op te vangen, geïsoleerd te houden van de koude grond en om hem van de grond naar het tondel te dragen. Dit kan een droog blad, een stukje hout, een stukje papier of schors zijn, of andere opties. Wat het ook is, zorg ervoor dat je het kunt oppakken zonder te stuntelen en het te laten vallen. Plaats het direct onder de inkeping die je in de vuurplank hebt gemaakt voordat je houtskool probeert te maken. 17. **Maak houtskool met een boog.** Het is nu tijd om vuur te maken! Je doet alles op dezelfde manier als toen je een gat in de vuurplank brandde. Vergeet niet de houtskoolvanger onder de inkeping van de schoorsteen te leggen, en de tondelbundel klaar te houden. Start met duwen en trekken aan de boog, en druk naar beneden op de mof. Als je in een ritme komt, zaag je sneller en zet je meer druk op de mof. Houd de boog in het midden van de boor. Als de pees omhoog beweegt in de boor, ontstaat er een grotere horizontale kracht in de buurt van de mof en is de kans groter dat hij eruit springt. De pees moet altijd horizontaal ten opzichte van de grond staan (als de grond perfect vlak is) en loodrecht op de boor. Dit zorgt ervoor dat elke slag van de boog de maximale hoeveelheid 'energie' levert en als gevolg daarvan de vermoeidheid in je lichaam vermindert – een boogboor gebruiken is zwoegen! Uiteindelijk krijg je zwart poeder dat zich verzamelt in het rookkanaal. Ga door en je zult een beetje rook krijgen. Als er veel rook uitkomt, stop dan niet. Verhoog de druk en de snelheid van het boren. Kijk naar het stof dat je aan het maken bent. Hoe donkerder het stof, hoe beter. Als je rook uit de stofhoop krijgt, dan heb je waarschijnlijk houtskool. 18. **Maak houtskool met een handboor.** Herhaal, als je je handen gebruikt, de handboortechniek die je hebt gebruikt om het gat in de vuurplank te branden. Je handen gebruiken in plaats van een boog is over het algemeen langzamer en harder werken, maar je kunt er wel houtskool van krijgen als je volhoudt. Beweeg je handen snel heen en weer over de boor, en laat de neerwaartse druk op het brandhout niet afnemen. Probeer je handen naar de bovenkant van de boor te houden door ze in een halve cirkel of in een boog te bewegen. Het laagste punt van de boog moet het punt zijn waar ze tegen de boor aankomen. 19. **Blaas de houtskool tot vlammen.** Zodra je houtskool hebt, verwijder je voorzichtig de boor en til je de vuurplank weg, waarbij je een takje gebruikt om de nieuwe sintel naar beneden te houden als hij in de inkeping blijft steken. Gebruik je hand om voorzichtig lucht over de houtskool te verspreiden, zodat hij groter en steviger wordt. Blaas er niet op, tenzij je heel zachtjes blaast, want dan zou je hem van de houtskoolvanger kunnen stoten. Als de grond nat is, zal dat de houtskool doven. Je zou de houtskool ook kunnen doven als je hem van de grond moet rapen. Als je zeker weet dat de houtskool niet uitgaat, breng je hem over naar het tondel en blaas je er zachtjes op. 20. **Blaas door de tondelbundel.** Begin zachtjes door de bundel te blazen terwijl je het tondel zachtjes om de houtskool knijpt. Naarmate er meer tondel aanslaat, moet je het misschien draaien en/of een andere vorm geven zodat de sintel zich steeds verder in het tondel verspreidt. Door te blazen wordt er meer zuurstof aangevoerd om het vuur aan te wakkeren en de energie van de houtskool op de tondelbundel over te brengen. 21. **Bouw het vuur op.** Ga door met blazen en zachtjes knijpen met de tondelbundel totdat je echte vlammen krijgt. Leg hem op de grond waar je het vuur wilt hebben. Blijf blazen als het nodig is om de vlammen aan de gang te houden. Voeg de takjes ter grootte van een tandenstoker toe aan de bundel, daarna de potloodtakjes, gevolgd door steeds grotere dingen tot je een kampvuur hebt. Als je een tipi-achtig vuur hebt gemaakt, leg je de brandende tondelbundel in het midden. Blaas langzaam en gestaag om het vuur te verspreiden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Vuur-maken-met-takken", "language": "nl"}
Spaanse werkwoorden vervoegen (tegenwoordige tijd)
Werkwoorden vervoegen in het Spaans kan lastig zijn. Om een regelmatig werkwoord te vervoegen in de tegenwoordige tijd, hoef je alleen je onderwerp te weten, de uitgang van het werkwoord weg te halen, en de uitgang voor het bijbehorende onderwerp toe te voegen. Wanneer je wederkerende of onregelmatige werkwoorden gaat vervoegen, veranderen de regels een beetje, maar je kunt het nog steeds doen als je de belangrijkste feiten kent. Als je wilt weten hoe je Spaanse werkwoorden vervoegt in de tegenwoordige tijd, volg je deze stappen. 1. **Begrijp onderwerpen.** Het onderwerp is het zelfstandig naamwoord waar het werkwoord naar verwijst. Om een werkwoord te vervoegen in het Spaans, moet je eerst de verschillende persoonlijke voornaamwoorden in die taal kennen. Dit zijn ze: Yo — ik (formeel) Tú — jij (enkelvoud informeel) Usted — u (enkelvoud formeel) Él, ella — hij, zij Nosotros/as — wij Vosotros/as — jullie (meervoud informeel) Ustedes — u (meervoud formeel) Ellos/as — zij Hoewel er acht verschillende onderwerpen zijn, zijn er slechts zes verschillende vormen voor vervoeging. Él, ella en usted worden op dezelfde manier vervoegd, net als ellos, ellas en ustedes. 2. **Bepaal het onderwerp.** Als je eenmaal bekend bent met onderwerpen, moet je het zelfstandig naamwoord vinden dat bij het werkwoord hoort. Stel dat het werkwoord necesitar (nodig hebben) is, wie heeft dan iets nodig? Jij? De persoon met wie je praat? Een groep jongens? Het onderwerp bepaalt de vorm van vervoeging. 3. **Haal de uitgang weg.** Alle Spaanse werkwoorden eindigen op "-ar", "-ir" of "-er". Als je de huidige uitgang hebt weggehaald, kun je de nieuwe overeenkomstige uitgang toevoegen. Tenzij het werkwoord wederkerend is, dan staat er "se" achter de uitgang van het werkwoord. 4. **Vervoeg "-ar" werkwoorden.** Als je de vorm van vervoeging voor "-ar" werkwoorden in de tegenwoordige tijd kent, kun je de vorm aan het eind van ieder regelmatig "-ar" werkwoord toevoegen. Dit zijn de regels voor het vervoegen ervan in de tegenwoordige tijd, met gebruik van het werkwoord hablar (spreken): Yo: o - hablo Tú: as - hablas Él, Ella, Usted: a - habla Nosotros/as: amos - hablamos Vosotros/as: áis - habláis Ellos/as, Ustedes: an - hablan 5. **Vervoeg "-er" werkwoorden.** Leer de vorm voor vervoeging van "-er" werkwoorden in de tegenwoordige tijd en voeg deze gewoon toe aan het eind van elk werkwoord. Dit zijn de uitgangen voor het werkwoord "-er" in de tegenwoordige tijd met gebruik van het werkwoord beber (drinken) als voorbeeld: Yo: o - bebo Tú: es - bebes Él, Ella, Usted: e - bebe Nosotros/as: emos - bebemos Vosotros/as: éis - bebéis Ellos/as, Ustedes: en - beben 6. **Vervoeg "-ir" werkwoorden.** Leer de vorm voor vervoeging van "-ir" werkwoorden in de tegenwoordige tijd, en voeg deze toe aan het eind van elk werkwoord. Dit zijn de uitgangen voor het werkwoord "-ir" in de tegenwoordige tijd, met gebruik van het werkwoord vivir (leven): Yo: o - vivo Tú: es - vives Él, Ella, Usted: e - vive Nosotros/as: imos - vivimos Vosotros/as: ís - vivís Ellos/as, Ustedes: en - viven 7. **Leer het voornaamwoord "se" vervoegen.** Om een wederkerend werkwoord te vervoegen, moet je eerst leren hoe je het vervoegt afhankelijk van het persoonlijke voornaamwoord van het onderwerp. Elk onderwerp heeft een aparte vorm van se. Deze vervoegde vormen van se werken in iedere tijd. Dit zijn ze: Yo: me Tú: te Él, Ella, Usted: se Nosotros/as: nos Vosotros/as: os Ellos/as, Ustedes: se 8. **Zet de vorm van "se" voor het werkwoord.** Voor je verdergaat, kun je de bijbehorende vorm van "se" voor het werkwoord zetten. Je kunt dit zien als het weghalen van "se" aan het eind van het werkwoord voordat je het vervoegt. Haal de "se" uitgang weg -- je hebt het immers al vervoegd. 9. **Vervoeg het werkwoord.** Vervoeg het werkwoord nu volgens de regels van het vervoegen van een werkwoord in de tegenwoordige tijd -- mits het een regelmatig werkwoord is. Zet het werkwoord na de juiste vorm van se, en dan ben je klaar met vervoegen. Je kunt het persoonlijke voornaamwoord van het onderwerp weglaten voor het wederkerende voornaamwoord wanneer je een uitspraak doet met een wederkerend werkwoord; je kunt bijvoorbeeld "Yo me lavo" zeggen om te zeggen "Ik was mezelf", maar "Me lavo" komt vaker voor. Dit zijn de vormen van het vervoegde wederkerende werkwoord levanto (opstaan) in de tegenwoordige tijd: Yo: me levanto Tú: te levantas Él, Ella, Usted: se levanta Nosotros/as: nos levantamos Vosotros/as: os levantáis Ellos/as, Ustedes: se levantan 10. **Vervoeg werkwoorden met een veranderende stam.** Dit zijn de werkwoorden waarbij de stam (of "radicaal") verandert, ofwel sterk werkwoorden. Bij sterke werkwoorden verandert de stamklinker van het werkwoord in de tegenwoordige tijd. De stam verandert echter niet in de nosotros of vosotros vormen van het werkwoord. Er zijn een aantal verschillende manieren waarop de stamklinker kan veranderen. Dit zijn een paar voorbeelden: Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van o naar ue met dormir (slapen) als voorbeeld: Yo: duermo Tú: duermes Él, Ella, Usted: duerme Nosotros/as: dormimos Vosotros/as: dormís Ellos/as, Ustedes: duermen Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van e naar ie met querer (willen) als voorbeeld: Yo: quiero Tú: quieres Él, Ella, Usted: quiere Nosotros/as: queremos Vosotros/as: queréis Ellos/as, Ustedes: quieren Vervoeg werkwoorden met een stamverandering van e naar i met seguier (volgen of verdergaan) als voorbeeld: Yo: sigo Tú: sigues Él, Ella, Usted: sigue Nosotros/as: seguimos Vosotros/as: seguís Ellos/as, Ustedes: siguen 11. **Vervoeg werkwoorden die veranderen in de eerste persoon.** Sommige werkwoorden zijn onregelmatig in de eerste persoon in de tegenwoordige tijd. De overige vormen volgen de regels van het vervoegen van regelmatige werkwoorden. Je kunt deze werkwoorden het best uit je hoofd leren om ze juist te vervoegen. Dit zijn een paar voorbeelden van werkwoorden die alleen in de eerste persoon onregelmatig zijn (de yo vorm): Vervoeg werkwoorden die in de eerste persoon van c in zc veranderen: Conocer (bekend zijn met): Yo conozco Agradecer (bedanken): Yo agradezco Ofrecer (aanbieden): Yo ofrezco Vervoeg werkwoorden waarbij in de eerste persoon een g verschijnt: Caer (vallen): Yo caigo Salir (uitgaan): Yo salgo Tener (hebben): Yo tengo Vervoeg werkwoorden met andere veranderingen in de yo-vorm: Dar (geven): Yo doy Saber (weten): Yo sé Ver (zien): Yo veo 12. **Vervoeg andere onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd.** Er zijn andere veel gebruikte werkwoorden -- en andere die minder worden gebruikt -- waarbij de stam niet verandert, maar die onregelmatig worden vervoegd. Deze uit je hoofd leren zal je helpen de basis van het Spaans onder de knie te krijgen. Dit zijn een paar veel voorkomende onregelmatige werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegd: Estar (zijn): Yo: estoy Tú: estás Él, Ella, Usted: está Nosotros/as: estamos Vosotros/as: estáis Ellos/as, Ustedes: están Ser (zijn): Yo: soy Tú: eres Él, Ella, Usted: son Nosotros/as: somos Vosotros/as: sois Ellos, Ellas, Ustedes: son Ir (gaan): Yo: voy Tú: vas Él, Ella, Usted: va Nosotros/as: vamos Vosotros/as: vais Ellos/as, Ustedes: van
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Spaanse-werkwoorden-vervoegen-(tegenwoordige-tijd)", "language": "nl"}
Netelroos op natuurlijke wijze behandelen
Bij netelroos is er sprake van licht opgezwollen jeukende huiduitslag veroorzaakt door een allergische reactie. Netelroos is in vrijwel alle gevallen ongevaarlijk en verdwijnt uiteindelijk vanzelf weer. Het kan echter wel een hoop ongemak veroorzaken. Een allergoloog kan enkele onderzoeken uitvoeren en de exacte oorzaak van je netelroos vaststellen, maar netelroos kan in de meeste gevallen zelf thuis behandeld worden met behulp van enkele middelen en aanpassingen aan je leefstijl. Als je last van chronische netelroos hebt of je ademhalingsproblemen hebt, roep dan direct medische hulp in. 1. **Leg een koud kompres op de huiduitslag om de jeuk te verzachten.** Kou zorgt er meestal voor dat de plekken met netelroos minder jeuken. Pak een ijszak of een handdoek die je natgemaakt hebt met koud water en houd hem tegen de plek in kwestie. Houd het kompres maximaal een kwartier lang tegen de netelroos om de jeuk te verzachten. Dit is een goede behandeling als de plekken met netelroos niet erg groot zijn. Als je ijs of een ijszak gebruikt, wikkel het dan altijd in een handdoek voordat je het tegen de plek houdt. Je huid kan beschadigd raken als je iets kouds zonder enige bescherming tegen je huid houdt. Als je een natte handdoek gebruikt, dan kun je hem naar behoefte opnieuw natmaken met koud water. 2. **Neem een koud bad met colloïdale havermout in het geval van grote plekken met netelroos.** Als je netelroos op een groot deel van je lichaam hebt, dan is de uitslag een stuk lastiger te behandelen met kompressen. Neem in plaats daarvan een koud of lauw bad. Strooi een of twee handjes colloïdale havermout, ofwel tot een fijn poeder vermalen havermout, onder de kraan in het water terwijl het bad zich vult. Ga dan 20-30 minuten in het bad zitten om je jeukende huid te verzachten. Als je ertegen kunt, dan helpt een koud bad het beste om de jeuk te verzachten. Het koude water kan echter onaangenaam zijn, dus een lauw bad is de beste keuze om comfortabel te blijven en de uitslag niet te irriteren. Colloïdale havermout kun je bij natuurvoedingswinkels en op het internet kopen. Je kunt het tevens zelf maken door gewone havermout te vermalen in een keukenmachine. Als je liever geen bad neemt, dan kun je ook een koude douche nemen. 3. **Smeer na het nemen van een bad calaminelotion op je netelroos.** Na het nemen van een bad zijn je poriën verder geopend en zal je huid de lotion beter opnemen. Doe een klodder calaminelotion op je vinger of een wattenbolletje en wrijf het op de jeukende plekken. Blijf wrijven totdat de lotion door de huid opgenomen is. Volg de aanwijzingen op de verpakking van de lotion op. Meestal kun je de lotion maximaal drie keer per dag aanbrengen. Breng geen calaminelotion op je gezicht aan. Calaminelotion kun je zonder recept bij de apotheek halen. Het wordt ook wel calamineschudsel genoemd. 4. **Draag wijde kleren die geen warmte en vocht vasthouden.** Door druk, warmte en wrijving kun je meer last van jeuk krijgen en kan je netelroos erger worden. Draag totdat je symptomen verdwijnen comfortabele, wijde kleren om je huid te laten ademen. Goede keuzes zijn onder andere een joggingbroek, een wijd shirt, een pyjamabroek of een sportbroek. Probeer je ook zo koel mogelijk te kleden, want door warmte kan je netelroos verergeren. Draag dunne stoffen en een korte broek als het weer warm genoeg is. Draag geen ruwe kleren die over je huid krassen. Wol en spijkerstof zijn waarschijnlijk oncomfortabel. Zachte stoffen als katoen zijn het beste. Als je chronische netelroos hebt, dan kan het helpen om permanent andere kleding te dragen. Koop veel wijde, dunne katoenen kleren om wrijving en warmte te voorkomen. 5. **Houd jezelf koel totdat de netelroos wegtrekt.** Door warmte worden de jeuk en de huiduitslag erger, dus houd jezelf zo koel mogelijk totdat je symptomen verdwijnen. Draag niet alleen dunne kleren, maar kies ook niet voor activiteiten waar je het warm van krijgt en door gaat zweten. Ga even een dagje niet sporten of naar de sportschool en ontspan je. Netelroos verdwijnt in de meeste gevallen binnen een dag, waarna je weer door kunt gaan met je normale bezigheden. Ga voor een ventilator zitten of schakel de airconditioning in om je huid koel te houden als het warm weer is. Draag ook dunne kleren, zodat je niet oververhit raakt. Voedingsmiddelen als kruiden en hete dranken kunnen je lichaamstemperatuur ook verhogen. Houd het bij drankjes met ijs erin en milde voedingsmiddelen totdat je netelroos verdwenen is. 6. **Blijf in de schaduw als je ergens naartoe moet.** Door direct zonlicht kan je huid warmer worden en de huiduitslag verergeren. Als je niet binnen kunt blijven, probeer dan zo veel mogelijk uit de zon te blijven. Blijf in de schaduw, onder bomen en afdakjes om te voorkomen dat je netelroos erger wordt. Als je een dunne broek en een shirt met lange mouwen hebt, draag ze dan om te voorkomen dat je netelroos blootgesteld wordt aan direct zonlicht. 7. **Gebruik lotions en vochtinbrengende middelen zonder geurstoffen.** Agressieve huidverzorgingsproducten zijn een van de hoofdoorzaken van netelroos. Vervang al je lotions en vochtinbrengende middelen door producten zonder geurstoffen. Zoek ook naar producten op waterbasis in plaats van oliebasis. Middelen met olie zijn dik en kunnen je poriën verstoppen. Probeer hypoallergene lotions te gebruiken die speciaal bedoeld zijn voor een gevoelige huid. De kans is kleiner dat je daar netelroos van krijgt. 8. **Krab niet aan de huiduitslag om te voorkomen dat hij erger wordt.** Dit kan moeilijk zijn, maar door eraan te krabben gaat je netelroos sterker jeuken en doet hij meer pijn. Probeer de neiging om te krabben zo goed mogelijk te weerstaan. Leg in plaats daarvan een koud kompres op de jeukende plekken of duw er gewoon voorzichtig op met je vingers om de jeuk te verzachten. Als je niet kunt voorkomen dat je krabt, probeer dan zachte handschoenen te dragen. Zo kun je je huid niet kapotmaken. 9. **Houd je activiteiten bij om te zien of je netelroos een bepaalde oorzaak heeft.** In veel gevallen heeft netelroos een specifieke trigger, waardoor je er weer last van krijgt. Door erachter te komen wat je triggers zijn kun je je netelroos helpen behandelen en nieuwe huiduitslag voorkomen. Houd bij wat je eet, wat je draagt en wat je doet om te zien wat je precies deed voordat je netelroos kreeg. Zo kun je een idee krijgen van de oorzaak van je netelroos. Vrijwel alles kan netelroos veroorzaken, dus iedereen heeft zijn of haar eigen specifieke triggers. Veelvoorkomende triggers zijn bepaalde voedingsmiddelen, medicijnen, huidschilfers van huisdieren, planten, kleurstoffen, voedingskleurstof, warmte, stress en druk. Het bijhouden van een netelroosdagboek is een goede manier om je activiteiten in kaart te brengen. Schrijf op wanneer je voor het eerst last kreeg van netelroos en wat je een tot twee uur daarvoor aan het doen was, waaronder de kleding die je droeg en wat je at. Als je naar een arts of allergoloog gaat, kun je het netelroosdagboek met je meenemen. 10. **Vermijd je triggers om nieuwe huiduitslag te voorkomen.** Wanneer je een lijst hebt gemaakt van alle dingen die je gedaan hebt voordat je last van netelroos kreeg, heb je waarschijnlijk een idee van de oorzaak. Als je de lijst kunt beperken tot enkele ingrediënten of activiteiten, vermijd ze dan zo veel mogelijk om nieuwe netelroos te voorkomen. Als je geen triggers weg kunt strepen, probeer dan langzaamaan dingen uit te sluiten. Als je bijvoorbeeld denkt dat je netelroos hebt gekregen door schaaldieren of ibuprofen, stop dan eerst met het gebruiken van ibuprofen en kijk of je weer last krijgt van netelroos. Als dat zo is, eet dan geen schaaldieren meer. Op deze manier krijg je geleidelijk aan een beeld van welke dingen netelroos veroorzaken en welke niet. Onthoud dat je je netelroos nog steeds goed kunt behandelen, zelfs al weet je niet wat de oorzaak is. Veel mensen met chronische netelroos komen nooit achter de oorzaak, maar kunnen hun symptomen prima onder controle houden. 11. **Verlaag je stressniveau** Stress is een andere belangrijke oorzaak van netelroos, evenals een aantal andere klachten. Als je chronische netelroos hebt of last van netelroos krijgt wanneer je gestrest bent, neem dan stappen om je stress te verminderen. Neem de tijd om dingen te doen die je leuk vindt, zoals naar muziek luisteren, een film kijken of iets anders leuks. Regelmatig sporten werkt ook erg goed om je stressniveau te verlagen. Probeer stressverminderende activiteiten als meditatie, yoga en diepe ademhalingsoefeningen. Plan ‘s ochtends en ‘s avonds tien minuten in om je te ontspannen met behulp van deze activiteiten. Als je toch netelroos krijgt, probeer dan rustig te blijven. Als je nog gestrester raakt, kan je netelroos verergeren. Herinner jezelf eraan dat netelroos vervelend maar niet gevaarlijk is. Ga naar een therapeut als het moeilijk voor je is om je stressniveau te verlagen. 12. **Stap over op andere medicijnen als netelroos een van de bijwerkingen is.** Veel receptplichtige en vrij verkrijgbare medicijnen kunnen netelroos als bijwerking hebben. Als je regelmatig medicijnen gebruikt, lees dan de bijsluiter om te kijken welke mogelijke bijwerkingen er zijn of vraag je arts of apotheker of ze netelroos kunnen veroorzaken. Gebruik geen medicijnen die netelroos kunnen veroorzaken en vraag je arts of je indien nodig over kunt stappen op een ander receptplichtig medicijn. Vrijwel alle medicijnen kunnen netelroos veroorzaken, maar vaak zijn aspirine en ibuprofen de boosdoeners. Als je gestopt bent met een bepaald medicijn maar nog steeds last van netelroos krijgt, dan was het medicijn waarschijnlijk niet de oorzaak. 13. **Slik een vitamine D-supplement om je immuunsysteem te versterken.** Er is enig bewijs dat vitamine D-supplementen chronische netelroos helpen verminderen door het immuunsysteem te versterken. Haal een supplement bij de drogist en gebruik het volgens de aanwijzingen op de verpakking. Je immuunsysteem wordt er op den duur sterker van en helpt je lichaam om nieuwe netelroos te bestrijden. Vraag altijd advies aan je huisarts voordat je supplementen gaat slikken zodat je zeker weet dat ze niet slecht voor je gezondheid zijn. 14. **Roep direct medische hulp in als je keel opzwelt.** Netelroos kan in zeldzame gevallen zwellingen in de keel veroorzaken door een anafylactische reactie, wat erg eng kan zijn. Probeer je echter geen zorgen te maken, want epinefrine kan helpen. Gebruik je EpiPen, als je die hebt. Je kunt ook 112 bellen of iemand vragen om je naar de spoedeisende hulp te brengen. Een arts zal waarschijnlijk epinefrine toedienen om de reactie tegen te gaan. Bij een anafylactische reactie kun je ook de volgende symptomen hebben: Huiduitslag, evenals netelroos, jeuk en een rode of bleke huid Een warm gevoel Het gevoel een brok in de keel te hebben Piepend ademhalen of andere ademhalingsproblemen Een opgezwollen tong of keel Snelle polsslag en hartslag Misselijkheid, overgeven en diarree Duizeligheid en flauwvallen 15. **Ga naar je huisarts als de symptomen aan blijven houden na een thuisbehandeling van twee tot drie dagen.** Je netelroos zou na enkele dagen minder erg moeten beginnen te worden. Een thuisbehandeling werkt echter niet voor iedereen. Als de netelroos niet wegtrekt of erger begint te worden, ga dan naar de huisarts om erachter te komen welke andere behandelopties er zijn. Je arts zal een lichamelijk onderzoek uitvoeren om een diagnose te stellen. Vertel je arts wanneer je voor het eerst last kreeg van netelroos, evenals hoe je de uitslag thuis behandeld hebt. Als je vaak netelroos hebt of je er langer dan zes weken achter elkaar last van hebt, dan kan het een goed idee zijn om naar een dermatoloog te gaan. Hij of zij kan je helpen om erachter te komen wat de oorzaak van je netelroos is, zodat je er iets aan kunt doen. 16. **Laat een allergietest uitvoeren om erachter te komen wat de oorzaak van je chronische netelroos is.** In de meeste gevallen is een allergietest niet nodig. Je huisarts kan er echter eentje aanraden als je chronische netelroos hebt. Bij een allergietest worden er 40 verschillende allergenen in je huid geprikt of gekrast. Na een kwartier wordt je huid bekeken om te zien of je een reactie op een van de allergenen hebt gehad. Je arts zal het resultaat beoordelen en vaststellen of je een of meerdere allergieën hebt. Een allergietest zou geen pijn moeten doen, maar je kunt wat last van ongemak hebben. Je arts zal eerder een allergietest aanraden als je chronische netelroos hebt. 17. **Gebruik een niet-versuffend antihistaminicum om je netelroos te behandelen en jeuk te verzachten.** Een dergelijk medicijn zorgt ervoor dat je lichaam niet meer op het allergeen reageert. Het vermindert de ontstekingen en zwellingen in je lichaam, verzacht de jeuk en vermindert roodheid. Een antihistaminicum kan helpen om de netelroos op den duur te genezen. Sommige antihistaminica kun je zonder recept krijgen, zoals cetirizine (Zyrtec, Prevalin Allerstop), fexofenadine (Allegra) en loratadine (Claritine, Allerfree). Deze medicijnen hebben geen versuffende werking. Je huisarts kan je een sterker antihistaminicum voorschrijven als hij of zij denkt dat je dat nodig hebt. 18. **Gebruik een ontstekingsremmend middel om zwellingen, jeuk en roodheid te verminderen.** Je kunt een niet-steroïde ontstekingsremmend geneesmiddel (NSAID) gebruiken om ontstekingen te verminderen, maar wellicht moet je corticosteroïden gebruiken. Gebruik deze medicijnen maar korte tijd, zoals een week lang, of zo lang als je arts aanraadt. Het is niet veilig om NSAID’s en corticosteroïden lange tijd te gebruiken, tenzij je arts je anders aanraadt. NSAID’s zijn vrij verkrijgbaar. Je kunt bijvoorbeeld ibuprofen (o.a. Advil) of naproxen (o.a. Aleve) slikken volgens de aanwijzingen op de verpakking om pijn en ontstekingen te verzachten. Je kunt tevens een neusspray met corticosteroïden gebruiken, zoals Nasacort. Geneesmiddelen met corticosteroïden zijn echter alleen op recept verkrijgbaar. Je arts kan je ook andere corticosteroïden voorschrijven, zoals prednison, prednisolon of methylprednisolon. Deze medicijnen bieden meer verlichting dan vrij verkrijgbare middelen. 19. **Vraag je arts om een leukotrieenantagonist als je chronische netelroos hebt.** Als je vaak last van netelroos hebt, dan heb je wellicht baat bij een langdurige behandeling. Je arts kan je een leukotrieenantagonist voorschrijven als montelukast (Singulair). Dit is een niet-steroïde ontstekingsremmend geneesmiddel dat pijn en zwellingen in je lichaam verzacht. Dit medicijn kun je doorgaans veilig lange tijd gebruiken, maar dat geldt niet voor iedereen. Je arts zal je helpen om het juiste geneesmiddel te vinden.
nl.wikihow.com
{"url": "https://nl.wikihow.com/Netelroos-op-natuurlijke-wijze-behandelen", "language": "nl"}